6 NUMMERS SO CENT VAN HET NEDERLANDSCH VERBOND VOOR SIBBEKUNDE Sibbej |^AAP*-*. NG . NUMMER ■-, . lUNi 1943 . TTITOEVFBIT __I_L__________l______ nj^LL »r±Smiim i^ Sibbe Maandblad van het Nederlandsch Verbond voor Sibbekunde Plaatsverv. hoofdredacteur: Jurriaan van Toll, Willemstraat 47, 's-Gravenhage, tel. 117869, aan wien alle stukken, de redactie be» treffend, dienen te worden ingezonden. Administratie: Uitgeverij „Liebaert", Stadhouderskade 40, Amster» dam.Zuid. Giro No. 410231. Abonnementsprijs: ’5. per jaar. — Losse nummers 50 cent. Overname van stukken—zonder toestemming verboden. Verschijnt den 15en van iedere maand. 3e Jaargang no. 6 JUNI 1943 INHOUD: ONS CEYLON-NUMMER, door v. T 161 CEYLON'S REGEERING ONDER DE 0.1.C., door Jurriaan van Tol 163 GOUVERNEUR=GENERAAL VON IMHOFF, door A. R. Kleyn .. 172 NEDERLANDSCHE FAMILIES OP CEYLON 175 STERKTE VAN HET COMPAGNIESPERSONEEL OP CEYLON, door v. T 183 LIJST VAN GEBORENEN OP CEYLON EN IN 1823 OP JAVA WONENDEN, door v. T 183 SPROKKELHOUT 185 UITBREIDING ONZER WERKZAAMHEDEN 187 DE TESTAMENTEN ONZER VOOROUDERS, door G. A. van Schouwen 190 ONBEKENDE WAPENS 191 VRAGEN EN ANTWOORDEN 191 BIJ DEN LUIDSPREKER 192 Afbeelding op den omslag: GouvemeunGeneraal Von Imhoff. Het Nederlandsch Verbond voor Sibbekunde (secretariaat: Willemstr. 47, Den Haag, telefoon 117869, postrekening 406902) is dc organisatie van allen, die belangstelling hebben op sibbekundig gebied. Bovendien over» koepelt het alle in Nederland op dit gebied werkzame vereenigingen. Bij het Verbond zijn aangesloten: Nederlandsch Genootschap voor Geslacht' en Wapenkunde, Bleyenburg 5, Den Haag, en de verschillende familievereenigingen. UITGEVERIJ LIEBAERT — STADHOUDERSKADE 40 — A'DAM.Z. Ons Ceylon=mummer Het ligt in het voornemen onzer Redactie, meer dan tot dusver, aandacht te schenken aan onze stamverwanten overzee. In ons glorietijdperk drongen Nederlanders welhaast alle totdien voor Europeanen gesloten gebieden binnen en stichtten daar grootere of kleinere nederzettingen, waaruit in den loop der tijden het machtige koloniale rijk ontstond, dat tot voor kort den trots onzer natie uitmaakte. Zooals ook ditmaal het geval is geweest, ge* schiedde het ook voorheen, de meerderheid van ons volk, hoezeer prijs* stellende op de goede gaven, die onze lage landen uit deze gebieden bereik* ten, had er slechts weinig voor over, om deze kostbare bezittingen in bc* hoorlijken staat van verdediging te brengen en te houden. De vele goed* gemeende adviezen hieromtrent, werden uit, laten wij het zacht uitdrukken „zuinigheidsoverwegingen", ter zijde gelegd, en toen evenals thans een wendetijd aanbrak, waarbij het oude ineenstortte, en door een nieuwe samenleving vervangen werd, bleken wij niet in staat, ons kostbaar bezit zelf te handhaven, omringd als wij waren door begeerige buren, die zich beijverden, de meest kostbare stukken van ons tropisch rijk, naar zich toe te halen, en deze gewesten onder meer of mindere plausibele argumenten in bezit te nemen. Een dier gewesten was Ceylon, waar nog vele sporen van ons beheer te vinden zijn. In de straten van het sprookjesachtige Colombo ontmoet men steeds Nederlandsche namen, al zijn de dragers daarvan door vermenging met inlandsche elementen vaak hopeloos ver* basterd. Het viel ons op, dat over deze kolonie, die in de 17e en 18e eeuw een der meest belangrijke bezittingen van de 0.1.C. vormde, slechts weinig bekend is. Zelfs een behoorlijk overzicht der gouverneurs ontbreekt. Wij hopen in de hieronder volgende lijst, die tevens een kort overzicht der geschiedenis van ons bewind aldaar geeft, dit verzuim voorloopig te her* stellen. Binnenkort zal van de vaardige hand van ons lid en medewerker W. Wynaendts van Resandt, een onzer beste Ceylonkenners, een groot werk over de „Buytencomptoiren" der 0.1.C. verschijnen, waarin ook aan Ceylon een behoorlijke plaats wordt ingeruimd. Bij het gereedmaken van dit nummer bleek de stof dermate rijk te vloeien, dat enkele artikelen voor een volgend koloniaal nummer gereserveerd zullen moeten worden. Het nummer was reeds in vergevorderden staat van voorbereiding, toen door de ongesteldheid van den heer Pama, het hoofdredacteurschap plotseling op de schouders van ondergeteekende kwam te rusten. De tijd ontbrak om een geheel ander nummer gereed te maken, en zoo blijft hem dus slechts over, de clementie der lezers in te roepen voor het feit, dat hij in dit num* mer wel héél veel zélf aan het woord is. Dit vergrijp tegen den goeden smaak zal zich, voor zoover het aan hèm ligt, allerminst herhalen! v. T. 161 Uet w__n|^^ iAFFANAPATMAM " COLOMBO " GaLE <s^ TRiIIQUE^E^mE"^IANNAR " Mature-Batticalo CALPEttTYÏÏ CIIILAUW NÏGOMBO COTÏAAR 162 Ceylonregeering onderde O.J.C. Het eiland Ceylon, dat van uitnemende beteekenis is voor den handel op Voor=lndië en oudtijds het centrum der kaneelproductie was, werd in 1517 door de Portugeezen bezet. In de dertiger jaren der 17e eeuw lieten onze voorvaderen, die een scherpen blik voor economische steunpunten hadden, er hun oog op vallen en slaagden er spoedig in, het gedeeltelijk te bezetten. De eerste gouverneur was: 1. Joan Maetsuycker, gouverneur van de Nederlandsche veroverde gebie* den in Ceylon van 24 Mei 1640 tot 25 Februari 1650. Gedurende zijn regee* ring was Colombo nog in handen van de Portugeezen, zoodat Galle de zetel van het gouvernement was. Hij werd later Gouverneur*Generaal te Batavia en in Ceylon opgevolgd door: 2. Jacob van Kittensteyn, gouverneur te Galle, van 25 Februari 1650 töt 11 October 1653. Hierna kwam: 3. Adriaan van der Meiden, die Kittenstein opvolgde als gouverneur te Galle op 11 October 1653. Tijdens zijn administratie vielen achtereen* volgens Caltura, Colombo, Manaar en Jaffna in Nederlandsche handen. De belangrijkste figuur in de operaties te land en ter zee tegen de Portugee* zen was Gerard Huift, die als Directeur*Generaal van de land* en zeemacht, aan Van der Meiden voorafging. Hulft's plotselinge dood op 10 April, juist aan den vooravond van den val van Colombo, bracht Van der Meiden het oppercommando, zoodat hij._ ra______.__-I^i^- de eer genoot van de over*- gave van de stad op 12 Mei d.a.v. Hij regeerde tot Sep* tember 1662. Zijn opvolger: 4. Rvcklof van Goens kwam met zijn ouders in 1629 naar Oost*lndië. Nadat hij verschillende functies had bekleed, voor het mee* rendeel in den dienst der vloot van de Oost*lndische Compagnie, werd hij in 1657 voor eerst naar Cevlon 163 gezonden met een vloot van 16 schepen en 700 soldaten, teneinde het opzicht over het gouvernement als commissaris over te nemen. Hij nam in 1662 het beheer van Van der Meiden over, maar keerde tegen het einde van 1663 weer naar Batavia terug, tijdelijk vervangen door Jacob Hustaart, gedurende wiens toezicht de Engelschen een poging deden vasten voet op het eiland te krijgen. Hustaart moest in November 1664 vertrekken en Commandeur Roothaes van Galle nam voorloopig het beheer waar, tot* dat in 1665 Rijcklof van Goens als directeur, admiraal en commandant van de troepen terugkeerde en het beheer weer op zich nam tot April 1675, toen hij dit overdroeg aan zijn zoon. In 1676 benoemden de Heeren XVII hem als opvolger van Maatsuycker tot Gouverneur*Generaal, een ambt, dat hij slechts schoorvoetend twee jaar later aannam, en dat hij herhaalde malen poogde neer te leggen, wat hem in 1680 eindelijk gelukte. Hij keerde toen naar Europa terug en overleed in 1682 te Amsterdam. 5. Laurens Pyl, gouverneur van 27 Augustus 1680 tot 10 Januari 1693, was daarvoor Commandeur van Jaffnapatnam. De kerk te Baticotta, welke nu gebruikt wordt door de Amerikaansehe Missie, bevat een steenen inscrip* tic, waar de naam van Pyl als stichter van dit gebouw genoemd wordt: „Doen maken door den Heer Commandeur Lourens Pyl. Anno 1678". In de kerk te Jaffna bevindt zich een steen, welke het graf aanduidt van een van zijn zoons, die in 1679 te Jaffa stierf. 6. Thomas van Rhee was Gouverneur van Ceylon van 10 Januari 1693 tot 22 Februari 1697. Daarvoor was hij o.a. Commandeur van Galle. Hij was gehuwd met Henrietta van Kriekenbeek, dochter van Rutgerus van Krieken* beek uit Wijk bij Duurstede, welke met zijn gezin in 1659 naar Ceylon gekomen was. Op een zilveren huwelijkspenning komt het volgende voor: Ter herinnering aan Thomas, van Rhee, Gouverneur van de stad en domei* nen van Galle, Matura, etc, geboren te Wijk bij Duurstede op 16 Decem* ber 1634 en zijn vrouw Henrietta van Kriekenbeek, in dezelfde stad geboren op 1 October 1640, welke den getrouwden staat op 1 Augustus 1661 aan* namen, wordt dit ter gelegenheid van hun 25*jarig huwelijksfeest in het jaar 1686 aangeboden. Mevrouw van Rhee stierf te Colombo op 24 October 1696. Haar grafsteen is in de Wolfendaalkerk. 7. Gerrit de Heere, geboren 1 Maart 1657, was Gouverneur van 22 Februari 1697 tot 26 November 1702. Ook zijn grafsteen is in de Wolfendaalkerk. Zijn gebeente werd in 1813 tezamen met dat van andere gouverneurs over* gebracht naar de oude kerk in het Fort. 8. Mr. Cornelis Joan Simons was Gouverneur van Ceylon van 11 Mei 1703 tot 22 December 1707. Onder zijn leiding werd het Tamil Wetboek The Tesawalami door den Dissave Claas Isaacz. in het Nederlandsch vertaald. 9. Hendrik Becker, Gouverneur van 22 December 1707 tot 7 December 1716, was daarvoor Hoofd van de militaire bezetting op Ceylon. Zijn naam zal voor altijd verbonden blijven aan het Leprahospitaal te Hendalla, het* welk door hem gesticht werd en een groote steenen plaat met zijn naam* cijfer te zien geeft. 164 10. Isaac Augustin Rumpf, Gouverneur van 7 December 1716 tot 11 Juni 1723, had een ambtelijken loopbaan achter den rug. Hij was een goed admi* nistrateur en zeer belezen. Hij stierf vrij plotseling, naar men zegt aan een schok welke hij kreeg, toen hij het bericht van den moord op den Fiskaal Barent van der Swaan en diens vrouw, die door hun slaven gedood werden, ontving. Zijn grafsteen met latijnsch opschrift ligt in de Wolfendaalkerk.
Details
-
File Typepdf
-
Upload Time-
-
Content LanguagesEnglish
-
Upload UserAnonymous/Not logged-in
-
File Pages42 Page
-
File Size-