Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1916 bron Handelingen en mededeelingen van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, over het jaar 1915-1916. E.J. Brill, Leiden 1916 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_jaa003191601_01/colofon.htm © 2005 dbnl 1 Verslag van de jaarlijksche vergadering, gehouden te Leiden op den 14den Juni 1916. De Beschrijvingsbrief luidde aldus: den LEIDEN, den 15 Mei 1916. M. Bij dezen heb ik de eer U uit te noodigen tot het bijwonen der Jaarlijksche Vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, die gehouden zal worden op Woensdag den 14den Juni, des voormiddags klokke elf uren, in het gebouw der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, Steenschuur alhier. De orde der werkzaamheden is als volgt: I. Opening der Vergadering door den Voorzitter, Dr. J. VERDAM, met eene toespraak. Aansluitende hieraan: II. Redevoering van den Voorzitter: Herdenking van het 150-jarig bestaan der Maatschappij. III. Verslag van den staat der Maatschappij en van hare belangrijkste lotgevallen en handelingen gedurende het afgeloopen jaar. IV. Verslag van den staat der Boekverzameling gedurende hetzelfde tijdsverloop. Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1916 2 V. Verslag omtrent de rekening en verantwoording van den Penningmeester. VI. Verslag der Commissie voor Taal- en Letterkunde. VII. Verslag der Commissie voor Geschied- en Oudheidkunde. VIII. Bekendmaking van den uitslag der stemming over de te benoemen gewone en buitenlandsche leden. IX. Verkiezing van een Bestuurslid in de plaats van het aftredende lid, den Heer Dr. G.J. BOEKENOOGEN. Het door de Maandelijksche Vergadering voorgedragen dubbeltal bestaat uit de Heeren: a. Dr. J. HUIZINGA. b. Jhr. Mr. W.A. BEELAERTS VAN BLOKLAND. X. Verkiezing van een Penningmeester in de plaats van den volgens art. 23 der Wet aftredenden titularis. Het door de Maandelijksche Vergadering voorgedragen dubbeltal bestaat uit de Heeren: a. Dr. J. HEINSIUS. b. Dr. D.C. HESSELING. NAMENS HET BESTUUR, S.G. DE VRIES, Secretaris. Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1916 3 De Vergadering wordt bijgewoond door de Bestuursleden: J. Verdam, Voorzitter, J. Heinsius, Penningmeester, K. Sneyders de Vogel, L. Knappert, J.H. Abendanon, G.J. Boekenoogen, S.G. de Vries, Secretaris, door de gewone Leden P. van Geer, Mej. C.M. Vissering, Mej. C. Serrurier, Mej. H.J.A. Ruys, Mej. M.E. Kronenberg, Mej. B.M. van der Stempel, Mevr. W. Wijnaendts Francken-Dyserinck, E. van Biema, J. van der Valk, J. Eysten, P.A.A. Boeser, E.C. Godée Molsbergen, A. Hoynck van Papendrecht, R. van der Meulen Rz., H.H. Kuyper, K. Sluyterman, Jhr. W.A. Beelaerts van Blokland, V.F. Büchner, C.H. Ph. Meyer, C. Peltenburg, J.C.G. Jonker, D. Plooy, J.V. de Groot, A.J. Wensinck, H. Blink, P. Fijn van Draat, J.H. Carpentier Alting, G.J. Dozy, Ph. S. van Ronkel, C. Snouck Hurgronje, D.C. Hesseling, R.W.P. de Vries, W.P. van Stockum Jr., W.F. Leemans, J. Knottenbelt, L.A. Vogel, P.J. Blok, W.P. Kops, A. Eekhof, J. Huizinga, N.J. Krom, N. van Wijk, H.E. van Gelder, M.G.L. van Loghem, G. Kalff, C. Bake, Leo van Puyvelde, J.C. Overvoorde, C.R. Bakhuizen van den Brink, S. Baart de la Faille, Mevr. Th. Hoven, Mej. E.M.A.J. Soer, Mej. A.G. de Leeuw, F.A. Liefrinck, S. Gratama, G.J.W. Koolemans Beijnen, F. Pijper, J.H. Groenewegen, W.J.J.C. Bijleveld, W.B. Kristensen, A.W. Weissman, N.J. Beversen, C. te Lintum, K.H. de Raaf. I-II. De Voorzitter de Heer Dr. J. Verdam opent te elf uren de Vergadering met eene toespraak en eene redevoering ter herdenking van het 150-jarig bestaan der Maatschappij. Deze zijn door hem ter uitgave afgestaan en hierachter met eenige toevoegsels gedrukt (Bijlage I). Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1916 4 III-VII. Op voorstel van het Bestuur wordt besloten de jaarlijksche verslagen dit jaar, wegens den beperkten tijd, niet te doen voorlezen, maar alleen gedrukt ter kennis der Leden te brengen (zie hierachter, Bijlagen II-VI). De Voorzitter deelt bij punt V nog mede, dat de rekening en verantwoording van den Penningmeester over het jaar 1915 is nagezien en volkomen in orde bevonden door eene Commissie in de Maandvergadering van 7 April ll. benoemd, bestaande uit HH. Dr. P.A.A. Boeser en J. de Josselin de Jong. Het schriftelijk door hen ingezonden rapport ligt ter tafel. VIII. Namens de Commissie voor stemopneming in de Maandvergadering van 5 Mei benoemd, doet de Heer Dr. A. Eekhof mededeeling van den uitslag der stemming gehouden ter verkiezing van nieuwe Leden der Maatschappij, nl. volgens besluit dier Maandvergadering, 35 gewone en 4 buitenlandsche Leden. De Commissie, waarin met den Heer Eekhof zitting hadden HH. Dr. N.J. Beversen, W.J.J.C. Bijleveld, Dr. G.J. Boekenoogen, Dr. P.A.A. Boeser, Dr. V.F. Büchner, Dr. H. van Gelder, C. Peltenburg en Dr. S.G. de Vries, heeft uit handen van den Secretaris ontvangen 241 stembiljetten waarvan één als niet onderteekend, van onwaarde moest worden verklaard. Twee der voorgestelden voor het gewone lidmaatschap hebben een gelijk aantal stemmen op zich vereenigd: de Commissie stelt voor beiden als gekozen te beschouwen. Nadat hiertoe was besloten, deelt de Heer Eekhof mede, dat gekozen zijn (in alphabetische volgorde): Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1916 5 Gewone Leden: Mevr. Jo van Ammers-Küller te Leiden. Dr. H.P. Berlage te 's-Gravenhage. Dr. C. de Boer te Amsterdam. J. Bosboom Nz. te 's-Gravenhage. Mevr. Carry van Bruggen-de Haan te Lauren, N.-H. R. Casimir te 's-Gravenhage. J. Fabricius te 's-Gravenhage. J. Funke te Amsterdam. Mevr. A. Grothe-Twiss te Hilversum. Mr. J. Israël de Haan te Amsterdam. Dr. A.G. van Hamel te Bonn. Dr. G.E.W. van Hille te Alkmaar. Dr. J.F. Houwing te Doorn. Dr. H.F.M. Huybers te Tiel. Dr. K.H.E. de Jong te 's-Gravenhage. H.E. Knappert te Haarlem. Dr. Ph. Kohnstamm te Amsterdam. H.H. van Kol te Voorschoten. Dr. J.E. Kroon te Leiden. Mr. W.F. van Leeuwen te 's-Gravenhage. Dr. H.P. Schim van der Loeff GLz. te St.-Petersburg. Jhr. Mr. W.H. de Savornin Lohman te Utrecht. Vinc. Loosjes te Haarlem. F. Lugt te Amsterdam. B.H. Molkenboer, O.P. te Huissen. F.E. Baron Mulert te Ommen. Dr. F. Muller Jz. te 's-Gravenhage. S.P. l'Honoré Naber te Amsterdam. Mej. I.C.E. Peelen te 's-Gravenhage. A. Reyding te Amsterdam. Jhr. L.M.A. von Schmid te 's-Hertogenbosch. Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1916 6 J.B. Schuil te Haarlem. Dr. A.J. de Sopper te Amsterdam. Dr. K.E.W. Strootman te Utrecht. Dr. G.J. Thierry te Leiden. Mej. J.E. van der Waals te Amsterdam. Buitenlandsche Leden: Dr. H. Bradley te Oxford. Dr. W.A. Craigie te Oxford. Em. H. van Heurck te Antwerpen. Dr. L. von Pastor te Innsbruck. De Voorzitter betuigt den dank der Vergadering aan den Heer Eekhof en aan zijne medeleden der Commissie voor stemopneming. IX-X. Bij de verkiezing van een Bestuurslid in de plaats van het aftredende lid, den Heer Dr. G.J. Boekenoogen, en van een Penningmeester in de plaats van den volgens art. 23 der Wet aftredenden titularis, wordt als Bestuurslid verkozen de Heer Dr. J. Huizinga en wordt als Penningmeester herbenoemd de Heer Dr. J. Heinsius. Beiden ter Vergadering aanwezig verklaren de benoeming te aanvaarden. De Voorzitter betuigt hierop den dank der Vergadering aan den Heer Boekenoogen voor de vele diensten door hem als Bestuurslid aan de Maatschappij bewezen. Bij de hierop volgende rondvraag betuigt de Heer G.J.W. Koolemans Beijnen den Voorzitter hartelijken dank voor zijne leiding en in het bijzonder voor zijne schoone herdenkingsrede. De aanwezigen betuigen luide hunne instemming met deze woorden. Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1916 7 De Secretaris herinnert aan hetgeen bij de herdenking van het honderdjarig bestaan der Maatschappij voorviel: toen werd de Voorzitter na het uitspreken zijner feestrede verrast door het geschenk van den fraaien, nu nog steeds gebruikten voorzittershamer waarop in een zilveren band gegraveerd deze regelen van Bilderdijk te lezen zijn: Leid, beheersch en voer ons op Tot den hoogsten glorietop, Orde! 's hemels sceptervoerder. Dit geschenk kwam van iemand die onbekend wenschte te blijven. Eerst in het jaar 1880 bij den dood van den Heer W. Eekhoff, werd bekend dat deze de milde gever geweest was. In aansluiting aan hetgeen de Voorzitter bij het eeuwfeest gesproken heeft, uit thans diens zoon de Secretaris den wensch, dat deze hamer nog langen tijd in zoo goede hand als in die van den tegenwoordigen Voorzitter moge worden gevoerd en, overeenkomstig de woorden van Bilderdijk, de Maatschappij tot hooger glorie zal zien opvoeren. De Voorzitter betuigt zijn dank voor de vriendelijke woorden tot hem gesproken en sluit hierop de Vergadering. Na afloop der Vergadering begaven zich ruim 50 Leden per extra-tram naar Noordwijk-Binnen waar de oude Kerk met hare vele merkwaardigheden bezichtigd werd onder de deskundige leiding van den Archivaris den Heer J. Kloos die allerlei belangrijke bijzonderheden mededeelde. Hierop werd een bezoek gebracht aan den St. Joris-Doelen welks Bestuur de Leden op gulle wijze ontving en met de meeste bereidwilligheid in staat Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1916 8 stelde kennis te maken met het aloude volksgebruik van het schieten met den voetboog naar den papegaai. Te 6 uren vereenigden de Leden zich aan een gezelligen maaltijd in het Hof van Holland te Noordwijk-Binnen. In de pauze daarvan had de Heer Alb.
Details
-
File Typepdf
-
Upload Time-
-
Content LanguagesEnglish
-
Upload UserAnonymous/Not logged-in
-
File Pages562 Page
-
File Size-