De Marokkanenpaniek Omslagontwerp: Textcetera, Den Haag │ Abdessamad Bouabid Afbeelding omslag: Ibrandify (Freepik) © 2018 A. Bouabid │ Boom criminologie Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (art. 16 Auteurswet) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.stichting-pro.nl). No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. ISBN 978-94-6236-885-9 ISBN 978-94-6274-948-1 (e-book) NUR 741 www.boomcriminologie.nl De Marokkanenpaniek; Een geïntegreerde morele paniekbenadering van het stigma ‘Marokkaan’ in Nederland The Moroccan Panic; An integrated moral panic approach of the stigma ‘Moroccan’ in the Netherlands Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op gezag van de rector magnificus Prof.dr. R.C.M.E. Engels en volgens besluit van het College voor Promoties. De openbare verdediging zal plaatsvinden op donderdag 27 september 2018 om 13.30 uur door Abdessamad Bouabid geboren te Utrecht Promotiecommissie: Promotoren: Prof.dr. R. van Swaaningen Prof.dr. R.H.J.M. Staring Overige leden: Prof.dr. W. Schinkel Prof.dr. J.M. Dagevos Prof.dr. S. Saharso Voor Nederland Voorwoord In 1965 arriveerde mijn vader samen met veel andere Marokkaanse mannen in Nederland om tijdelijk als zogenaamde ‘gastarbeider’ te werken. Deze ‘tijdelijkheidsgedachte’ verdween begin jaren zeventig uit het hoofd van mijn vader, omdat hij het wel naar zijn zin had in Nederland. In 1972 haalde hij dan ook mijn moeder en oudste broer en zus over uit Marokko. Na deze ‘gezinshereniging’ begon in datzelfde jaar de zogenaamde ‘gezinsvorming’, waaruit in de jaren zeventig drie zussen voortkwamen en in de jaren tachtig mijn broertje en ik. Als kind groeide ik in de jaren tachtig, negentig en 2000 op in een traditioneel Marokkaans gezin waarin de islam centraal stond. Ik kreeg vanuit huis dan ook alleen positieve beelden mee over het Marokkaan-zijn en de islam. Op televisie en andere media, maar ook in het dagelijks leven op straat, in het openbaar vervoer, op school en op mijn werk werd ik echter geconfronteerd met andere beelden van de Marokkaanse etniciteit en cultuur en de islam. Deze negatieve beelden hadden invloed op mijn zelfbeeld, zelfvertrouwen, identiteitsvorming, vertrouwen in de mensheid, thuisgevoel in Nederland, et cetera. Deze ervaringen brachten allerlei vragen in mij naar boven, zoals: hoe komen ‘Marokkanen’ aan een negatief groepsimago en hoe gaan andere Nederlanders met een Marokkaanse migratieachtergrond hiermee om in het dagelijks leven? Met dit proefschrift heb ik eindelijk deze vragen, waar ik nu meer dan twintig jaar mee rondloop, kunnen beantwoorden. Ik ben wat dit betreft voldaan. Ik wil een aantal mensen bedanken die, in symbolische interacties die ik met hen heb gehad, bewust of onbewust een bijdrage hebben geleverd aan het beantwoorden van deze vragen. Mijn proefschrift is in die zin dan ook een ‘sociale’ constructie. Mijn dank gaat allereerst uit naar R², oftewel René van Swaaningen en Richard Staring. Zonder jullie hulp had ik nooit een onderzoeksvoorstel kunnen schrijven en ook nooit kunnen promoveren. Ik was in mijn studietijd een ontzettend onzekere jongen en wist niet eens wat promoveren was totdat jij, René, mij tijdens een van mijn laatste scriptiegesprekken vertelde dat mijn scriptie heel goed was en je me vroeg of ‘promoveren’ niet iets voor mij was. Ik heb ontzettend veel zelfvertrouwen gekregen door jullie constante vertrouwen en heb veel van jullie geleerd. Ik kan me de gesprekken over mijn proefschrift nog goed herinneren. Deze begonnen altijd met een uur lang praten over koetjes en kalfjes, gingen vervolgens over in een uur lang keihard schieten op mijn proefschrift en eindigde altijd met oppeppende woorden en het uitspreken van vertrouwen dat het met wat aanpassingen helemaal goed komt. Ik liep daardoor altijd afgemat maar voldaan naar buiten. Ik ben jullie eeuwig dankbaar voor het vertrouwen en de kansen die jullie mij hebben geboden en nog steeds blijven bieden. Ik hoop dat ik me de komende jaren nog onder jullie vleugels verder mag ontwikkelen. vii Daarnaast wil ik al mijn andere collega’s bedanken met wie ik heb samengewerkt aan de EUR en met wie ik bijna dagelijks gesprekken heb gevoerd: mijn corner boys Tom de Leeuw en Robby Roks, mijn ‘mede-allochtoontjes’ Jing Hiah en Shir Nabi, kamergenoten Sey Lin van Munster, Mieke Cox, Jelle Jaspers en Gerald Hopster, mede-Cohen-fan Henk van de Bunt, promovendi-‘toezichthouder’ Karin van Wingerde, junior-meeting Lisa van Reemst, green horse Clarissa Meerts, 020-Joep Beckers, 419-Medea van Schijndel, cyborg- Wytske van der Wagen, mede-diversiteits- en Goffman-fan Gabry Vanderveen en onze tafeltennissers Teun van Ruitenburg en Timo Peeters. Dank jullie wel voor de vele gesprekken op de kamers en gangen van het Sanders-gebouw (en andere plekken op de wereld), ondanks dat ik mede hierdoor waarschijnlijk een jaar ben uitgelopen. Jullie worden bedankt! In het bijzonder wil ik Thaddeus Müller, de bibliothecaris van het symbolisch interactionisme en de etnografie, nog bedanken voor het mij enthousiasmeren voor deze zeer interessante sociologische benaderingen en voorzien van leesvoer (via de mail of printjes op mijn bureau). Dank hiervoor! Ook wil ik alle deelnemers van The Common Study Programme in Critical Criminology, AKA de Common Sessions, bedanken. Ik heb ontzettend veel kennis en inspiratie van jullie gekregen. In het bijzonder wil ik enkele giants van deze Common Sessions bedanken, al spreken ze geen Nederlands. Keith Hayward, dank voor jouw keiharde kritiek op de morele paniektheorie. Deze heeft mij slapeloze nachten bezorgd, maar wel heel scherp gehouden. Jeff Ferrell, dank voor het wijzen op het belang van de symmetrieregel binnen de morele paniektheorie: een morele paniek-onderzoek naar de maatschappelijke reactie zonder ook te kijken naar de mensen op wie deze reacties zich richten is inderdaad incompleet en nietszeggend. Tot slot, Jock Young. Ik weet nog goed hoe jij na de presentatie van mijn masterscriptie over de morele paniektheorie naar mij toe kwam en zei: “I think you’ve got it all wrong.” Dat was het begin van een succesvolle zoektocht naar ‘ de ware morele paniektheorie’. Jammer dat ik de resultaten van mijn proefschrift niet meer aan je kan presenteren. Verder wil ik mijn vriendegroep CP danken voor de structurele chaos in mijn leven! Hierdoor ervoer ik mijn promotietraject altijd als een baken van rust. In het bijzonder wil ik nog Hakim Zambib bedanken voor de vele uurtjes die we hebben geknald in de UB in Utrecht en de vele diepgaande gesprekken over het leven. Door jou heb ik die laatste loodjes als veertjes ervaren. Tot slot, Mariam, Narjis, Anass, pa, ma en de rest van de familie: Ik wil jullie niet alleen bedanken, maar jullie vooral mijn excuses aanbieden. Sorry voor alle tijd die ik in dit proefschrift heb gestoken en niet in jullie! Utrecht, 19 juli 2018 Abdessamad Bouabid viii Inhoudsopgave Voorwoord ....................................................................................................... vii 1 ‘Het Marokkanenprobleem’ ........................................................................... 1 2 Morele paniek: een misplaatste overreactie ................................................. 13 3 Folk devils: omgaan met stigmatisering ......................................................39 4 De morele paniekbenadering als methode ..................................................55 ix 5 De Marokkanenpaniek: de sociale constructie van ‘Marokkanen’ als folk devils ....................................................................................................77 6 “Meestal worden we zwartgemaakt” ......................................................... 143 7 “Omdat ik Marokkaan ben (?)” ................................................................. 197 8 “Als Marokkaan moet je ermee zien te leven” ........................................... 233 x 9 Patronen in reacties: Situaties, morele carrières en groepsdynamiek ........ 287 10 De Marokkanenpaniek: een hedendaagse morele paniek ......................... 303 Literatuur ....................................................................................................... 327 Samenvatting .................................................................................................. 341 Summary ........................................................................................................ 353 Curriculum Vitae ............................................................................................ 364 PhD-portfolio ................................................................................................. 365 xi 1 ‘Het Marokkanenprobleem’
Details
-
File Typepdf
-
Upload Time-
-
Content LanguagesEnglish
-
Upload UserAnonymous/Not logged-in
-
File Pages378 Page
-
File Size-