De stand der bomen in Nieuw-West Van Eesteren gesprek #67 22 november 2018 Van Eesteren Museum Amsterdam De stand der bomen in Nieuw-West Lange lijnen 4 Bomentaal 6 Meer over bomen 13 Effect van bomen op het leefklimaat in de stad 14 Overlast en problemen met bomen 16 Toekomst 16 Geschiedenis van bomen in Amsterdam 18 Slotermeer 21 De iep 23 De plantaan 26 Taxus 28 Wilgen en populieren 29 Valse Christusdoorn 31 De vleugelnoot 31 Kerseboom 33 Gesprek met de sprekers en vragen uit het publiek 34 Verder lezen en kijken 37 De stand der bomen in Nieuw-West #67 2 ‘De planten vechten om hun bestaan in de grote, wijde stad, waar veel wind is. Maar op een goede dag zien we ineens dat het is gelukt en dat boom en plant zich ontplooien om in het stadsbeeld mee te gaan spelen.’ Dat stelde stedenbouwkundige Jakoba Mulder in de lente van 1961 toen zij de aanleg van de Westelijke Tuinsteden beschreef in het vakblad Werk in Uitvoering, de gemeentelijke uitgave van de Dienst Publieke Werken. De eerste bomen staan op dat moment in de aarde, er is 1.000 hectare bouwgrond opgespo- ten, qua omvang gelijk aan Enschede of Tilburg, en de groene openbare ruimtes zijn ingetekend. De jonge boompjes van toen zijn nu bomen van soms 50 of 60 jaar oud. De Tuinsteden zijn daadwerkelijk groen geworden. Tijd om stil te staan bij de stand van de bomen nu. De bomen kregen bij de realisatie van de Westelijke Tuinsteden niet zomaar een plaats; ze werden geplant volgens een bepaalde systematiek. Bijvoorbeeld als bomenrand, een haak of accent. Of als gevelritme, waarbij de bomen de lengte van de gevel volgen om aan het einde van het blok abrupt te stoppen. Goed begrip van die ‘bomentaal’ is essentieel bij veranderingen als gevolg van onderhoud of door inbreiding en verdichting van de gebouwde omgeving. Zo zijn er problemen, omdat in een ‘zandbak’ van wel 100 hectare er groei- en wortelproblemen zijn ontstaan; de scheppers van de tuinsteden lijken niet altijd goed te hebben nagedacht over de groeikracht van de bomen. Dat levert soms bijvoorbeeld te grote bomen op in smalle straten. Hoe gaan we daarmee om? Snoeien we die of denken we aan kappen? Wijzigingen in de bomenstand leiden, altijd weer tot beroering. Ook in de tuinsteden. Tuinstede- lingen houden van hun groene omgeving. Hoe is het gesteld met de stand der bomen in Nieuw-West? Daarover gaan we in gesprek met landschapsarchitect Pieter Boekschooten en hoofdstedelijk bomenconsulent Hans. Gerrit van der Plas heet iedereen welkom op dit Van Eesteren Gesprek over bomen in het AUP. Hij vertelt dat de spreker van Beheer van de Gemeente niet aanwezig kan zijn. Voorts introduceert hij de twee sprekers van deze avond: Pieter Boekschooten, landschapsarchitect, vanaf 1976 als ontwerper werk- zaam bij de gemeente Amsterdam, met name de openbare ruimte en de relatie tussen de stad en het ommeland. Hans Kaljée, bomenconsulent van de Gemeente Amsterdam. De stand der bomen in Nieuw-West #67 3 Lange lijnen Boekschooten begint zijn verhaal met een plattegrond van Slotermeer, waarop te zien is dat er een nauwe relatie bestaat tussen bomen en gebouwde om- geving. Lange lijnen op de plattegrond worden ondersteund door bomenrijen. Op deze kaart is de Haarlemmerweg als boomloos in getekend. Er is inder- daad veel gekapt. In de toekomst zal deze weg als ‘lange lijn’ groeien en staan er veel meer bomen langs deze belangrijke doorgaande weg gepland. Wat maar wil zeggen dat kaarten telkens moeten worden bijgewerkt en aangepast, aldus Boekschooten. Sommige lijnen ontstaan, terwijl andere juist weer moeten worden weggehaald of verdwijnen. Soms is het namelijk niet wenselijk een laan te benadrukken met bomen. De President Allendelaan is zo’n voorbeeld. Zonder bomen speelt deze weg een rol in het parklandschap. Laanvormige boombeplanting levert een scheidende werking en dit deel van het park opsplitsen in twee helften. Landschappelijke lijnen in Slotermeer Landschappelijke en doorgaande lijnen in Slotermeer De stand der bomen in Nieuw-West #67 4 Schema bomenbeplanting Hof met groen in Slotermeer Op het schema zien we hoe groen markeringen aanbrengt van woning naar hof, naar park en naar buiten. Het groen leidt je van binnen in de wijk naar buiten. Het is belangrijk dat bij de overwegeging van het kappen van bomen, er rekening wordt gehouden met het beeldend element van de bomen binnen de gebouwde omgeving of stedebouwkundige planning. Want, wanneer ze worden gekapt, verdwijnen er markeringspunten in de wijk. De bomen langs de Tienhovengracht is een goed voorbeeld van hoe bomen het beeld van de leefomgeving krachtig bepalen. Goed te zien is, dat bomen spelen met de ar- chitectuur. Je zou kunnen spreken van een ‘Bomentaal’. Burgemeester van Bomentaal Westelijke Frank de Josselin de Jong Tienhovengracht Tuinsteden De stand der bomen in Nieuw-West #67 5 Bomentaal Hetontdekker van de ‘Bomentaal’ is landschapsarchitect Frank de Josselin de Jong. Hij zette zich in om de originele bomentaal van de westelijke tuinsteden terug te vinden. Voorbeelden van bomentaal zijn: • Blokken, bijvoorbeeld Lindeblok in Sloterpark. Bewoners hebben actie gevoerd voor het behoud van dit bomenblok. • Raamwerk, bomen in een strak ritme langs doorgaande lijnen in de wijk • Poortje als entree van een buurt • Gevelritme Lindebomenblok Laan van het Raamwerk Poortje aan begin van een buurt, vergelijk dit beeld met wanneer de bomen er niet staan De stand der bomen in Nieuw-West #67 6 Gevelritme Met een schema geeft Boekschooten aan waar je wat kunt doen met bomen: De stand der bomen in Nieuw-West #67 7 Op een luchtfoto van de Couperusbuurt in Slotermeer is te zien hoe ‘bomen- taal’ er in de praktijk uitziet. Pieter Boekschooten zoomt vervolgens in op verschillende kenmerken van bomentaal: De bomen van het raamwerk benadrukken het raamwerk, geen interactie met bebouwing. Continuïteit raamwerk De stand der bomen in Nieuw-West #67 8 Asymmetrische wanden raamwerk Buurt: wel interactie tussen bomen en bebouwing: Markering van entrees door Poorten De stand der bomen in Nieuw-West #67 9 …….en accentuering bijzondere functies en plekken (Contour en Ceasuur) Bomen versterken de structuur en hiërarchie door: het benadrukken van de dominante oriëntatie (hoofdrichting van de bouwblokken) van de buurt De stand der bomen in Nieuw-West #67 10 Bouwblok niveau: wel interactie tussen bomen en bebouwing. Bomen verster- ken de asymmetrie. De stedenbouwkundige opzet wordt gekenmerkt door gelaagdheid: Het prin- cipe dat een plek een visuele verbinding vormt met een andere plek waardoor het groen als groter wordt ervaren dan de werkelijkheid. Bomen spelen door hun plaatsing of grootte hierbij een essentiële rol De stand der bomen in Nieuw-West #67 11 Bijzondere functies of verbijzonderingen in het gebouw te accentueren (ac- centen en blokjes) Voor het in standhouden van de Bomentaal is een intensieve samenwerking tussen Stedenbouwer, Landschapsontwerper én Beheerder noodzakelijk. Dat geldt overigens voor het gehele scenario om de openbare ruimte kwa- liteit te geven. Bomentaal kan worden ingezet als sturingsmechanisme bij Stedelijke Vernieuwing, maar ook als beheer instrument of aandachtspunt bij beheer van stedelijke omgeving, wijk of buurt. Bomentaal vraagt om een praktische en onderzoekende benadering. Vooral geen dogmatische, want bomen zijn geen architectuur! Voor de Bomentaal is het delen van kennis en verder onderzoek nodig! Er is sinds kort een Leerstoel Urban Forestry bij de Technische Universiteit Delft. De stand der bomen in Nieuw-West #67 12 Meer over bomen Bomen zijn levende wezens waar je anders mee omgaat dan met architec- tuur. Bomen kunnen ook inspiratie zijn voor kunst, zoals dit kunstwerk dat is geplaatst ter gelegenheid van de renovatie van de Dudokhaken van André Pielage, waarbij hij zich liet inspireren door het gebladerte van de monumen- tale platanen bij de entree van deze straat. Andersom kan een beeld van een park soms doen denken aan kunst, zoals dit gezicht op het Gerbrandypark dat doet denken aan een schilderij van Piet Mondriaan. Kunstwerk Pielage bij Dudokhaken Gerbrandypark De veranderingen in het Gerbrandypark zijn illustratief voor hoe er met Bo- mentaal en de groenvoorziening is omgegaan. In 1962 staat alles er nog. In 2007 is er veel verdwenen, maar met het laatste renovatieplan is het groen weer teruggebracht naar hoe het eens was bedacht. De stand der bomen in Nieuw-West #67 13 Pieter Boekschooten laat ook nog een mooi voorbeeld zien van hoe bomen los geplaatst een aankondiging kunnen markeren voor de entree van een wijkje. Meerwaldtpad en plantsoen Effect van bomen op het leefklimaat in de stad Na deze reeks voorbeelden van Bomentaal wil Boekschooten tot slot ingaan op het belang van groenvoorziening voor het leefklimaat in de stad en welke aspecten, discussiepunten en problemen daarbij komen kijken. Bomen doen voor een goed leefklimaat meer dan je denkt. Zo levert een boom net zoveel koelte als 10 airco’s. Het is daarom aan te raden na te denken over meer ruimte te creëren voor bomen of groen, en over alternatieve plekken hiervoor, zoals op daken en gevels, of op balkons, hoewel je daarbij wel goed moet bedenken dat de boom met zijn wortels en voldoende aarde misschien te zwaar is voor de balkonconstructie. Bovendien staan of vallen alle alternatieven bij een goede watervoorziening. Illustratief is een schema dat de verplaatsing van mensen laat zien bij koel en warm weer. Bij temperaturen boven de 30 graden zoekt vrijwel iedereen de schaduw onder de bomen op. Een andere grafiek laat zien hoe de temperatuur kan stijgen als er geen bomen staan. De stand der bomen in Nieuw-West #67 14 De groene vingers op de plattegrond van Amsterdam met haar uitbreidings- plan toont het effect van de van te voren geplande groenvoorzieningen. Am- sterdam heeft op dit gebied op internationaal niveau een voorbeeldfunctie.
Details
-
File Typepdf
-
Upload Time-
-
Content LanguagesEnglish
-
Upload UserAnonymous/Not logged-in
-
File Pages37 Page
-
File Size-