RAPPORT PlanMER omgevingsvisie Alphen aan den Rijn Klant: Gemeente Alphen aan den Rijn Referentie: BH4562 Status: S3/P01 Datum: 07-Jan-21 Open HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. Laan 1914 no.35 3818 EX AMERSFOORT Transport & Planning Trade register number: 56515154 +31 88 348 20 00 T +31 33 463 36 52 F [email protected] E royalhaskoningdhv.com W Titel document: PlanMER omgevingsvisie Alphen aan den Rijn Ondertitel: PlanMER GOVI Referentie: BH4562 Status: P01/S3 Datum: 07-Jan-21 Projectnaam: PlanMER omgevingsvisie Alphen aan den Rijn Projectnummer: BH4562 Auteur(s): Véronique Maronier en Hanneke Koedijk Gecontroleerd door: Tijmen van de Poll Datum: 16 december 2020 Goedgekeurd door: Véronique Maronier Datum: 07 januari 2021 Classificatie Open Behoudens andersluidende afspraken met de Opdrachtgever, mag niets uit dit document worden verveelvoudigd of openbaar gemaakt of worden gebruikt voor een ander doel dan waarvoor het document is vervaardigd. HaskoningDHV Nederland B.V. aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid voor dit document, anders dan jegens de Opdrachtgever. Let op: dit document bevat persoonsgegevens van medewerkers van HaskoningDHV Nederland B.V. en dient voor publicatie of anderszins openbaar maken te worden geanonimiseerd. 07-Jan-21 PLANMER GOVI i Open Inhoud Samenvatting 1 1 Inleiding: waarom een omgevingsvisie en planMER? 11 1.1 Omgevingsvisie gemeente Alphen aan den Rijn 11 1.2 Waarom een planMER? 11 1.3 De m.e.r.-procedure 12 1.4 Leeswijzer 13 2 Waar gaat de omgevingsvisie over? 14 2.1 Totstandkoming omgevingsvisie 14 2.2 Missie & centrale waarden 14 2.3 Integrale opgaven 15 2.4 Deelgebieden en gebiedsprioriteiten 16 2.5 Samenhang andere kaders 17 3 Hoe is dit planMER gemaakt? 18 3.1 Algemene aanpak 18 3.2 Beoordelingskader 18 3.3 Methodiek effectbeoordeling 20 3.4 Tussentijdse reflectie 25 4 Foto van de leefomgeving: huidige situatie en autonome ontwikkeling 27 4.1 Algemene kenmerken Alphen aan den Rijn 27 4.2 Algemeen beeld referentiesituatie 28 4.3 Referentiesituatie: Profit 30 4.4 Referentiesituatie: Planet 33 4.5 Referentiesituatie: People 37 5 Effecten omgevingsvisie 40 5.1 Beoordeelde beleidsuitspraken 40 5.2 Effecten van voorgenomen beleid 44 5.3 Mate van doelbereik 54 5.4 Botsproeven 56 5.5 Analyse deelgebieden 58 07-Jan-21 PLANMER GOVI ii Open 6 Passende Beoordeling 60 7 Conclusies, aandachtspunten en aanbevelingen 64 8 Het vervolg 73 8.1 Omgevingsplan en omgevingsprogramma’s 73 8.2 Onzekerheden en monitoring 74 9 Referenties 76 10 Begrippenlijst 77 Bijlage 1: Foto van de leefomgeving 78 Bijlage 2: Passende beoordeling 79 Bijlage 3: Overzicht beleidsuitspraken 80 Bijlage 4: Onderbouwing effecten, doelbereik, botsproeven en deelgebieden 93 Bijlage 5: Tussentijdse reflectie 94 07-Jan-21 PLANMER GOVI iii Open Samenvatting S.1 Omgevingsvisie gemeente Alphen aan den Rijn Naar verwachting wordt op 1 januari 2022 de Omgevingswet ingevoerd. De gemeente Alphen aan den Rijn moet als lokale overheid de Omgevingswet implementeren. De Omgevingswet voegt 26 wetten over de fysieke leefomgeving samen tot één wet. Het is verplicht voor gemeenten om als onderdeel van de nieuwe Omgevingswet een omgevingsvisie op te stellen en die door de gemeenteraad te laten vaststellen. De omgevingsvisie van Alphen aan den Rijn schetst een toekomstbeeld voor de fysieke leefomgeving, waarin integrale keuzes over de inrichting van gebieden worden gemaakt. Het achterliggende doel van het omgevingsbeleid is erop gericht de kwaliteit van leven van de inwoners van Alphen aan den Rijn te verbeteren. De omgevingsvisie is het kader waarbinnen Alphen aan den Rijn later een omgevingsplan opstelt. De ambities en richtingen die in de visie worden geschetst kunnen worden vertaald in een omgevingsplan of omgevingsprogramma, waarin de vertaling naar concrete regels wordt gemaakt. Gekoppeld aan de omgevingsvisie wordt de procedure van de m.e.r. doorlopen omdat de omgevingsvisie kaders stelt voor activiteiten die volgens de wet m.e.r.-plichtig of m.e.r.- beoordelingsplichtig zijn. Daarnaast is op voorhand niet uit te sluiten dat als gevolg van de strategische keuzes in de omgevingsvisie significante negatieve effecten optreden op Natura 2000-gebieden. S.2 Hoe is dit planMER gemaakt? Middels het planMER wordt inzicht gegeven in: • De staat van en trends in de leefomgeving van Alphen aan den Rijn • De effecten van het nieuwe beleid op de voorziene staat van de leefomgeving in 2030 (en daar waar mogelijk 2040) • De mate waarin nieuw beleid bijdraagt aan het behalen van de ambities van de omgevingsvisie (‘doelbereik’) De kwaliteiten van de leefomgeving en de effecten van de omgevingsvisie zijn in beeld gebracht aan de hand van een beoordelingskader. Het beoordelingskader is gebaseerd op de drie pijlers van People-Planet- Profit en gepositioneerd rondom de vijf ontwikkelrichtingen. Per pijler zijn de thema’s aangegeven en de daarbij beschouwde beoordelingsaspecten. Op basis van de beschikbare kwantitatieve informatie en een per beoordelingsaspect gedefinieerde schaallat is het kwaliteitsniveau toegekend voor de huidige situatie en de autonome ontwikkeling. Het toegekende kwaliteitsniveau is een gemeentebreed beeld. Daar waar relevante afwijkingen zijn per deelgebied is dat in de onderbouwende beschrijving benoemd. In het planMER heeft een beoordeling plaatsgevonden van de omgevingsvisie. Daarnaast heeft tussentijdse reflectie plaatsgevonden van de visie in wording. De effecten van het beleid zijn in beeld gebracht door middel van twee expertsessies (één voor de tussentijdse reflectie en één voor de beoordeling van de omgevingsvisie). Bij de expertsessies waren diverse experts aanwezig vanuit de gemeente en de 07-Jan-21 PLANMER GOVI 1 Open Omgevingsdienst Midden-Holland waaronder specialisten op het gebied van ecologie, externe veiligheid, archeologie en erfgoed, geluid, lucht, ed. Daarnaast hebben ook diverse interne expertsessies plaatsgevonden ten behoeve van de effectbeoordeling. Op basis van informatie uit de ‘Foto van de leefomgeving’ en expert judgement is voor elk van de beleidsuitspraken onderdeel uitmakend van de omgevingsvisie in beeld gebracht of er sprake is van een kans op een positief effect, een risico op een negatief effect of geen effect. De kansen en risico’s zijn geprojecteerd in het Rad van de Leefomgeving (zie figuur S.2). Met de (autonome) referentiesituatie in 2030 als vertrekpunt, geven de groene pijlen kansen weer voor verbetering van de staat van de fysieke leefomgeving en geven de rode pijlen risico’s weer voor verslechtering van de staat van de fysieke leefomgeving. De dikte van de pijlen wordt bepaald door het aantal beleidsuitspraken in de omgevingsvisie dat leidt tot een kans en/of risico voor de specifieke aspecten uit het Rad; hoe dikker een pijl, hoe meer kansen of risico’s. De dikte van de pijlen zegt dus niets over de aard of omvang van kansen en risico’s of de aannemelijkheid dat deze zich kunnen voordoen; de complexiteit en daarmee samenhangende onzekerheden over de doorwerking en uitvoering van het beleid zijn hiervoor te groot. In het planMER is beoordeeld in hoeverre de ambities zoals deze nu zijn geformuleerd, haalbaar zijn in 2030 en in welke mate de beleidsuitspraken daaraan bijdragen. Tot slot zijn ook zogenaamde ‘botsproeven’ uitgevoerd. Hierin is inzicht gegeven in welke beleidsuitspraken mogelijk onderling strijdig zijn of onderling kansen bieden voor elkaar. De beleidsuitspraken zijn systematisch met elkaar geconfronteerd in een beoordelingstabel. S.3 Foto van de leefomgeving: huidige situatie en autonome ontwikkeling De staat van de fysieke leefomgeving van Alphen aan den Rijn is samengevat weergegeven in figuur S.1, zowel voor de huidige situatie (lichte lijn) als voor de autonome ontwikkeling tot 2030 (donkere stippellijn). De huidige staat van de fysieke leefomgeving laat een wisselend beeld zien (zie figuur S.1). Wat betreft landschappelijke kwaliteit, cultuurhistorie en erfgoed, oppervlaktewater, gezonde leefstijl en leefomgeving en verkeersveiligheid staat de fysieke leefomgeving er op dit moment over het algemeen goed voor. Aspecten die in de huidige situatie onder druk staan zijn kwantiteit en kwaliteit werklocaties, duurzame opwekking, energiebesparing, woningaanbod en behoefte, Natura 2000-gebieden, bodemdaling, broeikasgassen, kunst en cultuur en toerisme en recreatie. De autonome ontwikkeling laat, net als de huidige situatie, een wisselend beeld van de staat van de fysieke leefomgeving richting 2030 zien. Enerzijds treden er verbeteringen op voor enkele aspecten, anderzijds verslechteren aspecten autonoom. De gemeente zal richting de toekomst steeds meer te maken krijgen met dominante autonome trends waarop de gemeente geen of weinig invloed kan uitoefenen, waaronder klimaatverandering, (geo)politieke, demografische, technologische en economische ontwikkelingen. Bestaand beleid keert de negatieve trends naar verwachting niet. Kritische kwaliteitsniveaus 1 in de gemeente Alphen aan den Rijn zijn de kwantiteit en kwaliteit werklocaties, biodiversiteit, landschappelijke kwaliteit, cultuurhistorie en erfgoed, klimaatopgaven (hitte, droogte, wateroverlast), lichthinder en energie infrastructuur. Naast kritische kwaliteitsniveaus zijn er ook positieve trends zichtbaar. Deze hebben betrekking op de thema’s circulariteit, bereikbaarheid, wonen en voorzieningen en vitale inwoners. 1 In het rad van de leefomgeving is te zien dat deze onderdelen verslechteren als de gemeente niet ingrijpt en het huidige vastgestelde beleid uitvoert. 07-Jan-21 PLANMER GOVI 2 Open Figuur S.1: Rad van de
Details
-
File Typepdf
-
Upload Time-
-
Content LanguagesEnglish
-
Upload UserAnonymous/Not logged-in
-
File Pages319 Page
-
File Size-