JAARBOEK VOOR NEDERLANDSE BOEKGESCHIEDENIS 12/2005 Jaarboek voor Nederlandse boekgeschiedenis Jaarboek voor Nederlandse boek3eschiedenis 12/2005 Uitgeverij Vantilt, Nijmegen NBV, Leiden Redactie Adriaan van der Weel(hoofdredacteur),Andrea Lan endoen (redactiesecretaris),g , van Capelleveen,p , Chris Copp ens Berry, Y Don elmansg Gerda Huisman en Ad Leerintveld Redactieadres Jaarboek voor Nederlandse boekgeschiedenisg A. Lang endoen KoninklijkeJ Bibliotheek Postbus0947o 2509 LK Den Haag e-mail: andrea.lang endoen@ kb.nl Kopijp J voor het Jaarboek wordt ingewachtg opP het redactieadres Secretariaat Nederlandse Boekhistorische Vereni^S 'n J. Salman Bronckhorststraat 57 2201 KV NoordwijkJ e-mail:'eroen.salmanJ @ let.uu.nl Vormgeving: Martien FrijnsJ ©c 200 5 5artikelen: de auteurs ISBN 90 77503 3o 7 ISSN 1381-0065 Afbeeldingg voorzijde:J Jacobus Buys,Y De vrijheid van drukpersP [ca 1 795 . Bibliotheek bllotheek KVB Unlversltelts- bibliotheek UVA,, Prent E43 2 3 . Afbeeldingg achterzijde: Cateau Berlage.g Voorkant van het omslagg van H.P. BerBerlageg en Henriëtte Roland Holst, Kunst en broederschap.P BroederschapP33 in d e levensP ractl ^ k. Den Haag.g MarjanJ G.Groot. r Niets uit deze uitgaveg magg/ worden vermenigvuldigd en ofP o enbaarggemaakt m door middel van druk,, fotokopie,P microfilm of op welke andere wijzewijze ook, zonder voorafgaandeo adefaang schriftelijkeJ toestemming gvan de uitgever.g Inhoud . 7 Bou iende Vries Vrouw en boek Eenspeurtocht` naar de 'onzichtbare' t ba re vrouwou' v inw de boekenwereld i3 Hannie van Goinga Schaduwbeelden Vrouwen oen in het boekenvakeva in de vroegmoderne tijd: een nieuw terrein van onderzoek 29 P.G. Hofrijzen Boekenbezit van vrouwen in Leiden gedurende de Gouden Eeuw 47 Mirjam de Baar Publicatiestrategieën van een zev entiende-eeuw se vrouwelijke auteur Antoinette Bourignon en de uitgave van haar geschriften 65 Rudolf Ranch De dochters van Estienne Roger 79 Myriam Everard Catharina Dóll-E8ges te paard Uitgeefsters tijdens de patriottentijd en de Bataafse Republiek 95 Marjan Groot Vrouwenende vormgeving van het boek 1895-1940 115 Marjolein Nieboer Damesbibliothecarissen met `zin en liefde voor orde' Beeldvorming omtrent een nieuw vrouwenberoep in Nederland, 1900-1940 131 Lisa Kuitent Mea Verwey en Uitgeverij C.A. Mees (i9í9-1968) Een bolwerk van beschaving 145 Inge de Wilde De dames van De Spieghel Over de uitgeefsters Tine van Klooster en Koos Schregardus iói Janneke van der Veer Tine van Buut: lezer, boekverkoper, uitgever, bloemlezen 177 Lizet Duyvendak Gelijkgestemde zielen Waarom vrouwen in groepsverband lezen 191 Kasper van Oormen Goed bekeken? 203 Berryrry Don g e mans Een stoet boekhistoriciutonct 213 Summaries 219 Personalia 223 Over de NBV Boudien de Vries Vrouwen boek Een speurtocht naar de `onzichtbare' vrouw in de boekenwereld Ik had eeneletterdeg verwacht met verward wit haar, een losse hoest, vang sigarettenrookoor d- trokken kleren,, een lichaam dat deels ontrokken werd door stapelsp manuscripten,p , een echt uit- g eversdier. Maar het bleek een vrouw,^ bevalligg als een hagedis,g ^ achter een tafel waaropP alleen mijnJ manuscriptppJ prijkte.1 Deze scéne uit een roman van Andreï Makine is gesitueerd in de late twintigste eeuw. De fictieve ik-figuur had echter wel enigszins voorbereid kunnen zijn op een uitgeefster, al dan niet bevallig, want in de twintigste eeuw nam het aandeel van vrouwen in de uitge- verswereld belangrijk toe. In Nederland was bijvoorbeeld in 2001 meer dan de helft van de medewerkers in de uitgeverijen vrouw.2 Dit grote aandeel is opvallend, want naast de zorg en het onderwijs zijn er maar weinig andere sectoren waarin vrouwen in de meer- derheid zijn. Aangezien `vroeger' de uitgeverijwereld vrijwel uitsluitend door mannen werd bevolkt, is het bovendien interessant om boekhistorisch onderzoek te doen naar deze omslag van een typisch mannenberoep naar een typisch vrouwenberoep. De relatie tussen `vrouw en boek' heeft vanzelfsprekend meer facetten dan alleen de uitgeverij. Er zijn allerlei interessante vragen te stellen: wat was het aandeel van vrouwen in de boekhandel, onder welke omstandigheden functioneerden zij? Is er verschil in de manier waarop mannen en vrouwen zich in de boekenwereld bewogen? Waarom is naast de verpleegster en onderwijzeres de bibliothecaresse zo'n ijzeren icoon geworden van een vroeg, respectabel vrouwenberoep? Wat zouden vrouwen moeten en mogen lezen, en wat lazen ze daadwerkelijk? Is er verschil in boekenbezit tussen mannen en vrouwen? De antwoorden op deze vragen zijn allerminst bekend, vooral bij gebrek aan onder- zoeksresultaten. Reden voor de redactie van het jaarboek voor Nederlandse Boekgeschiedenis om een themanummer te wijden aan vrouwen in het boekbedrijf, in de hoop het onder- zoek in deze richting te stimuleren. De Nederlandse Boekhistorische Vereniging schaar- de zich achter dit idee en koos daarom 'vrouw en boek' als thema voor haar congres van maart 2004. De meeste van de presentaties van toen zijn omgewerkt tot artikel voor dit jaarboek, een aantal andere werd speciaal voor het themanummer geschreven.3 Deze inleiding zal een aantal gemeenschappelijke aspecten van de artikelen schetsen. Als eerste is er het bronprobleem. Een terugkerend obstakel bij het historisch onder- 1 Andreï Makine, De aarde en de hemel vanacJ 4ues Dorme. Breda 2003,3, 3o- 3 1. 2 Voor het navolgende gmaak ikgebruik van Hannie van Goinga,g, 'Enigeg achtergrondengr bijJ het congresgr Vrouw en Boek',Boek, de congresbrochure^ van het ggelijknamige J g NBv-congres,NBv-cones 25 5 en 26 maart Zoo4 . Het congresgr werdggeorganiseerd g door Lizet Duyvendak,Yv g Hannie van Goinga, Andrea Lang endoen en Ingeborgg g Verheul. 3 Congresbijdragen waren van De Baar, Everard, Duyvendak, Van Goinga, Groot, Rasch, Van der Veer en De Wilde. S J AARBOEK VOOR NEDERLANDSE BOEKGESCHIEDENIS 12 (2005)200 zoek naar de beroepsarbeid van vrouwen is het gebrek aan bronnen. Tot in de negen- tiende eeuw blijven werkende vrouwen voor ons daarom goeddeels onzichtbaar. Vrou- wenarbeid zelf was voor de tijdgenoten allerminst onzichtbaar: vrouwen werkten op het land of in de zuivelproductie, in de turfwinning, de wasserijen, als dienstbode, werkster of naaister, als ventster of als winkelierster en vooral in de omvangrijke tex- tielnijverheid. De sporen van deze vrouwen in de bronnen zijn schaars. Bij beroepentel- lingen werd doorgaans alleen het beroep van een eventuele mannelijke kostwinner opgetekend. Ambachten en de bijbehorende gilden waren niet toegankelijk voor vrou- wen, zodat ook daar vrouwen, voor zover ze meewerkten met hun echtgenoot of vader, in hoge mate onzichtbaar blijven. Bovendien werden allerlei tijdelijke arbeiders, onder wie veel vrouwen, meestal helemaal niet geregistreerd. Natuurlijk was het voor ongehuwde dames uit de burgerij vanzelfsprekend dat ze niet werkten; bovendien waren er geen aantrekkelijke vrouwenberoepen. Pas in het laatste deel van de negentiende eeuw kwamen er interessante beroepsmogelijkheden, maar een huwelijk betekende vrijwel altijd het einde van een beroepscarriére. Tege- lijkertijd werd het voor lagere sociale groepen langzamerhand mogelijk om het ideaal te verwezenlijken van de mannelijke kostwinner met een vrouw die niet hoeft te wer- ken. Hoewel dit geen exclusiefNederlands ideaal was, werd het daar wel het meest in de praktijk gebracht, waardoor Nederland in Europees perspectief het laagste aandeel van vrouwen in de beroepsbevolking kreeg. Pas sedert de jaren zestig van de vorige eeuw is daarin langzamerhand verandering gekomen. Naarmate we dichterbij komen in de tijd wordt de kans dat bronnenmateriaal bewaard is gebleven groter. De twintigste eeuw levert in dat opzicht de minste proble- men op, maar ook voor eerdere perioden is nog relatief veel bijeen te schrapen, door de aandacht te richten op één interessant individu of op één familienetwerk en door veel geduld en inventiviteit bij het archiefwerk. Minjam de Baar verdiepte zich in de bijzon- der productieve Antoinette Bourignon (ióíó-íó8o), die blijkens haar fascinerende levens- geschiedenis niet alleen uitstekend in staat was mystieke gedachten te verwoorden, maar ook bijzonder goed was in het toepassen van allerlei strategieën voor de uitgave van haar eigen geschriften. Hoewel er officieel een uitgever was, nam ze zelf rechtstreeks, dan wel via mensen die haar steunden, alle financiële risico's voor haar rekening, bemoeide zich met het drukproces, plaatste advertenties voor haar werk en liet in haar boeken oeuvre- catalogi opnemen, die ze ook los als prospectus verzond naar honderden boekverkopers. Ze waakte er echter zorgvuldig voor om zelf achter de schermen te blijven. Gezien de repressie van afwijkende godsdienstige opvattingen, zoals de hare, was dat verstandig. De uitgeefster weduwe Dóll uit de late achttiende eeuw stak haar activiteiten in de boekenwereld daarentegen absoluut niet onder stoelen of banken, wat ook wel begrij- pelijk is. Anders dan bij Antoinette Bourignon was het uitgeven haar broodwinning. Zij speelde slim in op de gepolitiseerde verhoudingen van haar tijd. Myriam Everard toont aan dat de weduwe Dóll met haar uitgaven bijdroeg aan de politieke meningsvorming, waarbij ze zich, ongeacht haar persoonlijke mening, gematigd patriots opstelde. Ook hier spreekt een duidelijk strategisch inzicht in de marktverhoudingen waarin een al te uitgesproken opstelling en een dito uitgeversbeleid niet goed is voor de omzet. Dat ook Vrouw en boek 9 andere uitgeefsters die Everard noemt, zich vooral committeerden aan de patriotse zaak heeft misschien te maken
Details
-
File Typepdf
-
Upload Time-
-
Content LanguagesEnglish
-
Upload UserAnonymous/Not logged-in
-
File Pages236 Page
-
File Size-