Nr. 18455 1 juli STAATSCOURANT 2013 Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Verkeersmaatregelen provinciale wegen N 357, N 383 en N 398 BESLUIT van GEDEPUTEERDE STATEN van FRYSLAN van 25 juni 2013, no.01064688, afdeling Beheer en Onderhoud tot plaatsing van verkeerstekens krachtens de artikelen 15 en 18 van de Wegenverkeers- wet 1994. Weg: N357, LEEUWARDEN – STIENS – HOLWERD Weg: N383, LEEUWARDEN – MARSUM – SINT ANNAP A ROCHIE Weg: N 3 98 , STIENS – BITGUMMOLE (N 383) Categorie: SNELHEID, VOORRANG , GESLOTENVERKL A RING , RIJRICHTING , OVERIGE GEBODEN EN VERBODEN en VERKEERSREGELS GEDEPUTEERDE STATEN van FRYSLAN; Overwegende, Dat ter hoogte van de kruisingen van de provinciale weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd (N 357) met de Skierhusterwei / Piter Rindertsreedsje ter hoogte van Jelsum en de Skeltedyk / Nijlânsdyk ter hoogte van Koarnjum rotondes zijn aangelegd; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is ter hoogte van deze rotondes een voorrangs- maatregel in te stellen, zodanig dat het verkeer op de toeleidende wegen voorrang moet verlenen aan het verkeer op de rotondes; Dat aan de noordzijde van beide rotondes een pad is aangelegd voor fietsers en bromfietsers; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is de voorrang zodanig te regelen dat overste- kende fietsers en bromfietsers voorrang moeten verlenen aan het verkeer op de hoofdrijbaan van de weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd en aan de hierlangs gelegen parallelweg; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is op de rotondes een verplichte rijrichting in te stellen; Dat ter hoogte van de rotondes in de hoofdrijbaan van de weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd midden- geleiders zijn aangelegd; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is een gebod in te stellen voor alle bestuurders om de middengeleiders voorbij te gaan aan de zijde die de pijl op het bord aangeeft; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is de paden aan de noordzijde van beide rotondes aan te wijzen als fiets/bromfietspaden; Dat ter hoogte van de kruising van de provinciale weg Leeuwarden – Marsum – Sint Annaparochie (N 383) met de provinciale weg Stiens – Bitgummole (N 398) een rotonde is aangelegd; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is ter hoogte van deze rotonde een voorrangs- maatregel in te stellen, zodanig dat het verkeer op de toeleidende wegen voorrang moet verlenen aan het verkeer op de rotonde; Dat aan weerszijden van deze rotonde een oversteekmogelijkheid is aangelegd; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is de voorrang zodanig te regelen dat overste- kend verkeer voorrang moeten verlenen aan het verkeer op de hoofdrijbaan van de weg Leeuwarden – Marsum – Sint Annaparochie; 1 Staatscourant 2013 nr. 18455 1 juli 2013 Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is op de rotonde een verplichte rijrichting in te stellen; Dat ter hoogte van de rotonde in de hoofdrijbaan van de weg Leeuwarden – Marsum – Sint Annnapa- rochie en de weg Stiens – Bitgummole middengeleiders zijn aangelegd; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is een gebod in te stellen voor alle bestuurders om de middengeleiders voorbij te gaan aan de zijde die de pijl op het bord aangeeft; Dat de oversteek in het gedeelte tussen de rotonde provinciale weg N 383 / N 398 en de rotonde Marsum wordt verwijderd; Dat daardoor op dit gedeelte geen enkele oversteek meer aanwezig is; Dat dit gedeelte daarom aan alle criteria voldoet om te worden aangewezen als autoweg; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is ter hoogte van de rotonde provinciale weg N 383 / N 398 en de rotonde ter hoogte van Marsum een maximumsnelheid in te stellen van 70 km/uur; Dat de weg Stiens – Bitgummole (N 398) is aangelegd; Dat deze weg de functie van een regionale gebiedsontsluitingsweg heeft; Dat een gebiedsontsluitingsweg zoveel mogelijk een bundelende werking van het verkeer dient te hebben; Dat het verkeer op een gebiedsontsluitingsweg zoveel mogelijk ongehinderd moet kunnen doorrijden; Dat de wegvakken van een gebiedsontsluitingsweg zoveel als mogelijk gericht moeten zijn op doorstro- ming; Dat de doorstroming op de in het geding is als er langzaam verkeer op de weg wordt toegestaan; Dat de aanwezigheid van langzaam verkeer op een weg die gericht is op doorstroming leidt tot meer inhaalmanoeuvres; Dat door inhaalmanoeuvres op een weg met een bochtig verloop, zoals de weg Stiens - Bitgummole heeft, de verkeersveiligheid in het geding is; Dat voor ruiters, vee, wagens, motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h en brommobielen, alsmede fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen alternatieve routes aan- wezig zijn; Dat het daarom ter verzekering van de veiligheid en de doorstroming op de weg gewenst is de weg Stiens – Bitgummole te sluiten voor ruiters, vee, wagens, motorvoertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 km/h en brommobielen, alsmede fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen; Dat de weg Stiens – Bitgummole een doorgaande verbinding voor het verkeer vormt; Dat de onderliggende wegen die aantakken op deze weg een ondergeschikte functie hebben ten opzichte van de weg Stiens – Bitgummole; Dat het, gelet op de beoogde doorstroming en functie van de weg, ter verzekering van de verkeersvei- ligheid gewenst is dat het verkeer op de weg Stiens – Bitgummole voorrang heeft ten opzichte van de aantakkende wegen; Dat ter hoogte van de aansluiting met de zijweg Dyksterhuzen een rotonde is aangelegd; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is ter hoogte van deze rotonde een voorrangs- maatregel in te stellen, zodanig dat het verkeer op de toeleidende wegen voorrang moet verlenen aan het verkeer op de rotonde; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is op deze rotonde een verplichte rijrichting in te stellen; 2 Staatscourant 2013 nr. 18455 1 juli 2013 Dat ter hoogte van deze rotonde middengeleiders zijn aangebracht; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is een gebod in te stellen voor alle bestuurders om de middengeleiders voorbij te gaan aan de zijde die de pijl op het bord aangeeft; Dat ter hoogte van de aansluiting van de Stienzer Hegedyk (N 393) op de weg Stiens – Bitgummole middengeleiders zijn aangebracht; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is een gebod in te stellen voor alle bestuurders om de middengeleiders voorbij te gaan aan de zijde die de pijl op het bord aangeeft; Dat in de weg Stiens – Bitgummole ter hoogte van de kruisingen met de Stienzer Hegedyk, de Langestraat en de Ingelumerdyk autotunnels zijn aangelegd; Dat het uit een oogpunt van verkeersveiligheid gewenst is ter plaatse van deze autotunnels inhaalver- boden in te stellen; Dat op grond van artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) overleg met de heer P. Hartman van de politie heeft plaatsgevonden; Dat de politie in een email d.d. 18 juni 2013 heeft laten weten in te kunnen stemmen met de maatregelen; Gelet op de artikelen 15 en 18 van de Wegenverkeerswet 1994, juncto artikel 12 van het BABW; B E S L U I T E N: I. Door plaatsing van borden B06 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, ter plaatse van de rotonde in de hoofdrijbaan van de weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd, ter hoogte van km 2.745 in de gemeente Leeuwarderadeel, de voorrang zodanig te regelen dat voorrang moet worden verleend aan het verkeer op de rotonde. II. Door plaatsing van borden B06 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, op de fietsoversteek op de hoofdrijbaan van de provinciale weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd, ter hoogte van km 2.775 in de gemeente Leeuwarderadeel, de voorrang zodanig te regelen dat fietsers en bromfietsers voorrang moeten verlenen aan bestuurders op de kruisende weg en aan bestuurders op de aan weerskanten van de hoofdrijbaan gelegen parallelwegen. III. Door plaatsing van borden B06 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, ter plaatse van de rotonde in de hoofdrijbaan van de weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd, ter hoogte van km 3.5 in de gemeente Leeuwarderadeel, de voorrang zodanig te regelen dat voorrang moet worden verleend aan het verkeer op de rotonde. IV. Door plaatsing van borden B06 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, op de fietsoversteek op de hoofdrijbaan van de provinciale weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd, ter hoogte van km 3.540 in de gemeente Leeuwarderadeel, de voorrang zodanig te regelen dat fietsers en bromfietsers voorrang moeten verlenen aan bestuurders op de kruisende weg en aan bestuurders op de aan de oostkant van de hoofdrijbaan gelegen parallelweg en de aan de westkant gelegen Nijlânsdyk. V. Door plaatsing van borden D01 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, op de rotonde ter hoogte van de kruising van de hoofdrijbaan van de provinciale weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd met de Skierhusterwei/Piter Rindertreedsje, ter hoogte van km 2.745 in de ge- meente Leeuwarderadeel, een verplichte rijrichting in te stellen. VI. Door plaatsing van borden D01 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, op de rotonde ter hoogte van de kruising van de hoofdrijbaan van de provinciale weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd met de Skeltedyk/Nijlânsdyk, ter hoogte van km 3.5 in de gemeente Leeuwarder- adeel, een verplichte rijrichting in te stellen. VII. Door plaatsing van borden D02 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, op de middengeleiders in de hoofdrijbaan van de provinciale weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd, ter hoogte van km 2.715 en km 2.770 in de gemeente Leeuwarderadeel, een gebod in te stellen voor alle bestuurders het bord voorbij te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft. VI- Door plaatsing van borden D02 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens, II. op de middengeleiders in de hoofdrijbaan van de provinciale weg Leeuwarden – Stiens – Holwerd, ter hoogte van km 3.480 en km 3.530 in de gemeente Leeuwarderadeel, een gebod in te stellen voor alle bestuurders het bord voorbij te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft.