Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen

Henricus van Moorsel

Editie Dominicus de Jong

bron Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen (ed. P. Dominicus de Jong). Achelse Kluis, Achel 1953

Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/moor049kron01_01/colofon.php

Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. i.s.m. en t.o. III

Parochiearchief St. Martinus Heeze Het handschrift Kronijk van H.G. van Moorsel

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen V

Aan mijn HoogEerwaarde Vader Dom Columbanus Tewes O.C.R., bij zijn zilveren abtsjubilé als overste van Achel's abdij met een dankbaar hart gewijd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen VIII

Beschrijving der wapens op plat en titelpagina

GEMEENTEWAPEN VAN HEEZE: Zijnde van lazuur, beladen met een boom van goud aan wiens takken is hangende een schildje eveneens van goud, waarop drie hoorns van lazuur, en chef een star van goud (Besluit van de Hoge Raad van Adel van 16 Juli 1817).

GEMEENTEWAPEN VAN : Zijnde van lazuur, beladen met drie hoorns van goud, staande twee en een. Het schild ter regterzijde verzeld van een boom van synople, waarboven een ster van goud (Besluit van de Hoge Raad van Adel van 16 Juli 1817).

GEMEENTEWAPEN VAN : Zijnde van keel, beladen met een kruis gecantonneerd met vier klimmende leeuwen alles van goud (Besluit van de Hoge Raad van Adel van 16 Juli 1817).

WAPEN VAN HENDRIK GODEFRIDUS VAN MOORSEL: Schildhouder een geharnaste figuur getooid met een helm van zes pluimen voorzien, houdende in de ene hand een speer en in de andere hand een schild waarop een Moorenkop (Naar een geschonden lakafdruk op een brief van 20, Januari 1848 in het bezit van Mej. L. Coovels te Helmond; cfr. J. HEEREN, De Familie van Moorsel (TAXANDRIA, jrg. XXXVII, p. 26. Bergen op Zoom, 1930).

Ontwerp stofomslag: fr. M. Raphaël Reesinck O.C.R.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen IX

Ten geleide

Kronieken bevatten in de regel waardevolle gegevens, die echter met een brede kennis van zaken en niet minder met een scherp critische zin moeten worden gecontroleerd en geverifieerd. Dat betekent in genen dele dat zij steeds feilen vermelden, maar wel, dat zij vaak te weinig aandacht schenken aan de relaties met het ‘grote’ gebeuren uit de dagen, waarover de kronieken handelen, te locaal van karakter, als ze doorgaans zijn. Daarom moet de kroniek in de sfeer van de tijd worden geplaatst, waarbij het nodig is, allerlei bindingen met de historische gebeurtenissen en personen tot stand te brengen. Dit veronderstelt naast een grondige kennis van de historie, ook van de locale, een toegewijde, langdurige studie. In dit licht gezien verheugen wij ons over de uitgave van de even belangrijke als merkwaardige ‘Kroniek van Heeze’, tot nu toe als onbekend handschrift berustend op de pastorie van Heeze. Rijk van inhoud en nauwkeurig van opstelling brengt de Kroniek ons nader tot het verleden van de dorpen Heeze, Leende en Someren, terwijl de historische situatie van het gehele Zuidelijke Peelland er door wordt verduidelijkt. Als zodanig gaat de betekenis van deze Kroniek ver uit boven een dorpshistorie; als belangrijke bouwsteen voor de nog steeds ontbrekende Brabantse geschiedenis heeft zij onmiskenbaar veel waarde. Dit is mede het gevolg van de wijze, waarop deze Kroniek door pater Dominicus de Jong, Cisterciënser van de Achelse Kluis, is uitgegeven. Gedurende zijn jarenlange speurtochten naar documentatie-materiaal, met name in het Groot-Kempische gebied, een permanente wetenschappelijke activiteit, welke tot vruchtbare resultaten voerde, waarbij wij vooral denken aan zijn gedegen werk over de geschiedenis van Borkel en Schaft en niet minder aan zijn publicaties over de Eremietenregel en over de heikerken in het grensgebied van Staatsbrabant, ‘ontdekte’ pater de Jong deze interessante Kroniek, welke nu na vele jaren van nauwgezette studie op gedegen wijze wordt uitgegeven. Rijk gedocumenteerd door waardevolle aantekeningen, tekstcritische nota's, plattegronden en gravures, kwam een nieuw werk van pater de Jong tot stand, dat voor velen, wonend in de drie genoemde dorpen, en eveneens voor talrijke geïnteresseerden buiten dit gebied, een bron van vreugde zal zijn. De brede kennis van pater de Jong, de Kempische geschiedenis betreffende, maakte het mogelijk, op deze wijze de Kroniek uit te geven. Het moet voor pater de Jong en voor allen, die hem in deze arbeid een steun waren, een voldoening zijn, nu dit moeizaam pogen met zulk een succes werd bekroond. Wij wensen de Kroniek gaarne in veler handen; naast een vermeerderde kennis zal er ook een groeiende heemliefde het gevolg van zijn. 's-Hertogenbosch. DR. H. VAN VELTHOVEN.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XI

Nu, merct, ghi die hier in sult lesen, Wat nutscap hier an sal wesen. (Jacob van Maerlant)

Inleiding

Er bestaat een band tussen Heeze en de Achelse Kluis. Deze werd op het einde van de zeventiende eeuw gelegd. Door uitgifte van heide heeft de Heer van Heeze de Kluis mede helpen stichten en uitbreiden. Bij de opheffing van de Hermitage kwam het goed weer in zijn bezit om tegen het midden van de negentiende eeuw definitief over te gaan in handen van de abdij van Achel, in de volksmond nog steeds ‘De Kluis’. Ook andere Heren uit de buurt hebben de vestiging van de Kluis mede helpen bevorderen. Dit was nodig, omdat het Achels convent als raakpunt van vele heerlijkheden zijn grondgebied niet naar verhouding kon uitbreiden. De eigenaardige ligging van de Achelse Kluis stelt de geschiedschrijver voor vele problemen. Een van deze kwesties betreft de verhouding Heeze Achelse Kluis. Om hierin een juist inzicht te krijgen was het natuurlijk nodig dat ik vertrouwd raakte met de archieven van de oude heerlijkheid. Dit ging niet zonder speurtochten. Zo kwam het dat ik op een gegeven moment aanbelde bij de HoogEerw. Heer Deken te Heeze. Ik vond niet alleen de gezochte stukken maar ontdekte ook de aanwezigheid van een interessante Kronijk. Na kennismaking stond mijn besluit vast De Kronijk is een belangrijke bron voor de geschiedenis en moet daarom worden uitgegeven. Ik ondernam dus de uitgave van de Kronijk en bestemde haar - ook nu nog - voor een uitgebreide lezerskring. Alleen de hoognodige verklarende voetnoten bracht ik aan. Bij verdere studie bleek het belang van de Kronijk voor de geschiedenis veel en veel groter te zijn dan men aanvankelijk dacht. Dit geldt niet alleen voor de locale geschiedenis maar ook voor de historie van Noord-Brabant. De Kronijk toch bevat talrijke onbekende gegevens over de Tachtigjarige Oorlog, over de tijd van de Politieke Reformatie en vooral over de dertiger jaren van de vorige eeuw, toen de verhouding Nederland-België zo bijzonder pijnlijk was. De in het begin schaarsgespreide aantekeningen groeiden uit tot een wetenschappelijk apparaat waarin de oorspronkelijke lezing van het handschrift steeds is opgenomen. Gezien in haar historische ruimte blijkt de Kronijk van Heeze een merkwaardig licht te werpen op een tot nu toe weinig bekend verleden en heeft daarom recht op een verzorgde uitgave. Alvorens de eigenlijke inleiding te laten volgen, geef ik vooraf een kort geschiedkundig overzicht van de dorpen Heeze, Leende en Someren.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XII

I. Overzicht der historie van Heeze C.A. en Someren

A) Heeze cum annexis

Omschrijving van het grondgebied. - De totale uitgestrektheid van deze heerlijkheid, wier oudste geschiedenis zich verliest tot in de eerste eeuwen van onze jaartelling, moet om en om de 12000 ha. hebben bedragen(1). Haar begrenzing werd gevormd door de Tongelreep Westelijk, de Sterkelse Aa Oostelijk, door de Heerlijkheid Grevenbroek Zuidelijk, en liep naar het Noorden tot aan Tongelre(2). De respectieve delen van dit seigneuriale grondgebied zijn thans verdeeld over de gemeenten Heeze, Leende, en Maarheeze(3).

Kerkelijk goed. - In het jaar 784 of 785 schenkt een zekere Hodibaldus zijn persoonlijk bezit en ook alles wat zijn vader eens te Heeze had toebehoord aan de abdij van Echternach(4). Een juiste begrenzing van het geschonken gebied is niet te geven, maar het is niet onmogelijk dat deze gift de hele heerlijkheid omvatte. Echternach behield dit uitgestrekt bezit tot kort na de tweede helft van de twaalfde eeuw(5).

Allodiaal of eigengoed. - Men kan veilig aannemen dat de abten van Echternach een leek aanstelden om het bezit te Heeze te beheren en ook om daar in hun naam recht te spreken(6). Zoals overal elders haalde zo'n voogd het tijdelijk bestuur steeds meer naar zich toe en werd zo in feite heer van de heerlijkheid(7). (1) De onderschriften der gemeentekaartjes van J. Kuijper (circa 1867) vermelden voor Heeze 3883 ha., voor Leende 4629 ha., voor Zes-Gehuchten 1535 ha. Sterksel had een oppervlakte van 1639 ha. (A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. X, p. 735. Gorinchem, 1847). - Zie in verband met het historisch overzicht het kaartwerk opgenomen in het Supplement, Aanhangsel A, nrs. 12-17. (2) Zie voor de juiste grensbeschrijving het Denombrement der Heerlijkheid van Heeze Leende en Zes-Gehuchten van 28 Mei 1440 (DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 16-18. Zaltbommel, 1911). (3) Zie hiervoor het einde van het historisch overzicht van Heeze c.a. (4) Tekst in DR. C. WAMPACH, Geschichte der Grundherrschaft Echternach in Frühmittelalter, dl. II, p. 154-155. Luxemburg, 1930. Cfr. G. HOUBEN, en de Horner Heren tot 1500 (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE LIMBOURG, t. XXXV, p. 295-297. Maastricht, 1949). (5) Tijdens de Economische Revolutie in de tweede helft van de 12e eeuw raakte Echternach heel wat bezittingen kwijt. Cfr. DRS. G. BANNENBERG, Sint Willibrord in Waalre en Valkenswaard, p. 22. Nijmegen, 1948. (6) DRS. G. BANNENBERG, Sint Willibrord in Waalre en Valkenswaard, p. 24. Nijmegen, 1948. (7) Een sprekend voorbeeld hiervan is Willem van Boxtel, die in dertig jaar tijds de gehele heerlijkheid Grevenbroeck tot zijn bezit wist te maken. H. VAN DE WEERD, Rond het ontstaan van Grevenbroeck en Hamont (VERZAMELDE OPSTELLEN, jrg. V, p. 166-174. Hasselt, 1929). Zie voor de acte van 28 April 1309 zijnde een vergelijk tussen Deken en Kapittel van St. Servaas en Willem Heer van Boxtel over hunnen wederzijdse regten binnen de dorpen St. Huibrechts-Lille, Achel en Hamont DR. P. DOPPLER, Verzameling van charters en bescheiden betrekkelijk het Vrije Rijkskapittel van St. Servaas te Maastricht, bijeengebracht en in regestvorm uitgegeven (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE LIMBOURG, t. LXVII, p. 288-289 n. 250. Maestricht, 1931) en de tekst in M. WILLEMSEN. Inventaire chronologique des chartes et documents de l'église de St. Servais à Maestricht (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XIII

De eerst genoemde Heer van Heeze is Herbertus die in 1172 het allodiaal goed Sterksel verkoopt aan de abt van Averbode(8). Het patronaatsrecht der kerken van Leende en Heeze met de aangehorigheden dat aanvankelijk ook bij de Heer was komen berusten, werd in 1285 opgedragen aan de religieuzen, de priorin en het convent van Keizerbosch van de Orde van Premonstreit(9). 14 Januari 1334 brengt Willem van Hoorne voor het eerst de leenhulde aan de hertog van Brabant en verliest zijn goed onbetwistbaar het allodiaal karakter(10).

Feodaal of leengoed. - Tot aan de Franse Tijd (einde der 18e eeuw) verbleef de heerlijkheid Heeze, Leende en Zesgehuchten beurtelings als leengoed aan de van Hoorne's tot 1615(11), aan de Renesse's tot 1659(12), aan de Snoeckaert's van Schaumburgh tot 1732(13), aan de Holbach's tot 1760(14) en sedertdien aan de Van Tuyll's van Serooskerken(15). Tot 1648 wordt de heerlijkheid regelmatig opgedragen aan de hertog van Brabant, later aan de Staten Generaal van de Verenigde Provinciën. Na de opheffing van het seigneuriale gebied vielen in de loop der jaren en wel tot op onze dagen bijna alle heerlijke rechten een voor een weg en bleef alleen de titel bewaard.

Zelfstandige eenheden. - Ten gevolge van de oprichting van de afzonderlijke gemeenten onderging de oude heerlijkheid een verdeling welke zich tot op 1925 heeft voortgezet. Bij Keizerlijk Decreet van 14 Mei 1810 werden Heeze, Leende en Zesgehuch-

HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE DUCHE DE LIMBOURG, t. V, p. 56-62 n. 94. Maestricht, 1868). Zie voor de acte van 21 Juli 1338 waarbij Deken en Kapittel van St. Servaas al hun bezit verkopen in de dorpen Oyen, Hamont, Achel en Lille met uitzondering van het patronaatsrecht der kerken van Achel en Lille DR. P. DOPPLER, Verzameling van charters en bescheiden betrekkelijk het Vrije Rijkskapittel van St. Servaas te Maastricht, bijeengebracht en in regestvorm uitgegeven (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE LIMBOURG, t. LXVII, p. 320-321 n. 298. Maestricht, 1931). (8) Tekst in DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 10-11. Zaltbommel, 1911. (9) Tekst in DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 11. Zaltbommel, 1911. De latere publicaties van A. VAN SASSE VAN YSSELT, De Kasteelen van Heeze en Helmond, p. 1-5. 's-Gravenhage, 1916 en V. CLEERDIN, Het Brabantsche Dorp, p. 42-46. Amsterdam, 19482 steunen geheel op DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten. Zaltbommel, 1911. (10) Tekst in DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 12-13. Zaltbommel, 1911. (11) Cfr. DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 23-24. Zaltbommel, 1911. (12) DR. W. MEINDERSMA, Inventaris van het Archief op het Kasteel te Heeze, A 1. 13 November 1659. Brief van onwillig decreet van den Raad en Leenhove van Brabant, bevestigend de executie van de Heerlijkheid Heeze, Leende en Zes-Gehuchten. Heeze, 1911. Cfr. id., De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 25-26. Zaltbommel, 1911. (13) Zie Kronijk voor het jaar 1732. (14) DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 27. Zaltbommel, 1911. (15) DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 28-29. Zaltbommel, 1911.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XIV

ten gemaakt tot zelfstandige administratieve eenheden of gemeenten. 1 Mei 1921 werd Zesgehuchten gebracht onder de gemeente Geldrop en het cijnsgoed van de Oostrikkerstraat te Leende kwam voor een groot gedeelte met ingang van 1 Januari 1925 bij de gemeente Maarheeze. Het reeds veel vroeger in 1172 van de heerlijkheid afgenomen allodiaal goed Sterksel werd bij genoemd Keizerlijk Decreet van 14 Mei 1810 met de gemeente Soerendonk verenigd totdat beide plaatsen ook met ingang van 1 Januari 1925 haar zelfstandigheid verloren en thans deel uitmaken van de gemeente Maarheeze(16).

B) Someren

Uitgestrektheid van het gebied. - De oorspronkelijke oppervlakte van deze vrijheid heeft zich in hoofdzaak bepaald tot de begrenzing van de gemeente Someren gelijk deze was tot en met 30 April 1935(17). Wanneer we de grensgeschillen naar de zijde van het Weerter Bos buiten beschouwing laten, kunnen we zeggen dat Someren tot voornoemd tijdstip een uitgestrektheid bezat van 5863 ha.(18). Haar begrenzing bepaalt zich voornamelijk tot Maarheeze aan de Westzijde, tot Asten aan de Oostzijde, tot Nederweert aan de Zuidzijde en tot Lierop aan de Noordzijde(19).

De Heerlijkheid. - Tot in de 13e eeuw blijkt Someren een heerlijkheid te zijn geweest welke verbleven is aan de geslachten Van Someren's en aan die van De Rovere's(20). Er zijn evenwel ook sporen aanwezig waaruit men kan opmaken dat Someren in de eerste aanvang kerkelijk goed is geweest van het Lambertuskapittel te Luik. Hoe het ook zij, Someren wordt in 1212 al genoemd onder de parochies welke toebehoorden aan de Premonstratenser abdij van Floreffe. Reeds vroeg kwamen het begevingsrecht en de tienden der parochie als erfrecht van de custos van de kathedraal te Luik in handen van een edelman te Someren. Deze Henricus Kirse schonk deze rechten ten behoeve van de mannen- en vrouwenreligieuzen van Postel in 1224 gedeeltelijk aan de abdij van Floreffe, en vier jaar later in hun volle omvang aan Floreffe-Postel. Later in 1618, toen Postel autonoom werd, kwamen deze rechten uitsluitend bij haar terecht.

De Vrijheid. - 2 Juli 1301 had de verheffing tot vrijheid plaats. Someren verwierf samen met meerdere privileges ook stadsrechten of eigen bestuur(21) Zo kwam Someren

(16) MR. P. KRUSE & DRS. H. KUYPER, Provinciale Almanak voor Noord-Brabant, 1949-1950, p. 77-78. Alphen aan den Rijn, 1949. (17) A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. X, p. 570. Gorinchem, 1847. (18) J. CUNEN, Inventaris van het Archief der Gemeente Someren, p. 7 Asten, 1940. De gemeentekaart van J. Knijper vermeldt 5998 ha. (19) A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. X, p. 570. Gorinchem, 1847. (20) J. CUNEN, Inventaris van het Archief der Gemeente Someren, p. 8. Asten, 1940. (21) Zie voor de verschillende data der Heerlijkheid en Vrijheid Someren TH. WELVAARTS, Zomeren naar de Archieven van Postel's Abdij, p. 9-13. Helmond-Turnhout, 1892; J. CUNEN, Inventaris van het Archief der Gemeente Someren, p. 9-10. Asten, 1940.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen rechtstreeks onder de hertog van Brabant en na 1648 onder het gezag van de Staten Generaal.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XV

De Gemeente. - Bij het oprichten van de Nederlandse gemeenten bleef Someren een burgerlijke administratieve eenheid vormen. Haar grondgebied werd met ingang van 1 Mei 1935 vergroot met dat van de voormalige gemeente Lierop, zodat de totale uitgestrektheid thans 8063 ha. telt.

II. De kronijk en de dorpen Heeze, Leende en Someren

De Kronijk of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen behandelt een tijdvak dat, in ronde getallen uitgedrukt, loopt van circa 1600 tot ongeveer het midden van de negentiende eeuw. Deze naar tijdsorde en veelal ook naar plaats gerangschikte berichten zijn een zuivere weergave van al die dingen waarvoor de auteur belangstelling had en welke hij ook belangrijk genoeg vond om ze op te tekenen. Zo wijkt de auteur bij het samenstellen van zijn Kronijk wel eens af van de chronologische volgorde en als hij zich bovendien nog buiten de locale sfeer begeeft, doet hij dit juist omdat het zijn interesse boeit. Om de waarde van de Kronijk te kennen is het nodig te weten, in hoever zij een bron van inlichting is en wat het gezag van de auteur betekent.

De bron van inlichting. - De Kronijk is inderdaad een bron van inlichting voor tijdvakken welke tot nu toe maar weinig bekend zijn: 1) De laatste jaren van de Tachtigjarige Oorlog, toen sedert de val van Den Bosch in 1629 allerlei krijgsbenden de Meierij onder de voet liepen en elkander het bezit betwistten. 2) De periode waarin de Politieke Reformatie slechts weinig succes vermocht te boeken, omdat de Katholieken zich niet bloot gaven en voor hun godsdienstoefeningen rustig over de grenzen trokken naar hun heikerken. 3) De tijd waarin de Roomsen door het bouwen van schuurkerken meer dan eens de grondslag hebben gelegd van een nieuwe dorpskern, waardoor de oude verlaten kerk geheel alleen te midden van de akkers is blijven staan als de enige herinnering aan de oorspronkelijke kern. 4) De moeilijke episode van de Belgische Opstand en de jaren van de Status-Quo waarin Noord-Brabant als grensgebied door langdurige inkwartieringen getroffen werd. 5) De eerste tijd na de definitieve scheiding van 1839 waarin de emancipatie van de dorpen zich langzaam begint te voltrekken.

Het gezag van de schrijver. - Uit de aangebrachte voetnoten blijkt dat de auteur zijn taak serieus heeft opgenomen en dat zijn gegevens bijna altijd historisch zeker zijn. Echte fouten heeft hij niet gemaakt. De door de auteur bijgevoegde tekeningen bezitten geen artistieke waarde, maar zijn documentair van groot belang. Zij geven een idee van het dorpsbeeld waarmee schrijver zozeer vertrouwd was en dat momenteel heel anders ligt. Door zijn taak zó op te vatten heeft kronijkschrijver blijk gegeven zin te hebben voor een critisch-historische werkwijze.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XVI

III. De kronijk als historische tekst

De auteur. - In het begin kon ik niet vermoeden wie wel de schrijver van de Kronijk mocht zijn. Later meende ik pastoor Joannes Gast van Heeze te moeten beschouwen als de auteur(22). Ook hier bracht het vrij aanzienlijke parochiearchief van Heeze de oplossing. Een handschriftje van pastoor H.V.M. van Rijckevorsel van Kessel te Groot-Linden, dat thans nog aanwezig is op de R.K. Pastorie van Heeze en tot opschrift heeft De H. Nicasius en Familie, spreekt over de Chronijk van Hendrik Godefridus van Moorsel, Secretaris van Heeze, Leende en Someren. De drie citaten uit genoemde Chronijk welke pastoor Van Rijckevorsel van Kessel aanhaalt zijn identiek aan teksten van de Kronijk van Heeze, Leende en Someren: (Op) 18 Julij 1686 is te Heeze bij het afbranden der Pastorij verbrand de meid van den pastoor Egidius vander Voort, genaamd Petronella Raassens(23). (Op) 27 Augustus 1794 de archieven van Heeze, Leende en Zes Gehugten door Antonij Looijmans na s Bosch overgebragt(24). (Op) 15 Maart 1795 door Antonie Loomans de archieven van Heeze, Leende en Zes Gehugten uit Den Bosch weder te Heeze gebragt; voor heen en weder brengen heeft hij getrokke f. 30.-(25). Na deze vaststelling heb ik het handschrift van de Kronijk vergeleken met de stukken welke in het nieuw archief van Leende en Someren geborgen zijn - wegens de brand van het gemeentehuis van Heeze op 3 September 1943 was dit aldaar niet meer mogelijk - en kon daaruit duidelijk concluderen dat de Kronijk geschreven is door Hendrik Godefridus van Moorsel. Ook uit de Kronijk blijkt dat de auteur secretaris was der gemeenten Heeze, Leende en Someren: 16 Julij 1820 De Hr. H.G. van Moorsel tot secretaris van Someren aangesteld om met 1 Januarij 1821 in functie te treden(26). 1 Januarij 1821 (het nieuwe bestuur te Someren in functie gesteld en den eed afgelegd) te Someren als schout M. van Dremmen, als secretaris H.G. van Moorsel en ontvanger J. Sack(27). 23 Februarij 1824 benoemd en den 15 en 16 Maart beëedigd en in functie gesteld als secretaris van Heeze en Leende de Hr. Hendrik Godefridus van Moorsel, geboren te Dunkerken en secretaris te Someren, doch wonende te Heeze(28). Kronijkschrijver stamt uit een bekend Meierijs geslacht(29) en was de

(22) P. DOM. DE JONG O.C.R., Is de Achelse Kluis een voortzetting van de grenskapel van Valkenswaard onder Achel? (HET OUDE LAND VAN LOON, VI, p. 61. Hasselt, 1951). (23) Hs.: p. 137. (24) Hs.: p. 22. (25) Hs.: p. 23. (26) Hs.: p. 35. (27) Hs.: p. 36. (28) Hs.: p. 40. (29) J. HEEREN, De familie van Moorsel (TAXANDRIA, dl. XXXVII, p. 26-38, 71-78, 104-112, 178-184. Bergen op Zoom, 1930).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XVII

zoon van Mr. Hendrik van Moorsel en Joanna Maria Voncken(30). Vader van Moorsel was een verwoed Patriot en heeft juist in die tijd een bekendheid verworven welke aan maar weinig Patriotten is ten deel gevallen(31). Het was in die woelige jaren dat Hendrik Godefridus van Moorsel de ouders op rijs zijnde te Duinkerken in Frankrijk geboren en te Maarheeze provincie Noordbraband gedoopt werd(32). 17 October 1793 zag hij het levenslicht in de rue Roustot te Duinkerken(33) en ontving 14 October 1794 te Maarheeze onder voorwaarde het H. Doopsel(34). Hendrik Godefridus van Moorsel bleef ongehuwd, was candidaat-notaris(35) en kapitein-kwartiermeester van de Nederlandse Schutterij(36). In zijn jeugdjaren werd hij opgenomen in de garde d'honneur van Napoleon I(37). Hij overleed 4 Juni 1851 om half vijf in de namiddag en werd op het Oude Kerkhof begraven(38).

Bartholomaeus Kemps en de Kronijk. - Op zeven plaatsen is de Kronijk van Hendrik Godefridus van Moorsel aangevuld door de HoogEerw. Heer Deken Bartholomaeus Kemps(39).

(30) Zie Kronijk 1 Januari 1800 & 31 Juli 1830. (31) Zie de literatuur opgegeven bij de aantekening van 1 Januari 1800. (32) Gemeente Archieven Heeze, Bevolkingsregister 1850-1860, dl. I, blad 280. (33) Gemeente Archieven Duinkerken, Extrait des Registres aux Actes de l'Etat-Civil, No. 1072 van het jaar 1793 Le dix septième jour du mois d'Octobre trois heures de relevée, est comparu en la Maison commune de Dunkerque, par devant Nous Pierre Joseph Salomez, officier public d'y celle sousigné: Henry VAN MOORSEL, Hollandais réfugié, natif d'Helmont, Mairie de Bois le Duc en Hollande, lequel nous a présenté un enfant mâle auquel a été donné pour prénoms Henrij Godefroij, né en ladite commune ce matin à onze heures du légitime mariage du comparant contracté à Malines-sur-Meuse avec Jeanne Marie Voncken, native de la paroisse de Schimmert près dudit lieu, domiciliés en cette ville, rue Roustot, à laquelle présentation ont assistés comme témoins: Guillaume Attevelt aussi Hollandais réfugié, et Marie Anne Caillieux, épouse de Michel Chenavaz, Marchand chapelier domiciliés en cette ville, cette dernière ayant déclaré ne savoir écrire ni signer, le comparant père de l'enfant et le premier témoin ont signé en double avec Nous, Jour, Mois et an que dessus. Emmery Maire. Van Moorsel. Guillaume Attevelt. (34) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Maarheeze 3 Baptizatus est sub conditione Henricus filius legitimus Consultissimi Domini Henrici van Moorsel et Domicellae Joannae Mariae Voncken. Susceptores Godefridus Voncken et Joanna Elizabetha Habets. (35) J. HEEREN, De familie van Moorsel (TAXANDRIA, dl. XXXVII, p. 183. Bergen op Zoom, 1930). Waarschijnlijk zijn studie en praktijk genomen bij zijn vader Mr. Hendrik van Moorsel, Koninklijk Notaris ter residentie Heeze en gemeente-secretaris van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten. Cfr. DR. G. GORRIS S.J.J.G. Le Sage ten Broek en de eerste faze van de Emancipatie der Katholieken, dl. I, p. 36. Amsterdam, 1947. (36) Zie voor deze functie de commentaar op art. 64 der Wet op de Schutterijen van 11 April 1827 in A. SLOTEMAKER, Handleiding tot de geregelde uitvoering van de werkzaamheden voorgeschreven bij de Wet op de Schutterijen, p. 89-90. Dordrecht, 1831. (37) De gardes d'honneur zijn opgericht in het begin van 1813. Op 4 April van dat jaar werd bepaald dat jongelieden van goeden huize naar Franse Garnizoenen moesten gebracht worden, zogezegd om eventueel de Koning van Rome te verdedigen. Voor het Departement des Bouches du Rhin waren 60 jongelingen aangewezen. Uit deze maatregel bleek de toeleg van Napoleon om de Nederlandse natie Frans te maken. IR. J. RAMAER, Geschiedkundige atlas van Nederland. De Fransche Tijd (1795-1815), p. 95. 's-Gravenhage, 1926. (38) Gemeente Archieven Heeze, Burgerlijke Stand, Overlijdens 1851, n. 14. Zie voor de beschrijving van zijn wapen p. VIII. (39) Hs.: pag. 11, 15, 20, 22, 23, 146 en 147.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XVIII

Deze werd 6 September 1836 te Leende geboren als zoon van Paulus en Romualda Keunen(40), deed zijn studiën op het seminarie van het bisdom 's-Hertogenbosch, werd priester gewijd in 1861, werd daarna achtereenvolgens kapelaan te Helmond in 1862 (in de loop van het jaar 1868 was hij assistent te Dussen), pastoor te Bladel in 1881, idem te Heeze in 1884, deken van het dekenaat Valkenswaard in 1896(41), Ridder in de Orde van Oranje-Nassau in 1911, en overleed te Heeze op 2 Augustus 1916(42).

De samenstellende gedeelten van de Kronijk. - Het zijn: Eerst een gedeelte waarin kronijkschrijver met gebruik van het nodige bronnenmateriaal datgene heeft opgetekend wat vóór zijn tijd gebeurd is(43). Vervolgens een gedeelte waarin kronijkschrijver heeft opgetekend wat tijdens zijn leven heeft plaats gehad(44). En eindelijk een gedeelte waarin Kronijkschrijver tekeningen geeft van merkwaardige oudheden uit eigen omgeving(45).

De bronnen van de Kronijk. - Uit de verklarende voetnoten valt te besluiten dat Hendrik Godefridus van Moorsel als secretaris van Heeze, Leende en Someren ambtshalve de beschikking had over het gemeentearchief, dat pastoor Joannes Gast hem documenten uit het R.K. Parochiearchief heeft ter hand gesteld, en dat schrijver voor het geven van bepaalde binnen- en buitenlandse berichten enige dagbladen, periodieken en boeken gebruikt heeft.

De tijd van het ontstaan der Kronijk. - De Kronijk dateert uit de jaren 1842 tot 1844. Kronijkschrijver begon zijn arbeid in 1842(46) en voltooide ze in 1844(47). Latere voorvallen heeft hij niet meer kunnen optekenen omdat het boek waarin zijn Kronijk was ingeschreven vol was. De tekeningen door auteur vervaardigd ontstonden op verschillende tijden. De eerste in 1839, de laatste in 1844(48).

IV. De kronijk als historisch document.

(40) Zie Kronijk op 8 October 1839. (41) Heeze maakte deel uit van het dekenaat Valkenswaard (L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's-Hertogenbosch, dl. III, p. 34. St. Michiels-Gestel, 1872). Thans dekenaat Geldrop, ingevolge Bisschoppelijke besluit van 19 December 1920 met ingang van 1 Januari 1921. (42) Gegevens hoofdzakelijk volgens bidprentje. Cfr. J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 130-131. Helmond, 1920. (43) Binnenzijde voorplat, pag. 3 tot en met 31, pag. 136 tot en met 139. (44) Hs.: pag. 32 tot en met 135. (45) Hs.: pag. 140 & 141, 143 & 144, 146 & 147, 149, 151 tot en met 154, 159 & 160. (46) Etiket Kronijk 1842, Hs.: thans (1842). (47) Hs.: p. 135 statistiek der bevolking 31 Dec. 1843 tot 31 Dec. 1844. (48) De schets van p. 140 op 1 Mei 1839, die van p. 141 op 5 April 1844, die van p. 144 op 12 November 1844, die van p. 146 op 29 Maart 1843, die van p. 147 in het Jaar 1843, die van p. 149 op 22 Maart 1843.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen De beschrijving. - De Kronijk of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen draagt de naam van Kronijk van

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XIX

Heeze, Leende en Someren(49), van Kronijk van Heeze(50) of van Kronijk(51). Ze berust in het Parochiearchief St. Martinus te Heeze. De HoogEerw. Heer Deken Bartholomaeus Kemps schreef onder de woorden Kronijk 1842 op het etiket Archivum parochiae S(anc)ti Martini Heeze en plaatste links van de titel op pagina 3 de parochiestempel in paarse inkt: de H. Martinus met als randschrift Sigillum Parochiae S(anct)i Martini Heeze. Het handschrift is uitgeschreven in een gebonden schrijfboek van 173 × 210 mm. Het herinnert aan dat type van registers welk bijna twee eeuwen geleden vrij veel op onze pastorieën werden aangetroffen. Ze zijn voor de geschiedenis niet zonder betekenis gebleven, daar meerdere heren pastoors deze ‘cahiers’ - ongetwijfeld om het handig formaat - hebben gebruikt als parochieregisters en voor het geven van de jaarlijkse rekening en verantwoording.

De Kronijk van Heeze heeft een erg versleten bruinieren rug, drie perkamenten hoeken - die van rechtsbeneden is verdwenen - en wordt door middel van twee linten, tussen de met bruinzwart ‘behangselpapier’ beplakte kaft. aangebracht, dichtgebonden. Van dit oorspronkelijk 160 pagina's tellend schrijfboek zijn de bladzijden 1, 2, 155, 156, 157 en 158 uitgesneden. Iedere pagina van dit autographisch geschrift - kopieën of drukken zijn niet bekend - bevat gemiddeld 17 regels tekst. De lijnen voor de tekst en de marge voor de jaartallen en data heeft kronijkschrijver eerst met potlood getrokken. De linkerbovenhoek van iedere bladzijde vermeldt meestal nog eens het jaartal. De binnenzijde van de kaft, de bladzijden 3 tot en met 23, en ook die van 136 tot en met 139 zijn onregelmatig beschreven. Tot pagina 23 schreef de auteur veelal tussen de lijnen om plaats te winnen voor eventuele aanvullingen. De bladzijden 136 tot en met 139 gebruikte hij helemaal. Hendrik Godefridus van Moorsel beoefende ook de ‘tekenkunst’. 13 afbeeldingen van oude gebouwen, kerken, enz. heeft hij op verschillende wijzen weergegeven: eerst een potloodtekening op pagina 140, vervolgens vijf pentekeningen op bladzijden 146, 149, 154, 159 en 160, en eindelijk zeven gewassen pentekeningen op pagina 141, 143, 144, 147, 151, 152 en 153. Aan de keerzijde van de Kronijk staat op bladzijde 154 en volgende een Schema Distributionis Praemiorum anno 1838 17 Aug. Dit wijst op een vroeger gebruik van de Kronijk als schrijfboek. De uitgesneden bladen duiden op een nog andere bestemming.

De Kronijk als schrijfboek. - De oorspronkelijke bezitter van het schrijfboek is de WelEerw. Heer Franciscus Marianus Joannes van Moorsel, conrector en rector van de Latijnse School te Helmond, en broer van Hendrik Godefridus van Moorsel.

(49) Volgens H. VAN RIJCKEVORSEL VAN KESSEL, De H. Nicasius en Familie (Parochiearchief St. Martinus te Heeze). (50) Dit valt af te leiden uit de oorspronkelijke lange titel Aantekening etc..... verdienen, waarin het woord Heeze onderstreept is en uit het woord Kronijk dat de auteur met opvallend grote letters later heeft toegevoegd voor het woord Aantekening etc..... (51) Volgens opschrift op het etiket van het hs.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XX

Het leven van deze priester is bekend(52). Te Heeze geboren op 15 Juni 1806, ging hij in 1828 als conrector naar Helmond en nam in 1832 het ambt van rector waar tot aan zijn vertrek naar België in 1838. Tot aan zijn overlijden op 15 December 1871 bleef hij werkzaam in de zielzorg o.a. te Xhave (bisdom Luik), te Sint-Joost-ten-Noode en Etterbeek (aartsbisdom Mechelen) en beëindigde zijn loopbaan als beneficiant van de Sinte-Gudule te Brussel. Als dichter heeft hij enige verzen geschreven. Onder de woorden Kronijk 1842 op het etiket staat met rode inkt geschreven Rhetorica practica 1833. Op bladzijden 1 en 2 hebben dus ongetwijfeld aantekeningen gestaan over deze materie. Wat er gestaan heeft op pagina 155, 156, 157 en 158 valt niet meer te achterhalen. Later in 1838 schreef hij nog als rector van de Latijnse School te Helmond zijn nota's op over de prijsuitdeling van het afgelopen studiejaar. Op bladzijde 154 de Rhetorica, op 152 de Poesis, op 150 de Syntaxis, op 148 de Grammatica, op 146 de Figura Major, op 144 de Figura Minor, en op 142 de Historia. Toen Hendrik Godefridus van Moorsel dit schrijfboek in handen kreeg en er zijn Kronijk in wilde schrijven, veranderde hij de titel op het etiket, scheurde er drie bladen uit en liet de uitslag van de Helmondse prijsuitdeling zitten.

De inhoudsopgave. - Deze is duidelijk en bestaat uit de volgende delen: 1) Aanvullende notities (binnenzijde voorplat). 2) Kronijk of Aantekening der Merkwaardige voorvallen binnen de Gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen (pagina 3 tot en met 135). 3) Notitie van Merkwaardige voorvallen in vorige chronijk vergeten te stellen, zijnde eerst later ontdekt (pagina 136 tot en met 139). 4) Tekeningen (pagina 140 & 141, 143 & 144, 146 & 147, 149, 151 tot en met 154, 159 & 160).

De uitgave. - Het handschrift heb ik getrouw weergegeven. Aan de spelling veranderde ik niets. Waar het enigszins kon, heb ik de interpunctie bewaard. De tekst voorzag ik van twee soorten aantekeningen. De eerste reeks aantekeningen heeft betrekking op de tekst en herstelt deze waar het nodig is. Zoals gebruikelijk is heb ik deze tekstcritische nota's gecursiveerd onmiddellijk onder de tekst laten drukken. De tweede reeks aantekeningen verklaart de tekst en plaatst ieder voorval zoveel mogelijk in het eigentijds milieu. Door alles in de locale sfeer te willen zien, moest ieder daarbij betrokken persoon geïdentificeerd, elke voorname historische plek gesitueerd worden. Vandaar dat vele eigentijdse bronnen en publicaties vermeld en de bibliographie - soms tot op heden toe - moest worden opgegeven. Een enkele maal achtte ik een uitweiding nodig. Deze toelichtende nota's sluiten, van een volgnummer

(52) J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 158. Helmond, 1920); J. FRUYTIER, Moorsel (Franciscus Maria (sic) Johannes van) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VII, col. 880. Leiden, 1927); A. FRENKEN, Helmond in het Verleden, dl. II, p. 269. 's-Hertogenbosch, 1929; J. HEEREN, De Familie van Moorsel (TAXANDRIA, dl. XXXVII, p. 184. Bergen op Zoom, 1930).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen voorzien, en over twee kolommen verdeeld onmiddellijk aan bij de tekstcritische voetnoten.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XXI

In Aanhangsel A geef ik enige afbeeldingen van kerken welke in de Kronijk genoemd worden; verder enig kaartwerk dat het verschil in de ontwikkeling van het dorpsbeeld op het einde van de achttiende eeuw en dat van bijna honderd jaar later duidelijk doet uitkomen. In Aanhangsel B heb ik situatietekeningen ondergebracht welke nodig zijn om de ligging van de verschillende historische plekken in de Kronijk vermeld niet alleen te kunnen zien in het tijdsbeeld waarmede kronijkschrijver vertrouwd was, maar ook in dat van de tegenwoordige omgeving. Ten slotte heb ik een register van persoons- en plaatsnamen opgenomen.

Op het einde van deze inleiding past een woord van dank aan alle personen die geholpen hebben bij de totstandkoming van deze publicatie. Allen zonder uitzondering hier de revue te laten passeren is niet doenlijk. Het gevaar immers juist iemand te vergeten die het meest aanspraak kan maken op erkentelijkheid is heus niet denkbeeldig. Dit is geen beeldspraak, want het blijft waar, dat wie zich op het terrein van de geschiedvorsing heeft begeven, toch ondanks intens persoonlijke arbeid met betrekking tot de ondernomen taak noodzakelijk is aangewezen op de goodwill van talloze personen. Het zal mij daarom niemand euvel duiden, indien ik mij slechts tot enige namen beperk. Op de eerste plaats gaat mijn dank uit naar de persoon van de HoogEerw. Heer C. Berkelmans, pastoor-deken te Heeze, die mij het handschrift geheel belangeloos voor enige tijd toevertrouwde. Tijdens de arbeid aan de uitgave van de Kronijk liet hij mij de volle vrijheid gebruik te maken van zijn parochiearchief en betuigde hij herhaaldelijk zijn instemming met de voorgenomen publicatie. Ook het archief van de Ned. Hervormde Pastorie te Heeze werd voor me opengesteld en wel met een loyaliteit waarvoor ik de ZeerEerw. Heer Ds. J. van Benthem niet dankbaar genoeg kan zijn. Het kasteel te Heeze opende eveneens zijn poorten en het vrij aanzienlijk familiearchief van de kasteelheer stond te mijner beschikking. Menig voorval in de Kronijk verhaald kon alleen maar toegelicht worden met een document uit dit archief. Mijn dankbare hulde voor deze bewezen dienst aan de HoogWelGeboren Heer S.J. Baron van Tuyll van Serooskerken. Op het gemeentehuis van Heeze en op dat van vele andere plaatsen hebben talrijke ambtenaren veel voor de Kronijk gedaan. Nimmer was een op hen gedaan beroep vergeefs. Ik dank hen allen voor hun toewijding, voor hun belangstelling en voor hun geboden hulp. Verder ben ik dank verschuldigd aan de vriendelijke en steeds hulpvaardige Rijksarchivaris in Noordbrabant, Mej. Dra. E.H. Korvezee, die met haar trouwe ambtenaren mij op ieder uur van de dag het volle vertrouwen schonk en alles deed om prettig te kunnen werken. Ook de met arbeid-overstelpte archivaris van het Bisdom 's-Hertogenbosch, de ZeerEerw. Heer H. Hens, heeft recht op mijn erkentelijkheid. De diensten door hem bewezen zijn niet gering. Tot mijn schande moet ik echter zeggen, dat ik zijn lankmoedigheid meer dan eens en soms maar al te lang op de proef heb gesteld. Ik hoop dat hij me gaarne zal vergeven. De ZeerEerw. P. Dr. Gerlach Schummer O.M.Cap., archivaris van de Nederlandse Provincie der Paters Capucijnen te 's-Hertogenbosch, gaf toestemming om enige kerken uit het bekende Schetsenboek van Hendrik Verhees voor mijn uitgave te gebruiken. Voor deze tegemoetkomende geste mijn oprechte dank.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen XXII

Als gevolg van een welwillende beschikking van ZExc. de Minister van Financiën werd ik in staat gesteld situatietekeningen te geven welke in normale omstandigheden niet voor publiciteit bestemd zijn. Een edele vriend, de Heer A.H. Roomer, vervaardigde deze tekeningen. Als een waar toegewijde heeft hij met het uiterste geduld en voortdurend reagerend op de minste aanwijzing van mijn kant deze uittreksels kunnen voltooien. Voor deze niet genoeg te waarderen hulp zeg ik hem openlijk dank. Thans richt ik mij tot de Gemeentebesturen van Heeze, Leende en Someren. Door het verlenen van geldelijke steun hebben zij deze voorgenomen publicatie doen effectueren. Ik dank hen voor hun zin van solidariteit. Het zij mij hier veroorloofd even in herinnering te brengen, dat het Gemeentebestuur van Heeze - overtuigd van de waarheid dat de Kronijk grotendeels op Heeze zelf betrekking heeft - hierin voor zich een leeuwenaandeel heeft opgeëist. Dit alles is niet weinig te danken aan de Edelachtbare Heer M.H. Cox, burgemeester van Heeze. Zijn vastbeslotenheid om kost wat kost de uitgave door te zetten heeft hem tenslotte over alle moeilijkheden doen zegevieren. Mijn innige dank hiervoor. Niettegenstaande de alom verkregen medewerking is de verklaring van de tekst uiteraard onvolledig gebleven. Gaarne had ik sommige punten wat meer willen belichten. De daarvoor benodigde gegevens ontbraken mij of waren zeer moeilijk te verkrijgen. Voor aanvullende gegevens en ook voor opbouwende critiek zal ik me steeds dankbaar tonen.

Op Onze Lieve Vrouw-Geboorte,

8 September 1952.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1

Tekst

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 3

[Aanvullende notities]

/ Binnenzijde voorplat / Theodorikus Heezius, geheimschrijver van Paus Adrianus den 6., Kanunnika van Luijk(1), volgens Gramaijeb fol. 22 subc titulo Taxandria(2) en Johannes Helsiusd, doctor in de Godgeleerdheid en plebaan van 's-Bosch(3). 1580 6 April des avonds eene aardbeving in de Meijerij, ook in Vrankrijk en Engeland gevoeld, waarbij kerken en torens schuddeden(4). 1692 18 September eene aardbeving zich doen gevoelen door geheel de Nederlanden, Frankrijk, Engeland, Duitsland(5). 1633 21 October is aan de loop gestorven Dominus Tilmanus Joannis Wouters, beneficiatus Altaris St. Annae et primissarius hujus Ecclesiae de Heeze(6).

a Hs.: cunonik. (1) Cfr. Yoor deze aantekening A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. V, p. 324. Gorinchem, 1844. Theodoricus Heezius of Dirk Adriaansz., geboren te Heeze in de tweede helft van de 15e eeuw en overleden te Luik 10 Mei 1555, stond sedert 1515 in dienst van Adriaan Florisz. van Utrecht, en werd na diens overlijden in 1523 kanunnik van de St. Lambertus te Luik. Zie voor zijn afstamming: Parochiearchief St. Martinus te Heeze, H. VAN RIJCKE-VORSEL VAN KESSEL, De H. Nicasius en Familie, Groot-Linden, 1911. Zie voor zijn biographie J. FRUYTIER, Hezius (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VIII, col. 770-773. Leiden, 1930); verder alle levensbeschrijvingen van Paus Adriaan VI. Zie voor zijn arbeid H. ALLARD, Dirk Adriaansz. van Heeze (STUDIËN OP GODSDIENSTIG, WETENSCHAPPELIJK EN LETTERKUNDIG GEBIED, Nw. Reeks, XVI, dl. XXII, p. 203-281. Utrecht, 1884); E. FAIRON, Un dossier de l'inquisiteur liégois Thierry Hezius (HANDELINGEN VAN DE KONINKLIJKE COMMISSIE VOOR GESCHIEDENIS VAN BELGIË, dl. LXXXVIII, p. 99-160. Brussel, 1924). Zie voor Adriaan Florisz. van Utrecht D. HUURDEMAN, Adriaan VI (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 25-29. Leiden, 1911). - Bij dit artikel werd geen rekening gehouden met Levensschets van Paus Adrianus VI (DE GODSDIENSTVRIEND, dl. LXXXIV, p. 320-326. Arnhem, 1860) en P. CLAESSENS, Paus Adriaan VI (ibid., dl. LXXXIX, p. 241-252, 299-309. Arnhem, 1862 en dl. XC, p. 28-38, 201-206. Arnhem, 1863) -; E. HOCKS, Adriaan VI de Paus uit de Nederlanden. Brugge, etc, 1944. b Hs.: Gramaij. c Hs.: sup. (2) Antiquitates illustrissimi ducatus Brabantiae. Lovanii-Bruxellis, 1708. d Hs.: Heesius. (3) Licentiaat in de Godgeleerdheid, kapitteldeken van St. Jan, plebaan en pastoor, overleden 13 Maart 1600. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's-Hertogenbosch, dl. IV, p. 262 en 313. St. Michiels-Gestel, 1873. (4) L. HOUBEN, Geschiedenis van , dl. I, p. 180-181. Turnhout, 1890; F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 26-27. Maastricht, 1945. (5) F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 32-37. Maastricht, 1945. (6) Tilmannus Joannus Valerij of Woutersz. is ook bekend als beneficiant van het altaar van de HH. Anna en Brigida (Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Stukken betreffende Heeze en Leende uit het laatste kwart der 16e en het eerste kwart der 17e eeuw). Zie Kronijk ook voor het jaar 1633.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1694 6 Junij is te Leende overleden Arnoldus Bull, pastoor(7), aldaar opgevolgd door Henricus Hurcmans(8). 1723e 5 Augustus pastoor te Leende Wilhelmus Froijen(9). 1626 was Johan Gerardi, Drossaard in Heeze en Leende(10); deze was nog Rooms Catholijk.

(7) Pastoor te Leende van 1679 tot 1694. Parochiearchief Leende, losse aantekening Anno 1652 [1]5 Aprilis bapt. est Arnoldus fil. leg. Godefridi Buil et Aleidis Bluijssen. Susc. Anthonius Buil (Cfr. Rijksarchief 'sHertogenbosch, S Leende 3). Rijksarchief Maastricht, Cartularium van Keijzerbosch stelt zijn voordracht door de proost op 6 December 1679 en zijn benoeming door Jud. Houbraken op 11 December 1679. Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Leende 5 Die 6 iunii (1694) obijt Dominus Arnoldus Bull ibidem pastor ecclesiae sacramentis praemunitus. Cfr. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's-Hertogenbosch, dl. IV, p. 684, St. Michiels-Gestel, 1873. (8) Pastoor te Leende van 1694 tot 1723. Benoemingsbrief in Parochiearchief Leende. Reeds daags na de benoeming door vicarius M. Steijaert volgde zijn installatie Ego infrascriptus attestor quod Reverendum Adm. Henricum Hurckmans pastorem introduxerim in realem et actualem possessionem iuxta patentes pastoratus S. Petri de Leendt 5a die Septembris 1694. Gaspar Molensteens pastor in Valkenweerde et Archipresbyter districtus Endoh[ovae]. Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Leende 5 21 Junij (1723) inter primam et secundam nocturnam obijt amplissimus Dominus Hurckmans hujus communitatis pastor. Zie verder over hem Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Stukken betreffende Heeze en Leende uit het laatste kwart der 16e en het eerste kwart der 17e eeuw. e Hs.: 1725. (9) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Leende 5 Ego Guilielmus Froij'en introductus sum in pastorem Leendanum anno 1723 5 Aug. Ibid., S 6 10 Januarius 1746 obijt Rdus Dnus Gulielmus Froijens pastor hujus communitatis requiescat in s(ancta) pace. (10) In 1621 was hij al drossaard en stadhouder. Zie DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten p. 56. Zaltbommel, 1911; A. FRENKEN, Het Dagboek van Michaël Ophovius (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XV, p. 101, 105, 116, 126, 129, 151, 191, 271). Voor zijn overlijdensdatum zie Parochiearchief HH. Monulphus en Gondulphus te Achel, Necrologium van Catharinendal uit den jare 1752 10 (Junii) jaergetijdt van den Heer Joannes Gerardus Drossaert en Stadthouder van Heeze en Leende met zijn huijsvrouw, die aan ons Clooster gelaeten een legaet van hondert guld(ens) Brabants 1653.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 4

/ Pag. 3 /

Kronijk ofa aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelden welken algemene belangstelling verdienen.

1522 is te Heeze op Creijl op het perceel Sectie AN 2974b waar een huis gestaan heeft(1), geboren Nicasius Jansen die in 1572 te Gorcum is gemartiriseerd(2). 1599 29 December hebben de Monteniers (denkelijk Montegnjnen), zijnde in Spaansche dienst, te Heeze 40 huizen afgebrand(3). 1601 3 April omtrent de middag is te Heeze de toren en kerk van den blixem aan brand geslagen, doch werd dadelijk gebluscht(4).

a Deze twee woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. b Hs.: Sectie .... N .... (1) Kadastraal bekend als Sectie A 533 (eigend. H. Renders te Zesgehuchten), thans via Sectie A 2321 vernummerd tot A 2973 (eigend. A. van Bree, Kruis 7, Heeze) en A 2974 (eigend. P. van Bree, Kreil 29, Heeze. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. IV A- IV B). In 1576 had Jan Diercks land onder de parochie van Heeze. Archief Provincialaat PP. Jesuiten te Den Haag, Heeze en Leende (N.Br.) H. Geest-boek, p. 183 Wij.... vercocht.... als heijlich geestmeesters tot Hees.... ende tot profijt van den armen eenen jaerlicken thijns van drie gulden van tweijntich stuivers den gulden gerekent Jaerlicker renten alle jaer te gelden ende te betaelen op Onsr Liever Vrouwen dach lichtmisse als men kerssen bernt ende dijen te heffen ende te boeren in ende vuijt een stuck groesen geheijten geheijten die Weerdt geleghen in der prochien van Heeze tusschen erffenis die een zijde Marten Henssen die ander sijde Frans Zwoesten streckende met den eenen eijnde aen erffenis Lijntken wrijs Michiels dochter, ende met den anderen eijnde aen Jan Dierciks erve....’ (chijnsbrief dd. 17 Sept. 1576) Of deze erven en Sectie A 2974 en 2973 identiek zijn hebben we niet kunnen uitmaken. Een onderzoek via het kadaster, de registers van eigendomsovergang en de verpondingsboeken zou hier licht kunnen brengen en aantonen of Paulus Wijffelaars (te Heeze in 1884 overleden) gelijk heeft gehad, zoals nader te zien is in het Parochiearchief St. Martinus te Heeze in H. VAN RIJCKEVORSEL VAN KESSEL, De H. Nicasius en Familie. Groot-Linden, 1911. (2) Zie voor Nicasius Jansen: C. GONNET, Het Archief van het Beggijnhof te Haarlem, n. 38 (BIJDRAGEN VOOR DE GESCHIEDENIS VAN HET BISDOM VAN HAARLEM, dl. X, p. 129. Haarlem, 1882); Een lied ter eere van den H. Leonardus Vechel, een lofzang van den H. Nicasius van Heeze en de levensbeschrijving van deze Heilige, p. 3-5; 3-14. Haarlem, s.d.; MINDERBROEDER, De H. Nicasius van Heeze, Weert, 1937. Cfr. P. GIJSBERTUS HESSE, De oudere historiografie der HH. Martelaren van Gorcum (COLLECTANEA FRAN CISCANA NEERLANDICA, dl. II, p. 447-498. 's-Hertogenbosch, 1931). (3) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141. Zie voor de geschiedenis van deze soldaten CHR. REIJNERS, De Muiters van Hamont verschenen in ‘De Kempen’, Weekblad van Peer in Januari 1907. Als hs. berust het in het Parochiearchief van St. Laurentius te Hamont. (4) De oude parochiekerk van Heeze lag in de buurtschap ‘de Kerkhof’ op een halt uur afstand van de tegenwoordige dorpskom. Zie de afbeelding van de toren op p. 149 van het Hs.; zie ook de afbeelding van de kerk in het Supplement, Aanhangsel A, n. 1; zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. I A-I B. Cfr. voor deze straat of buurtschap DR. H. VAN VELTHOVEN, De bewoning van Noord-Brabant (BRABANTIA NOSTRA, jrg. VII, p. 170. , 1941-1942). Een gelijkluidende aantekening te vinden Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Zelve jaar is aldaar op een Zondag de toren van de St. Antoniskapel te Immerik afgeslagen zonder brand te veroorzaken(5). 1602 2 Januarij eene aardbeving in de Meijerij, waarbij de gebouwen geskud wierden nt(6); deze is ook in Frankrijk, Engeland en Duitsland gevoeld gewordenc. 1603 15 Julij tusschen 5 en 6 uren naarmiddag heeft een schrikkelijken hagelslag allen de veldvruchten vernield, doch meest op Ginderover, Rul, Strabregt en Imerik(7).

(5) De St. Antoniuskapel te Eimmerik, tegenwoordig kerkgebouw van de Nederlands Hervormde Gemeente, en zonder meer ‘De Kapel’ genoemd, is gelegen in het Noorden van Heeze. Zie de afbeelding van de Kapel in het Supplement, Aanhangsel A n. 2; zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. VAVB. Ook deze blikseminslag te vinden Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141. (6) Zie F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen, en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 28. Maastricht, 1945. c Deze notitie door kronijkschrijver later toegevoegd. (7) Kasteelarchief Heeze, A. n. 68 Why scepenen ende borgemeesters des Dorps van Heese.... doen te weten.... dat op den vijftienden Julij lestleden voer den Dorpe van Heeze is gevallen, sulcken schroomelijcken haegelslach, dat de vruchten te velde staende, soo rogge, garste, haver als boekweijt sijn verslagen datter in d'eene helft van den dorpe egeene oft seer weinich profijts vande vruchten is gecoemen, soo 't selve oijck narder is blijekende uijt de certificatie bij schepenen van Geldrop gegeven, dewelcke de bederffelyckeyt als onpartydighe mannen hebben gevisiteert. Volledige tekst van deze schepenbrief met concept, over hagelslag en armoede te Heeze in DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 46. Zaltbommel, 1911.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 6

(1611-1636)

/ Pag. 4 / 1611 is de rog meest in de aders zijnde geheel bevroren(1) 1612 28 December Allerkinderdag(2) is de toren van de grote kerk door een zwaren storm omgewaaijd en door de beuken der kerk gevallen even naar het eindigen der eerste mis, waarbij eene geestelijke dogter is dood gebleven(3) 1612 12 Julija heeft te Heeze voor een nacht een leger gestaan van voeten paardevolk onder bevel van Prins Maurits(4). 1616 heeft het de geheele winter wijnig geregend noch gesneeuwd en het weder was zoo zacht als het sedert veele jaren geweest is(5). 1617 was het om St. Agatha vastenavond(6), dus een vroegen Paaschen(7), doch in het zelve jaar was het zoo koud als bij menschen geheugen geweest was(8). 1618 is al de vroege rog bedorven, zoo dat de rog weinig heeft opgebragt, doch de boekwijt en zomervruchten zijn in overvloed geweest. 1620 pastor in Heeze Joannes van Gerven(9), overleden 6 Aug. 1622(10)b.

(1) Tijdens de vierdagen van de zogezegde ‘ijsheiligen’ kan de nachtvorst soms zo geducht invallen dat deze koude van beslissende invloed is op de komende oogst. De ‘ijsheiligen’ zijn Mammertus (11 Mei) Pancratius (12 Mei), Servatius (13 Mei) en Bonifacius (14 Mei). (2) Allerkinderdag - feestdag van Onnozele Kinderen. (3) Herstel der kerk volgde eerst in 1613-1614, Familiearchief Van Tuyll van Serooskerken, B. n. 130 bevat o.a. Besteeding van den Buik der Kerke tot Heese. Ao 1613; Besteeding van de kerktoren te Heese 1614; Besteeding van 't orgel in de Kerke tot Heese 1614; Constitutie voor Willem Snoeijen en Adriaan Wouters in saaken tot het repareren der tooren en kerke van Heese Ao 1614. Zie ook DR. W. MEINDERSMA De Heerlijkheid van Heeze, Leende en ZesGehuchten, p. 58-59. Zaltbommel, 1911 a Hs.: Zelve jaar. (4) Zie A. FRENKEN, Helmond in het Verleden, dl. II, p. 29, 's-Hertogenbosch, 1929. Cfr. TH. BOEREE, De Kroniek van het geslacht Backx, p. 370. Wageningen, 1943. Zie voor prins Maurits P. BLOK, Maurits (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1315-1318. Leiden, 1911); J. WIJN, Het krijgswezen in den tijd van Prins Maurits. Utrecht, 1934. (5) 1617 en voorgaande winters staan bekend als zachte winters. Zie MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XII, p. 46. Den Haag, 1846. (6) Aswoensdag viel op 8 Februari, zodat 5 Februari, feestdag van St. Agatha, een Zondag was. (7) Pasen viel in 1617 op 26 Maart. (8) Niet in Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI, V Gravenhage, 1845). (9) Was de opvolger van Anthonius Ercken L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 104, St. Michiels-Gestel, 1873. Mr. Joannes van Gerven, van Heeze geboortig (?) en Baccalaureus in de Godgeleerdheid is ruim 1 jaar pastoor geweest te Heeze. Verschillende stukken van en over hem zijn bewaard gebleven. De ene collectie is geborgen in een portefeuille berustend op het Archief Bisdom 's-Hertogenbosch en getiteld: Stukken betreffende Heeze en Leende uit het laatste kwart der 16e en het eerste kwart der 17e eeuw. De andere collectie berust op het kasteelarchief te Heeze en bekend als B. n. 130 Copiën van oude tractaten en stukken betreffende de heerlijkheid van Heeze uit de jaren 1536-1625, te weten stukken over de heide, het schoolwezen en kerkelijke papieren. Aanwezig met de oorspronkelijke stukken, ten deele daarin neergelegd. (10) Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ia 6a Augusti 1622 ipso transfigurations Domini obiit Rdus D.ac M. Joës van Gerven pastor hujus Ecclesiae. Sommige auteurs geven als dag van overlijden 22 Augustus, hetgeen dus een vergissing is. b Notitie door kronijkschrijver later toegevoegd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1622 pastor in Heeze Franciscus Donschot(11)b. 1624 17 Mei Zaturdag naar Hemelvaart dag(12) heeft eene sterke hagel -

(11) In 1624 was 17 Mei Vrijdag na Hemelvaartdag. b Notitie door kronijkschrijver later toegevoegd. (12) In 1624 was 17 Mei Vrijdag na Hemelvaartdag.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 7

/ Pag. 5 / buij veele schaden gedaan aan de veldvruchten meest op Ginderover, Ouden Molen, Rul en Strabregt, ook te Geldrop. 1624 pastoor te Leende Jacobus van den Broeck(1)a. 1627 pastoor in Heeze Joannes Fabri(2)b. 1627 28 December Allerkinderdag des morgens om zeven uren is door een storm de kerktoren van Geldrop ingestort en door het dak der kerk gevallen onder de eerste mis, waardoor zijn dood gevallen 82c mensen(3). 6 van Heeze: Anna, huisvrouw van (1) Hij noemt zich zelf parocho Jo. vanden Broeck alias Truyens Leendano ibidem pastore (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Leende 1 - acten van trouw Mei 1607 -). Een losse notitie in het Parochiearchief te Leende vermeldt obiit 1642 9a Martii, hier van ligt nog een schone zark in de kerk (1818). Zie over hem Archief Bisdom 's-Hertogenbosch: Stukken betreffende Heeze en Leende uit het laatste kwart der 16e en het eerste kwart der 17e eeuw; L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 683. St. Michiels-Gestel, 1873; A. FRENKEN, Het Dagboek van Michaël Ophovius (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XV, p. 10, 116, 126, 129 193, 261, 271): a Deze later door kronijkschrijver toegevoegde notitie leest Jacobus van Broucke. (2) Mr. Joan van Lishault en Mr. Joannes Fabri van Lieshoudt in 1621 vernoemd om te bedienen ‘de capelle van Eymeryck ende den Heere Pastoor van Heeze behulpich te weesen’ (zie DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 59. Zaltbommel, 1911; meer uitvoerig Familiearchief Van Tuyll van Serooskerken te Heeze, in B. n. 130 Copiën van oude tractaten en stukken betreffende de heerlijkheid van Heeze uit de jaren 1536-1625, te weten stukken over de heide, het schoolwezen en kerkelijke papieren - aanwezig met de oorspronkelijke stukken, ten dele daarin gelegd -) is ongetwijfeld dezelfde persoon als van wie het oude parochieregister verklaart 1627 22 Decembris venit et introitum fecit dns et mr. Joes fabri pastor (Archief Bisdom 's-Hertogenbosch. Heeze Ia). Verder nog: ibidem, Stukken betreffende Heeze en Leende uit het laatste kwart der 1.6e en het eerste kwart der 17e eeuw; L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 106. St. Michiels-Gestel, 1873; A. FRENKEN, Het Dagboek van Michaël Ophovius (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XV, p. 61, 101, 110 137, 148, 153, 191, 193, 271); id., Memoriaal der dorpen en parochies Gerwen, Nuenen en Nederwetten, p. 185. 's-Hertogenbosch, 1948. b Door kronijkschrijver later toegevoegde notitie. c Hs.: 85. (3) De lijst der slachtoffers te vinden in F.A. VAN BUSSEL, De ramp te Geldrop Ao 1627 (TAXANDRIA, dl. XLVI, p. 286-288. Bergen op Zoom, 1939) en in J. VAN DE VIJVER, De ramp te Geldrop Ao 1627 (GELDROPSE COURANT, 14 Juni 1946). Het is niet recht duidelijk of deze gepubliceerde lijsten genomen zijn uit het Geldropse Protocol van doop-, trouw en overlijden van de R.K. parochie van Geldrop. In ieder geval ligt daar de tekst wel enigszins anders. Samen met de originele tekst vervolledigen ze het relaas van het gebeurde onheil. Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Geldrop 1, fol. 76v-77r bevat volgende tekst Numerus et nomina oppressorum sub turri et templo per tempestatem ruinam passis ipso die innocentium 1627 Neelken Thonis filia. Trijntken Pauwels aen 't Sandt. Lijsken A erts de Scheper. Maijken den Corten. Jan Sanders Henricx filius. Maijken Thuenis Thuenissen fil Henrica Adriani Coolen uxor. Anneken Pauwels Thijssen uxor. Willemken Geveraerts ende Lijneken Geverts filie. Jenneken Jacops. Maijken Everts alias Muijter.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Lijn Aert Marcelis dochter. Agnes Gerardi Rourtens. Jenneken Tijssen Reijntkens. Margriet Joosten. Jenneken Goort Thielkens. Lijn Claes Aerts uxor. Jenneken Dierick Pompen filia. Barbara Henrici Zegers. Aert Peeter Henricx alias Metten. Maijken Henric Lambers filia. Frens Henric Frenssen filius. Mariken Willebroorts. Peerken Henricx. Aelken Jan Jooskens uxor ende Lijsken sijn dochter. Dingen Jan Diercx ende Heijlken sijn dochters. Geertruijdt Henric Erkens filia. Eijken Thijs Aertkens filia. Margriet Jan Claus alias Gielen. Augustinus Jaspar Baltes filius. Geertruijt Driessen filia. Aelken Hendricx Hermans filia. Anthonisken Handricx. Joosten Hendricx sorores. Maijken Peters de Snijder filia. Frans Jan Joosten filius. Philips Willems ende Maijken sijn dochter. Handrick Ruelens tot Huls. Hendricxken Meus Hendricx uxor ende Liweken sijn dochter. Marijken Jan Wauters. Mariken Anthonis Pastoors filia. Jenneken Joost Hendricx filia. Hendricken Jan Euarts filia. Marijken Tielen Jan Engelen uxor. Grietken Joost Evarts filia. Hendricxken Joost Evarts sorores. Heijlken Heijmans filia. fol. 77r Jenneken Janssen van Hees tunc sponsa Haijmans filij. Lijsken Thijs Jan Eeffkens uxor ende Hendricken haer dochter, Marijken haer dochter. Jan Hendricx de Sleger filius. Lijn Dielissen den Schoenmaeker fil. Mariken Jasper Jan Eefkens uxor. Joostken Delis van Bruegel filia. Lijsken Laureijs Jan Naten filia. Mariken haer suster. Lijsken Bastiaens uxor. Mariken Dirck Soonis filia. Mariken Peter Wauters filia. Jenneken Wilm Thonis uxor ende Josijn henne dochter. Griet Peeter Ceelen filia. Joostken Peeter Joosten uxor. Jenneken Corstian Bastiaens filia. Neel Aerts tot Huls. Jenneken Dries Deelen van Heeze. Mechtelt Dries Peeters uxor. Anneken Anthonis van Someren Heesensis.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Antonie Neppen; Mechtild, huisvrouw van Dries Peters; Lijsken Jan Goeijens; Jacob Jan Goeijens hunnen broeder; Dimpna Roeien Wuijten; Jan Dries Deelen(4)b. 1633 5 September Maandag na Geldrop Kermis(5) is de prince van Orangne(6) met een aanzienelijk leger te Heeze, Leende, Geldrop en omleggende dorpen gekomen; is aldaar 10 dagen verbleven; te Heeze lagen 80 Comp. paarden; te Leende lag voetvolk met wagens, karren en geschut; te Geldrop lagen 80 Comp. Zweedsche ruiters, het geheele leger was circa 12.000 man sterk(7).

Dijmna Ruelen Wuijten filia Hesensis. Lijsken Jan Goijens filia ende Jacob sijnen soen Heezenses. Dijmna Smits van Nuenen filia. Anneken Jan Goijarts tot Riell. Anthonis Gerits alias Pastoors. Jenneken Meilen filia. Maijken Peters Evarts uxor.

Hec omnium sunt nomina quod attestor Henricus Verhaghen, vicarius in Geldrop, qui ruine interfui et omnes sub ea oppresos sepelivi 1628. Guilielmus Jois Schijndelius Geldrop, custos qui ruine etiam interfuit Ao 1628. Het overige van dit folioblad bevat een doorgehaalde tekst bevattend a een overlijden van een melaatse uit Zes-Gehuchten 1632 Obijt Adrianus Henrici francisci leprosus 10a Julij (later overgebracht naar fol. 49v met de toevoeging ex Hoochgeldrop) en b een toepasselijk vers op de ramp van 1627 welke tot nu toe nog niet bekend was.

Talia quis credat nisi stet proteste Verhagen? Ossa necatorum qui dedit ipsus humo Passit graviora quibus mala inexorabile Clotho Voluit opus terris; iam meliora fluunt. Th. van Hersel ludim (agister) Geldropiae.

Zie de afbeelding van deze toren en kerk in het Supplement, Aanhangsel A, n. 10; zie de situatietekeningen in het Supplement B. Geldrop, nrs. IA en IB. (4) Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ia heeft over de ramp van Geldrop volgende aantekening Anno 1627 eodem anno Ipso festo Innocentium tempore primi sacri nimio vento cecidit turris Geldropiensium sub qua interierunt sex hesenses: Anna Anthonii Nippen uxor. Mechtelt dries Peters uxor. Lijsken Jan Goijens. Jacob Jan Goijens frater ejus infans. Dijmpna Roeien Wuijten. Jan Dries Deelen.

b Door kronijkschrijver later toegevoegde notitie. (5) Vroeger kermis laatste Zondag van Augustus, thans de 1e Zondag in September (4 dagen). (6) Zie voor deze jeugdige aanvoerder P. BLOK, Willem II, prins van Oranje, graaf van Nassau (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1547-1549. Leiden, 1911); DR. I. GOSSES & DR. N. JAPIKSE, Handboek tot de Staatkundige Geschiedenis van Nederland, p. 469. 's-Gravenhage, 1927; DR. N. JAPIKSE, De Geschiedenis van het Huis van Oranje-Nassau, dl. I, p. 192-193. Den Haag, 1937. (7) Zie A. MONTANUS, 'T Vermeerderde leven en bedryf van Frederik Hendrik, p. 341. Amsterdam, 1653. 3e uitg.; L. VAN AITZEMA, Saken van Staet en Oorlogh, dl. II, p. 65. 's Graven-Haghe, 1669; J. VAN HEURN, Historie der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, dl. II, p. 485. Utrecht, 1776; F. SMITS, Geschiedenis van Eindhoven, dl. I, p. 69-70. Eindhoven, 1887; L. HOUBEN, Geschiedenis van Eindhoven, dl. I, p. 357-360. Turnhout, 1890. Cfr. P. BLOK, Frederik Hendrik, graaf van Nassau, prins van Oranje (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 898-902. Leiden, 1911).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen In dit jaar zijn 49 personen aan de loop gestorven; in het geheel 94 personen(8) (b.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen (8) Behalve de rode loop heerste dat zelfde jaar te Heeze ook de pest. Pastoor Fabri heeft in zijn overlijdensregister onderscheid gemaakt tusschen de slachtoffers van de rode loop en die van de pest. Het totaal van de door hem opgetekende overlijdens bedraagt juist 94 personen. We laten deze lijst thans volgen. Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ia: overlijdens voor het jaar 1633 Anno 1633 Januarius 6 Henrica Lamberti devota virgo. 13 (Delinus Deelen. (Anna Adami Engelen. Februarius 2 Theodorus Verbeeck subitanea morte. 5 Maria Sillen virgo deuota. 15 Cornelius Henrici Dirx. 25 Judoca Slaudeers. 28 Anthonia Guilielmi. Martius 14 Christina Mathiae van Can. 28 Joanna Laurentii. Aprilis 6 Catharina Remigii. 15 Anna Anthonii Peters. Maius 5 Margareta Jois Goeskens. 7 Aleijdis Servatii Vos uxor. Junius 10 Henricus Choelen. 12 Adamus Delini Verhaegen. 18 Aegidius Jois. 20 Adrianus Wouters. Julius 15 Matheus Deelen. Augustus 7 Catharina Delini Guijens filia. 26 Delinus Mathiae. September 15 Petrus van Oers. 16 Anna Delini Guijens filia. Circa finem Septembris peste obierunt signum pestis* * Joes van Asten. * Aleijdis uxor. * Jois filius) * Adrianus) fratres. * Anthonius) October 5 * Elisabetha Lamberti Erve. signum dissentheriae + 6 + Dimpna Michaelis Deelen. 9 + (Anthonius. + (Aleijdis soror Jois Duers filius. 12 + Anthonia Judoci. 13 + (Henricus Slaets. + (Joes Everardi. 14 (Sophia Mathee. + (Martina Petri Nippen uxor. + (Anna Godefridi Slaets. 15 + (Engel Mri Jois Coolhouders. 16 + (Gielken Jois Servatii. + (Henricus Guilielmi Verhaegen. 17 + (Adrianus Reineri van Tongeren. + (Godefridus Henrici Verbeeck.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 15 September is dat leger vertrokken naar Valkenswaart, Waalre, Dommelen, + (Aleydis Anthonii den Scheper. * Lijn Hendrick Ariaens. 18 + (Lambert Hendrick Lemmens. + (Heelken Coppen. + (Hendrick Snoecx. + (Maria Guilielmi Deelen + Henricus filius. 19 + (Jacobus Verhaegen. + (Catharina Delini Thijs filia. 20 + (Gertrudis Jois Veraa uxor. 21 + (Maria Walteri Sartoris uxor. + (Maria Henrici Verbeeck filia. Obiit dissentheria sicuti omnes notati hoc signo + Dominus Tilmannus Jois Wouters beneficiatus Altaris S. Annae ac Primissarius huius Ecclesiae (Dit gegeven reeds in het begin van de Kronijk vermeld). 22 + (Gertrudis Henrici Bouwen (?) uxor. + (Clara Godefridi Slaets. + (Paulus Francisci Mathiae filius. * (Henrici Judociae Adriaens. * (Joanna Andreae Seuesten. 24 + Joanna Jois Seruatii. 25 + Joannes Jois Maes filius. 26 + Rodolphus Henrici Guijens. 27 + (Elisabetha Gerardi Minens uxor. + (Margareta Petri Ronbos uxor. 28 * (Joanna Jois van (?) Asten filia. * (Maria Gerardi. 29 + (Joes Walteri Crucen filius. + (Petronella Jois Hensen uxor. 30 + (Joanna Menes. + (Gulielmus (Lambertus) Henrici Verbeeck filius. 31 (Maria Meus Thonen uxor. + (Adrianus Jois Veraa. Nouember 2 + Elisabetha Michaelis Guijens uxor. 4 Mathias van Lierop. 5 + Henricus Adami Engelen. 6 (Maria Anthoni Michaelis uxor. + (Henricus Henrici Verbeeck filius. 7 + (Joannes Maes. 9 Bartholemeus Anthoni. 10 + Joanna Henrici Slaets uxor. 11 + Petrus Mathiae Godefridi. 13 * Joanna Theodorici. 20 + Henricus Jois Godefridi. 25 + Aleydis Verhostat. 27 (Joes Guilielmi. + (Anthonius Andree. 30 + Anna Jois Godefridi uxor. December 13 Margareta Sluymers. 16 Maria Rutgeri Colen. 28 (Adrianus Cuijpers. (Maria Adriani Heese 29 + Guilielma Jois Godefridi. Dissenteria 49 in toto 94.

b Door kronijkschrijver later toegevoegde notitie.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Rijthoven en Westerhoven, waar hetzelve 15 dagen heeft stil gelegen, hebbende op de omleggende dorpen de kerken uitgeroofd, en

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 10

/ Pag. 6 / de huisluiden allerleij overlast aangedaan en alles afgeperst(1). 1636 9 Augustus is te Heeze een sterk convooij van den Koning van Spang nien(2) een dag en nacht stil geweest, geleidende veele wagens en karren waarbij ook veel paarde volk, welken de vruchten op het veld hebben afgesneden en de huisluiden geld afgedwongen.

(1) Zie de literatuur aangegeven in de voorlaatste voetnoot. (2) Philips IV regeerde over Spanje van 1621 tot 1665.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Zelve jaar in de maanden October, November en December heeft de pest te Heeze(3) en ommestreken gewoed(4) tijdens de Heer Johannes Fabri aldaar pastoor was(5), die

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen (3) Zoals reeds voor het jaar 1633 staat opgetekend (zie de Kronijk voor genoemd jaar) zijn ook de 68 slachtoffers welke de pest in 1636 te Heeze heeft opgeëist in het meer aangehaalde overlijdensregister van het Bisschoppelijk Archief te 's-Hertogenbosch gemerkt als Heeze Ia, als zodanig ingeschreven met het ‘signum pestis’. Anno 1636 Januarius 24 Maria Theodori. Februarius 12 Arnoldus Coppen. (Joes Seruatii. * (Maria Judoci Goossen. 24 Helwigis Nicasii Dircx. Martius 21 Maria Guilielmi Gubbels. 23 Maria Leijen. Aprilis 8 Remigius van Tongeren. 9 Maria Leonardi Petri. Maius 5 * Godefridus Hoeben. 8 * Maria uxor. 15 * Henricus filius. 15 * (Maria filia. 15 * (Guilielmus Anthonii Geldropius. 15 * (Gerardus Bitters. 15 * (Maria uxor. 27 Henricus hemmens vir pietate insignis et in refusione magnae campanae et aedificatione domus pastoralis diligentissimus et quasi unicus procurator et quasi caussa sine qua non et requiescat &c. 29 * Judocus Dircx. Junius 5 Petrus Jois Sijnen. 13 * Mr Caspar Melchiors. Henrica Bitters. Joanna Deelen (?) Julius 18 * Godefridus Judoci. 19 * (Petrus Judoci. * (Joanna Jacobi Faessen. 21 * (Maria Anthonii Aertsen. * (Maria filia. Augustus 10 * Joes Custers Geldropius. 5 Petronella Anthonii Gevaert. 11 * Aleydis Sanders. 11 Margareta Euerardi. 31 * Anna Walteri Slaets. September 2 * Maria Martini Aertsen. 10 * Walterus Slaets. 14 * Stephanus Henrici. 15 Dimpna Delini van Meel. 21 * Arnoldus Adami Vesper. 22 * (Michael Anthoni Schavers. * (Margareta Stephani Henrici uxor. 24 * Petronella filia. 26 * Helwigis Huberti van Asten. 28 * Joanna Judoci Deelis. 30 * Joanna Adriani Meuls. October

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1 * Delinus Guilielmi Aelen. 2 * (Joanna Jois Beuckers. * (Elisabetha filia. 3 * Delinus Juduci. 4 * (Adrianus Meuls. * (Petrus Nicolaii Vesters. 5 * (Agatha Guilielmi Aelen. * (Nicolaus Adreae Michaelis. 6 * (Henrica Petri Michaelis uxor. * (Anna Anthonii Noijen. * (Maria Anthonii Schepers. 7 * (Margareta Nippen. * (Agnes Bartholomaei Reijmen. 8 * Guilielmus Nijssen. 10 * (Maria Laurentii Ketelaers. (Rutgerus Colen. 12 * (Godefridus Dircx. (Godefrida Jois Godefridi. 15 * (Margareta Snijers. * (Anthonis Jois Schavers 16 * Helwigis Reijneri Reynders. 19 * (Henrica Delini Joosten. * (Joanna filia. * (Petrus Anthoni Fransen. 21 * (Maria Delis Joosten. * (Maria Driessen. * (Maria Lamberti Bax. 24 * (Helwigis Sniers. * (Christianus Jois Ariens. Nouember 4 * Gerardus Stotels. 7 * (Aleydis Petri Vesters. * (Anthonius Bitters. 8* (Petrus Vesters. * (Petrus Joordens Snijders. 9* (Petrus Gielen Delen. * (Petrus francisci. 19 * (Catharina francisci leprosi. * (Anna Henrici Jaspers. 20* Petronella Anthonii Nippen. 27* Bernardus Jappen. December 8 * Maria Anthonii Nippen. 10 * Anthonius Jan Loots.

(4) Bij het uitbreken van de epidemie vaardigde Mgr. Michaël Ophovius O.P., bisschop van 's-Hertogenbosch, de 2e October vanuit het kasteel te Geldrop een besluit af, waarbij hij aan de priesters van zijn diocees toestond, de broodzegen op St. Hubertusdag te geven contra spiritus percutientes, canes rabidos, pestilentiae luem, et contra omina noxia. Zie DR. P. BOEREN, Het Sint Hubertus-brood en de pest te Geldrop in 1636 (KERKKLOKKEN VOOR HET DEKENAAT GELDROP, 1937, n. 25). Deze vorm van broodzegen wordt door de priesters van het bisdom Den Bosch nog jaarlijks gebruikt Benedictio Panum sub invocatione S. Huberti, Episcopi et Confessoris, prout illa utuntur Arduenses in Arduenna, a Rev. Domino Michaële Ophovio, Episcopo Buscoducensi approbata in Geldrop, 2 October 1636. Voor Leende treft men aangaande deze epidemie een losse notitie aan in het Parochiearchief te Leende, opnieuw overgeschreven in 1818 (ik vind in een oud Doopboek) dat alhier in 't jaar 1637 een verwoestende pest heeft geregeert, die 366 naar het graf gerukt heeft en dat in dit zelfde jaar den pastoor gebannen werd en de doopboeken gestolen. De inwooners

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen onderscheiden testamenten in presentie van twee getuigen waarvan gewonelijk de destijds bestaande schoolmeester Reinder Willems een was(6), heeft opgemaakt(7), terwijl de civiele autoriteiten weigerden in de besmette huizen te komen(8); welke testamenten later door de plaatselijke Regtbank zijn gewettigd(9).

waren om de ziekte [te] ontwijken naar zekere velden of bosschen gevlugt, die nog den naam van pesthoven dragen. Dus nagenoeg de helft der inwoners werd het slachtoffer van de pest. Pastoor van den Broeck zal waarschijnlijk ten gevolge van het beruchte plakkaat van 2 December 1636 zijn uitgeweken (GROOT PLACAET-BOECK, dl. I, col. 249-256. 's Graven-Hage, 1651). Het protocol van doop- trouw en overlijden der R.K. parochie van Leende vertoont inderdaad voor de huwelijken en de overlijdens een hiaat van ruim 6 jaar. Voor de huwelijken van 1 Januari 1637 tot 28 April 1643 en voor de overlijdens van 16 Juni 1636 tot 24 Augustus 1642 (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Leende 2 & 3). (5) Zie Kronijk voor het jaar 1627. (6) In Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze 86 (Bijlagen dorpsrekeningen 1630-1640) bevindt zich een kwitantie van 23 December 1639 afgegeven door Reijnder Willems schoolmr in Heese. (7) Pastoor Fabri heeft zich mogelijk hierbij laten inspireren door de gedachte dat zeker tot 1559 in bepaalde streken van het Bossche diocees de Statuta Synodalia van 1288 - geldende voor het bisdom Luik en uitgevaardigd door Jean de Flandre - de practijk aangaande het opmaken van testamenten voor pastoor en twee getuigen niet anders was en dat in deze buitengewone tijd het oude recht het nieuwe mocht vervangen. Zie E. MARTENE ET U. DURAND, Thesaurus novus anecdotorum, t. IV, col. 882, par. III-IV. Lutetiae Parisiorum, 1717. (8) Pastoor Fabri moest deze toch bezoeken voor het toedienen van de laatste HH. Sacramenten. (9) Bedoelde acte niet teruggevonden in het rechterlijk archief van Heeze (Rijksarchief 's-Hertogenbosch).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 12

(1637)

/ Pag. 7 / 1637 tusschen den 7e en 8ea Augustus is de windmolen te Heeze, staande digte bij den Muggenberg(1), door den Blixem aan brand geslagen en tot pulver verbrand, zoo dat er niet zoo veel hout van is overgebleven dat er een paard vracht aan had(2. Zelve jaar heeft de prins Cardinaal(3), graaf Jan(4) en de prins van Farnese(5) met een groot leger voetvolk, 1500 trekpaarden en 2000 man ruiterij met veel wagens en geschut te Heeze en Leende een nacht stil gelegen(6). Zelve jaar heeft Antonius Joosten van Hout(7) de windmolen van Heeze weder opgemaakt voor f 650.-; is met September begonnen en met Hezer kermis in het midden van October(8) heeft dezelve weder gemalen en dus binnen de drie maanden naar het afbranden weder geheel opgemaakt geweest voor rekening en door orde van den Heere van Heeze(9).

a Hs.: 6 en 7e. (1) Deze ‘Oumolen’ in 1842 kadastraal bekend als Heeze, Sectie A 780, is thans A 2725 (eigend. van H. en M. van den Wildenberg, Kruis 19, Heeze). (2 Familiearchief Van Tuyll van Serooskerken te Heeze, A.n. 47 Informatien genomen.. over het afbranden van de wintmolen van Heze. (3) Kardinaal-Infant Ferdinand van Habsburg en broer van koning Philips IV van Spanje was landvoogd over de Spaanse Nederlanden van 1634 tot 1641. Zie beknopte levensschets in OOSTHOEK'S GEÏLLUSTREERDE ENCYCLOPAEDIE, dl. IV pag. 451. Utrecht, 1919; DR. V. BEERMANN, Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch van 1629 tot 1648, passim. Nijmegen-Utrecht, 1940; DR. R. VAN ROOSBROECK (GESCHIEDENIS VAN VLAANDEREN, dl, V, p. 48-53. z.j.- pl.). (4) Zie over hem P. BLOK, Johan de Jongere, graaf van Nassau-Siegen (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1221-1222. Leiden, 1911). (5) Onbekend. (6) L. VAN AITZEMA, Saken van Staet en Oorlogh, dl. II, p. 451-452. 's Graven-Haghe, 1689. (7) Een buurtschap van de voormalige gemeente Zes-Gehuchten, thans deel uitmakend van de gemeente Geldrop. (8) Vroeger kermis op Zondag na St. Dionysius (9 October), thans laatste Zondag van Augustus. (9) Alexander van Renesse (1618-1658) volgde zijn vader op als Heer van Heeze (16 April 1637), doch verhief de Heerlijkheid om onbegrijpelijke wijze eerst op 26 April 1646. Zie DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 25-26. Zaltbommel, 1911.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 13

(1638-1648)

/ Pag. 8 / 1638 15 April is graaf Jan(1) met een groten hoop volk tot Heeze en Leende gekomen, en heeft veel geld en brandschatting aan de huislieden te betalen opgelegd. 1639 20 Januarij zijn te Heeze gekomen 300 mannen voet en paardevolk van Weert, hebben de inwoonders veel geld doen geven en veel gestolen(2). 15 Junij heeft te Heeze en Leende gedurende een nacht een zwaar leger gestaan dat de gemeenten veel gekost hebben. 25 Julij heeft te Heeze een groot leger gestaan van de Staten van Holland onder graaf Jan(3), hebben 2 dagen en 2 nachten verbleven - ook te Leende -; te Heeze lagen 22 compagnien paarden; dezelven hebben van de inwoonders veel geld afgeperst en hun groten overlast aangedaan(4). 1640 4 April Woensdag van de Goede week des morgens om vier uren heeft alhier en in geheel Braband en het land van Luijk eene aardbeving zich doen / Pag. 9 / gevoelen die gedurende een kwartier uurs zich van tijd tot tijd hervatte(1). 1643 29 Januarij te 2 uren des morgens zijn te Heeze aan de grote kerk 56 ruiters, garnisoen houdende te Weert, komen aanzetten; hebben aldaar bij de inwoonders eerst geld gevorderd - onder belofte dat men als dan hunne goederen zouden laten -, doch na dat zij geld ontvangen hadden, hebben zij alles wat zij op de paarden konden pakken als spek, hoenders, rog, meel enz., enz. medegenomen(2). 1643 in de eerste dagen van Januarij is het geheele land door zodanigen watervloed geweest dat er kerken, torens, huizen en bruggen zijn omgespoeld en afgedreven(3). 1645 den 15 Mei zijn te Heeze gekomen 80 compagnien paardenvolk, 20

(1) Zie Kronijk voor het jaar 1637. (2) Zie voor de overlast van 't Weerts garnizoen L. HOUBEN, Geschiedenis van Eindhoven, dl. II, p. 24. Turnhout, 1890. (3) Mogelijk Johan Ernst II, graaf van Nassau-Siegen. Zie over hem P. BLOK, (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1222. Leiden, 1911). (4) A. MONTANUS, 'T Vermeerderde leven en bedryf van Frederik Hendrik, p. 439-440. Amsterdam, 1653, 3e uitg. (1) F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen, en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 28-30. Maastricht, 1945. (2) Zie Kronijk op 20 Januari 1639. (3) A. MONTANUS, 'T Vermeerderde leven en bedryf van Frederik Hendrik, p. 506. Amsterdam, 1653. 3e uitg.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 14

vaandelen voetvolk met veel wapens, karren en Bagasie onder Commando van den Jongen Prince(4), zijnde gelegd te Geldrop, Heeze en Leende, te / Pag. 10 / Heeze lag den grave van Solmsa, gouverneur van Maastricht(1); op Ginderover was het voetvolk gelegerd. 1646 op den 2en Pinxterdag(2) zijn te Heeze gekomen 200 ruijters van s Bosch(3). 1648 17 Januarij zijn te Heeze gekomen 20 Comp. paardenvolk van de Heeren Staten, hebben een nacht verbleven; te Geldrop lagen 10 Comp. paarden en 30 Comp. voetvolk onder commando van den Rijngrave(4). 1648 15 Mei is de Vrede geratificeerdb tussen de Koning van Spangnien en de Heeren Staten(5) en omtrent 14 dagen daarna hebben de Hn Staten de priesters gebannen uit de Meijerij(6) (dit is de zoo genaamden Munsterschen vrede). 3 Julij hebben die van het nieuwe geloof gereformeerden - zich noemende Geuzen - te Heeze, Leende en Geldrop de ornamenten uit de kerken en kapellen(7), en altaren en beelden nedergeworpen. (4) Zie Kronijk op 5 September 1633. a Hs.: Salm. (1) Johan Albert of Albrecht, graaf van Solms - zwager van Frederik Hendrik -, was gouverneur van Maastricht van 1641 tot aan zijn overlijden in 1648. 15 Mei 1645 was hij wederom te velde getrokken. Zie H. DYSERINCK, De militaire gouverneurs van Maastricht 1567-1794 (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE LIMBOURG, t. XLVIII, p. 117-124. Maastricht, 1912). (2) Zijnde 21 Mei. (3) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze 87 (Bijlagen dorpsrekeningen 1640-1650) bevat diverse fragmenten specificaties van de borgemeesters der verschillende buurtschappen, waaruit duidelijk blijkt dat op 21 Mei 1646 een troep ruiters van Den Bosch in Heeze is gekomen. Deze fragmentarisch aanwezige documenten bewijzen verder dat kronijkschrijver telkens de datum geeft van de ‘legeringen’ overeenkomstig de lijsten der verschillende verteringen, opgenomen in de respectieve specificaties. (4) Rijngraaf Frederik Magnus en Prins van Salm - eveneens verwant aan de Oranje's - bezat reeds voordat hij gouverneur van Maastricht werd (1648) de rang van colonel over een regiment ruiters. Zie H. DYSERINCK, De militaire gouverneurs van Maastricht 1567-1794 (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE LIMBOURG, t. XLVIII, p. 125-136. Maastricht, 1912). b Hs.: Gepubliceert en gesloten dooreen geschreven. (5) Parochiearchief St. Martinus Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141 Den 5 Mei is hier de vrede gepubliceerd tusschen den Koning van Spanje en de Heeren Staten. Indien er 5 Juni stond was de tekst juist, want de Vrede van Munster werd 30 Januari 1648 gesloten, 15 Mei 1648 geratificeerd en 5 Juni daaraanvolgend gepubliceerd. Zie over deze Vrede DR. J. POELHEKKE, De Vrede van Munster, 's-Gravenhage, 1948; DR. L. VERBERNE, De Vrede van Munster (BRABANTS JAARBOEK 1949, p. 56-71. 's-Hertogenbosch, 1949). Tekst van het Vredesverdrag in GROOT-PLACAETBOECK, dl. I, col. 79-102. 'S Graven-Hage, 1651. (6) Bij plakkaat van 16 Juni 1648 Waer by alle Geestelijcke Persoonen in Brabandt, Vlaenderen ende andere Plaetsen onder 't gebiedt van hare Hoogh Mogende ghelast werden te vertrecken: Mitsgaders haren dienst verboden, &c. (GROOT PLACAETBOECK, dl. I, col. 257-258. 'S-Graven-Hage, 1651); DR. V. BEERMANN, Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch van 1648 tot 1672, p. 95-98. Helmond, 1946. (7) Van een zuivering der kerken te Heeze, Leende en Geldrop, op 3 Juli 1648 nergens een spoor. Het Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141 en A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. V, p. 324. Gorinchem, 1844, vermelden alleen de ‘zuivering’ te Heeze; de dorpsrekeningen (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze 8 - Rekeningen 1617-1675 -) brengen hier niet het minste licht.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Om dezen tijd was Predikant te Heeze Abraham Rodenburgh(8)c, secretaris Pauw Smidts(9) en vorster Ferdinandus Anthonij, welke laatste niet kon schrijven en zijne exploiten met een merk tekende(10). - Smidts was ook tevens Notaris Publicus.

Blijkbaar heeft Van Cuyck in Heeze zijn zending niet behoeven te vervullen (DR. V. BEERMANN, Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch van 1648 tot 1672, p. 98. Helmond, 1946). Te Heeze werden volgens de Kronijk ‘gezuiverd’ a) de grote kerk, b) de St. Antoniuskapel, c) de St. Jobskapel; te Leende a) de grote kerk, b) de St. Janskapel te Strijp; te Geldrop de grote kerk. (8) Abraham van Rodenburgh, gekomen van Meern Augustus 1648, vertrokken naar Zegveld Augustus 1651. L. DEUTGEN Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 20). Bij de doop van twee dochters (Catharina 24 October 1649 en Margriet 11 Juni 1651) wordt de naam van de vader vermeld als Rodenborghs (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Heeze 5b). c Hs.: Oorspronkelijk Thomas Spranckhuizen. (9) Komt voor vanaf 1635 en schrijft zijn laatste dorpsrekening voor Heeze 1666 (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze 8 - dorpsrekening 1617-1675 -). (10) Cfr. H. MANDOS, Het handmerk van de ongeletterden (BRABANTS HEEM, jrg. IV, p. 128. Eindhoven, 1952).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 15

(1648-1651)

/ Pag. 11 / 1648 13 Julij hebben de gereformeerden predikanten in de grote kerk ena St. Antonis kapel, gelijk ook te Leende in de grote kerk voor de eerste maal gepredikt(1). De eerste predikant was Abraham Rodenborghb. 1651 tusschen den 12 en 13 Julij is de molen te Heeze door den blixem aan brand geslagen en geheel afgebrand. Dezelve stond digte bij den Muggenberg ter plaatse waar den vorige ook door den blixem is aangeslagen. Dezelve is door Antonis Joosten van Hout ter plaatse waar den tegenswoordigen molen staat sectie A No 780c weder opgebouwd, zoodat hij het volgende jaar om vasten avond(2) weder gemalen heeft(3). De standaard steenbalk en ander zwaar hout daar toe gebruikt is te Varsel of Varksel onder Someren gehaald. 1651 predikant te Heeze Thomas Spranchuizen(4).

a Aan de voet van de pagina een notitie van Bartholomaeus Kemps. ‘Deze St. Antonis-Kapel is om zijne bouwvalligheid in 1906 afgebroken door de Protestanten en weder opgebouwd. De klok van deze kapel heeft het volgende opschrift: Jan van Asten, Vocor Maria. 1451’. (1) Parochiearchief St. Martinus Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141 Den 13 Julij hebben de Protestantsche Predicanten het eerst hier en te Leende gepredikt. Cfr. A. v.d. AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. V, p. 324. Gorinchem 1844 b Onnodige herhaling van een reeds gegeven notitie. c Hs.: sectie.... No.... (2) Aswoensdag viel in 1651 op 14 Februari. (3) Zie Kronijk voor het jaar 1637 (4) Thomas (van) Spranckhuysen, candidaat, bevestigd 1652 en overleden in 1676. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 20)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 16

(1652-1654)

/ Pag. 12 / 1652 3 Mei Kruisvinding dag heeft Hark Leenders, vorster te Heeze, het H. Kruis staande omtrent den molen nedergeworpen, en op den zelven dag ook een Kruijs staande op Ginderover(1); welke kruijsen door de inwoonders in den nacht zijn geborgen. Eenige tijd daar na heeft dezelve ook de eijken boom waar onder het Kruijs aan den molen plag te staan aan den grond afgehouwen(2). N.B. Het is op den wortel of stam van dezen boom, dat de thans (1842) nog staande Heilig Kruijsboom is opgeschoten(3). De standplaats gelegen is Sectie F.N. 36(4). In 1840 is dezelve door Burgemeester en Assessoren van Heeze(5) opgemeten en bevonden op een hoogte van 4 palmen boven den grond eene dikte of omgang te hebben van 7 ellen 3 palmen; vervolgens verdeeld zich de boom in vijf takken of separate bomen, waarvan de 1e een omgang heeft van 3 ellen 2 palmen 3 duimen; de 2e een omgang van 1 el 7 palmen 5 duim; / Pag. 13 / de 3e een omgang van 1 el en 9 palmen; de 4e een omgang van 1 el 5 palmen 4 duimen, ende 5 een omgang van 1 el 2 palmen 4 duimen, makende alzoo de omgang der vijf separate bomen of takken te zamen 9 ellen 6 palmen en 7 duimen(1). Ter plaatse waar de takken of afzonderlijke bomen zich verdelen is in den stam eene holte of putje - echter met schors even als de boom van buiten is bekleed -; hetzelve heeft eene diepte van circa 3 palmen en is meesten tijd met water gevuld, doch met zeer droge jaren gebeurd het, dat het putje geen water inhoud. In 1834 tijdens er alhier inkwartiering van troepen was, heeft men heimelijk - denkelijk uit godsdienst haat - terwijl de boom de naam van Heijlig Kruijsboom draagd, en de catholijken bij den zelven uit aandenken van het aldaar gestaan hebbende kruijsbeeld des Vrijdags avons

(1) Zelfde tekst in Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141; cfr. A. v.d. AA, Aardrijksundig Woordenboek der Nederlanden, dl. V, p. 324, Gorinchem, 1844. (2) A. v.d. AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. V, p.324. Gorinchem, 1844. Zie de afbeelding van deze boom op p. 141 van het Hs.; zie voor de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. VI A en VI B (3) Sedert een twintigtal jaren is de boom verdwenen (4) Thans bekend als Sectie F 2053 (eigend. van de Gemeente Heeze) (5) Zie Kronijk op 6 Mei 1820. - Assessoren waren in 1840 H. van de Berg en A.A. Scheepers. (1) Cfr. A. v.d. AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. V, p. 324. Gorinchem, 1844

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 17

/ Pag. 14 / wel eens gaan bidden - drie takken van den zelven met eene zaag een kring rond om doorgesneden, doch welke doorgesneden kringen met een naad weder de schors aan elkander gegroeid is(1). Thans 1842 zijn de beide kruijssen welken aan den molen, en op Ginderover gestaan hebben noch voor handen, en zijn in de kerk geplaatst. Het 1e boven het altaar van St. Job en het 2e boven het altaar van Onze Lieve Vrouw(2). 1654 in den winter hebben de Lorijnen in het land van Luijk gelegen, aldaar zodanig de baas gespeeld dat de huisluiden de vlucht moesten nemen en hunne woningen verlaten; dezelven hebben Peer, Harnond en meer andere plaatsen afgebrand(3). Zelve jaar is de hertog van Lotharingen die dezelven commandeerde gearresteerd en op het Kasteel van Antwerpen gevangen gezet en van daar naar Spangnien / Pag. 15 / verzonden(1). 1654 hebben die van het nieuw geloof - zich noemende Geuzen - St. Jobs kapel, staande tussen den ouden toren en Leende (sectie D n. 1159)(2) tot aan den grond afgebroken en de steenen gebruikt aan de predikantswoning(3) des tijds de R.C. pastorie(4) en gelegen in sectie D n. 1019(5)a; de klok uit die kapel is naar het kasteel van Heeze overgebragt - is dezelveb klok waar men de Domestieken mede bij elkanderen roept om te eten(6).

(1) Zie Kronijk op Juli 1842 (2) Deze twee kruisen hebben in de nieuwe kerk van 1932-1933 geen plaats meer gekregen. Vermoedelijk is een van deze kruisbeelden - gedeeltelijk beschadigd - teruggevonden (3) Zie J. VAN HEURN, Historie der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, dl. HI, p. 29-31. Utrecht, 1777; L. HOUBEN, Geschiedenis van Eindhoven, dl. II, p. 75. Turnhout, 1890; A.J. HENDRIX, De Loreinsche troepen van Condé te Peer (LIMBURG, dl. VIII, p. 97-99. Maaseik, 1926-1927); KEUNEN, Stad Hamont, Gedenkboek van het vijf-en-twintigjarig Ambtsjubileum van den Heer Keunen Aloysius als burgemeester 17 Mei 1937, p. 24. Hamont, 1937; DR. V. BEERMANN, Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch van 1648 tot 1672, p. 58-60. Helmond, 1946 (1) Hertog Karel IV van Lotharingen (1625-1675) werd te Brussel gearresteerd door Fuensaldagna en via Antwerpen naar Toledo overgebracht. DR. J. VON WEISZ, Weltgeschichte, dl. IX, p. 492-493. Graz-Leipzig, 1898. 4e-5e dr.; DR. V. BEERMANN, Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch, p. 60. Helmond, 1946 (2) Thans bekend als Sectie D 1159 (eigendom van Th. van der Kruis Jz. Ven 16, Heeze). Zie de situatietekening in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, n. III. (3) Tot 1778 gevestigd aan de grote kerk en 't kerkhof en bekend als Sectie D. 1019 (oud) en thans als D 1772 (nieuw) - eigend. M. Scheepers, Hazenhurk 3, Heeze - Zie Kronijk op 12 en 13 December 1823. (4) De katholieke pastoriën in de Meierij moesten overeenkomstig verordening van de Staten Generaal van 22 October 1648 worden ingeruimd voor de predikanten, die in het genot van deze woningen werden gesteld zonder de verplichting van huishuur te betalen. F. VAN HOECK S.J., Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, 54-55). (5) Thans D 1772. Zie Kronijk op 12 en 13 December 1823. a Hs.: Sectie.... N.... b Aan de voet van de pagina een notitie van Bartholomaeus Kemps ingelast ‘Het opschrift dezer klok is als volgt: Job ora pro nobis. Anno Domini 1437’. (6) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze 1654 hebben de Protestanten St. Job kapel staande tusschen Heeze en Leende afgebroken, de steenen hebben zij gebruikt tot het bouwen van de predikantswoning en de klok op het Kasteel van Heeze geplaatst; zij wordt ge noemd de Brandklok. Cfr. A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. V, p. 324. Gorinchem, 1844

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1651c hebben die van Heeze, Leende, Geldrop enz., enz., het kerken huis beginnen te timmeren omtrent Huchten(7) op het Spaansch, en in het zelve jaar vol maakt, ten einde aldaar ter kerk te gaan, terwijl het onder het gebied der Staten verboden was eenige kerkdienst voor de R.C. te houden, en ook allen de kerken aan hun waren ontnomen(8).

c Hs.: 1654. (7) Zie over Huchten J. CUNEN, Heugten (TAXANDRIA, dl. XLV, p. 25-42, 74-80, 93-103, 137-146, 178-181, 197-203, 235-247, 283-295. Bergen op Zoom, 1938; dl. XLVI, p. 137-141, 169-171, 271-280, 291-295. Bergen op Zoom, 1939). (8) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141 1654 hebben de inwoonders van Heeze en naburige dorpen het kerkehuis getimmerd op HUGTEN Spaansch grondgebied onder Nederweert. Zie voor de literatuur de volgende voetnoot

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 18

(1655-1676)

/ Pag. 16 / 1651a hebben als toen ook het zoo genaamd Kerkdijkje door het chijnsgoed van agter Euvelwegen tot aan Huchten opgeworpen, ten einde voor kerkpad te dienen zoo voor Heeze en Leende als Geldrop, Tongelre, Nunen en meer andere dorpen(1)b. 1655 Omtrent half Januarij is den Eerw. Heer Jan Fabri pastoor tot Heeze gestorven(2) en in des zelfs plaats gekomen Franciscus van de Borght(3) en deze in 1656 opgevolgd door Joannes Haseldonck(4)c. 1666 is het Kasteel te Heeze gebouwd, naar dat het oude dat op dezelve plaats stond, en waar van nog een achter huis of gebouw is blijven staan, was afgebroken; hetzelve heeft van bouwen gekost f 124.000 hollandsche Guldens; de eerste steen is gelegd aan het melkhuis op den hoek naar de heide(5). a Hs.: 1654. (1) Zie voor de aanleg van het kerkedijkje en de bouw van de grenskapel omtrent Huchten P. DOM. DE JONG O.C.R., Is de Achelse Kluis een voortzetting van de grenskapel van Valkenswaard onder Achel? (HET OUDE LAND VAN LOON, dl. VI, p. 59-62 en 113-128 passim. Hasselt, 1951); P. MARC. HEIJER O.F.M., ‘Schuilkerken’ in het Weerter bos.... (DE MAASGOUW, dl. LXV, p. 45-47. Maastricht, 1951); P. DOM. E JONG O.C.R., Nog eens kerken in het Weerter bos.... (Ibid., dl. LXV, p. 61-63. Maastricht, 1951); P. MARC. HEIJER O.F.M., Wederom ‘Schuilkerken’ in het Weeler bos.... (Ibid., dl. LXVI, p. 10-11. Maastricht, 1952). b De dertien laatste woorden door kroijkschrijver later toegevoegd. (2) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 141 1655 Ongeveer half Januarij is de WelEerw. Heer Joannes Fabri (van wien nog de tweede zilveren ciborie met opschrift op den deksel) gestorven. Hij was pastoor vanaf 1628 en heeft dus alle beroeringen bijgewoond. Vermoedelijk overleden tussen 15 en 19 Januari. In 1646 werd hij o.a. gevangen genomen (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze 87- Bijlagen dorpsrekeningen 1640-1650 -) Noch den 5 Januarij 1646 hebben hier 2 ruijters van den graef geweest doen sij den pastoor haelden. Ieder man gereckent op 6 st. is tsamen xxx st. Bedoelde ciborie vertoont volgende inscriptie - Ao 1645 ANTONI - IAN - HVBEN ABREAM - ADRIANS - WOUTER COOX K.M. JOANNES FABRI PASTOR HUINS ECCLESIAE -. (3) Na de dood van Fabri wordt door Henricus van Leemputte aangesteld Joannes Philips van Heeze (12 Febr. 1655) Rijksarchief Maastricht, Cartularium van Keijzerbosch. Het zielboek van Heeze vermeldt een Heer Joannes Philipsen in sijn leven pastoor tot Echt onder de nomina illorum defunctorum pro quibus oratur diebus dominicis in Ecclesia (Anno 1676 prima die Maij) Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ia. 5 Augustus 1655 wordt Franciscus van den Borgh voorgedragen door de proost van Keijzerbosch, want de pastorie van Heeze was tot op dat tijdstip nog niet van een herder voorzien. (Rijksarchief Maastricht, Cartularium van Keijzerbosch). (4) 4 Augustus 1656 wordt Joannes Haseldonck, Baccalaureus in de Theologie en vice-pastoor in Meerhout, - niet in KAN. DR. F. PRINS, Album Pastorum Campiniae, Antwerpen, 1952 - benoemd voor Heeze (Rijksarchief Maastricht, Cartularium van Keijzerbosch). Cfr. voor deze benoeming L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 106. St. Michiels-Gestel, 1873. Hij legde als pastoor van de grenskapel in het Weerter bos een register aan waarin staat opgetekend Liber Ecclesiae de Hees in loco refugii extra ju risdictionem loci et continens baptizatos et conjugatos ab anno 1656 atque defunctos ab anno 1664, en verder Liber coniugatorum in loco refugii communitatis de Hees extra territorium et jurisdictionem loci 15 Oct. 1656 - (Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ib). c De acht laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. (5) DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 26. Zaltbommel, 1911, Cfr. J.v.L., Herinneringen aan Heeze (GENS NOSTRA, jrg. II (1947), p. 304-306)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1667 een langdurige en strengen winter geweest; den 26 Maart brak eerst het ijs op het Eij te Amsterdam(6)d. 1672 hebben de Franschen in Utrecht geweest(7), het huis te Prooijm(8) en de schans Creve coeur buiten den Bosch gedemoleert(9); te Aarle-Rixtel heeft een leger daar van gestaan onder bevel van den Marechal de Turenne(10); sedert dat tijdstip is het lot der catholijken eenigzints verzacht(11)d. 1676 pastoor in Heeze Joannes Smedts en overleden den 5 October 1680(12)d.

(6) Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI, p. 200-201. Den Haag, 1845). d Deze notitie door kronijkschrijver later toegevoegd. (7) J. WAGENAAR, Vaderlandsche Histone, dl. XIV, p. 37-41. Amsterdam, 1794. (8) Zie voor het Kasteel van Poederoijen A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. IX, p. 205-206. Gorinchem, 1847. (9) J. VAN HEURN, Historie der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, dl. III, p. 227-228. Utrecht, 1777; A. SASSE VAN YSSELT, Het fort Crève Coeur (TAXANDRIA, dl. XLIII, p. 106-109. Bergen op Zoom, 1936). (10) De Turenne verbleef te Aarle-Rixtel van 10 Augustus tot 1 September 1672. Zie Krijgsbewegingen der Franschen in het kwartier van Peelland van Juli 1672 tot Juli 1673 (TIJDSCHRIFT VOOR NOORDBRABANTSCHE GESCHIEDENIS, TAAL EN LETTERKUNDE, dl. I, p. 20. Helmond, 1883-1884); A. FRENKEN, De toestand in het kwartier van Peelland in 1672 (TAXANDRIA, dl. XXXV, p. 190-192. Bergen op Zoom, 1928). Zie voor Turenne Henri de la Tour d'Auvergne (LAROUSSE DU XXe SIÈCLE, t. VI, p. 844. Paris, 1933). (11) Zie voor deze algemene bewering DR. H. VAN VELTHOVEN, Stad en Meierij van 's Hertogenbosch, dl. I, p. 166. Amsterdam, 1935. Zie voor meer concrete feiten A. VAN SASSE VAN YSSELT, De uitoefening van den katholieken godsdienst in de stad en meierij van 's Hertogenbosch in 1672 (TAXANDRIA, dl. XLV, p. 105-129. Bergen op Zoom, 1938). d Deze notitie door kronijkschrijver later toegevoegd. (12) Van 19 April 1676 tot 5 October 1880. Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze II 1676 19 Aprilis factus sum pastor. Heeze Ib 1680 5 8bris Obijt Reverendus Dominus D. Joes Smedts huius loci pastor vigilantissimus, cuius anima requiescat in pace. Uit de tekst van het zielboek moeten we aannemen dat pastoor Smits een zoon was van de secretaris der heerlijkheid (zie Kronijk voor het jaar 1648). Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ia Anno Dni 1683 commendati sunt precibus communitatis sequentes.... Paulus Smits met Jenneken de Huijsvrouw en Heer Joan in sun leven pastoor alhier en Jacobus de kinderen. De opvolging van Joannes Haseldonck (na November 1665 overleden?) is niet duidelijk. Met Arnoldus Gerardi (DR. R. POST, Romeinsche Bronnen voor den kerkelijken toestand der Nederlanden onder de apostolische vicarissen 1592-1727, dl. II, p. 264-265, n. 343, 's-Gravenhage, 1941; A. FRENKEN, Memoriaal der dorpen en parochies Gerwen, Nuenen en Nederwetten, p. 53, 191, 198, 's-Hertogenbosch, 1948) wordt in 1665 bedoeld de paep, Heer Gerrit, woont aan de capelle midden int dorp, doet publiecq sijn afgodischen dienst op verscheyde plaetsen. Deze klacht brachten Thomas Spranckhuy sen, predikant van Heeze, en Theod. van den Broeq, predikant van Geldrop en Rid, als visitatoren van de classis in bij de predikanten op 7 Juni 1671. A. VAN SASSE VAN YSSELT, De uitoefening van den katholieken godsdienst in de stad en meierij van 's Hertogenbosch in 1672 (TAXANDRIA, dl. XLV, p. 118. Bergen op Zoom, 1938). Na hem Arnoldus de Jonge (?) in 1673 (L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 106. St. Michiels-Gestel, 1873). Dan komt E.P. Houbraken in 1674. Twee jaar later wordt hij pastoor te Nuenen (L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 106. St. Michiels-Gestel, 1873). Het register door Houbraken begonnen op 18 September 1674 vermeldt volgende aantekening door een meer recente hand bijgeschreven Haec deleta Ep. Houbraken pastor. Videtur Houbraken sibi inpte NOMEN PASTORIS de Heeze ARROGASSE (Archief Bisdom 's Hertogenbosch, Heeze Ib). d Deze notitie door kronijkschrijver later toegevoegd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 20

(1678-1720)

/ Pag. 17 / 1678 1 December is te Heeze overleden en den 5 Dec. 1678 des avonds met 10 à 12 flambouwen begraven den HoogWelGeb. Heer dezer Heerlijkheid Albertus Snoeckaert(1)a. 1680b heeft men gezien eene staartster die zich in het Noorden vertoonde(2). 1683 is Wenen de hoofdstad van Oostenrijck door de Turken belegerd met een leger van 200.000 man - drie maanden lang -, wierdt vervolgens ontzet; bij de belegering zijn er 48544 Turken gebleven, behalven die bij het ontzet gevallen zijn(3). 1692 den 24 Augustus 1692 is beroepen tot predikant te Someren Jacob van den Brugh en bevestigd den 6 September; dat is de derde gereformeerde predikant van Someren(4)c. 1699 7 April is het spit van den kerktoren van Leende door het onweder in brand geraakt en geheel afgebrand(5), benevens de verwerij van eenen Clerx - welke verwerij (1) Albertus Snouckaert van Schauburg overleed inderdaad op 1 December 1678. Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Heeze 5 Den iersten December 1678 is gestorven Onsen Ho: Ed: Geboren Heere Aelbertus Snoeckaert Here van Heeze ende Leende etc. ende savonts den 5den met de 4 leden van heese ende leende ende eenige nabueren met 10 a 12 flambouwen begraven. Zie voor enige biografische aantekeningen F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Albert) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1337. Leiden, 1912); DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 26. Zaltbommel, 1911. - Aelbertus Snouckaert van Schauburg werd koper van de heerlijkheid op 13 November 1659 en liet de verhefacte passeren op 3 September 1660. Familiearchief Van Tuyll van Serooskerken te Heeze, A 1 Brief van onwillig decreet van den Raad en Leenhove van Brabant, bevestigend de executie van de Heerlijkheid Heeze, Leende en Zes-gehuchten; A 5 Akte van verhef ten behoeve van A. Snouckaert van Schaumburgh. a Door kronijkschrijver later toegevoegde notitie. b Hs.: 1780. (2) Zie voor deze komeet op 28 November DR. B. GOUDSMIT, De wonderen des Hernels, p. 482-483, 486. Zutphen, z.j. 3e dr. (3) Dit (tweede) beleg van 14 Juli tot 12 September beschreven in DR. J. VON WEISZ, Weltgeschichte, dl. X, p. 543-568. Graz-Leipzig, 1898. 4e-5e dr. (4) Predikanten te Someren-Lierop 1) Jacobus Block, gekomen van Opijnen, emeritaat 1671. 2) Johannes Breckerveld, gekomen van Angeren en Loo 28 Februari 1672, afgezet 1698. 3) Jacobus van den Brugh, candidaat bevestigd 24 Februari (?) 1692, overleden September 1716. L. DEUTGEN, Naantlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 40). c Hs.: 1692 6 September is beroepen tot predikant te Someren Jacob van den Brush en bevestigd den 24 Augustus 1692 - dat is de eerste gereformeerde predikant van Someren. (5) Een aantekening in de Inventaris van het Parochiearchief te Leende noemt het jaar van de torenbrand 1694 - oorspronkelijk stond er 1696 - L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 680, St. Michiels-Gestel, 1873 geeft 1697. Het jaar van de brand is echter 1699.

Druk en vreugd door [luiden] kan ik beduiden. Also heb een droeven s[lag] op den sevensten dag van April geslagen die ieder dede klagen over des toorens brandt, ontvangen van Godes handt, als men heeft geschreven

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen dadelijk weder is opgebouwd -(6), doch de toren is eerst in 1714 hersteld en een nieuw spit op den zelven gemaakt(7). De gemeente heeft het uit de kas te kort komende geld daartoe opgenomen bij Jacob Rooijaerts(8), Gerrit van Lieshout(9) en Antonie Box, schoolmeester aldaar(10), te zamen f1050.-(11). 1600 negentig negen: een jaar zeer wonder van bliksem en donder.

Uit den toorn zijn wij gestooten Alexius Jullien heeft ons gegooten.

We laten thans een attestatie van de torenbrand te Leende op 7 April 1699 volgen (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 151, Protocol van allerhande acten, fol. 113r) Wij Johan de Jongh, Jan Cocx ende Jan Bull Schepenen, Joost Hendrick Daems, Jan Leenders van Velthoven ende Hendrick Bruijnen Borgemeesters des dorps Leende tuijgen ende verclaren voor de oprechte waerheijt, dat op den sevenden der voorgaende Maendt April des naemiddachs door donder en bliksem, het vuer van den hemel is geslagen, int opperse vanden toorn tot Leende waer door den voorschreven geheelen toorn tot den gront toe is afgebrandt, al het houtwerck geconsumeert, de clocken, en uergewerck onstucken, als mede een gedeelte vande kercke afgebrant, ende op veele andere plaatsen aen het dack beschadicht, het schoolhuijs voor het meeste gedeelte geconsumeert, soodanich dat vele vande selue haer meeste meubelen, kleederen, linden ende wollen daer in is geconsitmeert alle welcke schade ingevalle deselve soude opgenomen worden, soo ten respecte van het Corpus als de particuliere meenichte duijsenden souden bedragen, dewelcke bij deselven niet weder soude connen herstelt worden. Ende om het gene voorschreven aen allen ende eenen iegelijcken te connen doen blijcken, soo hebben wij deze ten prothocolle onderteeckent door onsen substituut secretaris doen uijtmaecken ende metten gemeijne schependoms zegel van Heese ende Leende becrachticht, op den negenentwintichsten Meij xujc negenentnegentich. (6) Waarschijnlijk is de hiergenoemde Clercx niet vermeld in de lijst der geruïneerden van 28 Augustus 1700, omdat hij uit eigen middelen zijn huis weer heeft op kun nen bouwen. De namen van de inwoners die steun verlangden van het dorpsbestuur zijn de kinderen Adriaen van Puth, Mr. Joan Neels chirurgijn, Cathalijn Wede Jan Bluijssen, Jan Michielsen van Asten, de Wede Jacob Jan Vogel, Hermen van Weerden, Frans Bluijssen, Peeter Jan Box ende Hermen Manus (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 151, fol. 154v). De opgegeven schade aan 't meubilair schijnt drossaerd en schepenen overdreven (Ibid. fol. 156r). (7) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 155. Protocol van allerhande acten, fol. 42r acte van 11 Mei 1714 aanbesteding van het herbouwen van de toren te Leende, die door het vuer vanden hemel inden Jaere 1699 is affgebrant, ende met de voorgaende Oirlogen is onherbout gebleven, ende sonder groote schaede ende bederff aen het muerwerck, ende berverije vande klocken, niet lancer mogt blijven leggen, of te moet wederom herstelt worden. Zie de afbeeldingen van toren en kerk op p. 146 en 147 van het Hs.; zie in het Supplement, Aanhangsel A, n. 5; zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, nr. Leende. IA en IB. (8) Jacob Roijaerts was in 1699 borgemeester van de Strijperstraat. Hij leende meer dan eens geld aan de gemeente van Leende (Rijksarchief 's-Hertogenbosch Leende, inliggende stukken in Renten Boec van Leende). (9) Geerit van Lijshout (hij tekent Geret van Lijshout) van 1706 tot 1714 vermeld als schepen van Heeze c.a. 18 Februari 1715 noemt hij zich oudt schepen alhier, inwoonder tot Leende (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 155. Protocol van allerhande acten, fol. 42r & fol. 95v). (10) Antonie Bocx, schoolmeester te Leende. Ook hij leende meer dan eens geld aan de gemeente van Leende (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 105, Protocol van allerhande acten, fol. 156r acte van 19 Maart 1718 en Leende, inliggende stukken in Renten Boec van Leende). (11) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 155, Protocol van allerhande acten, fol 42r, acte van aanbesteding van het herbouwen van de toren te Leende noemt als aanneemsom 515 gulden. (De aantekeningen van voetnoot 5 tot en met 11 medegedeeld door de Heer J.P.H. Goossens te Vlijmen).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1709 is een sterken en langdurigen winter geweest(12)a. 1717 28 September is te Someren beroepen tot predikant Johan Philip Quast en bevestigd 31 October 1717(13); deze is opgevolgd door D. Hanewinkel, die in Someren niemand gedoopt noch getrouwd heeft(14)a. 1720d predikant te Heeze J. Sterck(15)e.

(12) J. VAN HEURN, Historie der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, dl. III, p. 402-403. Utrecht, 1777; Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI, p. 202. Den Haag, 1845). a Door kronijkschrijver later toegevoegde notitie. (13) Johannes Philippus Quast, gekomen van Gent 31 October 1717, overleden 21 Januari 1734. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 40). (14) Henricus Hanewinckel, gekomen van Gemert 25 Juli 1734, tot 1741. Hij overleed te Someren 11 April 1746 (krankzinnig). Zie over hem P. PANKEN & JHR. MR. A. VAN SASSE VAN YSSELT. Beschrijving van Bergeik, p. 289-291. 's Bosch, 1900; zie over diens familie J. ANSPACH, De predikanten der Nederduitsch Hervormde Gemeente te Bergeik c.a. (TAXANDRIA, dl. IX, p. 135-167. Bergen op Zoom, 1902); H.N. OUWERLING, De meijerijsche predikantenfamilie Hanewinkel (TAXANDRIA, dl. XXII, p. 52-61. Bergen op Zoom, 1915); cfr. A. VAN SASSE VAN YSSELT, Aantekening op Steph. Hanewinkel (TAXANDRIA, dl. XLV, p. 1-7. Bergen op Zoom, 1938). a Door kronijkschrijver later toegevoegde notitie. d Hs.: 1727 (15) Joannes Sterck adjunct-predikant te Heeze van 19 September 1719 tot omtrent 17 December 1726, predikant vanaf 17 December 1726 tot aan zijn overlijden 25 Juni 1758. (Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Ker ckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777). L. DEUTGEN, Naamlijst der Hervormde predikanten in NoordBrabant (VAN ALHPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 20) heeft volgende tekst Petrus Wilhelmus Callenfels, Ambassadepredikant te Lunenburg en Celle was predikant te Heeze van 1677 tot 1720 en werd opgevolgd door Johannes Sterck, candidaat, die 7 Maart 1720 bevestigd werd. DR. W. MEINDERSMA. De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 63. Zaltbommel, 1911, is geheel conform de gegevens in het begin van deze voetnoot gesteld Petrus Callenfels, van 1676 tot 1726. Anno 1682 was Callenfels, benoemd tot gezantsschapspredikant bij den ambassadeur in Spanje, van Heemskerck, gedurende meer dan acht maanden afwezig. In 1719 krijgt Callenfels als adjunct den proponent Joannes Sterck. Deze blijft, met belofte na den dood van Callenfels predikant te worden, adjunct tot 1726. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 177, Ledemaeten der Gereformeerde Gemeente tot Heeze 1726 is met attestatie tot ons overgekomen Juffrouw Anna Besoije Huijsvrouw van D. Johs Sterk. e Hs.: Sterk.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 22

(1731-1735)

/ Pag. 18 / 1731 heeft het de geheelen winter niet gesneeuwd. 1731 is den Eerw. Heer Pastoor Job. Spierings uit de Heerlijkheid van Heeze gebannen tot zijne onschuld(1) en is in zijne plaats gekomen Walterus Lippens(2). 1732 is de Heerlijkheid van Heeze en Leende verkogt door Albert Karel Snoukart(3) aan den Heer Baron Holbach(4) voor de som van 2 tonnen gouds en vijf duizend gulden(5); de Heer Snoukart had 10 levende kinderen: 5 zonen en 5 dogters(6). (1) 14 Mei 1731 had Joannes Spirincx de zondagsdienst gedaan op een gehugje onder heese, 's morgens vroegh in een scheur sonder eenighe de minste uijterlijcke ceremonien beede vaerden enz. (L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 107-108. St. Michiels-Gestel, 1873). 31 December 1731 werd de missive van den kerkraad over de stoutigheden van pastoor Joh. Spierings aanvaard en het request van Spierings om weer als pastoor te worden geadmitteerd afgeslagen. F. VAN HOECK S.J., Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 72); L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. V, p. 229. St. Michiels-Gestel, 1876. (2) Walterus Lippens van 1732 tot 1748 pastoor te Heeze. Admissie als pastoor afgegeven op 22 Januari 1732. F. VAN HOECK S.J., Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 72). Zie voor zijn installatie op 14 Februari 1732 L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 108. St. Michiels-Gestel, 1873. Zie Kronijk 5 April 1748. (3) Albert Carel Snouckaert van Schauburg, geboren te 's-Hertogenbosch als zoon van Albert en Anna Margreet barones van Randwijck, overleden ten huize Lingezicht 28 Januari 1748 en begraven te Leerdam, was 19 November 1709 te 's-Hertogenbosch ondertrouwd en 13 December 1709 te Rosmalen getrouwd met Ermgarda Gratiana Sweerts de Landas, geboren te 's-Hertogenbosch 16 April 1685, overleden 8 Maart 1754 en begraven te Leerdam. F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Albert) & (Albert Card) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1337. Leiden, 1912); cfr. DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende de en Zes-Gehuchten, p. 27. Zaltbommel, 1911. (4) François Adam d'Holbach ou le baron d'Holbach (natif du Palatinat rhénan) se contente d'être un munificent bonhomme ‘pour les sieus et ses amis, grâce à sa fortune, acquise par les spéculations du système de Law et aussi grâce à l'entregent dont Holbach fit preuve en ne la dilapidant pas mais en allant la placer à l'abri.... et raisemblement en Hollande (Brief van P. Brazier te Parijs, dd. 12 November 1951). (5) Andere stukken spreken van f 210.000. Het verschil van f 5000 moet gezocht worden in het opbrengen van de 40ste penning. (6) 1. Albertina Christina, gedoopt Den Bosch (Grote Kerk) 26 September 1710 en te Heeze tot lidmaat aangenomen 22 Maart 1731. 2. Jacob Marten, gedoopt Den Bosch (Grote Kerk) 20 September 1712 en te Heeze tot lidmaat aangenomen 3 Maart 1730. 3. Ermgarda Jacoba Catharina, gedoopt Heeze (Kasteel) 1 Juni 1714 en aldaar tot lidmaat aangenomen 6 Juni 1732. 4. Willemina Charlotta Clementia, gedoopt Heeze 2 Februari 1716 en aldaar tot lidmaat aangenomen 28 April 1733. 5. Willem Carel, geboren Heeze 5 Augustus 1717 en 8 Augustus 1717 in de Kapel gedoopt. F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Willem Carel baron) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1340-1341. Leiden, 1912). 6. Albert Nicolaes, geboren 's-Hertogenbosch 27 Augustus 1718, aldaar gedoopt in de Grote Kerk 4 September 1718. F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Albert Nicolaas baron) (NIEUW NEDER. LANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1339. Leiden, 1912).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 23

1732 12 December heeft het transport der Heerlijkheid van Heeze plaats gehad voor schepenen van S Bosch van den Heere Albert Carela Snoukart en Ermgarda Gratiana Zweerts de Landas aan den Baron Francois Adam de Holbach, Ridder van het H.R. Rijk voor f 205000.-(7). 1733 Een zeer strenge winter(8)b. 1735 is Egidius van der Voort pastoor van Heeze gestorven in het klooster van de nonnen van Ommel te Nunhem bij Roermond, waar na toe hij gevlucht was(9); was

7. Frederik, geboren te Heeze 13 Augustus 1719 en aldaar in de Kapel gedoopt 15 Augustus 1719. F. DE BAS, Snouckaert van Schauburg (Frederik baron) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, col. 1339. Leiden, 1912). 8. Henriette Elisabeth, gedoopt 's-Hertogenbosch (Grote Kerk) 11 September 1720. 9. Isabella, gedoopt te Heeze 4 Januari 1722. 10. Hendrik Philip, gedoopt 's-Hertogenbosch (Grote Kerk) 2 Juni 1726. Het enige toen reeds overleden kind was Hendrik Philip, gedoopt 's Hertogenbosch (Grote Kerk) 3 Mei 1724, overleden te Heeze 23 October 1724. (Geboortedata van deze familie medegedeeld door de Heer J.P.H. Goossens te Vlijmen). a Hs.: de. (7) De verkoop van de heerlijkheid Heeze had plaats 14 October 1732 voor de Bossche notaris Jan Louis Verster. Deze acte van verkoop - in het Frans gesteld - werd bekrachtigd door schepenen van 's Hertogenbosch 12 December 1732 in het protocol, gehouden door secretaris Jan van Heurn (R 's Hertogenbosch 1721, fol. 43r-46v). Beide overeenkomsten werden door schepenen van Heeze geregistreerd in de vorm van afschriften op 9 Januari 1733 (Rijksarchief 's Hertogenbosch, R Heeze 148, fol. 29r-40v). (8) Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLUKEN, jrg. XI, p. 202. Den Haag, 1845). b Door kronijkschrijver later toegevoegde notitle. (9) Aegidius of Dielis van der Voort van 1680 tot najaar 1728 pastoor te Heeze, stamde uit een Delftse familie (Rijksarchief 's--Hertogenbosch, R Heeze 151, protocol van allerhande acten, acte van 2 Mei 1696), werd 14 November 1680 geïnstalleerd te Heeze (Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ib cepit pastoratum de Hees anno 1680, 14 mensis Novembris) werd van 1693 tot 1695 gevangen gehouden tempore captivitatis meae, terwijl Andreas van den Einden deservitor was (ibid.), werd in 1706 door Dalenoort en Steenoven bij de Bussy te Brussel voorgedragen voor de waardigheid van Apostolisch Vicaris van de Hollandse Missie, maar niet aanvaard omdat hij reeds 22 jaren uit Holland weg was (H. VAN HEUSSEN, Batavia Sacra, sive Res Gestae apostolicorum virorum, qui fidem Bataviae prinzi intulerunt in duas partes divisa, dl. II, p. 530. Bruxellis, 1714); A. VAN LOMMEL S.J., Besognes van de gecommitteerde Raden van de Ed. Gr. Mogende Heeren Staten van Holland en West-Vriesland 1705-1711 (BIJDRAGEN VOOR DE GESCHIEDENIS VAN HET BISDOM VAN HAARLEM, dl. III, p. 252-253. Haarlem, 1875); J. BRUGGEMAN, Inventaris van de Archieven bij het Metropolitaan Kapittel van Utrecht van de Roomsch Katholieke Kerk der Oud Bisschoppelijke Clerezie, p. 449, 453, 455. 's-Gravenhage, 1928), bezat de waardigheid van provicaris van den Bosch (Archief Bisdom Luik, Verslag van een kerkelijke visitatie in de Hermitage tot Achel dd. 28 Juni 1718 et antehac Provicario apostolico generali Sylvaeducensi; J. COPPENS, Nieuwe Beschrijving van het Bisdom van 's Hertogenbosch, dl. III, afd. 1, p. 100. 's Hertogenbosch, 1843; S. SCHOTTEN, De deputatie van Pieter Govaerts, p. 135, 154, Nijmegen-Utrecht, 1941); en overleed in het klooster Sinus Mariae (Mariaschoot) dat van Ommel naar Nunhem was overgebracht (J. HABETS, Geschiedenis van het tegenwoordig Bisdom Roermond, dl. III, p. 708-710. Roermond, 1892). Cfr. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 106-107. St. Michiels-Gestel, 1873, en DR. R. POST, Romeinsche Bronnen voor den kerkelijken toestand der Nederlanden onder de apostolische vicarissen 1592-1727, dl. II, p. 670, n. 870. 's-Gravenhage, 1941; - Het overlijden van Aegidius van der Voort is niet te vinden in het Memorieboek van het Klooster Maria-Schoot te Nunhem 1626-1827 (Rijksarchief Maastricht, Aanwinsten 1933, IX-2).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen de opvolger van Joannes Smets(10) en is door Johannes Spierings opgevolgd geworden(11)b.

(10) Zie Kronijk voor het jaar 1676. (11) Zie Kronijk voor het jaar 1731. b Door kronijkschrijver later toegevoegde notitle.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 24

(1739-1748)

/Pag. 19 / 1741a den 24 Sept. is te Someren beroepen voor predikant en bevestigd den 3 December 1741a Johannes Heicoop(1)b. 1739 op 1740 heeft het van Christmis tot half Januarij 1740 toe continueel geregend en gesneeuwd, vervolgens felle vorst tot half Maart(2). 1740 3 Mei kruisvinding van af half Maart tot hier toe geregend en gesneeuwd, veel koude met Noord Oosten wind(2).

a Hs.: 1736. a Hs.: 1736. (1) Johannes Heicoop, candidaat, bevestigd 3 December 1741, overleden 20 Augustus 1763. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 40). b De gehele notitie door kronijkschrijver later toegevoegd. (2) J. VAN HEURN, Historie der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 44-45. Utrecht, 1778; Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jgr. XI, p. 202-204. 's Gravenhage, 1845); L. HOUBEN, Geschiedenis van Eindhoven, dl. II, p. 258. Turnhout, 1890. (2) J. VAN HEURN, Historie der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 44-45. Utrecht, 1778; Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jgr. XI, p. 202-204. 's Gravenhage, 1845); L. HOUBEN, Geschiedenis van Eindhoven, dl. II, p. 258. Turnhout, 1890.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 25

1740 de rog veel geleden te St. Jan kwam dezelve eerst in de aaren doch dat voortkwam schoot 7 à 8 vat; de boekwijt en alle zomervruchten waren in overvloed behalven de witte bonen; deze waren aan de staken bevroren en kosten 6 gulden het vat(3). Dit is het beruchte koude jaar 40 geweest waar van de oude lieden bij overlevering van hunne ouders zoo veel weten te spreken(4). 1748 5 April den 5 April is begraven den Eerw. Heer Walterus Lippens pastoor van Heeze(5).

(1748-1764)

/ Pag. 20 / 1748 26 (?) December is pastoor van Heeze geworden Adrianus Boutens(1). 1748 1750 11 April is door Govert van der Hoeven(2) als gemagtigde van den Hr Francois Adam Baron van Holbach, Heere van Heeze(3), opgedragen en overgegeven aan Paul Tiry de Holbach(4) de Heerlijkheid van Heeze en Leende met alle de zelve gerechtigheden voor de som van f 180000.- bij acte voor schepenen van s Bosch(5) en te Heeze geregistreerd(6).

(3) Parochiarchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 142 1740 Den 3 Mei heeft het hier zoodanig geregend en gesneeuwd dat het water gelijk in 1643 tot eene vrezelijke hoogte steeg. Al de winterrogge is door eenen sterken Noord-Oosten wind bevrozen: met St. Jan kwam het koren eerst in de aders en hetgeen nog tot rijpheid kwam schoot 7 à 8 vat de boekwijt en zomervruchten waren in overvloed gewassen, behalven de witte boonen, die half September aan de staken waren bevrozen, zoodat zif f 6 het vat kosteden. (4) Zie Kronijk voor Januari 1820 en Januari 1823. (5) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Heeze 6 Op den 5 dito (April) is begraven de beer pastoor al hier tot hese en is geheete lippens. Zie Kronijk voor het jaar 1731. (1) 17 December 1748 admissie van A. Boutens als pastoor. F. VAN HOECK S.J., Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 66, 72). Installatie 17 Juli 1749 (L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 108. St. Michiels-Gestel, 1873). Overleden einde 1752 (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Heeze 6 1752 Den 26 December is begraven mijn heer pastoor adriaan bouten). (2) Govert van der Hoeven drossaard van Heeze en Leende 1725 tot 1756. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777, Ledemaeten der Gereformeerde Gemeente tot Heeze Ao 1730 den 22 Meij is met Attestatie tot ons overgekomen Juffrouw Cornelia van Brandwijck, Huijsvrouwe van den Heer Govert van der Hoeven; is met Attestatie van den 25 Junij 1734 tot ons overgekomen de Heer Govert van der Hoeven, drossard van Heze en Leende, obiit den 27 Julij 1779. (3) Zie Kronijk op 1732. (4) Paul (Henri) Thiry, plus célèbre et dont le rôle auprès de Diderot et consorts n'est qua trop connu (Brief P. Brazier te Parijs 12 November 1951); F.X. DE FELLER, Thyry (Paulus) (GESCHIEDKUNDIG WOORDENBOEK, dl. XXIII, p. 559-566. 's Hertogenbosch 1847; DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 27, voetnoot 2. Zaltbommel, 1911. (5) De verkoop van 11 April 1750 is binnen dese stad gepasseerd voor heren schepenen in het protocol, gehouden door secretaris N.D. Blanckendael (R 's Hertogenbosch 1740, fol. 212v-214r). (6) Vermoedelijk in R Heeze 169 (Rijksarchief 's-Hertogenbosch).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1752 13 December (?) is pastoor van Heeze geworden Hubertus Tinnebroek(7)a. 1755 April eene ligte aardbeving gevoeld(8). 1755 1 November wierdt door geheel Nederland, op den dag dat Lissabon door de aardbeving vernield werdt 'n sterke beroerte in de waters waargenomen(9). 1756 18 Februarij om 8 uren des morgens eene aardbeving door geheel Nederland gevoeld; bijzonder aan den kant van Maastricht(10). 1764 21 October is te Zomeren tot predicant beroepen Cozijn van Zalm, gekomen van Lommel(11).

(7) Hubertus Tinnebroek pastoor van Heeze van 1752 tot 1773. 4 Januari 1753 geadmitteerd door de Staten. F. VAN HOECK S.J., Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl XXI, p. 72). 31 April 1753 geïnstalleerd (L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's-Hertogenbosch, dl. IV, p. 108. St. Michiels-Gestel, 1873); cfr. DRS. G. BANNENBERG, Sint Willibrord in Traalre en Valkenswaard, p. 63-64. Nijmegen, 1948. a Bartholomaeus Kemps tekent hierbij aan ‘Onder dezen pastoor zijn de torenklokken daargesteld in 1756; ze zijn gegoten door Alexius Petit. Beide torenklokken dragen het opschrift: Alexius Petit me fudit Ao 1756. Gewicht der klokken 4200, 2108.’ (8) F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen, en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 41. Maastricht, 1945. (9) J. VAN HEURN, Historie der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 165-167. Utrecht, 1778; F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en Omgeving waargenomen aardbevingen, en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 41-42. Maastricht, 1945. (10) F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen, en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 48-55. Maastricht, 1945; cfr. J. VAN HEURN, Historie der Stad en Meyerye van 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 168-169. Utrecht, 1778. (11) Cazijn (Cozijn) van Zelm (van Selm of Salm), gekomen van Lommel 21 October 1764, vertrokken naar Abbekerk 4 Januari 1795. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 40).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 26

1756 6 Januarij is te Hilvarenbeek overleden Martinus van Litsenburgh, 9e vicarius van s Bosch, was geboren te Heeze in 1691: this oud 65 jaren(12).

(12) DR. G. GIEZENAAR, De strijd tusschen Kerk en Staat over de benoemingen der apostolische vicarissen van 's-Hertogenbosch in de 18e eeuw, p. 82-123 passim. Nijmegen-Utrecht, 1938; DR. P. DE BROUWER, De Geschiedenis van Hilvarenbeek tot 1813, p. 80-81. Hilvarenbeek, 1947; cfr. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. II, p. 154-155. St. Michiels-Gestel, 1870; dl. IV, p. 104, 603. St. Michiels-Gestel, 1873.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 27

(1769-1783)

/ Pag. 21 / 1769 15 Augustus is in Corsica te Ajaccioa geboren Napoleon Buonaparte die later keijzer der Fransen geworden en in ballingschap op St. Helena overleden is(1)b. 1778 25 Junij is te Heeze overleden de Heer David van Dijk fungerend als secretaris(2)c. 1748 22 Januarij is gestorven de H. Aelbert Karel Snouckaert van Schauburg, gewezen Heere van Heeze en Leende(3)d. 1777e predikant te Heeze Adam Jacob Gijsinck(4). 1780 28 April overleden de E.H. Petrus Verhoijsen pastoor(5) en is vervangen door Theodorus Jansen(6).

a Hs.: Ajactio. (1) Zie voor de betekenis van deze persoon DR. P. GEYL, Napoleon voor en tegen in de Franse geschiedschrijving. Utrecht, 1946. b Notitie door kronijkschrijver later toegevoegd. (2) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Heeze 6 Den 25 dito (Junius) is begraven D.v. Dijk sekretaris van Heese laat neefs na. Straepregt. c De drie laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. (3) Overleden op Huize Lingezicht en begraven te Leerdam. d Hs.: 1778 1 December is gestorven de H. Aelbert Karel Snoueckaert Heere van Heeze en Leende. e Hs.: 1780. (4) Adam Jacob Gijsinck gekomen van Nieuwerkerk 16 November 1777, verkreeg het emeritaat 24 Juni 1810 en overleed 24 Juni 1814. Cfr. voor deze data DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 63. Zaltbommel, 1911 en L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 20). (5) P. Verhoijsen verkreeg 20 Juli 1773 admissie van de Raad van State en werd 1 September 1773 geïnstalleerd door deken Mollen. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 108. St. Michiels-Gestel, 1873; F. VAN HOECK S.J. Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 72). Den 2 Meij dito is begraven de Heer Pastoor = peeter verhoisen kerkenhuis, laat broer en suster na (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Heeze 6). (6) T. Janssen of Jansen (niet Janssens) ontving 8 Mei 1780 zijn admissie als pastoor van Heeze en werd 17 Mei 1781 geïnstalleerd. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 108. St. Michiels-Gestel, 1873; F. VAN HOECK S.J. Besluiten van den Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 73).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1780 is de naar de Reformatie eerst gebouwde schuurkerk(7) staande in sectie F N. 436f afgebroken(8) en door een nieuwe vervangen(9); gedurende de bouwing wierd den dienst verrigt te Creijl in de tiendschuur(10) digte bij de Baxhoef(11) sectie A N. 1618f; de nieuwe schuurkerk is op de plaats der afgebrokene gebouwd door de timmerlieden Willem Smulders(12) en Jan Godefridus Deelen(13). 1780 23 Julij zijn te Leende door Peter Gerrit Maas(14) en Lambert Gerrit Maas(15) gevangen en dood geslagen twee jonge wolven wezende buiten het nest(16). 25 Julij is door Rijnoud Diederik van Tuyll van Serooskerken(17) en Frans Gualterus van Mansvelt eene oude wolvin doodgeschoten. (7) De eerste schuurkerk dateert van 1680, waarschijnlijk afgebroken in 1720, en eindelijk in 1780 vervangen door een mimer kerkgebouw. Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 142 1690 begon pastoor Aegidius van der Voort, met het timmeren van eene kerk in navolging van de oude groote en kruiskerk. 1780 is pastoor Verhooijsen begonnen met de bestaande kerk af te braken, maar is na vele toebereidselen gemaakt te hebben overleden. Baron van Tuyll legde de eerste steen en pastoor Janssen voltrok na vele moeijelijkheden het kerkgebouw. f Hs.: Sectie .... N .... (8) Thans gedeelte van Sectie F 2380 omschreven als kerk, klooster, school, pastor, huis, erf. (9) De oude schuurkerk had een afmeting van 35 × 73 Rijnlandse voet - de Rijnlandse voet is ruim 31 cm. -; de uitbouw richting Noord-Oosten mat 28 ½ × 20 voet (aangebracht voor de fam. Holbach - Zie Familiearchief Van Tuyll van Serooskerken te Heeze, C 20 Verzoek van baron de Holbach van 22 Mei 1737 om een aanbouw te mogen maken aan de Roomsche Kerk als zetel voor hem en zijne familie). De afbraak van de oude schuurkerk bracht 89 gulden 1 stuiver en 8 oortjes op. Cfr. Verkoopcedulle van 4 October 1780 (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze 9 - n. 671 -). De nieuwe schuurkerk kreeg een oppervlakte van 95 × 43 Rijnlandse voet; in totaal dus 950 vierkante voet groter. Zie Portefeuille IV Parochiearchief St. Martinus te Heeze. Zie de afbeeldingen van het Hs. van deze schuurkerk op p. 152-154; zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. II A-II D. (10) Kadastraal bekend als Sectie A 1618, thans Sectie A 2227 (eigend. S.J. Baron van Tuyll van Serooskerken te Heeze). (11) Baxhoef bekend als A 1615 en in eigendom bezeten door Sara Hoevenaar te Breda, thans opgenomen in A 2864 (eigend. van Joannes Hendrikus Wijnen van Eersel, Kreil 23, Heeze). f Hs.: Sectie .... N .... (12) Willem Smulders te Heeze overleden 28 Januari 1811. (13) Jan Godefridus Deelen, te Heeze gedoopt 6 December 1750 als zoon van Godefridus en Maria Adriana Verhaegen, huwde te Heeze op 25 Januari 1778 met Elizabeth Daams, te Heeze gedoopt 6 October 1761 als dochter van Judocus en Aldegundis Adami Ceelen. (14) Peter Gerrit Maas, gedoopt te Leende 26 Juli 1749 als zoon van Gerardus en Wilhelmina Lauwer, aldaar overleden 13 Juni 1793. (15) Lambert Gerrit Maas, gedoopt te Leende 28 November 1759 als zoon van Gerardus en Gulielmae Lammers (sic), aldaar overleden 28 Januari 1836, was te Leende gehuwd op 27 Januari 1799 met Joanna Maria Swilts (Zwilte of Swils), geboren te Boxmeer (Limb.) als dochter van Wilhelmus en Maria van der Schoer, te Leende overleden 24 Mei 1823, 58 jaar. (16) Zie voor het doden van wolven en de daarop gestelde premies F. SMITS, Beknopte Geschiedenis van Eindhoven, dl. III, p. 35-38. Eindhoven, 1890; J. CUNEN en C. RIJKEN, Wolven in Noord-Brabant (TAXANDRIA, dl. XXVI, p. 27-32. Bergen op Zoom, 1919); J. CUNEN, Inventaris van het Archief der Gemeente Someren, p. 199-204. Asten, 1940. (17) Reinout Diederik van Tuyll van Serooskerken, heer van Zuilenburg, zoon van Jan en Ursulina Christina Reiniera van Reede, geboren te Zuilen 3 of 14 Augustus 1746, erfde van zijn stiefmoeder de heerlijkheid Heeze en Leende (1766), was eerst luitenant ter zee, vervolgens (1776) beschreven in de ridderschap van Utrecht, lid van het hof van Utrecht en der generaliteitskamer, en overleed te Heeze 18 September 1784. Hij was in September 1772 te Oosterbeek gehuwd met Carolina Ursulina Philippota barones van Randwijck, geboren te Maastricht 23 December 1741, overleden te Maarssen 6 Januari 1823, dochter van baron Frans Steven Karel en van Ursula Philippota van Reede, die hem zeven kinderen schonk. Zie verder C. POLVLIET, Genealogie van het geslacht van Tuyll van Serooskerken en van

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 17 November is door Bernard Giller jager van den Heer van Heeze(18) ook te Leende een wolvin doodgeschoten. 1783 zijn in Vrankrijk de lughtbollen uitgevonden door Etienne(19) en Joseph Montgolfier(20).

de overige uitgestorven takken van het geslacht van Tuyll, p. 64-65. Oisterwijk, 1894; DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 27-28. Zaltbommel, 1911. (18) Bernard Giller geboren te Helminkhausen in Duitsland als zoon van Rabanus Giller, overleden te Heeze 20 Februari 1807, was 7 September 1788 te Heeze gehuwd met Anna Maria Schavers, te Heeze 22 Mei 1767 gedoopt als dochter van Willem Woutersz. en Maria Mathijsdr. Deelen, aldaar overleden 5 September 1841. (Mededeling van Mr. Dr. L. de Gou te Steenbergen). (19) Zie voor Jacques-Etienne Montgolfier LAROUSSE DU XXe SIÈCLE t. IV, p. 967. Paris, 1931. (20) Zie voor Joseph-Michel Montgolfier LAROUSSE DU XXe SIÈCLE, t. IV, p. 967. Paris, 1931.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 29

(1787-1794)

/ Pag. 22 / 1787 21 September omwenteling te s Bosch(1). 8 November plundering aldaar door een corps daar in liggende troepen onder capitein Douglas(2)a. 1792 10 Augustusb zijn te Heeze op den Rul 15 Huizen met stallingen afgebrand op St. Laurentiusdag(3), veroorzaakt door een kind hetwelk in de buurt in een klomp of blok vuur gehaald en deze in den turf schop geplaatst had, tot dat het zelve eenige tusschen had binnen gebragt(4)c. 1792 2 December is te Leende tot predikant der hervormde gemeente bevestigd Johannes Christiaan Raucampd; deze is in 1795 naar Someren verplaatst(5)e. 1794 22 September de Franschen voor s Bosch gekomen(6). 27 Augustus de archieven van Heeze, Leende en Zes Gehugten door Antonij Looijmans(7) na s Bosch overgebragt(8). (1) J. HEZENMANS, 's-Hertogenbosch van 1629 tot 1798, p. 434-436. 's-Hertogenbosch, 1899. (2) J. HEZENMANS, 's-Hertogenbosch van 1629 tot 1798, p. 440-441. 's-Hertogenbosch, 1899. a Hs.: Doeglas. b Hs.: 5 September. (3) Feestdag 10 Augustus. (4) In het verwarde archief der gemeente Heeze bevindt zich een stuk betreffende deze brand - voorlopig gemerkt 1873 - dat door ons nog niet werd teruggevonden. De gevelsteen met het chronogram bevindt zich thans in de woning van T.H. Jacobs (Rul 11), kadastraal bekend als sectie A 2876 - Zie de afbeelding van deze gedenksteen in het Supplement, Aanhangsel A, nr. 4 - Dat de verslagenheid van deze ramp in 1792 groot was, blijkt uit een post in het Rekenboek van de Achelse Kluis (berustend in het Rijksarchief te Hasselt) Uijtgaef 7ber 1793, den 7 dito zijn wij broeders versoght om een almos voor 14 afgebrande huijsen op te bouwen 27 - 5 - 0, bbll. gulden. De brabants-luikse gulden te rekenen tegen ongeveer 60 cents. c Bij deze door kronijkschrijver later toegevoegde notitie tekent Bartholomaeus Kemps aan de voet van de pagina aan ‘Jaarschrift in den gevel van het huis van Joseph v. Weert (Rul):

sUrgo eXter qUInqUe VILLIs Igne LaUrentII DIe CreMatls’

d Hs.: Roucamp. (5) Johannes Christiaan Raucamp, gekomen van Urmond 2 December 1792, vertrokken naar Someren 13 December 1795; de plaats van de predikant bleef vacant tot in het jaar 1807 tijdstip waarop Leende met Heeze gecombineerd werd. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 20); cfr. De stukken aangaande deze combinatie Archief Hervormde Pastorie te Heeze Acta-Boek II, 1777, p. 176-200. e Notitie door kronijschrijver later toegevoegd. (6) A. VAN SASSE VAN YSSELT, Dagregister tijdens de belegering van 's-Hertogenbosch door de Franschen in 1794 (TAXANDRIA dl. VI, p. 241-243. Bergen op Zoom, 1899); cfr. J. HEZENMANS, 's-Hertogenbosch van 1629 tot 1798, p. 453-458 's-Hertogenbosch, 1899. (7) Antonius Looijmans, gedoopt te Asten 6 Maart 1757 als zoon van Jan en Anna Maria Geeven, overleden te Heeze 18 April 1820, was te Heeze kerkelijk gehuwd met Maria Heesius 9 November 1800, gedoopt te Heeze als dochter van Jan en Helena Kistenmakers op 4 Januari 1774, en aldaar overleden 28 Mei 1818. (8) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze 47 (dorpsrekening 1794) Voor vragt aan twee kisten met Prothocollen en andere Papieren volgens Resolutie van Scheepenen van Heeze, Leende

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 9 October s Bosch aan de Franschen overgegeven na een beleg van 18 dagen(9). 1 December de Graaf belegerd door de Franschen(10). 28 December Grave aan de Franschen overgegaan(10).

en Ses Gehugten na S Bosch gevlugt bet: f 15 -.-. waar in voor Heeze 2/5 parten betaald f 6 -.-. Bedoelde resolutie vermoedelijk genomen naar aanleiding van een remonstrantie van A. Losecaat, secretaris der stad Eindhoven, waarbij verzocht wordt om de prothocollen en papieren der secretarij in tijde van dreigende oorlog of gegronde vrees voor strooperijen over te brengen ‘binnen de stad s Hertogenbosch en dezelve aldaar op de secuurste wijze te doen bewaren’ (Gemeente archieven Budel, 38. Ingekomen Plakkaten en Publicaties 1785-1794 (4 April 1785)) (9) A. VAN SASSE VAN YSSELT, Dagregister tijdens de belegering van 's-Hertogenbosch door de Franschen in 1794 (TAXANDRIA, dl. VI, p. 261-263. Bergen op Zoom, 1899); (cfr. J. HEZENMANS, 's-Hertogenbosch van 1629 tot 1798, p. 458-460. 's-Hertogenbosch, 1899); id., De Franschen in de Meierij van den Bosch in de jaren 1793 en 1794 (TAXANDRIA, dl. XXVI, p. 14-20. Bergen op Zoom, 1919); id., Nog iets over de Fransche geemigreerden in Noordbrabant in 1794 en 1795 (TAXANDRIA, dl. XXVII, p. 58-66. Bergen op Zoom, 1920). (10) FR. M. THEODARDUS ROELOFS, Geschiedenis van Grave, p. 38-39. Grave, 1938. (10) FR. M. THEODARDUS ROELOFS, Geschiedenis van Grave, p. 38-39. Grave, 1938.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 30

(1795-1799)

/ Pag. 23 / 1795 storte de Hervormde kerk te Eindhoven in(1). 15 Maart door Antonie Loomans de archieven van Heeze, Leende en Zes Gehugten uit Den Bosch weder te Heeze gebragt; voor heen en weder brengen heeft hij getrokke f 30.-(2)a. 1795 heeft de Meijerij de naam gekregen van Bataafsch Braband(3). 1795 13 December is te Someren tot predikant bevestigd Johannes Chris-Raucampb komende van Leende waar hij als predikant gestaan heeft(4). 1796 14 Mei wordt in Engeland door Doctor Edward Jenner de inenting koepokstof het eerst gevonden(5)a. 1796 5 November zijn te Heeze het laatste voor den gereformeerden predikant ondertrouwd Arnoldus Scheepers en Engel van Deursen(6) en zijn den 20 November 1796 voor schepenen gehuwd(7). Sederd de hervorming werde meeste minvermogende door den Domine getrouwd; dit koste maar cents of 12 stuiver voor den ondertrouw en 60 cents voor den trouw; en huwelijk was even wettig als voor de scheepenen der plaats; vermogende lieden zoo wel de R.C. als de gereformeerden trouwden voor het gerecht(8)a. 1798 bevolking der gemeente Heeze bedroeg 1641, namenlijk 1592 katholiek 49 protestanten(9)c. (1) A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. IV, p. 117. Gorinchem, 1843. (2) Zie Kronijk op 27 Augustus 1794. a Notitie door kronijkschrijver later toe gevoegd. (3) Dit gebeuren had plaats op 9 Januari 1795. Zie hiervoor J. HEZENMANS, 's-Her-togenbosch van 1629 tot 1798, p. 469-471. 's-Hertogenbosch, 1899. b Hs.: Roucamp. (4) Johannes Christiaan Raucamp, gekomen van Leende 13 December 1795, vertrokken naar Eersel 21 November 1802. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, bijlage P. p. 40); cfr. Kronijk op 2 December 1792. (5) Zie voor zijn persoon TH. SCHLICHTING, Jenner, Edward (DE KATHOLIEKE ENCYCLOPAEDIE, dl. XIV, col. 520. Amsterdam, 1936). Zie voor Inenting (geneesk.) BOTMAN, Inenting (ibid., dl. XIV, col. 152-153. Amsterdam, 1936). a Notitie door kronijkschrijver later toe gevoegd. (6) Arnoldus Scheepers, gedoopt te Heeze 25 September 1770 als zoon van Arnoldus en Maria Aert Franse, aldaar overleden 23 Juli 1853, was op de aangegeven dagen ondertrouwd en getrouwd met Engel van Deursen, gedoopt te Heeze 9 October 1772 als dochter van Hendrik en Johanna Maas, aldaar overleden 30 October 1848. (7) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R. Heeze 247f, fol. 130v. (8) Sedert 30 April 1653 was het verboden voor de Roomse priesters te trouwen. F. VAN HOECK S.J., Besluiten van de Raad van State betrekking hebbende op Kerkelijke zaken in de Meijerij van 's-Hertogenbosch (1648-1794) (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 56). Deze bepaling werd opgenomen in het Egtreglement over de Steeden en ten platte Lande, in de Heerlykheeden en Dorpen, staande onder de Generaliteit, p. 38. 's Gravenhage, 1664. Het gevolg hiervan was het aanleggen van Schepentrouwboeken. a Notitie door kronijkschrijver later toe gevoegd. (9) Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Acta-Boek II 1777, p. 96 Geven verders te verstaan dat de Gereformeerde Gemeente volgens Onse opgaaf bestond uijt 49 sielen, die der Roomsch gesinden uijt 1592. c Deze notitie is van Bartholomaeus Kemps.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1799 can sterken en langdurigen winter, heeft geduurd tot 1 April(10). 1799 October werdt te Rotterdam door den geneesheer Leonard Davids de koepokstof inenting verrigt in ons vaderland aan den persoon genaamd H.J. Batmer te Rotterdam woonachtig(11)a.

(10) Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI, p. 234. 's Gravenhage, 1846). (11) Leonard Davids is Nederlands grote propagandist geweest in zake de invoering van de vaccinatie. Zie over hem OOSTHOEK'S GEÏLLUSTREERDE ENCYCLOPAEDIE, dl. IV, p. 325. Utrecht, 1918. a Notitie door kronijkschrijver later toe gevoegd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 31

(1800-1805)

/ Pag. 24 / 1800 1 Januarij is als secretaris van Heeze, Leende en Zes Gehuchten in functie getreden de Heer & Mr Hendrik van Moorsel, geboortig van Helmond, Advocaat en des tijds Representant van het volk van Bataafsch Braband te 's Bosch(1); dit is de eerste Roomsch Catholijke die sederd de Reformatie secretaris van Heeze is geweest(2). 1800 9 November zodanige geweldigen storm uit het West Zuid Westen, dat bij menschen geheugen dergelijken niet gewoed heeft(3); met duizend en duizende bomen zijn ontworteld en geen dorp noch plaats door geheel Europa wierdt gevonden waar niet gebouwen waren omgerukt, ingestort of schaden aan de zelven waren toegebragt; vele torens hebben deze sterken wind niet kunnen wederstaan(4); die van Woensel is daar bij afgewaaijd(5); ook waren de zeeën bedekt met wrakken van verbrijzelde schepen; er moet te gelijker

(1) Hendrik van Moorsel, gedoopt te Helmond op 13 April 1757 als zoon van Peter en Maria Elisabeth van Hoeck, over leden te Heeze 31 Juli 1830, was 7 Augustus 1788 gehuwd te Mechelen-aan-de-Maas met Joanna Maria Voncken, geboren te Schimmert 16 December 1766 als dochter van Godfried en Elisabeth Habets, overleden te Heeze 21 November 1845. Zie verder over Hendrik van Moorsel J. HEEREN, Moorsel (Henricus van) (NIEUW NEDERLA NDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VIII, col. 1176-1177. Leiden, 1930); id., De Familie van Moorsel (TAXANDRIA, dl. XXXVII, p. 182. Bergen op Zoom, 1930); A. FRENKEN, Helmond in het Verleden, dl. II, p. 184-225 passim. 's-Hertogenbosch, 1929. Cfr. J. CUNEN Heugten (TAXANDRIA, dl. XLV, p. 17 voetnoot 2. Bergen op Zoom, 1938); Kronijk op 31 Juli 1830. (2) De laatste Katholiek was Pauw Smidts. Zie Kronijk voor het jaar 1648. (3) Beschrijving van den storm van den negenden November des jaars 1800. Haarlem, 1801. (4) o.a. die van Blaarthem en van Brengel. (5) Dit is de ‘Oude Toren’. Beschrijving: FRANK VALKENIER Langs de Brabantse Torens (BRABANTIA NOSTRA, dl. IX, p. 67. Tilburg, 1950-'51). Tot restauratie van dit oude bouwwerk is thans besloten. Zie voor de juiste afbeelding in het Supplement, Aanhangsel A n. 11; zie voor de situatietekeningen Aanhangsel B, Woensel, nrs. I A en I B.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 32

/ Pag. 25 / tijd een beweging in de aarde geweest zijn, terwijl het water in de gewone putten zelfs daags voor den storm met de oppervlakte der aarde gelijk stond zonder dat het te voren veel geregend noch gesneeuwd had(1); te Heeze tusschen Creijl en Hout(2) stond een dennen bosch van den Heer van Heeze(3) van zware bomen dat bijna geheel tegen den grond lag; een groot aantal menschen verlieten hunne huizen en zochten agter hagen en struiken eenige schuiling; de storm was zoo sterk dat de menschen het bezwaarlijk op de benen houden konden en omwaaijden. Dezelve begon des morgens om 6 uren, wies langzaam aan, en duurde voor de geheelen dag, was des naarmiddags van 1 tot 5 uren op het ergsten en bedaarde des nachts om twaalf uren; men dagt dat er geen gebouw / Pag. 26 / meer zoude hebben blijven staan; meest waren dezelven dakeloos, en ik zou niet liegen, wanneer ik zeide dat er niet een gebouw gevonden wierdt of het zelve heeft min of meer geleden(1); te Heeze stond een bosch van zware dennen tusschen Creijl en Hout, hetzelve was voor meer dan ¾ gedeelten tegen den grond gewaaijda - en overal waren de meeste wegen versperd door de gevallen bomenb. 1802 26 Junij twee dagen na St. Jan is de boekwijt, aardappelen en andere zomervruchten in deze provincie geheel bevroren. 1804 zijn de kinderen van Heeze in de schuurkerk te Mierlo door Mgr. van de Velde de Melroij, bisschop van Roermond, gevormd(2). 1804 is te Someren als predikant bevestigd Arnoldus Kremer(3).

(1) F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen, en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 73-74. Maastricht, 1945. (2) Zie aantekening voor het jaar 1637. (3) Jan Diederik Baron van Tuyll van Serooskerken. (1) Cfr. W. BEZEMER, Chronykje van Tilburg (1774-1830) (TAXANDRIA, dl. IV, p. 43. Bergen op Zoom, 1897). a Latere onnodige toe voeging van de auteur. b Latere toevoeging van de auteur. (2) Joannes Baptista Baron van Velde de Melroy en Sart-Bomal was de 14e bisschop van Roermond (1794-1824). Zie over hem: J. VERZIJL, Velde de Melroy en Sart-Bomal (Joannes Baptista baron van) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. X, col. 1083-1085. Leiden, 1937) en verder PROVINCIAAL DAGBLAD, 1824, nrs. 8 & 10; DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XII, p. 132-135. 's-Gravenhage, 1824; J. KRÜGER, Kethelijke Geschiedenis van het Bisdom Breda, dl. I, p. 373-374, 433. Bergen op Zoom, 1874; M. VAN DE VEN, Koning Lodewijk Napoleon en Mgr. J.B.R. baron van Velde de Melroy (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XVI, p. 235-239). (3) Gekomen van Moergestel 4 November 1804 en vertrokken naar Veldhoven 5 April 1818. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 40).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 29 April 1805 werdt eene vierde staatregeling aangenomen(4); aan het hoofd van het gemeene best gesteld R.J. Schimmelpennick(5)c. 15 Mei 1805 aanvaarde zijn functien als Raadspensionaris van Holland Rutger Jan Schimmelpenninckc; heeft gefungeerd tot in 1806, wanneer Holland tot een Koningrijk gemaakt is(6).

(4) De le staatsregeling dateert van 22 Januari 1798; de 2e van 12 Juni 1798; de 3e van 12 September 1801. Zie voor de vier staatsregelingen PROF. DR. H. BRUGMANS Nieuwe Geschiedenis (GESCHIEDENIS VAN NEDERLAND, dl. VI, p. 327-332, 358-362. Amsterdam, 1937). (5) Zie voor een algemeen beeld van dit werkzame leven P. BLOK, Schimmelpenninck (Rutger Jan) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. IV, col. 1225-1229. Leiden, 1918); TH. DE VRIES, Rutger Jan Schimmelpenninck. Den Haag, 1941; DR. L. VERBERNE, (IN DEN SPIEGEL VAN HET VERLEDEN, p. 163-186. Utrecht-Antwerpen, 1947). c Hs.: Schimmelpenning. c Hs.: Schimmelpenning. (6) Dus op dezelfde dag dat de grondwet van 25 Maart 1805 kracht van wet kreeg en wel tot 4 Juni 1806. IR. J. RAMAER, Geschiedkundige Atlas van Nederland. De Fransche Tijd (1795-1815), p. 59-65. 's-Gravenhage, 1926.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 33

(1806-1810)

/ Pag. 27 / 1806 8 Februarij is den E.H. Theodorus Jansen Pastoor van Heeze, geboren te Lommel, te Heeze op zijn bed dood gevonden(1); vervangen door den E.H. Adrianus Beckers van s Bosch(2)a. Zelve jaar ging deze provincie onder het bestuur van Lodewijk Napoleon koning van Holland over(3), zijnde den 5 Junij 1806 Holland tot een Koningrijk verheven door Napoleon(4)a. 1807 13 Mei werd Mr P.E. de la Court als landdrost der provincie Braband aangesteld(5). 12 Jan.b 1807 is te Leijden een schip met kruid in de lucht gesprongen dat veel ongelukken heeft veroorzaakt(6)a.

(1) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Heeze IV Septima hujus mensis (Februarii) obiit R. Dom. Theodorus Jansen de Lommel pastor hujus Parochiae et duodecima sepultus est. Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ia 12 febr. (1806) den Eerw. Heer Theodorus Jansen gewesen pastoor van deze gemeente. Rijksarchief 's Hertogenbosch, Heeze 6 Dito 12 februarij 1806 begraven den eerwaarden Heer Teodoris Janssen pastoor van Heeze laat broeder en zuster na. Kerkenhuijs. Zie Kronijk op 28 April 1780. (2) Adrianus Beckers pastoor van 12 Februari 1806 tot 9 October 1814. Hij was geboren te 's-Hertogenbosch 29 September 1763 (Gemeente Archieven Heeze, Etat de population de 1810 n. 821). Voor zijn ambtsaanvaarding zie Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Heeze V Sub me factore Pastore hujus Parochiae 12ma hujus (Februarii) matrimonio juncti sunt (Adriano Beckers Sylvaeducense). Van 6 Augustus 1813 tot 9 October 1814 werd hij vervangen door een deservitor J.B. de Zeeuw. Ibid., Heeze VII Register defunctorum, qui cum ecclesiastica sepulturâ sunt honorati, tempore deserviturae et pastoratus Joannis Bapt. De Zeeuw ex Nieuwcuijk, deservitor 1813 6ta Augusti at pastor constitutus post demissionem Rev. Dni A. Bekkers 9na Octobris 1814. Nadere bijzonderheid in Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ia 1813 6to Augusti accepi ego Joës Baptista De Zeeuw deservituram Ecclesiae R Cath de Heese a vice gerente vicarii nostri Antonii Van Alphen Parisiis exulis. Pastoor Beckers overleed te Antwerpen 6 Januari 1831. a Latere toevoeging van de auteur. (3) Lodewijk Napoleon Bonaparte (1778-1846), koning van Holland van 5 Juni 1806 tot 1 Juli 1810. Zie voor zijn bestuur PROF. DR. H. BRUGMANS, Nieuwe Geschiedenis (GESCHIEDENIS VAN NEDERLAND, dl. VI, p. 365-388. Amsterdam, 1937). (4) Ingevolge het Verdrag van Parijs van 24 Mei 1806 (bekrachtigd 5 Juni d.a.v.) IR. J. RAMAER, Geschiedkundige atlas van Nederland, De Fransche Tijd (1795-1815), p. 64. 's-Gravenhage, 1926. a Latere toevoeging van de auteur. (5) Ala zodanig benoemd door Napoleon benoemd op 8 Mei 1807. IR. J. RAMAER, Court (Jhr. Mr. Paulus Emmanuel Antonie de la) (NIEUW BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VIII, col. 324-325. Leiden, 1930); J. VAN DE MORTEL, De positie van den landdrost in Noordbrabant van 1807-1810. 's-Hertogenbosch, 1945; cfr. Kronijk op 23 April 1810. b Hs.: Junij. (6) A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek voor Nederland, dl. VII, p. 275-276. Gorinchem, 1846. a Latere toevoeging van de auteur.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1808 April is door Hyacinthus van Dijk(7) een eendvogel in een dennen boom aan het Pezeel te Strijp thans Sectie.. N..(8) onder Leende op bebroeijde eijeren uitgehaald; de dennenboom was van boven zeer plat gewassen en had in het midden zoo als eene Pawik waar in de vogel eenige lissen en dergelijke gebragt had en daar in zijn nest gemaakt. 1809 30 April de Code van Louis Napoleon alhier in werking gebragt waar bij de costuimen van den Bosch zijn geeindigd(9)c. 1810 31d Maart is deze provincie aan den Franschen onder Napoleon afgestaan en den 31 derzelve maand zijn de inwoonders ontslagen van den eed aan Koning Lodewijk van Holland gedaan(10). 1810 23 April is Fremin de Beaumont tot prefect van deze provincie onder den naam van Departement van de monden van den Rijn aangesteld(11).

(7) Hyacinthus van Dijk, geboren te Leende 5 Februari 1786 als zoon van Peter en Helena Catharina Royers, aldaar overleden 20 Augustus 1851, huwde 26 November 1815 te Leende met Lucia van de Zande, geboren te Leende 26 April 1790 als dochter van Reinier en Elisabeth Hermans, aldaar overleden 18 Januari 1859. Van Dijk was landmeter en later burgemeester van Leende (bij K.B. van 1 December 1839 - n. 107 - benoemd en 2 Januari 1840 d.a.v. beëdigd). (8) Genoemd perceel nog niet kunnen identificeren. (9) De Code Louis Napoleon is een vertaling van de Code Napoleon, welke ingericht was voor het koninkrijk Holland. Deze code heeft kracht van wet gehad voor het genoemd koninkrijk van 1 Mei 1809 tot 1 Maart 1811. De officiële naam luidde Wetboek Napoleon, ingerigt voor het koningrijk Holland. MR. A. DE PINTO, Handleiding tot het burgerlijk wetboek, dl. I, p. 11-13. Utrecht, 1875. 5e dr. c Laatste deel van deze notitie door de auteur later toegevoegd. d Hs.: 13. (10) Ingevolge het Verdrag van Parijs 16-19 Maart 1810. IR. J. RAMAER, Geschiedkundige Atlas van Nederland, De Fransche Tijd (1795-1815), p. 74. 's-Gravenhage, 1926. (11) Hij oefende zijn functie uit tot na de slag bij Leipzig 16-18 October 1813.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 34

(1810-1815)

/ Pag. 28 / 1810 is de St. Jans kerk te s Bosch aan de Roomsch Catholijken terug gegeven(1). 1810 1 Julij werd geheel Holland aan het Fransch keijzerrijk ingelijfd(2). 1810 1 Junij de Code Napoleon alhier in werking gebragt, volgens declaratie van den prefect van het Departement van de Monden van den Rijn dato 14 Meij 1810(3). 1813 15 December verliet de door Napoleon benoemde bischop M.F. van Camp s Bosch en vluchte na zijne geboorteplaats Antwerpen, waar hij overleed 14 Januarij 1824 oud 73 jaren(4). 1814 26 Januarij s Bosch door de Franschen bezet aan de Pruisschen bij capitulatie overgegaan(5).

(1) Bij decreet van 8 December 1810. F. FRANSSEN, De troebelen in het Bossche Vicariaat tijdens de overheersching van Napoleon I (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. I, p. 195-213); A. FRENKEN, Van Alphen en de kerkelijke toestand te 's-Hertogenbosch (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 222 en volgende.) (2) Bij keizerlijk decreet van 9 Juli 1810. IR. J. RAMAER, Geschiedkundige Atlas van Nederland, De Fransche Tijd (1795-1815), p. 84-95. 's-Gravenhage, 1926. (3) Invoering van de Code Napoleon voor N. Brab., Zeeland, het Land van Altena, de Bommelerwaard, Land van Maas en Waal, Rijk van Nijmegen 1 Januari 1811. Voor 't overige van ons land 1 Maart 1811. MR. A. DE PINTO, Handleiding tot het burgerlijk wetboek, dl. I, p. 13. Utrecht, 1875, 5e dr. (4) Bij Keizerlijk decreet van 22 October 1810 benoemd, verbleef hij in 's-Hertogenbosch van 15 Januari 1811 tot 15 December 1815. J. FRUYTIER, Camp (Mathias Franciscus) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VI, col. 255-257. Leiden, 1924). (5) JHR. MR. A.F.O. VAN SASSE VAN YSSELT, Rapport van Pruisische zijde over hetgeen op 26 Januari 1814 is voorgevallen bij de verovering van 's Bosch door de Pruisen op de Franschen (TAXANDRIA, dl. XLVI, p. 257-267. Bergen op Zoom, 1939); STAATKUNDIG DAGBLAD VAN DE RHYNMONDEN, 1814, nrs. 1 & 2. Tot commissarissen in het Departement der Monden van den Rhyn werden bij besluit van 28 Januari 1814 benoemd Marten Bowier en Jan Baptist Verheijen.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 35

1814 29 April Mr Carel Gerard Hultman tot gouverneur dezer Provincie benoemd(6). 18 Junij 1815 Batalle van Waterlo waar Napoleon totaal geslagen werdt door de Hollanders, Engelsche, Pruissen ende overige verbonden mogendheden en zijne kroona en zijne vrijheid verloor(7). 1815 30 Septemberb verkrijgt deze Provincie de naam van Noordbraband(8).

(1816)

/ Pag. 29 / 1816 dit is het beroemde natte jaar, in het welk bij na geen dag zonder regen gepasseerd is; meest alle lage landerijen stonden onder water; vruchten en gras waren er echter op de hogere landen veel gewasschen, doch op de lage landerijen waren de aardappelen, haver en dergelijke zomervruchten verdronken; te Bakel heeft men een snoek van meer dan een half nederlandsch pond in een stuk onder water staande aardappelen gevangen; het gemaaijde gras kon men niet tot hooij krijgen en de vruchten stonden op het veld in de garsten te schieten, zoo dat in September en October nog granen in de tijlen

(6) Bij Besluit van 20 April 1814, n. 9. benoemd en niet bij dat van 6 April zoals HET DAGBLAD VAN HET DEPARTEMENT DER MONDEN VAN DEN RHYN, 1814, n. 23 dit aangeeft. Bij Publicatie van 28 April 1814 de functie aanvaard (VERZAMELING VAN BESLUITEN, AANSCHRIJVINGEN EN BEKENDMAKINGEN VAN DE PROVINCIALE AUTORITEITEN VAN NOORD-BRABAND OVER 1814, nr. 52. 's-Hertogenbosch, 1815). Zie voor zijn levensbijzonderheden H. BRUGMANS, Hultman (Mr. Carel Gerard) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VIII, col. 890-891. Leiden, 1930). a Hs.: heeft zijne kroon de kroon. (7) Zie voor deze gedenkwaardige en tot Nationale Feestdag verheven dag DAGBLAD DER PROVINCIE BRABAND, 1815, extra-ordinair van 22 Junij en tweede extraordinair van 22 Junij. Zie voor Napoleon's abdicatie en gevangenneming Ibid., 1815, extra-ordinair van 28 Junij. b Hs.: 24 Augustus. (8) Kennisgeving hiervan ingevolge K.B. van 16 September 1815 (VERZAMELING VAN BESLUITEN, AANSCHRIJVINGEN EN BEKENDMAKINGEN VAN DE PROVINCIALE AUTORITEITEN VAN NOORDBRABAND OVER 1815, nr. 142. 's-Hertogenbosch, 1816).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 36

stonden; witte bonen waren er gene gewassen, dezelve kwamen niet uit en lagen in den grond te rotten (behalve) hier en daar eene enkelde die opgekomen was (en daarvan) hongen de scheijen aan de staken te rottena, en men kon voor geld geen zaad goed krijgen; voor een halve liter of halve Nederlandsche kan betaalde men 2 gulden 75 centen; / Pag. 30 / de aardappelen liepen tot 1 gulden 50 centen het oude vat, circa 7 gulden 50 centen het mud: de rog het mud....(1)a; de overige vruchten naar advenant; gantsche driften ledig vee kwamen uit Holland, waar men er niet voor te eten had en wierden in de Meijerij op de dorpen publiek en voor alle man voor een baggatel verkogt; de rog, tarwe en andere vruchten die dit jaar gewonnen waren, kon men nauwelijks voor de bakkerij gebruiken; als men het meel zoo droog mengde, dat men de deeg nauwelijks kon bewerken, liep hetzelve in den oven zoo plat als een koek uit elkanderen, en het brood was onsmakelijk en niet voedzaam; de beijen hebben dit jaar ook slecht geteerd; dezelven stonden in de heij van gebrek aan honing te sterven, en veele bijhouders hadden niet genoeg honing om een enkelde stok op te zetten; / Pag. 31 / schoon dit over het algemeen een ongelukkig jaar was, er veel armoede en gebrek is geleden en sommige menschen van honger zijn gestorven, is het zelve voor grote boeren in de Meijerij voordelig geweest om de duurte wil der levensmiddelen(1).

(1819)

/ Pag. 32 / 1819 3 Maart de E.H. Johannes Gast, geboren te s Bosch, capellaan te Schijndel, als pastoor te Heeze gekomen(1) in plaats van den E.H. Jan Baptist de Zeeuw verplaatst naar Cromvoirt(2). 1819 3 Julij en volgende dagen eene staartster zich vertoond in het Noordwesten, hare rigting nemende naar het Noordoosten; dezelve is in het midden van Augustus verdwenen(3). 8 Julij een zwaar onweder met hagel vergezeld, hebbende vele schaden op onderscheiden plaatsen aan het te velde staande graan gedaan, doch is men er te

a Het gecursiveerde tot beter begrip aangevuld. (1) Cfr. Middelprijzen op de onderscheidene markten der Provincie verkochte objecten, gedurende de maanden Junij tot en met November 1816 (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, nrs. 44, 64, 72, 88, 101, 118. 's-Hertogenbosch, 1817). a Hs.: vermeldt geen prijs. (1) Zie voor het rampspoedig jaar 1816 DAGBLAD DER PROVINCIE NOORDBRABAND, 1816, nrs. 55 tot en met 59; 61, 63, 66, 68, 74, 90, 93, 95, 103. (1) Joannes Gast, pastoor van Heeze van 3 Maart 1819 tot aan zijn overlijden op 16 Juni 1854, was geboren te 's-Hertogenbosch op 20 November 1790, als zoon van Theodorus Jaspar en Joanna Maria de Mele, en vervulde achtereenvolgens de kapelaans-bediening te Driel (1812-'16) en te Schijndel (1816-'19). - Op de graftombe van pastoor Joannes Gast is het wapen aangebracht van de bekende Bossche Familie Gast, dat zich als volgt laat beschrijven Doorsneden: I in goud een geplante groene boom; II in rood een zilveren linkerschuinbalk, vergezeld van twee gouden klaverbladen (Mededeling van de Heer J.P.H. Goossens te Vlijmen). (2) Jan Baptist de Zeeuw was te Heeze eerst deservitor en daarna pastoor. Zie hiervoor de Kronijk voor het jaar 1806. Hij overleed 13 October 1842 na een eremitaat van 14 jaren. Zie voor zijn overlijden de Kronijk op 13 October 1842. (3) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1819, n. 54.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Heeze en Leende met de vrees afgekomen, uitgenomen de Rul en Creijl waar men nog eenige schaden geleden heeft(4).

(4) o.a. te Beek en Donk, Lieshout, Erp Vechel, Son, Breugel, St. Oedenrode en Mil PROVINCIAAL DAGBLAD, 1819, n. 56.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 37

25 Julij te Heeze des avonds om 9½ uuren, een luchtverschijnsel gezien evenals een vurigen bezem met een steel, vliegende snel met de bezem vooruit van het Zuidoosten naar het Westen. 4 Augustus om 10 uren des avonds een volmaakten regenboog in de lucht staande in het Noordoosten veroorzaakt door de maan. / Pag. 33 / 1819 30 Augustus des avonds, weder een regenboog in het Noorde door de maan veroorzaakt, die des nachts om 12 uren door een geweldigen stortregen wierdt opgevolgd, doch die maar eenige minuten duurde. 2 October des morgens om 7 uren te Heeze op Ginderover aan het Einde vijf huizen afgebrand: twee huizen toebehorende aan de Weduwe A. Scheepers(1); in een van het welk door haar zelve bewoond de brand begonnen is, denkelijk door onvoorzichtigheid bij het uitbrengen van bed stroo uit de bedden; een van de Weduwe Adriaan Bax(2) en een van Martinus Verberne(3); uit hoofde van droogte was er geen water in de putten; hetzelve moest in boterstanden en melktobben met karren van de Rivier de Aa naar de brandende huizen gebragt worden; het meeste deel der meubelen is in dezelven verbrand, gelijk ook drie koeijen en twee varkens.

(1) Allegundis Scheepers, te Heeze gedoopt op 7 Januari 1756 als dochter van Cornelis Janse en Ida Franse van Buul, aldaar overleden 25 October 1829, was 3 November 1776 te Heeze gehuwd met Baltazaer (Baltus) van Rooij, te Heeze gedoopt op 3 Juni 1751 als zoon van Antoon Janse en Alegondis Cuijpers. - Dat zij huizen bezat op Ginderover is niet gebleken. (2) Elisabeth Janssen, te Heeze gedoopt op 20 Augustus 1773 als dochter van Ge rard en Johanna Janse van Deursen, aldaar overleden 12 October 1838, was 8 Mei 1798 te Heeze gehuwd met Adriaan Bax, gedoopt te Heeze 12 Juli 1767 als zoon van Willem en Hendrina Hendriks van Velthoven, al daar overleden 9 September 1815. De plaats van het huis is kadastraal be kend als Sectie C 579 en thans opgenomen in Sectie C 2276 (eigend. Gemeente Heeze) en 2277 (eigend. J.W. van Hertrooy, Ginderover 108, Heeze). (3) Martinus Verberne, te Heeze gedoopt op 8 Januari 1776 (het huwelijksre gister heeft 8 Augustus 1776) als zoon van Peter en Wilmina Nijsen, aldaar overleden 7 Januari 1833, was te Heeze gehuwd op 19 Juli 1807 met Anna van Bussel, te Heeze gedoopt op 23 October 1777 als dochter van Francis en Joanna Maria Bennes, aldaar overleden 24 Februari 1841. De plaats van het huis is kadastraal bekend als Sectie C 562 en thans opgenomen in Sectie C 2274 (eigend. C. van den Groenendaal, Ginderover 104, Heeze).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 38

(1820-1822)

/ Pag. 34 / 1820 van 6 tot 17 Januarij een zeer vinnigen vorst geweest zoo dat het drie oude Rijnlandsche voetena diep in den grond had gevroren(1); men wilde algemeen dat de koude sterker is geweest als in het algemeen beroemde koude jaar 1740(2). Voorts de geheele maand Januarij hoog water dat men niet droog te voet over de Rulsche, Strabregtsche en Ginderoversche dijken konde komen(3). 17 Januarij den Heer & Mr B.J. Holvoet gouverneur dezer provincie benoemd(4) in plaats van den Hr. C.G. Hultman door ziekte en ouderdom ongesteld(5). 7 Maart den Heer & Mr C.G. Hultman, oud gouverneur dezer provincie te S Bosch overleden(6). 26 April is men te Heeze het huis van G. Jacobs(7), door den Hr Pastoor J. Gast(8) voor de R.C. Gemeente is aangekogt(9) en dat eerst aan den drossaard Jan van der Hoeven heeft toebehoord(10) gaan afbreken, om daar ter plaatse de nieuwe pastorie te bouwen(11); met de bouwing van welke a Hs.: roeden. (1) De oude Rijnlandse voet meet 0.313946 m.; de oude Rijnlandse roede 3.767352 m. (2) Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI, p. 235. 's-Gravenhage, 1845). Zie Kronijk voor het jaar 1740. (3) Zie voor de hoge waterstand in de provincie PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1820, nrs. 8, 9, 13 & 22. (4) Bij K.B. van 17 Januari 1820 (n. 101) benoemd; in functie getreden 10 Februari 1820 (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1820, n. 10); cfr. (PROVINCIAAL DAGBLAD, 1820, n. 7); levensschets IR. J. RAMAER, Holvoet (Jhr. Mr. Benoît Joseph) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. IX, col. 398-399. Leiden, 1933). (5) Zie Kronijk op 29 April 1814. (6) J. GANDERHEYDEN MAURITSZ., Redevoering ter nagedachtenis van Carl Gerard Hultman in leven.... gouverneur der provincie Noord-Brabant, uitgesproken [te] 's Hertogenbosch, 's Hertogenbosch, 1820. Overlijdensbericht PROVINCIAAL DAGBLAD, 1820, n. 20. (7) Godefridus (Gordianus) Jacobs, te Helmond gedoopt 22 Februari 1764 als zoon van Godefridus en Anna Maria Verstappen, overleden te Heeze 21 December 1850, huwde 1) Lucia Knaapen, overleden te Heeze 11 September 1803, 2) Lucia Heesius (ook Sophia Joannis Hesius), overleden te Heeze 29 April 1804, 3) 30 Juli 1809 Catharina Janssen, te Lierop gedoopt 1 Februari 1766 als dochter van Hendrikus en Catharina van Moorsel, overleden te Heeze 27 December 1855. (8) Zie Kronijk op 3 Maart 1819. (9) De koopsom bedroeg f 2150.- (Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 4). Deze eigendomsovergang blijkt nergens ingeschreven. (10) Johan van der Hoeven, zoon van Govert en Cornelia van Brandwijck 19 Maart 1753 met attestatie naar Heeze overgekomen, was gehuwd met Maria de Joode, 27 November 1740 met attestatie naar Heeze overgekomen (Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777, waarin opgenomen Lijst der Ledematen van de Gemeente tot Hees). Van der Hoeven was drossaard van 1782 tot 1790 DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 56. Zaltbommel, 1911. (11) Het woonhuis van de drossaard van Heeze is nooit pastorie geweest; dit valt op te maken uit de volgende citaten: Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 142r 1686 Huurde zich de Pastoor Aegidius van der Voort een huis in de nabijheid van de St. Antoniuskapel, welk huis in 'tzelfde jaar met vele oudheden en aanteekeningen afbrande. Vervolgens bouwde hij op zijne grond en grootendeels ten zijnen koste de nog bestaande

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 39

/ Pag. 35 / dadelijk na den afbraak is begonnen. 6 Mei 1820 Adriaan Jan Deelen als schout van Heeze benoemd om met 1 Januarij 1821 in functie te worden gesteld(1). 12 Junij een zwaar onweder vergezeld met hagel, waar door de boekwijt aan de Ven en Ginderover gelijk ook te Oosterik onder Leende geheel vernield is, zoo dat men dezelve op nieuw moest opzaaijen. 16 Julij de Hr P.F. van Woelderen tot secretaris van Heeze en Leende aangesteld om met 1 Januarij 1821 in functie te treden(2). De Hr H.G. van Moorsel tot secretaris van Someren aangesteld om met 1 Januarij 1821 in functie te treden(3). 18 Julij is de huisvrouw van Hendrik van Nunen te Creijl in den put agter haar woonhuis gevallen en verdronken(4). 22 Julij zijn de pannen op de nieuwe R.C. pastorie te Heeze gelegd. 7 September eene bijna geheele zonsverduistering des namiddags om twee uren, zoo dat men als toen in het Westen op het

oude Pastorij ten Westen gelegen en grenzende aan de kerk. Deze pastorie grensde aan bezittingen van drossaard van der Hoeven (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 239 Protocol van Taxatiën voor de collaterale successie, fol. 331r-332v) 3 Laatselijk een huijs kleijn huijsje en hoff gedeckt met strooij waarin den pastoor is wonende groot omtrent een hondert agt en negentig en een halve roede nogtans zoo groot en cleijn als het zelve mede is leggende tusschen zijn heggen gelegen als voor d'eene zijde Peeter Vromants, d'ander zijde de Roomsche gemeente d'een eijnde d Heer Govert van der Hoeven Drossaard de ander einde de Straat 't welk is bevonden waardig te wesen en getauxeert op een Zomme van agt honderd gulden dus f 800-0-0 (Get. 16 Augustus 1760); Ibid., R Heeze 244 Protocol van Taxatiën voor de collaterale successie, fol. 17r-18v 2 Item een Huijzinge met toebehoren, turfschop, werf en hof, bewoond en gebruijkt werdende bij den Roomschen Pastoor, groot twee loopense veertig en een halve roede of zo groot en klein als rondsom binnen zijn heggen gelegen is binnen Heeze ter plaatse voorsz. nevens erve met d'een sijde de Gemeene Straat, d'ander sijde Johan van der Hoeven, d'een einde de Wede Peter Vromans, d'ander einde het Huijsje en hofje onder het volgend nummer, het welk als voor is waardig bevonden en getaxeert op seven hondert gulden dus f 700 - - (Get. 28 October 1793). Pastoor J. Gast nam geen genoegen meer met de oude pastorie van 1686, kadastraal bekend Heeze Sectie F 434 en wist het woonhuis van de drost in eigendom te krijgen en bouwde naast zijn woning de nieuwe pastorie (Kadastraal bekend sectie F 381, thans opgenomen in sectie F 2380 dat beschreven wordt als kerk, pastorie, school, enz.). Het hogervermelde Memoriale Parochiae de Heeze zegt op pagina 4 dat het huis van bakker Jacobs niet is afgebroken maar ingericht tot woning van de pastoor. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. II A en II D. (1) Adriaan Jan Deelen, te Heeze gedoopt 16 September 1782 als zoon van Jan Godefridus en Elisabeth Daams, aldaar overleden 2 Maart 1870, was te Heeze gehuwd met Maria Catharina van Gennip, te Heeze gedoopt 28 November 1784 als dochter van Gerard en Anna Maria Wilhelmi Schavers, aldaar overleden 22 September 1854. Deelen was eerst schout (PROVINCIAAL DAGBLAD, 1820, n. 36) en daarna burgemeester tot 5 Augustus 1855. (2) Pieter Fredrik van Woelderen, geboren te Cuyk in 1783 of 1784 als zoon van Israël Daniël en Carolina Theodora Frederica Schumachers, gehuwd met Anna Wilhelmina Cornelia Ardesch, geboren te Veere 14 November 1790 (1798!). Hij woonde te Eindhoven. (3) Zie voor Hendrik Godefridus van Moorsel de inleiding. (4) Joanna Maria van den Hurk, te Heeze 25 December 1773 gedoopt als dochter van Hendrik en Catharina Janse Bluckers, was gehuwd met Hendrik van Nunen, te Leende gedoopt 17 April 1773 als zoon van Wilhelmus en Jacomijns van Zomeren, te Heeze overleden 23 April 1842. - Het ongeval had des morgens om 7 uur plaats.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 40

/ Pag. 36 / midden van den dag de sterren in de lucht zag staan(1). 1821 1 Januarij het nieuwe bestuur te Heeze in functie gesteld en den eed afgelegd(2) als schout A.J. Deelen(3) als secretaris P.F. van Woelderen(4) en ontvanger J.G. Ernou(5). id. te Leende Nicolaus Wijnants tot schout(6), P.F. van Woelderen tot secretaris(4), ontvanger N. Wijnants(6). id. te Someren als schout M. van Dremmen(7) als secretaris H.G. van Moorsel(8) en ontvanger J. Sack(9)a. 26 en 27 Februarij eene startster zich vertoond in het Westen, zijnde de volgende dagen uit hoofden van betrokken lucht onzigtbaar. 5 Mei stierf op St. Helena Napoleon, ex keijzer der Fransen en dezelve heeft als generaal 27 veldslagen en als keijzer 49 overwinningen behaald of gewonnen(10). Stierf oud 52 jaren(11)b. 20 Junij te Heeze de boekwijt en aardappelen meest allen bevroren. Het geheele najaar 1821 tot oude jaar dag in cluis geen vorst gehad; ook zeer wijnig gedurende het voorjaar 1822, wanneer het niet zoo sterk heeft gevrooren dat het eijs een ordinaire hond zoude hebben kunnen / Pag. 37 / dragen doch gedurende den geheelen winter veel moklucht en wind.

(1) Zie voor de beschrijving van deze zoneclips ALMANAK VOOR DE PROVINCIE NOORD-BRABAND VOOR HET SCHRIKKELJAAR 1820. 's-Hertogenbosch, 1820. (2) Overeenkomstig art. 76 van het Reglement van Bestuur ten Platte Lande had de beëdiging en installatie der benoemde schouten van de gemeenten ten Platte Lande plaats in de vergadering der Heeren Gedeputeerde Staten op 29 December 1820 (PROVINCIAAL DAGBLAD, 1821 n.l.). (3) Zie Kronijk op 6 Mei 1820. (4) Zie Kronijk op 16 Juli 1820. (5) Gerardus Johannes Ernou, geboren te Maastricht 10 November 1741 als zoon van Paulus en Cornelia Belmans, overleden te Heeze 7 Maart 1835 als weduwnaar van Aleidis Partouns. Hij was gepensionneerd landelijk en actief plaatselijk ontvanger. (6) Nicolaus Wijnants te Borgloon gedoopt op 17 Augustus 1756, en te Antwerpen overleden op 2 Juli 1848 als weduwnaar van Anna Moors en van Christina Maria Margareta Becker, te Zwolle gedoopt 12 December 1762. Hij was le luitenant van de Infanterie en burgemeester van Leende tot 1 December 1839. Zie Kronijk op 17 December 1839. (4) Zie Kronijk op 16 Juli 1820. (6) Nicolaus Wijnants te Borgloon gedoopt op 17 Augustus 1756, en te Antwerpen overleden op 2 Juli 1848 als weduwnaar van Anna Moors en van Christina Maria Margareta Becker, te Zwolle gedoopt 12 December 1762. Hij was le luitenant van de Infanterie en burgemeester van Leende tot 1 December 1839. Zie Kronijk op 17 December 1839. (7) Martinus van Dremmen geboren te Someren 1 April 1772 als zoon van Gerardus en Anna Catharina van Riet, aldaar overleden 7 December 1836, ongehuwd. Hij was burgemeester van Someren van 1821 tot 1835 en openbaar notaris van 1818 tot 1836. Zie Kronijk op 6 November 1835, 3 Juni en 7 December 1836. (8) Zie voor Hendrik Godefridus van Moorsel de inleiding. (9) Jan Sack te Someren gedoopt 6 September 1795 als zoon van Jan en Maria Verberne, aldaar overleden 2 April 1853, ongehuwd. a Hs.: Sak. (10) Zie voor zijn wapenfeiten het artikel Napoleon (OOSTHOEKS GEÏLLUSTREERDE ENCYCLOPAEDIE, dl. VIII, p 386-390. Utrecht, 1922); DR. P. GEYL, Napoleon, (Jaartallen) p. 506-518. Utrecht, 1946. (11) Zie Kronijk op 15 Augustus 1769. b Door kronijkschrijver later toegevoegde notitie.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1822 10 en 11 Maart sterk gestormd vergezeld met onweder waardoor elders verscheiden torens aan brand zijn geslagen en huizen en andere gebouwen omgewaaijd doch heeft te Heeze gene schaden gedaan als aan eenige daken(1).

(1) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1822, n. 22.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 41

5 September is de E. Hr. Joh. Gast pastoor in de nieuwe pastorie getrokken(2). 10 October is de E.H. Jan Daniel Cocheret predikant te Heeze geworden(3) en zijn intrek in de gereformeerde pastorie genomen(4). In deze maand zijn de eerste centen in omloop gebracht en de oude duiten afgezet(5). 5 December een sterken storm uit het Westen voornamelijk des nachts. De geheelen zomer van 1822 bijzonder schoon weder geweest, dat geduurd heeft tot 5 December 1822 wanneer het met een storm buiig weder is geworden.

(1823-1824)

/ Pag. 38 / 1823 Januarij de geheele maand zeer sterk gevroren; den 22, 23 en 24 van die maand zoo sterk dat ze de koude van 1740 overtrof en de termometer 4 en 5 graden lager stond dan gemeld jaar; ook overtrof zij die van 1795 en 1798 met 7 graden koude volgens de couranten(1). 4 Maart sterk gestormd uit het Noord Westen. 27 Mei de E. Hr Jan Daniel Cocheret van hier vertrokken als predikant naar Nuenen(2). 17 Junij is men te Helmond begonnen de brug over de Meij of oude stadsgracht af te breken, gelijk ook de overblijfselen der oude poort ten einde aldaar plaats te maken voor het graven der Zuidwillemsvaart, zijnde circa op dezelve plaats lopende waar de oude poort en brug was en nu de nuwe brug over de Zuidwillemsvaart is gelegd(3). 12 en 13 December sterk gestormd vergezeld met donder, hagel en sneeuw; onderscheiden huizen te Heeze door den wind

(2) Cfr. Kronijk 26 April & 22 Juli 1820. (3) Jean Daniël Cocheret de la Morinière, bevestigd 13 October 1822 en vertrokken naar Nunen 8 Juni 1823. Hij was gehuwd met Helena Maria Mumkel. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 20). (4) Heeze Sectie F 312 en 313 (huis en erf). Zie de situatietekening in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, n. VIIA. (5) Nieuwe centen en halve centen gekomen in plaats van Hellers of kleine duiten (PROVINCIAAL DAGBLAD, 1822, n. 81). Zie de wet van 28 Sept. 1816 (STAATSBLAD, 1816, n. 50). (1) In het wegens de strenge vorst zo beruchte jaar 1740 daalde de termometer slechts tot 2o onder nul (F). Het was dus den 23 Jan. l.l. nog 3¼ graad kouder (PROVINCIAAL DAGBLAD, 1823, n. 8). Niet in Kronijk van felle winters van 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI. 's-Gravenhage, 1845). (2) Aanvaardde de beroeping naar Nuenen 16 Februari 1823 en nam 26 Mei 1823 ontslag. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Acta-Boek, II, p. 256-258. (3) A. FRENKEN, Helmond in het verleden, dl. I, p. 31, 36, 42. 's-Hertogenbosch, 1928.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen / Pag. 39 / beschadigd voornamelijk dat van de Weduwe Thomas van der Velden(1), het welk de Oude Pastorie was tijdens men in de grote kerk dienst dede, zijnde van het zelve meest allen de kappen afgeslagen(2).

(1) Tomas van der Velde, steelmaker, geboren te Lierop als zoon van Jan en Johanna van der Aalst, overleden te Heeze 23 Januari 1827, was 12 Mei 1804 gehuwd met Maria van Ganzewinkel, gedoopt te Budel 18 Juni 1778(?) als dochter van Arnoldus en Jenneke Winters, overleden te Heeze 15 November 1856. Op het ogenblik dat de schrijver zijn aantekening over de oude pastorie aan de grote kerk optekende was Th. van der Velde overleden, niet op het moment dat zijn huis in 1823 beschadigd werd. Zie de situatietekening in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nr. I A. (2) Laatste kerkeraadsvergadering gehouden in de grote kerk op 5 Mei 1783, sedert dien onafgebroken in de Capel. Cfr. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Acta-Boek, II, p. 22. De plek van deze pastorie is bekend als Sectie D 1019, thans D. 1772 (eigend. M. Scheepers Hazenhurk 3, Heeze).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 42

17 December zijn de oude schellingen doende 6 stuivers of 30 centen, en de zestehalven doende 5 stuivers of 27½ centen ingetrokken en weder in omloop gebragt; allen aan 25 centen het stuk(3). Tussen 17 en 18 December des nachts is de dorps chirurgijn en vroedheer Peter Antonie Bungeners te Heeze overleden(4). 29 December des nachts gedonderd en gestormd met hagelbuijen. Het geheele najaar 1823 zacht weder geweest tot het einde. 1824 22 Januarij een soort van staartster zich vertoond; in het Noorden hebbende eene soort van staart of baard, naar het Oosten gekeerd gelijkende naar een verlichten nevel of damp; naar den 1e Februarij is dezelve verdwenen(5). / Pag. 40 / 1824 28 Januarij de Hr P.F. van Woelderen bedankt en ontslagen als secretaris van Heeze en Leende, zijnde de zelve geplaatst als Notaris te Vegchel(1). 23 Februarij benoemd en den 15 en 16 Maart beëedigd en in functie gesteld als secretaris van Heeze en Leende de Hr Hendrik Godefridus van Moorsel geboren te Dunkerken en secretaris te Someren, doch wonende te Heeze(2) 16 Maart is het jongetje van Aalta Versteeg, tuinman op het kasteel, in een sloot langst de laan van het kasteel in het water gevallen en verdronken(3). 21 Maart is de Eerw. Heer Bartholomeus van der Spankb capellaan alhier

(3) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1823, nrs. 147, 152. (4) Peter Antonius Bungeners, geboren te Meegen 29 April 1769 als zoon van Johannes Jasper en Anna Catharina Bogaarts, overleden te Heeze 18 December 1823, was blijkens het parochiearchief van Achel op 28 October 1799 in de kerk van de verlaten Achelse Kluis gehuwd met Hendrina Ballings, te Hamont geboren op 19 Mei 1777 als dochter van Adrianus en Maria Christina Claes - deze geboorte staat nergens vermeld te Hamont -. Parochiearchief SS. Monulphus en Gondulphus te Achel 28 Octobris 1799 vigesima octava octobris ex speciali commissione a Rdis dominis pastoribus in Buel en Hamont mihi concessa factis tribus proclamationibus coram me pastore in Achel contraxerunt matrimonium in ecclesia eremi Achellensis perdilectus frater meus petrus antonius Bungeners baptisatus Meghae et Henrica Balings baptisata Hamunti, praesentibus qua testibus Henrico Balings et Luca van der Putten. Cfr. voor de kerkelijke toestand Parochiearchief Hamont CHR. REIJNERS, De iis quae Hamonti acciderunt ab anno 1797 ad annum 1802 commentarium, Hs. 1861; P. DOM. DE JONG O.C.R., Het Kerkdorp Borkel en Schaft, p. 60-63. Eindhoven, 1951. Peter Bungeners als heel- en vroedmeester gekwalificeerd sedert 26 Juni 1810 (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1821, n. 72; Ibid., 1823, n. 49). (5) Cfr. B. BRINKMAN, PR., De Sterrentvereld, p. 270. Leiden, 1873. (1) 25 Februari 1824 kocht hij als notaris te Veghel een herenhuis aldaar van Josephus Franciscus de Kuyper, lid van Gedeputeerde Staten te Veghel, staande en gelegen aan de Straat nummer 42, voor de koopsom van f 2000.-. (2) Zie voor Hendrik Godefridus van Moorsel de inleiding. a Hs.: Jacob. (3) Jacob Versteeg, geboren te Heeze 18 November 1816 als zoon van Aalt Versteeg en Maria Frederica Luther, overleed 16 Maart 1824 om 12 uur des middags. b Fis.: Spang.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 43

tot pastoor van Herwen en Rossum in den Bommelre waard vertrokken(4); dezelve was geboren te Schijndel. 23 Maart is in des zelfs plaats gekomen de Eerw. Heer Wilhelmus Bax, geboren te Leende, komende uit het seminarie als capellaan van Heeze(5). / Pag 41 / 1824 tussen 19 en 20 Julij heeft de boekwijt door den nachtvorst veel geleden. Den 16 December is door Hendrik Deelen timmerman(1), de toren van de kapel te Eimerik op orde van de gereformeerde kerkvoogden afgebroken. Om St. Jacob(2) en St. Anna(3) verkogt men dit jaar de oude rog van 1823 aan 50 centen het oude vat en de rog van 1824 aan 40 centen het oude vat; is zo wat 2.30 en 2 gulden het mud(4). In het begin van November is het water door het regenachtig weder zodanig gewasschen, dat er verscheiden dijken zijn doorgebroken, bruggen, sluizen en molens afgespoeld, vee en volk verdronken aan allen de voornaamste stroomen; in Duitschland en Holland zelfs van klijne reviertiens in de Berglanden(5). Het najaar 1824 is geen vorst geweest, altoos los en winderig weder met regen vergezeld, zoo dat de meeste lieden hunne aardappelen in de kuijlen in het water lagen.

(4) Sedert 1818 kapelaan te Heeze, 1824 pastoor van Hurwene-Rossum en in 1843 alleen van Hurwene. Hij verkreeg ontslag in 1851. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 110, 652. St. Michiels-Gestel, 1873; dl. V. p. 610. St. Michiels-Gestel, 1876. (5) Wilhelmus Bax, gedoopt te Leende 13 Juni 1799 als zoon van Jan Laurens en Maria Anna van Asten, overleed te Oerle 5 Januari 1861. Van kapelaan te Heeze werd hij in 1832 pastoor te Soerendonk, en in 1854 te Oerle. In 1858 vroeg hij ontslag. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. III. p. 542. St. Michiels-Gestel, 1872; dl. IV, p. 110. St. Michiels-Gestel, 1873; dl. V, p. 340, 655. St. Michiels-Gestel, 1876. (1) Hendrik Deelen, te Heeze gedoopt als zoon van Joannes Godefridus en Elisabeth Dams op 3 December 1797, overleden te Heeze 4 Juni 1832, was gehuwd met Joanna Petronilla Vroomans op 24 November 1825, die 8 Augustus 1797 te Heeze gedoopt werd als dochter van Godefridus Petri en Jacoba Arnoldi en eveneens te Heeze overleed op 29 September 1854, als weduwe van Paulus van Exel, en van Henricus Deelen, echtgenote van Hendrik van Riel. Zij was de eerste maal gehuwd met Paulus van Exel op 28 November 1813, die 28 September 1791 te Heeze gedoopt werd als zoon van Joannes en Catharina van Asten, en te Heeze overleed op 26 December 1824. De derde maal huwde zij op 9 November 1837 met Hendrik van Riel, te Heeze gedoopt op 27 April 1801 en overleden te Heeze 14 September 1859. (2) Feestdag 25 Juli. (3) Feestdag 26 Juli. (4) Cfr. Middelprijzen der levensmiddelen oyer de maand Julij 1824; idem over Augustus 1824 (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1824, nrs 94 & 106). (5) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1824, n. 90.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 44

(1825-1826)

/ Pag. 42 / 1824 dit jaar was er zoo groot aantal rupsen dat er geen blad meer aan de hagen of bomen gebleven is; en de huizen digte bij eijken bomen staande moesten de inwoonders onderscheiden malen op den dag met de bezem dezelven uit vagen(1). 1825 3 en 4 Februarij een sterken storm uit het Noord Westen, waar door de zee zodanig is opgelopen ter gelegenheid der volle maan, dat geheel de zee kust is onder water gezet en op veele plaatsen over de dijken geslagen waardoor veel vee en ook menschen zijn omgekomen(2). 13 Maart de E. Hr J.L.A. Kremer tot gereformeerd predikant te Heeze bevestigd(3). 25 Maart stierf Rutger Jan Schimmelpennincka, gewezen Raadspensionaris van Holland(4)b. 12 Junij is door Andreas Bossy marechaussee des zelfs Jansenismus afgezworen en is tot de Roomsche kerk overgegaan(5). 25 Junij is Jonkheer Rijnoud Charle van Tuyll van Serooskerken, oudsten zoon van den Heere van Heeze(6) te Amsterdam

(1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1825, n. 12. (2) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1825, nrs 11 tot en met 25, passim. Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1825, n. 22; DR. L. VERBERNE, Nieuwste Geschiedenis (GESCHIEDENIS VAN NEDERLAND, dl. VII, p. 191. Amsterdam, 1937). (3) Johan Leonard Arnold Kremer, geboren te Urmond als zoon van Arnold en Christina Johanna Maria Geertruida Thielen op 11 Augustus 1798, overleed te Heeze 17 Juni 1867. Hij was gehuwd met Aaltje Pliester, geboren te Etten als dochter van Jan Hendrik en Johanna Noij op 2 Augustus 1796, overleden te Heeze 15 Mei 1867. Als candidaat van den H. Dienst bij het Provinciaal Kerkbestuur van Utrecht, werd de E. Hr. Kremer te Heeze bevestigd als predikant door zijn vader A. Kremer, predikant te Veldhoven. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Acta-Boek, II, p. 267. Cfr. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 20). a Hs.: Schimmelpenning. (4) Zie Kronijk 29 April en 15 Mei 1805. b De gehele notitie door kronijkschrijver later toegevoegd. (5) Andreas Bossy, geboren te Dordrecht 29 Maart 1785, was gehuwd met Cornelia Behagel van 's-Gravenhage. (6) Reinout Carel, zoon van Jan Diederik van Tuyll van Serooskerken en Johanna Catharina van Westreenen, geboren te Utrecht op 25 Maart 1798, was philosophiae naturalis Magister, Astronomiae & Mathematicae necnon Juris Utriusque doctor, raad- en generaalmeester van de Munt en ridder van de orde van de Nederlandse Leeuw, en overleed kinderloos te Utrecht 20 April 1882.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen / Pag. 43 / gehuwd zijnde(1) met Juffrouw [Maria Agnes] Marselis Hartsink(2) door de schutterijen van de Zes-Gehugten(3), Strijp(4), Leende(5) en Heeze(6) tot Riel op de scheiding van het territoir afgehaald en tot op het kasteel begeleid geworden(7)(7). 11 Julij zijn dezelve door de schutterijen van Leende en Strijp te Leende ingehaald(8).

(1) Te Amsterdam op 16 Juni 1825. (2) Maria Agnes van Marselis Hartsinck, geboren te Amsterdam 18 November 1796 als dochter van Pieter Cornelis en jkvr Maria Petronella van Marselis, overleden te Utrecht 14 Maart 1868. (3) St. Jorisgilde. (4) St. Jansgilde. (5) St. Jacob- en St. Annagilde; St. Catharina- en St. Barbaragilde. (6) St. Jorisgilde en St. Agathagilde. (7) Archief St. Agathagilde te Heeze Op Zaturdag den 25 der maand Junij heeft onze Gulde met alle de Gulde broeders de eer gehad met nog vijf Gulde om in te halen Den Jong Heer Reinoud Karel Baron van Tuil met zijne Mevrouw op het begin van de Heerlijkheid tusschen L..... en Eindhoven. Acht dagen na de inhaling heeft de overheid deze twee Gulden van Heeze met de Regenten van het Dorp voor de eer aan het bewezene op het Gasteel eenen treffelijken maaltijd gehad, twee dagen na datum de overheid van de Gulde van de Zes Gehugten, twee van Leenden een van Strijp ook op het Casteel een maaltijd. Wederom acht dagen na datum is ieder Guld voor de Gulde Broeders vereerd met drie tonnen bier hetwelk zij op den teerdag in de Gulde kamer hebben vrolijk opgedronken. (7) Zie vorige aantekening. (8) Dezelfde datum als de verering van drie tonnen bier hiervoor genoemd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 45

Gedurende de maanden Junij en Julij 1825 heeft liet zeer sterk gedroogd; de hitte was den 17, 18 en 19 en 20 Julij zoo sterk en wel voornamelijk op den 19 Julij dat het ondragelijk was, en de thermometer tusschen de 69 en 70 graden tekende; voorts de gehelen zomer bijzonder droog geweest en maar zeer wijnig geregend(9). 7 October des avonds kon men van Heeze zien dat Obicht een dorpje aan de Maas niet ver van Maastricht afbrande(10). 4 November de Heer van Vredenburcha, gouverneur dezer provincie(11), en de generaal De Eerens(12)b een bezoek op het kasteel / Pag. 44 / te Heeze gegeven. 29 November een zwaar onweder hier en ommestreken zijnde de blixem te Eindhoven in onderscheiden huizen ingeslagen zonder echter brand te veroorzaken. 1826 26 Augustus in dit jaar is op den 26 Augustus de Heer A.F. Goudriaan(1)a met het marktschip van Luijk door de Zuidwillemsvaart van Maastricht naar s Bosch gevaren(2); dit is het eerste schip dat door de Zuidwillemsvaart de rijs gemaakt heeft.

(9) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1825, n. 59 - thermometer constructie Six -. (10) J. MEULLENERS, Geschiedenis van de Heerlijkheid en heeren van Obbicht en Papenhoven voornamelijk van Jonker Filips van Bentinck - eene bijdrage tot de geschiedenis van het Overkwartier van Gelderland (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE DUCHE DE LIMBOURG, t. XX, p. 423. Roermond, 1883); C. VENCKEN, Groote brand in 1825 (MAASGOUW, jrg. XXXI, p. 25-27. Maastricht, 1909). Cfr. PROVINCIAAL DAGBLAD, 1825, nrs 82 & 83. a Hs.: Vredenburg. (11) Gouverneur van 22 April 1823 tot 21 Juli 1826 (was reeds vanaf 28 Augustus 1822 met de tijdelijke waarneming belast). PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRA BAND, 1822, n. 75; 1823, n. 51 & 1826, n. 122. Zie voor zijn leven W. REGT, Vredenburch, (mr. Ewout baron van) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VII, col. 1295-1296. Leiden, 1927). (12) C. BRUINVIS, Eerens (Dominique Jacques de) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I. col. 166-167. Leiden, 1911). b Hs.: Erens. (1) Zie voor zijn leven en werken J. RAMAER, Goudriaan (Adrianus Franciscus) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 960-964. Leiden, 1911). a Hs.: Tets van Goudriaan. (2) Hij maakte deze reis in zijn kwaliteit van inspecteur-generaal van de Waterstaat. Cfr. DR. C. WISKERKE, De aanleg van de Zuidwillemsvaart (TIJDSCHRIFT VAN HET KONINKLIJK NEDERLANDSCH AARDRIJKSKUNDIG GENOOTSCHAP, dl. LXI (1944), p. 4-24); PROVINCIAAL DAGBLAD, 1826, nrs 68 & 69.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 46

9 October is door Hendrik Deelen timmerman de nieuwe toren op de Kapel te Eimerik gesteld en den 13 October 1826 het kruis er op gebragt, zijnde de nieuwe toren in den zelven smaak als de oude, doch de oude was wat snariger en van betere proportie(3). 23 December heeft een koordendanser te Heeze op het plein bij de Kapel op de koord gedanst en allerleij grappen aangevangen.

(1827-1828)

/ Pag. 45 / 1827 11 Januarij is het huis van Adriaan Mack(1) te Leende in den Renhoek geheel afgebrand, zijnde in het zelve het vee en alles verbrand en de schade daardoor veroorzaakt geschat op f 6725.-, doch was dezelve in eene brandwaarborgmaatschappij ingeschreven, en heeft ook een aanzienlijke onderstand van den lande ontvangen uit het fonds tot voorziening van onvoorziene rampen. 9 Februarij des avonds om 10 uren te Heeze aan den ouden Molen het huis van Gosewinus Sprengers(2) geheel afgebrand zijnde er wijnig uit geret, dat ook niet kon wijl er zich niet veel in bevond. Uit hoofde van den vorst kon de brandspuit niet gebezigd worden, doch daar den sneeuw dik lag, wierd de zelve van alle zijden bij gebragt en met schuppen in de vlammen geworpen zoo dat nog veel hout van het huis behouden is gebleven.

(3) Zie voor Hendrik Deelen Kronijk 16 December 1824. (1) Adriaan Mack, gedoopt te Leende 31 Maart 1759 als zoon van Joannes en Jacoba Colen, aldaar overleden 2 Mei 1831, was 15 Januari 1792 te Leende gehuwd met Maria Elisabeth Pompen, gedoopt te Leende 16 Februari 1750 als dochter van Adrianus en Catharina Vossen, aldaar overleden 20 December 1828. Bij haar ouders woonde in Maria Catharina Mack, gedoopt te Leende 7 Juni 1795, aldaar overleden 25 Augustus 1848, gehuwd te Leende op 25 Januari 1818 met Joannes Josephus Kemps, gedoopt te Leende 9 November 1789 als zoon van Tieleman en Joanna Hertrooys, aldaar overleden 26 Januari 1833. - Het afgebrande huis stond waarschijnlijk bekend als sectie A 1750 thans voor een groot gedeelte opgenomen in de rijksweg (sectie A 3105) en in sectie A 3106 (eigend. P.G. Rutten, Renhoek B 156, Leende). (2) Gosewinus Sprengers, gedoopt te Maarheeze 9 September 1780 als zoon van Bartholomeus en Maria Dillen, gehuwd met Johanna Ceelen, gedoopt te Sterksel 3 November 1786 als dochter van Rogier en Maria Jansen Verhindert. - 20 April vertrok dit gezin naar Weert. Het huis werd blijkbaar niet opgebouwd. Vermoedelijk is de plek bekend gebleven als sectie A 311 of 312.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 47

/ Pag. 46 / 1827 gedurende de maand Februarij heeft het sterk gevroren en den 17 was het zoo koud dat de inkt in de pen al schrijvende bevroor(1). 8 Maart des avonds een sterk onweder zonder echter ongelukken te veroorzaken. 1828 13 Mei voor het eerst de schutterijen opgeschreven om te loten over een tijdvak van 10 jaren van 1794 tot 1803 incluis(2). 28 Mei te Leende door H.J. Kemps(3) een dullen of razende hond doodgeschoten(4) in het portaal vant huis van W. van Deenen(5). In dit voorjaar zijn de landmeters afgekomen om de landerijen te Heeze en Leende op te meten en daar kaarten van te maken(6); die te Heeze heet Simon de Wit was van Raamsdonk en die te Leende heete J.A. Lecluijx was van Roermonde: beiden onder toezigt van Hyacinthus van Dijk(7). 27 Junij te Heeze en den 28e te Leende de schutterij voor de eerste maal geloot over een tijdvak van 10 jaren(8). / Pag. 47 / 1828 15 Augustus het grootste gedeelte van het dak en wulfsel der grote kerk met stil weder ingestort te Heeze. 9 September tijding gekomen dat Koning Willem I eene subsidie verleend had bij besluit van 25 Augustus 1828 tot het opbouwen van eene nieuwe Roomsche kerk in plaats der schuurkerk te Heeze die te klijn is, zijnde de subsidie groot 5000.-(1). (1) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1827, n. 16. (2) A. SLOTEMAKER, Handleiding tot de geregelde uitvoering van de werkzaamheden voorgeschreven bij de Wet op de Schutterij, p. 4 & 19. Dordrecht, 1831. (3) Hendrik Jacobus Kemps, gedoopt te Leende 1 Mei 1785 als zoon van Tieleman en Jeanne Catharine Hertrooys, aldaar overleden 20 Juni 1869, was 10 Februari 1811 te Leende gehuwd met Wilhelmina van Mierlo, gedoopt te Leende 20 September 1776 als dochter van Arnold en Wilhelmina Bitters, aldaar overleden 19 Juni 1857, weduwe van Wouter van Gaal, gedoopt te Leende en aldaar gehuwd 12 Februari 1797. Hij overleed 14 Juni 1809. (4) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1827, n. 98 & 110. Cfr. voor de daar gevolgde praktijk in zake het vasthouden der honden en het doodschieten van razende honden PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1825, nrs. 83 & 98. (5) Wilhelmus van Deenen, gedoopt te Leende 9 Januari 1799 als zoon van Wilhelmus en Godefrida van Engelen, aldaar overleden 4 Mei 1865, was 2 Augustus 1835 te Leende gehuwd met Hendrika Knapen, geboren te Leende 18 September 1812 als dochter van Wilhelmus en Joanna van Beek. (6) Zie voor de werkwijze van de landmeters Handleiding voor de plaatselijke besturen waarbij de gang wordt voorgeschreven door dezelven, ten aanzien van de kadastrale werkzaamheden te volgen - Manuel à l'usage des Autorités Communales, concernant leur coopération aux travaux du Cadastre, Brussel, 1829, p. 103. (7) De kaarten van Heeze en Leende zijn vervaardigd onder directie van Jonkheer H J. Hora Siccama van de Harkstede, Inspecteur, den Heer L.D. van Heijst, Ingenieur Verificateur, door H. van Dijk, Landmeter der 1e Klasse. Zie voor de laatste persoon de Kronijk op April 1808. (8) Ingevolge de Wet op de Schutterij 11 April 1827, Hfdst. I, art. 1 Ieder ingezeten van het Rijk, die op den 1e January van elk jaar zijn 25ste jaar zal zijn ingetreden, en zijn 34ste niet voleindigd zal hebben, zal, ingevolge de bepalingen dezer wet, daartoe opgeroepen zijnde, verpligt wezen de schutterlijke dienst uit te oefenen. Hfdst. II, art. 1 Inschrijving vóór de 1e Junij (14 dagen voor het openen der registers); art. 10 Loting moet plaats hebben vóór de 1e Julij. (A. SLOTEMAKER, Handleiding tot de geregelde uitvoering van de werkzaamheden voorgeschreven bij de Wet op de Schutterij. Dordrecht, 1831). (1) Reeds in 1821 en 1824 waren requesten bij Z.M. ingediend ter bekoming van een subsidie. Door tussenkomst van Baron van Tuyll van Serooskerken, Th. Wesselman van Helmond, en de Gouverneur der provincie werd een bedrag van f 5000. - verleend, doch hiervan werden afgetrokken zegels, leges en andere onkosten. Cfr. Parochiearchief St. Martinus te Heeze,

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 48

12 September een zwaar onweder vergezeld met hagel; de stenen ter grote van duiven eijeren, doch heeft te Heeze en Leende wijnig schaden gedaan, doch te Someren in de schuurkerk meer dan 250 ruiten ingehageld en ook hier en daar bij particulieren(2). 23 October de tijding ontvangen dat den Heer Jan Diederik Baron van Tuyll van Serooskerken tot lid van de twede Kamer der Staten Generaal is verkoren(3). 23 October is de grote kerk door de Hervormden aan de R.C. verkogt voor f 500.-(4) en vervolgens door deze afgebroken om de stenen te gebruiken aan de fondamenten der nieuwe kerk.

(1828-1829)

/ Pag. 48 / 1828 24 October heeft men begonnen de grote kerk af te breken en de oude stenen en verderen afbraak met karren naar de nieuw te bouwen kerk over te brengen(1). 1829 10 Februarij Paus Leo den XII te Romen overleden(2). 30 Maart de Hr Theodorus Dupuis geboren en wonende te Antwerpen met de Raad der Gemeente Heeze geaccordeerd als heelvroedmeester te Heeze te komen op een tractement van f 200.-(3). Memoriale Parochiae de Heeze, p. 4 en PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1829, n. 87, p. 46. Zie de situatietekening in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, n. II A. (2) Cfr. PROVINCIAAL DAGBLAD, 1828, n. 77. (3) Zijn zittingstijd begon 7 November 1828 en eindigde bij zijn overlijden 9 Juli 1843. Hij werd gekozen ter vervanging van wijlen jonkheer Van der Brugghen van Croij. Jan Diederik baron van Tuyll van Serooskerken, geboren te Utrecht 6 Augustus 1773 als zoon van Reinout Diederik en Carolina Ursulina Philippota barones van Randwijck, overleden te Heeze 9 Juli 1843, was gehuwd met Johanna Catharina van Westreenen op 20 Juli 1796 te de Bildt bij Utrecht, die 24 Maart 1776 te De Bildt geboren werd als dochter van Frederik Jan, heer van Themaat en van Geertruida Elisabeth Testart, en te Heeze overleed op 28 November 1862. (4) Het Memoriale Parochiae de Heeze (Parochiearchief St. Martinus te Heeze) geeft op p. 4 de som van f 475.-. Extract uyt een besluyt gegeven den 16 October 1828 te 's-Bosch door het Provinciaal Collegie van toezigt over de kerkelijke administratie der hervormden in Noord-Braband, (Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Portefeuille IV de bouw der kerk 1830). Bijkomende kosten voor rekening van kopers, waar in staat als volgt f 475. Het acte-boek II (Archief der Hervormde pastorie te Heeze) heeft f 500.-. We merken hier duidelijkheidshalve op, dat niet de oude kerk als zodanig verkocht werd maar alleen de opstal. (1) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale parochiae de Heeze, p. 4 Hetgeen dienstig was werd gebruikt voor de fundamenten enz. der nieuwe kerk waarmede dan ook onder de opzichters Piet van Driel en Adriaan van Gaal een begin werd gemaakt. (2) Hannibal Franz Klemens Melchior Hieronymus Nikolaus della Genga was paus onder de naam van Leo XII van 28 September 1823 tot 10 Februari 1829. Zie voor eigentijds bericht DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XI, p. 216-225, z. pl. 1823; dl. XXII, p. 132-150, 168-170 z. pl., 1829, Cfr. J. SCHMIDLIN, Papstgeschichte der Neuesten Zeit, dl. I, p. 367-474. Munster, 1933, 3e. (3) Theodorus Dupuis, geboren te Antwerpen 7 September 1803 als zoon van Justinus en Anna Elisabeth van der Putten, overleden te Heeze 24 Januari 1864, was gehuwd met Isabella Maria Pans, geboren te St. Margaretha Houthem op 12 Augustus 1801 als dochter van Paulus en Catharina Melaarts en overleden te Heeze 3 Februari 1885. Theodorus Dupuis als heelmeester ten platte Lande geadmitteerd te 's Hertogenbosch op 13 Mei 1829 en op diezelfde dag ook als vroedmeester (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1830, n.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 31 Maart de zware balken en ander hout voor de nieuwe kerk komende van Dort(4) door karren van Heeze te Someren aan de losplaats afgehaald. 31 Maart te Rome Franciscus Xaverius onder den naam van Pius VIII tot Paus verkoren(5). 10 April heeft men te Someren het bouwen van eene nieuwe kerk waarvoor Koning Willem I eenen subsidie van 4500 verleend heeft, publiek aanbesteed(6).

19, p. 10 & 15) en bezat volgens zijn overlijdensakte (1864, n. 6) de kwaliteit van genees- heel- en verloskundige. Hij vestigde zich te Heeze 27 Mei 1829. (4) Dort is Dordrecht. (5) Franz Xaver Castiglioni was paus onder de naam van Pius VIII vanaf 31 Maart 1829 tot 30 November 1830. Zie voor eigentijdse berichten DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XXII, p. 267, z. pl., 1829; dl. XXVI, p. 1-4, 39-41, Grave, 1831. Cfr. J. SCHMIDLIN, Papstgeschichte der Neuesten Zeit, dl. I p. 474-510. München, 1933, 3e. (6) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1828, n. 120, p. 46 Someren f 3.500.-. PROVINCIAAL DAGBLAD, 1829, n. 28 bevat deze annonce Bekendmaking. M. van Drongelen, Notaris, residerende te Someren, zal aldaar, voor de Roomsche Gemeente, op Vrijdag den 10 April 1829, des namiddags om 2 ure, aanbesteden: HET TIMMER- EN METSELWERK, tot vernieuwing en vergrooting der Roomsche Kerk. De Konditien zullen drie dagen bevorens ter lezing liggen bij Ant. van Weert, te Someren, en op den dag der aanbesteding ten 11 ure, aanwijzing in loco worden gedaan.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 49

23 April is men te Someren begonnen met de oude schuurkerk af te breken waarvan het choor alleen is blijven staan(7).

(1829-1830)

/ Pag. 49 / 1829 3 Mei te Someren aan de nieuwe kerk de fondamenten begonnen te leggen door Antonie Verberne metselaar(1), wonende te Heeze die het metselwerk heeft aangenomen. 19 Mei te Heeze de fondamenten van de nieuwe kerk begonnen te leggen(2), aangenomen door Hendrik Jansen metselaar te Heeze(3) tot gelijk de vengster durpels; de fondamenten en muren zijn gelegd tot even boven gelijk vloers van de oude steenen der afgebroken grote- of torenkerk, en voorts de muren boven den vloer of grond van nieuwe steenen, doch aan de binnenzijde zijn in de muuren nog eenige oude stenen gelegda. 22 Junij door de R.C. gemeente van Heeze een steenoven op het Rulsche heike begonnen en den 27 voltrokken inhoudende 111000 steenen(4); deze steenen zijn gebruikt voor de buitenmuuren terwijl van de binnenzijde de muuren nog veel van oude stenen der grote kerk gemaakt zijn(5). 27 Junij Koning Willem I van Maastricht over den steenweg naar s Bosch gepasseerd, het gemeentebestuur van Heeze

(7) Het koor deed nog dienst als kerk. Zie de afbeelding der schuurkerk op p. 159 van het Hs.; zie de situatietekening in het Supplement, Aanhangsel B, Someren, n. III A; zie de afbeelding van de nieuwe kerk in het Supplement, Aanhangsel A, n. 7 (cfr. de afbeelding in TH. WELVAARTS, Zomeren naar de Archieven van Postel's Abdij. Helmond-Turnhout, 1892. Ook verder de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Someren, nrs. III A en III B). (1) Antonie Verberne, gedoopt te Heeze 23 Augustus 1796 als zoon van Jan en Adriana Antonii van der Heijden, overleden te Heeze 18 Augustus 1859, was de eerste maal gehuwd op 7 Februari 1822 met Johanna Smulders, te Heeze gedoopt 24 Juli 1795 als dochter van Paulus Antonii en Goverdina Joannis van Asten en overleden te Heeze 17 Januari 1841, en de tweede maal op 15 April 1842 met Petronella Dommels, geboren te Heeze 4 Februari 1817 als dochter van Jan en Anna Maria Bakermans, en aldaar overleden 12 Juni 1859. (2) Fondering aanbesteed volgens bestek van 23 Maart 1829 (Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Port. IV, De bouw der kerk 1830). (3) Hendrik Jansen, gedoopt te Heeze 22 October 1779 als zoon van Abraham Bernarts en Maria Henrici Snox, overleden te Heeze 9 October 1832, was te Heeze gehuwd op 4 Maart 1810 met Johanna Scheepers, gedoopt te Heeze 24 Februari 1778 als dochter van Adriaan en Catharina Deelen, en overleden te Heeze 17 Februari 1840. a De 13 laatste woorden later door de auteur toegevoegd. (4) Waarschijnlijk werd deze steenoven gebouwd op de Nieuwe Erven, kadastraal bekend als Sectie A 1815. Als we weten dat Huize Anna (Kapelstraat 98, Heeze) met 120.000 stenen van de Rulse steenoven is gebakken, dan lijkt het getal 110.000 niet onwaarschijnlijk. (5) Voor het gebruik van de oude stenen aan de binnenmuren etc. zie Kronijk op 19 Mei 1829.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 50

/ Pag. 50 / met de schutterijen naar den steenweg bij Aalst getrokken ten einde een compliment aan den Koning te maken die daar is gepasseerd omtrent 2 uren naarmiddag(1). 1829 28 Julij te Someren aan de nieuwe kerk het metselwerk voltrokken en de stijlen gericht. 10 November de kerk te Heeze te rekenen wat boven den grond komt aanbesteed(2): het opzetten van den groven timmer aangenomen bij Willem van Deursen, timmerman te Heeze(3); het maken van deuren en vengsters aangenomen bij Jan van den Berg, timmerman te Heeze(4); het bezagen van het hout aangenomen bij Jacobus van Deursen, timmerman te Heeze(5); het metselwerk was vroeger aanbesteed tot aan de vengster durpels(6); verder is het metselwerk niet aanbesteed geworden maar in dag geld gedaan. Het jaar 1829 is uit hoofden van den veelvuldigen regen zo slecht beijen jaar geweest, dat men

(1) De oorspronkelijke bedoeling was langs de Zuidwillemsvaart van Maastricht naar 's-Hertogenbosch te reizen. PROVINCIAAL DAGBLAD, 1829, nrs. 51 & 52. (2) Besteding der kerk (Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Port. IV, De kerk van 1830). (3) Willem van Deursen, gedoopt te Heeze 21 Mei 1799 als zoon van Peter en Maria Melchiors, aldaar overleden 24 December 1841, ongehuwd. (4) Jan van den Berg, gedoopt te Heeze 15 Maart 1785 als zoon van Gerard Jansen en Francisca Henrici Bennes, aldaar overleden 30 September 1862, was 9 Februari 1812 te Heeze gehuwd met Petronella Maas, gedoopt te Heeze als dochter van Gerard Laurens en Wilhelmina Janse Martens op 22 November 1789 en aldaar overleden 15 December 1854. (5) Jacobus van Deursen, gedoopt te Heeze als zoon van Willem en Antonet Jacob Geenen op 23 April 1768, aldaar overleden 6 September 1844, was te Heeze op 14 Mei 1797 gehuwd met Anna van Bakel, gedoopt te Heeze op 22 Februari 1777 als dochter van Martinus Theodorus en Joanna Cortens, aldaar overleden 18 April 1822. (6) Zie Kronijk op 19 Mei 1829.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 51

/ Pag. 51 / op den tijd, dat men dezelven moest slachten geheele hallen heeft dood gevonden, en er maar zeer wijnig bijlieden zijn gevonde, die bijman zijn gebleven uit hoofden zij gene levende meer hadden of geen kans zagen om met de voorhanden zijnde honing een enkelde stok uit te voederen. Met de maand Junij 1829 begon het te regenen en continueerde tot Allerheijligen, zoo dat er naauwelijks twee droge dagen neven elkanderen gekomen zijn, of het heeft min of meer geregend, waardoor de lage weiden meest onder water zijn gezet, en men het gras uit dezelven niet heeft kunnen maaijen; dat op de hoge driessen heeft men half droog moeten inhalen, gelijk ook de granen, die wel in overvloed gewasschen zijn maar niet van zoo eene goede kwaliteit als andere jaren; in de lage landen, zijn er veel aardappelen onder water gezet, en vele in den grond verrot, en die uitgedaan wierden

/ Pag. 52 / waren waterachtig zonder smaak en half bedorven; aan turf was er algemeen gebrek; dezelve kosten in den peel 35 centen de 100, en overal moest men zich met nat hout behelpen(1). Voor Someren diend hier nog genoteerd, dat op Sinte Peter en Paulusdag(2), men aldaar moest mis horen onder den bloten hemel, terwijl de oude kerk behalve het choor waar het altaar stond en dat tot des tijds was gedekt gebleven(3), geheel was afgebroken, en dat dien dag 't zoo verschrikkelijk regende of dat het een stortregen ware geweest en er niemand der verzamelde meer droog was, maar zoo door en door nat of dat zij onder het water vandaan gekomen waren, dan eenige welke onder het choor geschuild hadden of die van parapluis voor zien waren, waar het aantal niet groot was; - dient voorts voor memorie dat de muren / Pag. 53 / der kerk van Someren en ook gedeeltelijk te Heeze gedurende dat regenachtig saisoen gemetseld zijn. Met half November is het begonnen te vriezen, dat geduurd heeft tot het einde van December en extraordinair sterk van 24 December tot den 22 Februarij 1830 wanneer het weder veranderd is(1). 1830 24 Januarij de jubile afgekondigd, gegeven ter gelegenheid der verkiezing van Pous Pius VIII(2)a. 30 Januarij en volgende dagen sterk gevroren: de termometer van Frans Primous tekende 36, 35, 34 tot 33 graden(3).

(1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1330, n. 92, p. 36, 41, 62, 63, 64, 77, 78. (2) Feestdag 29 Juni. (3) Zie Kronijk op 23 April 1829. (1) Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI, p. 234. 's Gravenhage, 1845). Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1830, n. 92, p. 77-78; Kronijk 1829. (2) Zie Kronijk 31 Maart 1829. De jubilé duurde 14 dagen. In het district Megen, Ravenstein, het bisdom Mechelen en het vicariaat Den Bosch van 7 Februari-21 Februari ingesloten; in bisdom Luik 30 Mei-13 Junij (DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XXIV, p. 114, 162-163, 211-212. 's Gravenhage, 1830). a Hs.: Leo XII. (3) Zie voetnoot 1.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen In Februarij 1830 heeft Wouter van Eijk te Someren(4) aan Hendrik van der Grinten(5) 100 stokken dode beijen verkogt, en heeft bij het uitbreken daarin slechts bevonden 2½, halve Nederlandsche ponden honing, het bord waarop dezelve was liggende erbij gerekend. 10 April het ijzerwerk voor de nieuwe kerk te Heeze uit de hand aan

(4) Wouter van Eijk, gedoopt te Someren 10 April 1785 als zoon van Nicolaas en Wilhelmina Wijnders, aldaar overleden 2 December 1844, te Someren 6 Maart 1824 gehuwd met Anna Maria van Horrik, gedoopt te Someren 4 Augustus 1775 als dochter van Arnoldus Peter en Anna den Smidt, aldaar overleden 15 December 1807, in eerste echt verbonden met Francis van Grinten op 19 Februari 1797. (5) Hendrik van der Grinten, te Someren 14 April 1850 in de ouderdom van 83 jaar overleden als zoon van Everardus en Joanna van den Zeijlbergh, te Someren 12 Mei 1805 gehuwd met Petronella Wijnen.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 52

/ Pag. 54 / besteed. 20 April een zwaren storm gewoed uit het Noord Westen zijnde het sterkste tusschen 5 en 7 uren, en hebbende geduurd tot 9 uren des avonds; onderscheiden huizen en bomen zijn er als toen omgewaaijd. 9 Mei een onweder waarbij de blixem in eene kanadaboom is geslagen digte bij den Ovendijk(1) aan het gelag van den touwslager(2). 15 Mei de schalk gericht om de gebinten van de nieuwe kerk te Heeze te rigten. 5 Julij hebben de Franschen de stad Algiers veroverd en den Dey gevangen genomen en naar Frankrijk overgebracht met zijne wijven en bijwijven(3)a. 31 Julij den Heere en Mr Hendrik van Moorsel practizerend Advocaat oudsecretaris van Heeze, Leende en Zesgehugten, en koninklijk Notaris ter residentie te Heeze, geboren te Helmond, des voormiddags om elf uren in den ouderdom van 73 jaren 3 maanden en 3 dagen overleden(4). 5 Augustus de toren van St. Jan in 's Bosch door den blixem aan den brand geslagen en een gedeelte daar van / Pag. 55 /afgebrand(1). 6 Augustus de kappen op de nieuwe kerk te Heeze gesteld. 17 Augustus te Someren begonnen het torentje van het choor der oude kerk dat was blijven staan af te breken en vervolgens het zelve op de kerk geplaatst. 24 Augustus door pastoor en kerkmeesters te Heeze een tweede steen oven

(1) Ovendijk gelegen bij het woonhuis van J.H. Beelen in de Kapelstraat te Heeze. (2) Niet nader te identificeren. (3) De Dey (of Bey) Hussein vertrok niet naar Frankrijk maar naar Italië. Eigentijdse berichtgeving PROVINCIAAL DAGBLAD 1830, nrs. 11-13, 17, 25-38, 40, 52-53, 58. Cfr. DR. RICHARD VON KRALIK, Allgemeine Geschichte der Neuesten Zeit von 1815 bis zur Gegenwart, dl. I, p. 562-566. Graz-Wien, 1915. a Later toegevoegde notitie. (4) Zie voor Mr Hendrik van Moorsel inleiding en Kronijk op 1 Januari 1800. (1) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1830, n. 63.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 53

gestookt op het Rulsch Heijke(2); te Brussel de Belgische onlusten begonnen(3)a. 25 en 26 Augustus de baron van den Bogaerde gouverneur dezer provincie te Heeze op het kasteel gelogeerd(4). 15 October 75 lanciers door Leende gekomen gaande naar de stad Weert(5). 14 October 14 curassiers te Someren geweest. 2 November 6 curassiers te Heeze geweest. 3 November te Heeze weder 6 curassiers rijdende na Valkenswaard. 5 November zijn de Marechaussees te Heeze vertrokken uit de cazerne zijnde er alleen eenige vrouwen en kinderen in gebleven. 19 November 24 Curassiers door Heeze gekomen.

(1830-1831)

/ Pag. 56 / 19 en 20 November door Eindhoven gepasseerd 7000 man Hollandsche troepen onder bevel van den Hertog van Saxen Weimar(1), gaande naar Maastricht(2), hebbende vele karren van hier en elders gerekwireerd en mede genomen(3). 24 November te Leende gekomen 400 man infanterie Hollanders(4).

(2) Zie Kronijk 22 Juni 1829. (3) 25 Augustus begonnen de onlusten naar aanleiding van de opvoering van een opera van Auber La Muette de Portici welke de volksopstand der Napolitanen in 1647 tegen het Spaanse Gouvernement verheerlijkte. DR L. VERBERNE, Nieuwste Geschiedenis (GESCHIEDENIS VAN NEDERLAND, dl. VII, p. 260-261. Amsterdam, 1937). Uitvoerige documenten in DR. C. GERRETSON, Muiterij en Scheuring 1830, dl. II, p. 208-218, Leiden, 1936. Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1831, n. 93o. a De 6 laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. (4) Gouverneur van Noord-Braband van 4 Februari 1830 tot 15 Mei 1842. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1830, n. 29; Ibid., 1842, n. 86. Cfr. Kronijk 15 Mei 1842. Zie voor zijn verdienstvol leven H. OUWERLING, Bogaerde van ter Brugge (jhr André Jean Louis baron van den) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. IV, col. 188-190. Leiden, 1918). Bij het uitbreken der onlusten bevond zich de gouverneur te Eindhoven. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1831, n. 93o, p. 4. (5) MR. ST. SMEETS, Weert in het begin der negentiende eeuw, p. 29. Weert, 1949. Eerst na 6 weken begonnen de eerste militairen zich in Braband op te houden. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1831, n. 93o, p. 5. (1) Bernhard (Karel), hertog van Saksen-Weimar (1792-1862), was sedert 1815 in Nederlandse dienst. Zie over hem OOSTHOEK'S GEÏLLUSTREERDE ENCYCLOPAEDIE, dl. II, p. 354. Utrecht, 1917. (2) Als commandant ener mobiele kolonne. Doel zijner expeditie: de macht der opstandelingen in Belgisch Limburg te breken, Maastricht te versterken, bedreigd als het voortdurend werd door Belgische troepen, bovendien den linker Maasoever te zuiveren en tegen het zwak bezette Venlo een beweging te ondernemen. Zie voor deze aanhaling en het verloop van 's hertogenopdracht KLERK DE REUS, Het Rapport van den Hertog van Saxe-Weimar, omtrent de Expeditie naar Maastricht in 1830 (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE LIMBOURG, t. XXI, p. 110-125. Maestricht, 1884). (3) Zie omtrent de levering van transportmiddelen ter bevordering van den doormarsch van troepen PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1830, n. 119. (4) Vermoedelijk behorende tot de kolonne van de hertog van Saxen-Weimar. Zie noot 2.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 26 en 27 November 176 kurassiers te Heeze ingekwartierd; den 28 Nov. vertrokken(5). 1 December de 400 man van Leende naar Oorschot vertrokken. 4 December te Someren een sterke patroille curassiers en marechaussee. 31 December door Heeze gepasseerd gaande van Valkenswaard naar Hel mond circa 800 man infanterie Hollandsch troepena. 1831 3 Januarij te Someren des avonds om 5 uren door 7 Belgische soldaten van het Corps Partisans van Mellinet(6)b de kas van den Rijksontvanger geligt en circa 40 gulden mede genomen(7). 7 Januarij des avonds na het ondergaan der zon de gantsche lucht met rode plakken gelijk ook witte blaauwe gele purpere en bloedrode strepen verligt; aan de Noordzijde van het Westen tot het Oosten, zijnde de

(5) Deze curassiers zullen op 28 November 1830 hun cantonnement hebben moeten betrekken ofwel te Geldrop, Stratum of Zes Gehuchten. KLERK DE REUS. Het Rapport van den Hertog van Saxe-Weimar, omtrent de Expeditie naar Maastricht in 1830 (PUBLICATIONS DE LA SOCIETE HISTORIQUE ET ARCHEOLOGIQUE DANS LE LIMBOURG, t. XXI, Bijlage D. p. 125. Maestricht, 1884). a Hs.: infanterie Hollandsch troepen infanterie. (6) VICOMTE CH. LECONTE, Le général Anne-François Mellinet (EPHEMERES DE LA REVOLUTION DE 1830, p. 49-64. Bruxelles, 1945). Hij richtte in 1830 een vrijwilligerskorps op om de Belgen in hun opstand te steunen. Zie ook C. CLEMENS, Herinneringen en ontmoetingen, p. 37-38. Nijmegen, 1840. b Hs.: Melitret. (7) De grensdorpen waren gedurende eenige maanden blootgesteld aan bijna dagelijkse invallen, en aan de roof- en plunderzucht der opstandelingen, welke de overeengekomen wapenschorsing niet eerbiedigden. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1831, n. 93o, p. 8-9.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 54

/ Pag. 57 / Zuidzijde der lucht van het Westen tot het Oosten met zwarte wolken bezet en geheel donker, dat zich in eene gelijke lijn in het midden door de lucht van het Oosten aan den gezicht einder tot aan het Westen aan den gezicht einder afscheide, zoo dat de eene helft geheel verlicht en de ander helft der lucht geheel donker was, dat tot circa 9 uren geduurd heeft(1) 8 Januarij van Eindhoven binnen Heeze gekomen 375 man voetvolk en binnen Leende 112 man en 20 Hussaren van Prins Saxen Weijmar(2); te Heeze de caserne der Marechausse tot hoofdwacht gebruikt. Sedert deze inkwartiering tot het jaar 1839 30 Januarij is Heeze en Leende bijna nimmer zonder inkwartiering geweest, gelijk ook Someren en andere grensdorpen(3). 20 Januarij des nachts 1000 man voet en paarden volk der Hollanders van allerleij wapenen gekomen en den zelven dag des namiddags om 2 uren weder vertrokken; hebben aande

(1) Vermoedelijk zodiakaallicht. (2) Zie Kronijk op 19 en 20 November 1830. (3) Zie over deze inkwartiering PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1831, n. 92o, p. 8-10; 1832, n. 110o, p. 5-8; 1833, n. 101o, p. 2; 1834, n. 76o, p. 4-5; 1839, n. 108o, p. 2-4; cfr. ibid., nrs. 10 & 50. Verder DR. L. VERBERNE, Noord-Brabant in den Status-Quo-tijd (IN DEN SPIEGEL VAN HET VERLEDEN, p. 207-241. Utrecht-Antwerpen, 1947) en id., Het Verdrag van 1839 (ibid., p. 242-255); C.H. CLEMENS, Herinneringen en Ontmoetingen. Nijmegen, 1840; DR. N. DONKERSLOOT, Schetsen uit het Kantonnementsleven in Noord-Braband (1830-1835). Dordrecht, 1845; G. v.d. LINDE, De vrijwillige Jagers der Leidsche Hogeschool, Leiden, 1870; B. WTTEWAALL VAN WICKENBURGH & P. ALSTORPHIUS GREVELINCK, Het Leidsche Jagercorps, Leiden, 1881; DR M. DE BOER & DR. J. COSTERUS, Brieven en dagboek van den Utrechtschen Vrijwilligen Jager Pieter Jacob Costerus. Amsterdam, 1917.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 55

/ Pag. 58 / Inwoonders zeer veel overlast gedaan, houdende zich even als in vijands land en de inwoonders scheldende voor muijters daar mede bedoelende oproerlingen(1). Dit was in de gemeente Someren. 24 Januarij weder 4 Belgische soldaten te Someren geweest(2) en den Burgemeester aldaar geld doen geven(3). 2(a) Februarij Mauro Cappellari(b) tot paus verkoren onder den naam van Gregorius XVI(4). 11 Februari door het militair gerecht in de heide tusschen Valkenswaard en Aalst een Hussaar opgehangen om desertie(5). 2 Maart twee Belgische soldaten te Someren geweest. 16 Maart het 3 Batt. der 13 Afd. Inf.(6) van Heeze na Budel en het 2e Bat. der 13 Afd.(7) te Heeze in kwartier, komende van Valkenswaard. 1 Mei(c) zijne HoogEerw. Antonius van Alphen vicaris apostolicus(d) van s Bosch te Schijndel overleden(8) en in des zelfs plaats gekomen Z.H. Eerw. Hendrikus (1) Onze provincie had de naam van met de Belgen mede te willen gaan. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1831, n. 93o, p. 5-8, n. 111; PROF. DR. C. GERRETSON, Historie en Leven (ROEPING, jrg. XIII, p. 201-206, 273-291, 348-363, 549-573, 614-624, 685-696, 771-784. z.j. - .pl.). DR. H. VAN VELTHOVEN, Stad en Meierij van 's Hertogenbosch, dl. II, p. 67-68. Amsterdam, 1938. (2) Zie Kronijk 3 Januari 1831. (3) Zie Kronijk 1 Januari 1821. (a) Hs.: 1. (b) Hs.: Capellani. (4) Bartholomäus Albert Cappellari droeg als Camaldulenser monnik de naam Mauro (Maurus) en regeerde als paus Gregorius XVI van 2 Februari 1831-1 Juni 1846. Zie de eigentijdse berichten DE GODSDIENST VRIEND, dl. XXVI, p. 145-147, 150-152, 206-209, 's Gravenhage, 1831. Cfr. J. SCHMIDLIN, Papstgeschichte der Neuesten Zeit, dl. I, p. 511-687. München, 1933, 3e. (5) De plaats der terechtstelling moet gezocht worden op het terrein van de Eindhovense Golf in de volksmond nog bekend al de galgenberg. Desertie kwam vrij veel voor. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1831, n. 93o, p. 11; cfr. MR. ST. SMEETS, Weert in het begin der negentiende eeuw, p. 29. Weert, 1949. (6) Ressorterend onder de 1e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. Het 3e Batt. stond onder commando van Majoor J. Voigt, en telde 834 manschappen. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van de Tiendaagsche Veldtocht in Augustus 1831, p. 69. 's Gravenhage, 1881. (7) Ressorterend onder de 1e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. Het 2e Batt. stond onder commando van Majoor P. Laasman, en telde 807 manschappen. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van de Tiendaagsche Veldtocht in Augustus 1831, p. 69. 's Gravenhage, 1881. (c) Hs.: 30 April. (d) Hs.: vicaris generaal. (8) Van Alphen was vicaris-apostoliek van 's Hertogenbosch van 13 Augustus 1790-1 Mei 1831. Zie voor zijn verdienstvol leven C. SMITS, Alphen (Antonius van) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 81-83. Leiden, 1911) en verder F. FRANSSEN, De Troebelen in het Bossche Vicariaat tijdens de overheersching van Napoleon I (BOSSCHE BIJDRA GEN, dl. I, p. 83-117 passim, p. 171-213 passim, dl. II, p. 14-40 passim, p. 159-198 passim, p. 338-355 passim); DR. J. WITLOX, De opvolging van den Vicarius van Alphen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. III, p. 267-269); F. FRANSSEN, De opvolging van den Vicarius van Alphen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. III, p. 270-281); DR. TH. GOOSSENS, Anthonius van Gils, † 10 Juni 1834, (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XII, p. 169-184); id., Anthonius van Gils als geschiedschrijver, (BOSSCHE BIJDRAGEN,

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 56

/ Pag. 59 / den Dubbelden, pastoor van Gemert, geboortig van Asten(1).

dl. XII, p. 185-200); DR. W. BUCH, Het Dagboek van Antonius van Gils (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XII, p. 201-220 passim, p. 234-370 passim); J. VAN DER LOOS, Antonius van Gils met betrekking tot de Noord-Nederlandsche Missie (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XII, p. 353-373); J. KLEIJNTJES S.J., Het nieuwe reglement voor de kerkfabrieken, 1841, (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XIII, p. 45-46, 49, 51); P. NOORDELOOS, De houding van den apostolischen vicaris A. van Alphen ten opzichte van het in gebruik nemen der genaaste kerken (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XIV, p. 207-302); DR. G. GIEZENAAR, De strijd tusschen kerk en staat over de benoemingen der apostolische vicarissen van 's Hertogenbosch in de 18e eeuw, p. 133, 135-136. Nijmegen-Utrecht, 1938; J. KLEIJNTJES S.J., Opvolging van Ant. van Alphen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XIX, p. 111-112); A. FRENKEN, Antonius van Alphen, 1748-1831 (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XIX, p. 142-188); id., Van Alphen en de Rijksbezoldiging der Geestelijkheid (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XX, p. 118-266); id., Van Alphen en de kerkelijke aangelegenheden tijdens de regering van Koning Lodewijk Napoleon (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 1-12); id., Van Alphen tijdens de Napoleontische troebelen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 13-46); M. VAN DE VEN, Verslagen over het Vicariaat 's-Hertogenbosch bij de H. Stoel, ingediend door de apostolische Vicarissen over 1797, 1804, 1814 (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 130-161); A. FRENKEN, Van Alphen en de kerkelijke Toestand te 's-Hertogenbosch (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XXI, p. 199-224). (1) Als vicarius ad interim was aangesteld Franciscus Antonius de Wijs. 5 Juni 1831 werd een nieuwe vicaris gekozen in de persoon van Hendrikus den Dubbelden. Zie voor beide functionarissen L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. II, p. 162-164, St. Michiels-Gestel, 1872; ibid., dl. III, p. 350-351; DR. J. WITLOX, De opvolging van den Vicarius van Alphen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. III, p. 267-269); F. FRANSSEN, De opvolging van den Vicarius van Alphen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. III, p. 270-281); J. KLEIJNTJES S.J., Opvolging van Ant. van Alphen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XIX, p. 111-112). Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Bidprentje van HENRICUS DEN DUBBELDEN vermeldt volgende data: geboren te Asten als zoon van Ferdinandus en Henrica Jacob Verhoeven 14 December 1769, professor in 't Collegie der Oratoren te Mechelen 1794, priester gewijd te Brussel 15 Juni 1794, deservitor te Vlierden 12 Januari 1795, assistent te Aalst Maart 1795, kapelaan te 's-Bosch (St. Jacob) 7 Augustus 1795, deservitor te Gemert 8 Mei 1800, pastoor aldaar 18 Juli 1805, deken van het district Helmond 10 Februari 1810, administrator apostoliek van 't vicariaat van 's-Bosch 5 Juni 1831, vicarius-generaal van Maastricht en Luiksgestel 16 December 1833, ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw 4 September 1834, doet afstand van zijn pastorie te Gemert en gaat op den Ruwenberg te St. Michiels-Gestel wonen 10 September 1834, benoemd bisschop van Emaus en vicarius apostoliek van 's-Hertogenbosch 14 Januari 1842, geconsacreerd in de St. Jan te 's-Bosch 10 April 1842, kommandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw 6 December 1846, overleden op de Ruwenberg te St. Michiels-Gestel 13 October 1851. - FRANCISCUS ANTONIUS DE WIJS, geboren te 's-Hertogenbosch als zoon van Cornelius en Anna Maria van Someren 27 November 1773, priester gewijd te Emmerich 16 Maart 1799, kapelaan te Veghel 14 Juli 1799, aangesteld als plaatsvervangend vicarius apostoliek tijdens 't ballingschap van den HoogEerw. Heer Antonius van Alphen van Maart 1810 tot het jaar 1814, pastoor te Boxtel 18 Juni 1811, deken van het district Orthen April 1824, door den Vic. Gen. Apost. als deszelfs opvolger benoemd en in die hoedanigheid het Vicariaat besturende vanaf 1 Mei tot 7 Juli 1831, proviseur van 't seminarie 8 Mei 1832, president der Commissie voor Doofstommen 2 October 1840, ridder der Orde van den Nederl. Leeuw 1849, doet afstand van zijne pastorij en dekenaat 28 Maart 1852, overleden te Boxtel 7 September 1853.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 3 Juni te Heeze vertrokken het 2 Batt der 17 Afd.(2) na Valkenswaard, in de plaats gekregen het 1 Batt. der 17 Afd.(3). 16 Junij een zware kannonnade gehoord naar den kant van Maastricht van 8 tot 12 s morgens. 24 Junij Koning Willem I te Eindhoven geweest(4). 31 Julij het 1 Batt. der 17 Afd. te Heeze vertrokken naar Valkenswaard. 2 Augustus 630 man Noordhollandsche schutters onder den Kolonel Kerk hoven(5) te Heeze ingekwartierd, en even zoo veel van het zelve volk te Leende(6). 3 Augustus des nagts om 2 uren deze troepen vertrokken na Valkenswaard en zoo na Belgien om den tien daagschen veldtocht te maken(7); bij hunnen aankomst hebben dezelven de touwen of zeelen van de klokken doen afsnijden en de sleutels der luihuizen doen afgeven(8), waren zeer moeilijk voor de inwoonders en deden zich van de boeren met de ossen karren naar de apelplaats rijden(9).

(2) Ressorterend onder de 2e Brigade van de 3e Divisie-Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. Het Batt. stond onder commando van Majoor K.A. Göetz, en telde 814 manschappen. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 70. 's Gravenhage, 1881. (3) Ressorterend onder de 2e Brigade van de 3e Divisie-Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. Het Batt. stond onder commando van Majoor C. de Haan, en telde 794 man schappen. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 70. 's Gravenhage, 1881. (4) Zie voor het bezoek aan Eindhoven PROVINCIAAL DAGBLAD, 1831, n. 59. Het betrof hier de inspecties van 25 en 26 Juli. Maandag den 25en Juli des morgens ten 10 ure inspecteerde de koning op de heide bij Best de reserve-divisie onder de bevelen van den generaal Cort Heyligers, bestaande uit 8 bataljons infanterie, hoofdzakelijk schutterij, 2 detachementen kurassiers en eene batterij veldartillerie. Ook hier uitte zich de algemeene geestdrift en het verlangen naar den strijd op de meest ondubbelzinnige wijze, even als bij de revue, welke Z.M. den volgenden morgen op de Woenselsche heide bij Eindhoven over het nog niet door hem bezochte gedeelte van het leger te velde hield. Dit bestond uit de 3e divisie infanterie, de brigade lichte cavalerie en 12 veldstukken. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 54. 's Gravenhage, 1881. (5) J.W. Kerkhoven had het commando over het 2e Batt. 1e Afd. Noord-Hollandsche schutterij (Amsterdam), dat deel uitmaakte van de 1e Brigade der Reserve-Divisie (Hoofdkwartier Sint Oedenrode) van Luitenant-Generaal G.M. Cortheijligers. Zijn batt. telde 931 manschappen. W. WÜPPERMAN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 73. 's Gravenhage, 1881. (6) Het 2e Batt. 2e Afd. Noord-Hollandsche Schutterij, dat deel uitmaakte van de Ie Brigade der Reserve-Divisie (Hoofdkwartier Sint Oedenrode) van Luitenant-Generaal G.M. Cortheijligers, stond onder commando van Majoor H. van Castrop, en telde 463 manschappen. Hij lag met zijn volk in Leende en had een deel overgenomen van de manschappen van het 2e Batt. 1e Afd. in vorige nota genoemd. Cfr. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 73, 138-139, 's Gravenhage, 1881. (7) Zij trokken op in de vroege morgen van de 3e onder Generaal-Majoor F. Knotzer naar de Lommelse Barrière. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 139. 's Gravenhage, 1881. (8) Om de eventuele invallende opstandelingen uit het Zuiden te beletten de klokken te luiden. (9) Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1830, n. 119. Zie voor een beknopte geschiedenis van de Tiendaagse Veldtocht OOSTHOEK'S GEILLUSTREERDE ENCYCLOPAEDIE, dl. X, p. 250. Utrecht, 1923. Zie de literatuuropgave betreffende genoemde Veldtocht W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. I-V. 's Gravenhage, 1881; J. MELCHIOR, De inval der Hollanders of de Tiendaagsche Veldtocht. Limburg en Hasselt in 1830 en 1831 (LIMBURGSCHE BIJDRAGEN UITGEGEVEN DOOR HET LEESGEZELSCHAP VAN HASSELT, bundel VIII, p. 204-206. Hasselt, 1910).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 58

(1831-1832)

/ Pag. 60 / 1831 7 Augustus des nachts en smorgens eene zware kannonnade gehoord naar den kant van Antwerpen(1). 7, 8 & 9 Augustus onderscheiden karren met gekwetsten door Eindhoven gepasseerd komende uit Belgien en rijdende naar s Bosch(2). 10 Augustus circa 2000 Belgen met 2 stukken geschut, eenige kruidwagens &c. te Leende aangekomen; en aldaar de Belgische vlag op den toren gestoken; aldaar eenige manden vol boterhammen met vleesch en spek gebruikt; bij Willem Maas Brouwer(3), het bier uit den kelder gehaald, het zelve met mest karren die zij zelven trokken naar de legerplaats bij Boshoven gebragt en uitgedronken; dezelven vermeende op Eindhoven te marcheeren, doch van Weert tijding bekomen hebbende, zijn dezelven terug getrokken bij rekwisitie van het gemeente bestuur medenemende: 6 runder beesten, waar van eene te Maarheeze is ontkomen, / Pag. 61 / die niet tegenstaande men onderscheiden geweer schotten op haar loste, ongehinderd te Leende weder is aangekomen(1). 10 Augustus een enkel man dier troepen te Heeze geweest, aldaar de Burgemeester last gegeven de Belgische vlag op den toren te steken, dat niet is geschied zijnde er gene voor handen(2); dezelve heeft zich na het kasteel begeven waar op zich de Baron (1) Bedoeld is het gevecht nabij Sluis in Zeeuws-Vlaanderen. Verzameling van dagorders, officieele rapporten en andere berigten betrekkelijk den Tiendaagschen Veldtogt in 1831, p. 52-53. Utrecht, 1833; W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht, p. 292-296. 's Gravenhage, 1881. (2) In totaal 151 rijtuigen met gekwetsten. J. MELCHIOR, De inval der Hollanders of de Tiendaagsche Veldtocht. Limburg en Hasselt in 1830 en 1931 (LIMBURGSCHE BIJDRAGEN UITGEGEVEN DOOR HET LEESGEZELSCHAP VAN HASSELT, bundel VIII, p. 150-151. Hasselt, 1910); cfr. C. CLEMENS, Herinneringen en ontmoetingen, p. 34. Nijmegen, 1840. (3) Willem Maas, gedoopt te Leende 4 Augustus 1773 als zoon van Petrus en Joanna Klaassens, aldaar overleden 4 April 1839, was 25 Januari 1818 te Leende gehuwd met Maria Elisabeth Kemps, gedoopt te Leende 27 September 1791 als dochter van Tieleman en Joanna Catharina Hertrooijs, aldaar overleden 15 Juli 1836. (1) Zie voor deze tocht van Kolonel Vanden broeck W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 161-163. 's Gravenhage, 1881; cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1832, n. 110*, p. 9-10; J. MELCHIOR, De inval der Hollanders of de Tiendaagsche Veldtocht. Limburg en Hasselt in 1830 en 1831 (LIMBURGSCHE BIJDRAGEN UITGEGEVEN DOOR HET LEESGEZELSCHAP VAN HASSELT, bundel VIII, p. 194-195. Hasselt, 1910); MR. ST. SMEETS, Weert in het begin der negentiende eeuw, p. 29-30. Weert 1949; J. HEEREN, Noordbrabantsche berichten over den Tiendaagschen Veldtocht (TAXANDRIA dl. XXXVIII, p. 240. Bergen op Zoom, 1931). (2) Zie de Memorie van Adriaan Jan Deelen (Kronijk 6 Mei 1820). Gehouden notitie van eenige bijzonderheden sedert 1829 ten tijde der omwenteling met België door den Burgemeester van Heeze gedaan, n. 6. Dit stuk is gepubliceerd door MR. A. MOMMERS, Een stem uit Heeze tijdens den Belgischen Opstand, (TAXANDRIA, dl. XXXIX, p. 103-105, Bergen op Zoom, 1932); M. COX, Heeze ‘Het Brabantsche Laren’ in De Centra van het Tourisme in Noord-Brabant, p. 41-42. Amsterdam, 1934. N. 6 van deze Memorie luidt als volgt Den 10 Augustus 1831. Inden tiendaagschen veldtogt, met den slag bij Hasselt en Leuven, de gemeente van troepen onbloot, is dezelve omsingeld geworden met eene bezetting van plus minus 1400 Belgen, op eenen afstand van circa 800 ellen van den parochialen grooten toren. Een detachement daarvan, van omstreeks 200 manschappen, naderde het dorp, waarvan er eenigen gewapend bij den Burgemeester zijn gegaan en hem dwongen, onder bedreiging van zijnen ondergang, en hem ongelukkig te

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen van Tuyll alleen met zijn domestiken bevond(3) (terwijl Mevrouw en het overige van het huisgezin(4), gelijk ook de Dominee met zijn huisgezin(5) op het horen der tijding van de aankomst dezer troepen te Leende, de vlucht genomen hadden) en denzelven gedwongen de nieuwspapieren aan hem af te geven, en eenige flessen wijn, met een mandje vleesch en brood door Francis Saas arbeider op het kasteel(6) en Hendrik Habraken(7) van het kasteel medegenomen, en doen dragen, tot

maken bij weigering, de Belgische vlag op de Dorpstorens te stellen, hetgene hij, in weerwil van de ingezetenen welke, door bevreesdheid bevangen, erop aandrongen, krachtdadig met levensgevaar heeft tegengegaan. (3) Zie voor Jan Diederik Baron van Tuyll van Serooskerken Kronijk 23 October 1828. (4) Zie voor Johanna Catharina van Westreenen Kronijk 23 October 1828. Hare kinderen zijn a) Anna Elisabeth Constance Aimée, geboren te Utrecht 5 Mei 1800, overleden te Heeze 20 April 1891; b) Ursule Adèle Aurore, geboren te Utrecht 16 Maart 1805, overleden te Heeze 22 November 1901; c) Karel August Marie Hippolyte, geboren te Utrecht 16 November 1806, overleden te Heeze 2 Februari 1889. (5) Zie voor Dominee Kremer en zijn huisvrouw de Kronijk op 13 Maart 1825. (6) Francis Saas, geboren te Heeze op 17 September 1780 als zoon van Peter en Ida Buckums, overleden te Heeze 19 Augustus 1841, was 14 Februari 1808 te Heeze gehuwd met Hendrina Hanenberg, gedoopt te Heeze 22 Mei 1788 als dochter van Hendrikus en Allegonda van Breugel, overleden te Heeze 29 Mei 1860. (7) Hendrik Habraken, geboren te Nederweert op 15 November 1775, huwde 18 Februari 1798 te Heeze met Elisabeth van de Laak, geboren te St. Oedenrode 2 April 1756 als dochter van Theodorus en Catharina van de Ven, overleden te Heeze 16 November 1832; zij was in eerste huwelijk verbonden geweest met een zekere Hendrik Deelen. Hendrik Habraken is na de dood van zijn echtgenote uit Heeze vertrokken.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 59

/ Pag. 62 / aan de voorposten van gezegden troep, staande in de heide tusschen Leende en de Aalster hut(1). 12 Augustus de Jagers van Geuseau(2), of Noordbrabandsche Jagers(3), met eenige Vriessche Schutters binnen Heeze gekomen, en eenige dragonders. 17 Augustus de Jagers van Geuseau weder vertrokken. 18 Augustus des morgens om 8 uren, is het huis van Hendrikus van Asten(4), door den blixem aan brand geslagen, en geheel afgebrand gelegen te Leende op Oostrik(5). 18 Augustus de divisie van den generaal Cort Heijligers(6)(a) door Heeze en Leende, na Someren, Asten, Deurne, etc. gepasseerd, hebbende bij zich een groot aantal koeijen en ossen, die zij uit Belgien hebben medegebragt; deze troepen zagen er erbarmelijk uit: de riemen in plaats van wit geel; de geweren gantsch geroest; vele soldaten en officieren in lange niet geschoren, enz.(7).

(1) Zij stonden dus een goed uur van Eindhoven verwijderd. (2) Jhr. W.A.A.L. von Geusau (gedu rende een tijdvak van 11 Juli 1823 tot 1839 lid van Gedeputeerde Staten van Noord Brabant) had het bevel over het korps Noord-Brabandse vrijwillige jagers. Zie PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1831, n. 93o, p. 10-11; J.B. RIETSTAP, Wapenboek Nederl. Adel, dl. I, p. 130-131. Groningen 1883; Het Nederlands Adelsboekje van 1913, p. 402. 's-Gravenhage 1913. (3) Zie vorige aantekening. (4) Hendrikus Franscis van Asten, gedoopt te Leende op 1 Mei 1792 als zoon van Godefridus en Jacoba Verhoeven, overleden te Leende 1 Maart 1872, was 24 Januari 1830 te Leende gehuwd met Joanna van Rixtel, gedoopt te Leende op 21 Juli 1804 als dochter van Zacharias en Catharina van Beek, overleden te Leende 27 Juli 1863. (5) Notitie aangaande de ligging van het huis van Hendrikus Franscis van Asten te Leende is zoek geraakt. (6) A. v.d. AA, Biografisch woordenboek der Nederlanden, dl. VI, p. 242. Haarlem, 1867. (a) Hs.: Kort Heyligers. (7) Op den 16en Augustus begon de terugmarsch der reserve-divisie met het verlaten van Hasselt. In de eerstvolgende dagen keerde zij, hare kwartieren nemende te Wychmael, Peer, Exel, Over- en Nederpelt, Lille Saint-Hubert, Achel en Hamont op Oud-Nederlandsch grondgebied terug, waar den 20en het hoofdkwartier van den Luitenant-Generaal Cort Heijligers weder te Sint Oedenrode werd gevestigd. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 167-168. 's Gravenhage, 1881.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 60

/ Pag. 63 / 1831 21 Augustus te Heeze in kwartier gekregen 290 man Utrechtsche schutterij, onder colonel Sprenger(1). 24 September te Heeze begonnen met het torentje op de nieuwe kerk te stellen. 15 November de schutters van Heeze, Leende en Someren te Helmond ingeleverd; dit is de eerst in dienststelling der schutterij van Noord Braband(2). In het voorjaar 1831 kreeg Heeze, Leende, Someren en al de langst de grenzen liggende dorpen een oorlogszuchtig aanzien: overal werden de bruggen afgebroken en de planken gedurende de dag los op dezelven gelegd en des nachts weggenomen; op de voorname dijken en passages Belgien waards werden batterijen op geworpen en posten schildwagten uitgezet; niemand kon van de eene plaats tot de andere, zelfs niet van het eene gedeelte van het dorp tot het ander komen zonder veiligheids kaart(3) door de Burgemeester af te geven,

(1) 'n Gedeelte van 2e Batt. der 2e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. Kolonel J.P. Sprenger commandant van de 2e Brigade had dus Majoor J. Glenewinkel als zodanig vervangen. Het gehele batt. bestond uit 630 manschappen. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831 p. 69-70. 's Gravenhage, 1881. (2) De schutterij van deze plaatsen was aanvankelijk ‘rustend’, behoefde dus in tijd van vrede onder gewone omstandigheden geen dienst te doen. Ze werd echter nu ‘dienstdoend’ of ‘mobiel’. Deze inlevering geschiedde ingevolge art. 74 van de Wet op de Schutterijen van 11 April 1827. Zie A. SLOTEMAKER, Handleiding tot de geregelde uitvoering van de werkzaamheden voorgeschreven bij de Wet op de Schutterij, t.a.p. Dordrecht, 1831. (3) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1831, n. 8; ibid., 1832, nrs. 20 en 90.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 61

/ Pag. 64 / die om de 14 dagen moest geviseerd worden, of wierde tusschen de baijonnetten naar de hoofd wacht getransporteerd en vast gehouden tot dat een bewijs wierdt over gelegd - tusschen Heeze en Someren stonden 2 piket wachten(1) en 9 schildwachten - aan de Vender brug(2) en buiten Ginderover waren piket wachten en op den Ginderoverschen dijk(3) was aan deze zijde de brug op de helft van den dijk(4) eene batterij opgeworpen waar langst maar eene kar tevens passeeren kon, en aan het begin van den dijk een wachthuis opgeslagen van planken(5). Te Leende was op den Broeker Heuvel(6) regt tegenover de Leenderdijk(7) een soort van fort of batterij opgeworpen met grachten omgeven en op den dijk onderscheiden posten uitgezet, ook lag er eene piket wacht aan den Oosteriker dijk(8). 18 Dec. 1831 is te Haarlem overleden de voornamen dichter Willem Bilderdijk, geboortig van Amsterdam(9)(a). 1832 11 Januarij de Noord-Hollandsche Jagers van Rookmaker(b) te Heeze in / Pag. 65 / kwartier gekomen(1). 26 Februarij dezelven vertrokken na Eindhoven, in de plaats gekomen de Vriessche schutters(2). 2 April te Heeze het klokje uit de oude schuurkerk op de nieuwe kerk in het torentie gehangen. 27 April te Heeze de colonel Veere(3) met het 3 Batt. Geldersche schutters in kwartier(4).

(1) Piketwacht is een troepenafdeling die bij bewakingsdiensten niet onmiddellijk daaraan deelneemt, doch gereed gehouden wordt om waar nodig helpend op te treden. (2) Brug over de Grote Aa in de weg van Heeze op Sterksel, ook genoemd Vennebrug Militaire kaart, schaal 1:25000 n. 708. (3) Ginderoversche dijk is de verbinding tussen Heeze en Sterksel. (4) Brug over de Sterkselse AA in de Ginderoverse dijk. (5) Vermoedelijk daar waar de Ginderoverse dijk zijn oorsprong neemt in de weg van Heeze naar Someren. (6) Broekerheuvel gelegen ten Zuid Oosten van de kerk van Leende en aan de Noordzijde van de Broekstraat en de weg van Leende naar Maarheze, welke weg genoemde heuvel doorsnijdt. (7) Leenderdijk waar deze de weg van Valkenswaard en die van Eindhoven laat uitlopen in de dorpskom van Leende. (8) Oostrikkerdijk is de weg van Oosterik naar Sterksel. (9) Zie voor leven en werken S. MARGADANT, Bilder dijk (Mr. Willem) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. II, 146-166. Leiden, 1912). (a) Hs.: Is te Amsterdam waar hij geboren was overleden de voornamen dichter Willem Bilderdijk. (b) Hs.: Roodmaker. Deze notitie is door kronijkschrijver later toegevoegd. (1) Ressorterend onder de 2e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. Zij stonden onder het commando van Kapitein H. Rookmaker en telden samen 112 man. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 70. 's Gravenhage, 1881. (2) Vermoedelijk het 1e Batt. 2e Afd. Friesche Schutterij, dat - ressorterende onder de 2e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer stond onder commando van Majoor F.M.W. Baron van Asbeek. Het genoemde Batt. was 697 man sterk. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 70, 's Gravenhage, 1881. (3) Luitenant-Kolonel T.C.C. Veeren. Verzameling van Dagorders, Officieele Rapporten en andere Berigten betrekkelijk den Tiendaagschen Veldtogt in 1831, p. 158. Utrecht, 1833. (4) Zie voor 3e Batt. Verzameling van Dagorders, Officieele Rapporten en andere Berigten betrekkelijk den Tiendaagschen Veldtogt in 1831, p. 162-164. Utrecht, 1833.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 14 Mei te Heeze eene zware hagelbui dat de hagel een staande hand dik lag doch zonder wind zoo dat er gene schade is geschied. 21 Mei in de heide tusschen Geldrop, Nunen en Mierlo grote revice of inspectie gehouden over allen de in den omtrek gecantonneerde troepen door den kroonprins(5), Prins Frederik(6) en Prins Albert van Pruisen(7). 15 Junij te Heeze de Geldersche schutters onder colonel Veere vertrokken na Budel en Maarheeze, en het Batt. onder de majoor de Haan van de 17 Afd. Inf. van Someren gekomen(8) met de colonel de Hart(9). - De voor de kerk te Heeze gekogte plavuizen te Utrecht hebben gekost 1680 blaauwe en 137 gecouleurde f 730,22(a).

(5) Kroonprins Willem Frederik George Lodewijk (1792-1849), de latere Koning Willem II (1840-1849), verrichtte deze inspectie in zijn kwaliteit van Veldmaarschalk (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1832, n. 110o, p. 4) en Kolonel-Generaal der Schutterij (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1829, n. 83). Zie voor zijn dadenrijk leven P. BLOK, Willem II (Willem Frederik George Lodewijk) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1566-1570. Leiden, 1911). (6) Prins Frederik, Prins der Nederlanden en broer van de Kroonprins (1797-1881), woonde deze inspectie bij als Admiraal en Kolonel-Generaal van de landmacht. Zie voor zijn leven P. BLOK, Frederik (Willem Fre derik Karel) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I col. 896-898. Leiden, 1911). (7) Prins Albert van Pruisen, ook Albrecht van Pruisen genoemd, was gehuwd met Prinses Marianne (Wilhelmina Frederica Louisa Charlotta Marianne) op 14 September 1830. 28 Maart 1849 werd dit huwelijk door echtscheiding ontbonden. Zie P. BLOK, Marianne Wilhelmina, Frederica, Louisa, Charlotta, Marianne) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1306. Leiden, 1911). Voor deze inspectie cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1833, n. 101o, p. 3-4. (8) Dit betreft het 1e Batt. 17e Afd. Infanterie van de 2e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van de Luitenant-Generaal A.F. Meijer, staande onder het commando van Majoor C. de Haan. Zie ook de Kronijk op 3 Juni & 31 Juli 1831. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 70. 's Gravenhage, 1881. (9) Colonel H.A. de Hart had het commando over de twee Batt. der 17e Afd. Infanterie, ressorterend onder de 2e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1881, p. 70 's Gravenhage, 1881. (a) Notitie door kronijkschrijver later toegevoegd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 62

/ Pag. 66 / 1832 14 Julij heeft zich te Leende op Strijp een Geldersche schutter die aldaar in kwartier lag door den kop geschoten(1). 14 Julij is te Heeze een Geldersche schutter in Sprengers Wiel(2) in de Aa te Strabregt die wilde gaan zwemmen verdronken; dezelve was genaamd Jan Lorijn(3). 22 Julij te Heeze de Geldersche schutterij vertrokken. 23 Julij te Heeze binnengekomen het 2 Batt. der 12 Afd. Inf.(4).

(1) Zijnde Johannes Henricus Wiggers, zoon van Willem en Johanna Albregts, geboren te Steenderen (Gld.), oud 31 jaren ongehuwd. Hij overleed te Leende 14 Juli 1832 10 v.m. en was ingedeeld bij de tweede Afdeling, tweede Batt. der Gelderse mobiele schutterij. (2) 'n Zeer diepe kuil in de kromming van de Aa; thans bekend als sectie A 1280 zijnde een afgesneden tak van de Aa. Te Heeze bestaat 'n spreekwoord Ik ging nog liever eerst naar Sprengers wiel of Ge kunt beter naar Sprengers wiel gaan. (3) Zijnde Jan de Lorijn, zoon van Mathijs en Maria van Leeuwen, geboren te Wamel (Gld.), oud 31 jaren, ongehuwd. Hij overleed 14 Juli 1832 5 n.m. en was ingedeeld bij de 4e compagnie van het 2e Batt. der tweede Afdeling der Gelderse mobiele schutterij. (4) Ressorterende onder de 1e Brigade van de 2e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Kamp van Rijen) van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar, en staande onder het commando van Majoor W. van der Boom. Het aantal manschappen bedroeg 830. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis der Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68, 's Gravenhage, 1881.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 63

23 Julij te Someren binnen gekomen een Batt. van de 18 Afd. Inf. onder den Majoor Tegelaar(5). Dezen majoor is de eerste geweest die met zijn Batt. in den 10 daagschen veldtocht het Belgische territoir is ingetreden en den eersten aanval gemaakt heeft omtrent Ravels aan de zijde van Turnhout(6). 31 Julij binnen Heeze gekomen het 2 Batt. der 2 Afd. Inf. onder Majoor Hubar(7). 8 Augustus gemelde troepen vertrokken naar Best en vervangen door de Vriessche stedelijke Schutterij(8)a. 11 Augustus de Amsterdamsche schutterij binnen Someren gekomen(9). / Pag. 67 / Dit korps was sterk 625 man; van dezelven zijn de inwoonders het meeste geplaagd en mishandeld geworden; de meeste soldaten hadden meer in genever nodig als de 35 centen welken zij voor inkwartiering

(5) Bedoeld is het 2 Batt. der 18e Afd. Infanterie, ressorterende onder de 2e Brigade van de 2e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Kamp van Rijen) van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar. Het Batt. had een sterkte van 1699 man. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68. 's Gravenhage, 1881. (6) Zie voor deze krijgsverrichtingen W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 90-96. 's Gravenhage, 1881. (7) Ressorterende onder de 2e Brigade van de 2e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Kamp van Rijen) van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar. Oorspronkelijke sterkte van het Batt. 877 manschappen. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68. 's Gravenhage, 1881. Had het commando overgenomen van Majoor W. Senn van Bazel. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68. 's Gravenhage, 1881. (8) Vermoedelijk bedoeld zijnde het 2e Batt., 2e Afd. Friesche Schutterij van de 2e Brigade der Reserve Divisie (Hoofdkwartier Sint Oedenrode) van Luitenant-Generaal G.M. Cortheijligers, onder het commando van Luitenant-Kolonel T. Tjallinga (?), getalsterkte 699. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 74. 's Gravenhage, 1881. a De 7 laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. (9) Vermoedelijk een gedeelte van het 2e Batt. der 1e Afd. Noord Hollandsche schutterij van de 1e Brigade der Reserve Divisie (Hoofdkwartier Sint Oedenrode) van Luitenant-Generaal G.M. Cortheijligers, staande oorspronkelijk onder Majoor J.W. Kerkhoven en aanvankelijk in totaal 931 man sterk. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in 1831, p. 73. 's Gravenhage, 1881.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 64

voor dezelven per dag genoten(1); waren meest remplacanten en Joden uit Amsterdam(2). 15 September zijn van Heeze vertrokken de Vriessche stedelijke schutters na Lieshout en in de plaats gekomen de Zuid-Hollandsche schutterij(3). 5 October de E.H. Wilhelmus Bax, geboren te Leende op Strijp, capellaan te Heeze(4) tot pastoor te Soerendonk - zijnde dit de tweede pastoor die te Soerendonk geplaatst is (5) - hebbende die gemeente te voren onder de pastorie van Maarheeze gestaan(6). 6 October tot capellaan te Heeze in de plaats gekomen de E.H. Petrus van Mierlo geboren te Gestel bij Eindhoven(7). 7 October de Amsterdamsche schutterij van Someren vertrokken tot grote vreugde der inwoonders; dezelve bestond meest in Joden en remplacanten(8)(a).

(1832-1833)

/ Pag. 68 / 1832 27 October te Someren een nieuw altaar in de kerk gekomen, gemaakt door Koenen te Eindhoven(1) voor f 215.-, staat aan de manszijde aan den regter kant (1) C. CLEMENS, Herinneringen en ontmoetingen, p. 12. Nijmegen, 1840. - De inkwartieringsgelden bedroegen 30, 33 of 35 cent per dag. Het Rijksarchief te Hasselt bewaart in het Nieuw Archief der gemeente Achel onder n. 13 een registertje betreffende inkwartieringen en leverantiën lopende van 13 Augustus 1831 tot 15 November 1832, waaruit blijkt dat er in 1832 in Achel 8321 militairen zijn ingekwartierd geweest, hetgeen in totaal het volgende bedrag uitmaakte 4554 man à 35 cent per dag f 1598,90 3148 man à 33 cent per dag f 1038,84 619 man à 30 cent per dag f 185,70 In totaal f 2818,44 (2) Zie Kronijk op 7 October 1832. (3) Indien de Kronijkschrijver geen meer duidelijke opgave doet van de in- en uitgaande troepen, achten we ons ontslagen van ieder verdere identificatie. (4) Zie Kronijk 23 Maart 1824. De eerste pastoor was Albertus Henricus Godefridus Verhofstadt, die op 12 Augustus 1798 door Mgr. Van Velde de Melroy te Emmerik was priester gewijd, in 1800 kapelaan was te Maarheeze, van 1806 tot 1819 pastoor te Hulsel en van laatstgenoemd jaar tot 1832 pastoor te Soerendonk. Gedurende zijn emeritaat tot in 1845 of 1846 verbleef hij op de Achelse Kluis. Archief Bisdom Luik, Visitationes Decanales - Visitatio Ecclesiae Achelensis van 13 October 1833 door P.J. Lemmens als deken van Hamont - Rdus Dnus Verhofstad, homo senex 65 annorum et impotens et notae probitatis; hic diebus festivis cum licentia Ordinarii sacrificium celebrat et catechisat in oratorio privato antiqui conventus in eremo (9 November 1832 had hij hiertoe verlof ontvangen voor de tijd van twee jaren). (6) Na drie maal tevergeefs getracht te hebben los te komen van de kerk van Maarheeze werd Soerendonk 22 October 1819 eindelijk opgericht als parochie. DR. P.C. BOEREN, Een vergeefsche poging tot afscheiding van Maarheeze in 1692; een tweede vergeefsche poging tot afscheiding van Maarheeze in 1789; nog een vergeefsche poging tot afscheiding van Maarheeze en de eindelijke afscheiding in 1819 (KERKKLOKKEN VOOR HET DEKENAAT GELDROP, 1937, nrs. 34, 35, 36). (7) Petrus van Mierlo, te Gestel gedoopt 10 Januari 1805 als zoon van Joannis en Joanna Spooren (L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. V, p. 804. St. Michiels-Gestel, 1876). (8) Zie Kronijk op 11 Augustus 1832. (a) De 7 laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. (1) Hendrikus Servatius Koenen, geboren te Westerhoven in 1788 als zoon van Hendrikus en Petronella Snoeks, overleden te Eindhoven 25 Mei 1869, te Woensel gehuwd met Gertruda

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen van het hoog Altaar; die aan de linker zijde of vrouwen kant is te Helmond aangekogt en was eerst het hoog Altaar te Helmond(2).

Weijtens, geboren te Woensel in 1790 als dochter van Johannes en Geertruda van Etten, overleden te Eindhoven 17 Augustus 1873. Dit gezin woonde omstreeks 1840 te Eindhoven, Markt No 417. (2) Vermoedelijk is dit het oude hoofdaltaar uit de schuurkerk van Helmond, dat van 1808 tot 1830 in de St. Lambertus stond, en naar aanleiding van een advertentie door deken Beugels van Helmond in de Courrier de la Meuse geplaatst door Someren werd aangekocht. A. FRENKEN, De restauratie der St. Lambertuskerk te Helmond (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VI, p. 299).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 65

24 December is het kasteel van Antwerpen(3) naar een beleg van 24 dagen, zijnde door de Hollanders onder commando van den generaal Chassé(4) bezet en verdedigd aan de Franschen(5) bij capitulatie overgegaan(6). 1833 3 Januarij het 2 Batt. der 12 Afd. van Heeze vertrokken en het 1 Batt. van dezelve Afd.(7) in de plaats gekomen. 15 Januarij gemelde troepen vertrokken na Valkenswaard en in de plaats gekomen de 2 Comp. van het 2 Batt. der 18 Afd. Infanterie(8). 15 Februarij een sterken storm uit het Westen waardoor onderscheiden huizen veel hebben geleden en / Pag. 69 / veele bomen omgewaaijd. 16 Maart te Heeze het 1 Batt. van de 12 Afd. vertrokken(1) en het 2 Batt. der 18 Afd. te Heeze gekomen van Valkenswaard(2). 12 April is te Heeze even over de Vender brug(3) op de heide door het militair gerecht opgehangen - in tegenwoordigheid van een groot aantal troepen in dezes omtrek gecantonneerd - een deserteur, genaamd Johan Dapper geboren te Landsdorf in het Groot Hertogdom Hessen, oud dertig jaren(4); de galg was van Breda hier na toe gebragt en de gevangen veroordeelde was vergezeld door een hervormd predikant. 5 Mei is de grote Jubilé, gegeven ter gelegenheid van de verheffing tot de pouselijke waardigheid van Gregorius den XVI begonnen(5).

(3) Beschrijving in F. STAATS, Herinneringen aan het Kasteel van Antwerpen, p. 1-10. Groningen, 1843. (4) Zie over hem G. KOOLEMANS BEIJNEN, Chassé (David Hendrikus) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VIII, col. 270-278. Leiden, 1930). (5) Zie voor Maarschalk Gérard, aanvoerder van het Noorderleger, het artikel Gérard (Etienne-Maurice, comte) in LAROUSSE DU XXe SIÈCLE, t. III, p. 766. Paris, 1930. (6) Zie voor het volledig relaas van de bezetting en de capitulatie o.a. F. STAATS, Herinneringen aan het Kasteel van Antwerpen, p. 31-125, 143-160. Groningen, 1843. (7) Ressorterend onder de 1e Brigade van de 2e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Kamp van Rijen) van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar, staande onder het commando van Majoor W. Duppe. Aantal manschappen oorspronkelijk 841. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68. 's Gravenhage, 1881. (8) Waarschijnlijk het vijfde deel uitmakende van het gehele Batt. dat ressorteerde onder de 2e Brigade van de 2e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Kamp van Rijen) van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar, en als Brigadecommandant erkende Majoor H. Tegelaar. Getalsterkte rond de 340 man. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68. 's Gravenhage, 1881. (1) Zie Kronijk op 3 Januari 1833. (2) De 2e Comp. was reeds te Heeze sedert 15 Januari 1833. Cfr. De aantekening bij deze notitie. (3) Zie Kronijk op November 1831 betreffende de oorlogstoestand in de grensdorpen van Noord-Braband en de aldaar gegeven situatie dezer brug. (4) Johan Dapper, frankier bij de 1e Comp, van het 1e Batt. der 18e Afd. Infanterie, geboren te Landorf bij Grimberg in Hessen - ouders onbekend -, oud 30 jaar, ongehuwd, laatstelijk gedetineerd geweest zijnde te Breda, onderging het krijgsvonnis op 12 April 1833 om elf uur voormiddag. (5) Voor het district Den Bosch was de eerste dag bepaald op de 4e Zondag na Pasen (5 Mei) en de laatste dag op de 1e Pinksterdag (26 Mei). Cfr. Mandement betrekkelijk het Jubilé ter gelegenheid der verheffing van onzen Heiligen Vader Gregorius XVI (DE GODSDIENSTVRIEND, dl., XXX, p. 297-313. 's Gravenhage, 1833).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 9 Mei het 2 Batt. der 18 Afd. van Heeze vertrokken na Helmond, Aarle &c, als toen te Heeze in plaats gekomen de 4e Comp, van het 1 Batt. der 7e Afd.(6).

(6) Waarschijnlijk omtrent 200 manschappen van het gehele Batt. dat ressorterende onder de 1e Brigade van de 2e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Kamp van Rijen) van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar, en dat tot Brigadecommandant had Majoor Jhr. J.T. van Spengler. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831 p. 68. 's Gravenhage, 1881.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 66

/ Pag. 70 / 1833 4 Junij de troepen der 7 Afd. van Heeze vertrokken en in de plaats gekregen de Geldersche schutters komende van Oers. 26 Junij een zwaar onweder waardoor te Someren, Lierop, Soerendonk, Maarheeze, Huchten en Budel - gelijk ook te Heeze alleen op Euvelwegen -, de boekwijt en de aardappelen geheel verhageld en vele schaden aan den rog heeft toegebragt en aan de huizen ruiten ingeslagen(1). 6 Juli de Geldersche schutters vertrokken en in de plaats gekregen te Heeze de Amsterdamsche schutters die den 7 Julij weder vertrokken zijn na Aarle, en den zelven dag in de plaats gekomen de 1e en 2e Comp, van het 2 Batt. der 1 Afd. Vriessche schutters(2) onder capitein Salverda(3). 17 Julij van Maarheeze binnen Heeze gekomen de 6e Comp, van gezegde Vriessche schutters(4) - ook te Leende.

(1833)

/ Pag. 71 / 1833 8 Augustus de Vriessche schutters te Heeze en Leende vertrokken. 9 Augustus eenige troepen van de 7 Afd. binnen Heeze en Leende gekomen uit het Camp(1). 10 Augustus dezelven weder vertrokken en vervangen door andere van dezelve afd.

(1) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1833, n. 53; PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1833, n. 101, p. 49-50. (2) Het 2e Batt. der 1 Afd. Vriessche schutters ressorteerde aanvankelijk onder de 1e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer, en stond onder het commando van Majoor J.C.F. Kirchner. Aantal der totale manschappen 830. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 69. 's Gravenhage, 1881. (3) J.J. Salverda bekend als kapitein van de 1e Compagnie; kapitein van de 2e Compagnie vermoedelijk J. Bogstra. Salverda zal het commando hebben gehad over beide compagniën. Cfr. Verzameling van Dagorders, Officieele Rapporten en andere Beugten betrekkelijk den Tiendaagschen Veldtogt in 1831, p. 209. Utrecht, 1833. (4) Onder commando van kapitein C. Hoek Bent. Cfr. Verzameling van Dagorders, Officieele Rapporten en andere Berigten betrekkelijk den Tiendaagschen Veldtogt in 1831, p. 210. Utrecht, 1833. (1) Uit het Kamp van Rijen zijnde het Hoofdkwartier niet alleen van de 2e Divisie Infanterie van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar, maar ook van de 1e Brigade waaronder deze troepen ressorteerden. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68. 's Gravenhage, 1881.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 67

21 October het groot Altaar, predikstoel en banken te Heeze uit de oude strooije kerk in de nieuwe kerk over gebragt; de nieuwe kerk heeft van bouwen &c. gekost f 23.211,20(2). 24 October(3) des morgens om 8 uren is te Heeze de nieuwe kerk ingewijd en den eersten dienst in de zelve gedaan door den WelEerw. Heer Johannes Gast pastoor(4) - die ook de Inwijding uit naam van Z.H.E. den administrator apostolicus(a) van het Bisdom van s Bosch gedaan heeft(5); de twede dienst is gedaan door den E.H.F.M.J. van Moorsel, geboren te Heeze en rector te Helmond(6); de 3e dienst of Hoogmis / Pag. 72 / is gedaan door den E.H. Petrus van Mierlo capellaan te Heeze(1), geadsisteerd door de E.Hr.F.M.J. van Moorsel als diaken en den E.H. Joannes van Asten capellaan van Geldrop, geboren te Lierop, subdiaken(2). 4 November te Heeze de troepen van de 7 Afd. van Heeze vertrokken na Someren en Asten, en in de plaats gekomen troepen van de 2 Afd. komende van Helmond. 26 November des avonds om 10 uren eene totale maansverduistering door geheel Europa zigbaar(3). Het geheele najaar 1833 geen vorst plaats gehad, maar gedurende de maand December winderig en regenachtig weder met storm waardoor onderscheiden ongelukken aan schepen zijn voorgevallen en dijken langst de grote rivieren doorgebroken zoo als die van Empel en meer anderen(4). 1834 De maand Januarij 1834 is zeer zagt geweest zonder vorst zoo dat allerleij vroege blommeties

(2) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze De onkosten van deze nieuwe kerk, welke, om de invallende ziekelijkheid van den pastoor niet al te juist aangetekend en berekend zijn, vind ik op eene aanteekening van Zijn Wel Eerwaarde geraamd op p(lus) m(imus) Een en twintig duizend gulden, p. 4. - Ibid., Port. IV De nieuwe kerk in 1830, bevat een Notitie-Boekje van de ontvangene en uitgegevene gelden tot opbouw van een Nieuwe R.C. Kerk te Heeze waarin inderdaad zeer vele gegevens maar niet een totaal overzicht der gemaakte onkosten. (3) Feestdag van de H. Aartsengel Raphaël. (4) Zie Kronijk op 3 Maart 1819. Zie de afbeelding der Kerk in het Supplement, Aanhangsel A, n. 3. (a) Hs.: vicaris generaal. (5) Bij speciale machtiging. (6) Zie voor Franciscus Marianus Johannes van Moorsel de inleiding. (1) Zie Kronijk op 6 October 1832. (2) Joannes van Asten, gedoopt te Lierop 7 December 1801 als zoon van Laurentius en Elisabeth van Vaalen, was sedert 4 Mei 1843 tot aan zijn overlijden op 28 November 1850 pastoor te Aarle-Rixtel (Bidprentje). L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. III, p. 54. St. Michiels-Gestel, 1872. (3) Zie voor de beschrijving van deze maaneclips ALMANAK VOOR DE PROVINCIE NOORD-BRABAND VOOR HET JAAR 1833. 's-Hertogenbosch, 1833. (4) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1834, n. 76, p. 22-26; DR. H. VAN VELTHOVEN, Een stem over Noord-Brabant in 1834 (TAXANDRIA, dl. XLIX, p. 205-210. Bergen op Zoom, 1942).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 68

/ Pag. 73 / zoo als Betonien, Flieren, Fioolties en wilde gras bloemen openstonden en volop bloeijden - ook zijn in deze maand reeds vogelnesten gevonden met eijeren en jongen. 10 Januarij de kleine altaren uit de oude kerk te Heeze na de nieuwe kerk overgebragt(1). 1 Maart de troepen van de 2 Afd. te Heeze vertrokken na Valkenswaard. 4 Maart Caspar van Soerik een landbouwer van Heeze wonende aan de ven in de heide tusschen Heeze en de Paaschense hut, een overval gekregen(2), vandaar naar de hut(3) overgebragt en aldaar dadelijk overleden(4). 16 Maart door Heeze gepasseerd circa 700 man van de 17 Afd. Inf., 18 Afd. Inf. en Drentsche schutters. 25 Mei het stellen en vergroten van het orgel te Heeze dat de Heer pastoor te Gemert oud gekogt heeft voor ....(5); aanbesteed aan A. Fransen orgelmaker te Terhorst(6). / Pag. 74 / voor f 1100, - en 2 ducaten met 150 dagen vreijen kost voor een man(1). 17 Junij had men te Heeze verwagtende Zijn Hoog Eerw. den Heere Vicarius van het voormalig bisdom van s Bosch(2) om op den 18 Junij te komen vormen, eerebogen gesteld en denne boomties door de straten geplant, kronen gehangen, welken allen des nachts - zoo men vertrouwd - door de schutters van de 1 en 3 Komp. Geldersche schutterij alhier in cantonnement liggende geheel omgehaald, ter neder geworpen, uitgerukt en vernield zijn, en bij den Burgemeester(3) de glazen ingeslagen, het welk alles zonder gevolg is gebleven; de commandant van deze troep lag op het kasteel bij den Baron van Tuyll in kwartier(4).

(1) Deze overgebrachte altaren hebben nog 11 jaar dienst gedaan. Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, 142v 1845 zijn de kleine altaren, gemaakt door van der Heijden te 's Bosch geplaatst en op O.L. Vr. altaar werd den 16 October het eerst gecelebreerd. (2) Caspar van Soerik, gedoopt te Heeze als zoon van Joannes Eijmers en Elisabeth van 't Hof, overleden te Zes-Gehuchten 4 Maart 1834 9 uur v.m., was 30 Januari 1791 te Heeze gehuwd met Adriana Janse Thijs, gedoopt te Heeze op 12 Februari 1768, als dochter van Joannes en Joanna Henri Scheepers, overleden te Heeze 8 December 1831. Parochiearchief St. Martinus te Heeze Liber defunctorum 1826-1935 1834 4 Maart Caspar van Soerik N.B. op den weg doot gevonden. (3) Paasensche Hut gelegen in de voormalige gemeente van Zes Gehuchten (thans gemeente Geldrop) was kadastraal bekend als Sectie B n. 1050 (oud nummer) en is op heden genummerd als Sectie B n. 1813. (4) Zie voor dit detail de aantekening in het overlijdensregister der parochie Heeze, vermeld in de voorlaatste nota. (5) Door Mgr. H. den Dubbelden aangeboden aan de pastoor van Heeze bij schrijven van 18 Mei 1833 (Parochiearchief St. Martinus te Heeze). (6) Bekend als de firma Gebr. A. en J. Franssen. (1) Volgens Parochiearchief St. Martinus te Heeze bedroeg de som 850 gulden, en een premie van 2 ducaten als negotiepenning. Een ducaat is groot f 5.50. (2) Zijnde Mgr. Hendrikus den Dubbelden; zie voor zijn data Kronijk op 1 Mei 1831. (3) Zijnde A.J. Deelen; zie Kronijk op 6 Mei 1820. (4) Zijnde Jan Diederik Baron van Tuyll van Serooskerken; zie Kronijk op 23 October 1828 en op 9 & 13 Juli 1843.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 69

18 Junij zijn in de Nieuwe kerk door Zijn Hoog Eerw. den Heere Vicarius van Den Bos Hendrikus den Dubbelden(5) / Pag. 75 / circa 1400 personen gevormd, zoo van Heeze en Leende, als van Maarheeze en Soerendonk(1). 20 Julij de 1 en 2 Comp, van het 1e Batt. der 2 Afd. Geldersche schutters naar het Camp(2) vertrokken, in plaats gekomen Zuidhollandsche Schutters(a). 21 Julij in de plaats gekomen de Zuid hollandsche schutters. 8 Augustus grote inspectie van Koning Willem I over de in deze omtrek gecantonnerde troepen in de Woenselsche heide(3). 26 Augustus de Zuidhollandsche schutterij te Heeze en Leende vertrokken; te Heeze in plaats gekomen van de 8 Afd. Inf.(4) en te Leende van de 17 Afd.(5). 30 Augustus te Leende bij Hendrikus van Engelen(6) in het huis van Willem Maas(7) herkomstig van Tieleman Kemps(8) op denzelven wijngaard rijpe blaauwe druiven en te gelijk bloeijende of blomtrossen.

(5) Zie Kronijk op 1 Mei 1831. (1) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, p. 142 en Budel. Cfr. DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XXXIII, p. 43. Grave, 1834 - 17 Junij Geldrop, 18 Junij Heeze, 19 Junij Mierlo. -. (2) Als deel uitmakend van het 1e Batt. ressorteerde deze groep onder de 1e Brigade van de 2e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Kamp van Rijen) van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar, en had voor het gehele Batt. tot commandant Majoor W.A. Baron van Schimmelpenninck v.d. Oye v.d. Pol; vermoedelijke sterkte van de twee compagniën rond de 400. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68. 's Gravenhage, 1881. (a) De 5 laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. (3) Zijnde de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant- Generaal A.F. Meijer, en de 4e of Reserve Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Sint Oedenrode?) van Luitenant-Generaal G.M. Cortheijligers, en vermoedelijk de 2e Brigade van de Divisie Cavalerie die als Hoofdkwartier Eindhoven was toegewezen onder de Brigadecommandant Generaal-Majoor Jhr. W.F. Boreel. Vermoedelijk totaal aan manschappen rond de 14 à 15000 manschappen. Cfr. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 69-74. 's Gravenhage, 1881. Berichtgeving over de gehouden inspectie PROVINCIAAL DAGBLAD, 1834, n. 64. (4) Vermoedelijk een gedeelte van het Reserve Batt. ressorterende onder de 1e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer, en staande onder het commando van Luitenant-Kolonel J. Cox van Sprengler; het gehele Batt. had een sterkte van 905 manschappen. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 69. 's Gravenhage, 1881. (5) Vermoedelijk een gedeelte van het 1e of 2e Batt. ressorterende onder de 2e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in 1831, p. 70, 's Gravenhage, 1881. (6) Hendrikus van Engelen, gedoopt te Leende op 28 Maart 1800 als zoon van Jean Godfried en Maria Anna Mansveld, overleden te Leende 19 November 1876, was 15 Januari 1826 te Heeze gehuwd met Johanna Maria van Moorsel, gedoopt te 'sHertogenbosch op 11 September 1798 als dochter van Mr. Hendrik van Moorsel en Johanna Maria Voncken, overleden te Leende 4 November 1866. (7) Zie Kronijk op 10 Augustus 1831. (8) Tieleman Kemps, te Leende gedoopt 24 Januari 1757 als zoon van Henricus en Jacoba Sleuwens, aldaar overleden 19 October 1827, was 15 Februari 1784 te Valkenswaard gehuwd met Johanna Catharina Hertrooijs, te Valkenswaard gedoopt 3 April 1755 als dochter van Bartholomeus en Maria Sleuwens, te Leende overleden 16 Juli 1821.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 18 September is de oude schuurkerk gebouwd in 1780 met stroo gedekt publiek verkogt tot afbraak(9) doch daarvan gereserveerd den muur tot aan de vengsters aan de Noordzijde

(9) Zie Kronijk voor het jaar 1780.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 70

/ Pag. 76 / de Wester gevel en muur waar tegen de Altaren gestaan hebben, op de zelve hoogte als den zijdmuur, welken zijn blijven staan, aan Jan van den Berg timmerman te Heeze(1) voor f 800, -(2). In Augustus, September en October 1834 is op aanneming van AJ Deelen(3) van kerkvoogden der Hervormde gemeente van Heeze de capel van St. Anthonis heremijt(4) te Eijmerik geheel opgemaakt(5); de 2 houten balken daar uit gedaan, en door 2 ijzeren vervangen; het plafond geheel vernieuwd; de fondamenten hersteld en ingeraapt;

(1) Zie Kronijk op 10 November 1829. (2) Dit gedeelte van de oude schuurkerk, ook genaamd ‘oude sacristie’ is kadastraal bekend als Sectie F 1127 en later als Sectie F 1319. (3) Zie Kronijk op 6 Mei 1820. (4) Feestdag 17 Januari. (5) Zie Kronijk op 16 December 1824 en 9 October 1826. Het herstel van de oude kapel zou reeds lang klaar hebben moeten zijn, maar gebrek aan geld en de moeilijke tijdsomstandigheden vroegen steeds maar om uitstel. In het Archief der Hervormde Pastorie te Heeze zijn hieromtrent interessante aantekeningen te vinden (Acta-Boek II, p. 280, 284, 289-292). We laten de tekst van p, 289-292 hier volgen. / p. 289 / Nadat aan de Hervormde Gemeente van Heeze en Leende, zoo wel door Zijne Majesteit Onzen geëerbiedigden Koning, als door de Herv. Christelijke Synode, in Junij en Julij 1830 eene gezamenlijke Somme van f 1400. - was toegelegd, zie aanteekening op pag. 284, ten einde daarmede te dekken de gemaakte schulden wegens het herbouwen van den Tooren des kerkgebouws, en de hoognoodige herstellingen aan het Kerkgebouw zelve te bewerkstelligen, brak er in de maand Augustus van datzelfde jaar te Brussel eene Revolutie uit, welke weldra door geheel België gevolgd werd en ons Vaderland met niet te voorziene rampen bedreigde. In deze treurige en bange omstandigheid kon er aan geen bouwen gedacht worden, en moest men, hoezeer het Kerkgebouw ook de dringendste herstellingen vorderde, een gunstiger tijd afwachten, want de Belgen nu onze vijanden geworden, bedreigden gestadig onze grenzen waardoor ook deze gemeenten niet zelden, door droevige geruchten van invallende strooptogten werd beroerd en ge schokt. - Geheel Nederland wapende zich nu met voorbeeldelooze / p. 290 / vaderlandsliefde, en het behaagde de goedertierene Voorzienigheid, om het kwaad op onze Grenzen te stuiten, zoodat het geene verderen voortgang maakte, waarvoor men zoo billijk gevreesd had. - De gehele Provincie Noord-Braband, en ook deze Gemeente werd met Vaderlandsche Krijgslieden opgevuld, en ook daardoor werd de herstelling aan ons Kerkgebouw tegengehouden, die desniettemin hoe langer zoo dringender werd. Hier kwam nog bij, dat wij nu van België afgescheiden zijnde, men den kalk niet als met zeer verhoogde prijzen bekomen kon, welke bouwstof men voornamelijk was benoodigd. Door een en ander waren dus de voorhanden zijnde gelden ontoereikend geworden, om de al meer en meer toegenomene bouwvalligheden aan het Kerkgebouw in orde te brengen. In het jaar 1834 kwam er eenige kalmte. Vele uitgetrokkene Schutters keerden huiswaarts, en de militaire bezetting dezer Provincie verminderde zeer in aantal. / p. 291 / Nu meende men niet langer te moeten verbeiden, om een aanvang te maken, en na ook deswegens op den 12 Julij 1834 Kerkeraadsvergadering gehouden te hebben vroeg men bij drie Missives aan het Prov. Coll. van Toez. op de Kerkel. Adm. der Herv. in Noord-Braband in dato 16, 23 en 31 Julij van dat jaar om authorizatie tot de aanbesteding, en om de vermoedelijk te kortkomende gelden te mogen vinden uit den verkoop van een paar stukken land en van eenige boomen die in hunnen groei geen voordeel meer aanbragten. - Het eerstgemelde door opgenoemde Collegie toegestaan zijnde, zoo werd bepaald, om op den 11 Augustus 1834 bij Kerkeraads vergadering, de herstellingen van het Kerkgebouw en Consistorie-Kamer openlijk aan te besteden, naar een bestek door den bouwkundigen A. van Gaal te Geldrop opgemaakt, terwijl de Heer No taris H.M. FREHER op dezen tijd Diaken dezer Gemeente, edelmoediglijk zich aanbood, om zonder eenigen salaris deze aanbesteding te doen, hetwelk onder / p. 292 / hartelijke erkentelijkheid werd aangenomen. Q(uod) F(ecit) J.L.A. Kremer Az., Predt.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen een nieuwen vloer daar in gelegd; de defecten aan de muren hersteld; alles bij publieke aanbesteding op authorisatie van het gouvernement(6). Bij het opgraven der fondamenten heeft men verscheiden menschen geraamten ontdekt, waar uit blijkt(a) dat men vroeger daar plag te begraven(7).

(6) Archief der Hervormde Pastorie te Heeze. Acta-Boek II, p. 295 Kerkeraadsvergadering gehouden den 11 Augustus 1834, Art. 3 Nadat door den Heer Notaris de conditiën en voorwaarden der te doene herstellingen aan de aanwezige gegadigden waren voorgelezen, ging men met derzelver aanbesteding voort, en heeft de Heer A.J. Deelen Burgemeester dezer Gemeente, deze opgenoemde herstellingen aangenomen, voor eene Somme van Duizend, zeven honderd en vijf en zeventig gulden -. (a) Hs.: schijnt. (7) Het begraven in kerken werd afgeschaft bij Decreet van 23 Prairial an XII (12 Juni 1804), en bij Souverein Besluit van December 1813 weer toegelaten om eindelijk met ingang van 1 Januari 1829 geheel te worden verboden (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1827, n. 113).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 71

(1834-1835)

/ Pag. 77 / 1834 September het orgel van Gemert na Heeze overgebragt(1); men is vervolgens begonnen te werken aan de nieuwe kas van het zelve(2). September en October heeft men de oude schuurkerk te Heeze afgebroken die in 1780 nieuw gebouwd is. 1835 20 Januarij is te Heeze door de molenroede doodgeslagen Johannis Smulders landbouwer(3), nalatende eene zwangere vrouw en vier kinderen(4); de zelve had de onvoorzichtigheid van met een kruiwagen waar op een zak meel onder de roeijen door te rijden waardoor hij getroffen werdt(5). 14 Februarij zijn de eerste pijpen in het orgel gesteld; er zijn meer dan 1000 nieuwe pijpen in den zelven bijgemaakt(6). 21 Februarij de eerste organist te Heeze Rochus Ansems van Wouw bij Bergen op Zoom na Heeze gekomen. 7 Maart om 6 uren namiddag overleden de Hr. Gerardus Johannis Ernou Medicinae Practicus en Rijks en gemeentens ontvanger te Heeze, geboren te Maastricht oud 94 jaren(7).

(1) Zie Kronijk op 25 Mei 1834. (2) Parochiearchief St. Martinus te Heeze. Port. V De bouw van het orgel 1830 Het stellen van den kas is tot last van de kerk, als ook het bearbeiden van het Pedaal en het stelsel van de blaasbalken zoo in order dat de balke en de windladens dadelijk konnen geplaatst worden. Heeze den 18 Maart 183.. (3) Johannis Smulders, gedoopt te Heeze op 1 November 1800 als zoon van Joannis Cornelis en Maria van den Paal, overleden 20 Januari 1835 9 uur namiddag, was gehuwd te Maarheeze (?) met Hendrina van der Sande, op 28 September 1826, gedoopt te Maarheeze als dochter van Theodoris en Joanna Maria Schepers op 16 April 1801, overleden te Heeze 17 Juli 1856. (4) a Johanna Maria, geboren te Heeze, 31 Augustus 1827 en aldaar overleden 19 Juli 1908, ongehuwd. b Joannes, geboren te Heeze 17 October 1828 en aldaar overleden 16 Juli 1905, was gehuwd te Heeze op 12 April 1856 met Goverdina Schavers, geboren te Heeze op 26 Augustus 1831 als dochter van Hendrik en Hendriena Smulders, overleden te Heeze 25 November 1907. c Wilmiena, geboren te Heeze 12 December 1830. d Anna Maria, geboren te Heeze 18 December 1832 en aldaar overleden 21 November 1862. (5) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Liber Defunctorum 1826-1935 1835 20 Jan. Jan Smulders door de molen geraakt. (6) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Port V De bouw van het orgel 1830 Alle het pijpwerk dat goed is te konnen gebruijken uijt het oude orgel, en alle overschot voor ons. Al het metaal dat nodig is voor de pijpen is voor onze rekening. Noch zal men het geheel werk inrichten, dat men er boven en onder in het positief noch twee registers kan plaatsen. Het mechaniek, voor 4 ½ octaaf van groot C tot drie gestreept F. Heeze, den 18 Maart 1834. (7) Zie Kronijk op 1 Januari 1821. - Gerardus Johannis Ernou was ook Heelmeester ten Platte Lande, plaats en tijd der admissie, gekwalificeerd 26 Juni 1810 te Den Bosch en staat vermeld als Amou (Gzn). PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1825, n. 14, p. 10.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 72

/ Pag. 78 / 1835 10 Maart is te Heeze voor de eerste rijse het orgel gespeeld op de reeds vervaardigde registers door A. Fransen orgelmaker, en R. Ansems organist(1). 7 April eenige compagnien van het Batt. der 8 Afd. Inf. van Someren na Heeze en Leende gekomen(2); en te Someren die van de 17 Afd. in de plaats gekregen(3). 12 April op Palmzondag naar het lof voor de eerste maal publiek het orgel gespeeld in de Nieuwe kerk te Heeze(4). Is in deze maand bijzonder kouwd geweest zelfs kouder dan gepasseerde Christmis(5). 19 April Paaschdag, de eerste solemnelen dienst met het orgel gedaan te Heeze door den E.H.F.M.J. van Moorsel, rector te Helmond(6). Mei Jan van den Berg als plaatselijk ontvanger van Heeze in functie gesteld(7).

(1) De volledige dispositie van het orgel wordt aangetroffen in de stukken van het Parochiearchief St. Martinus te Heeze betreffende de bouw van het orgel (Port V). Prestant 8 voet Holpijp 8 voet Mixture 3 st 1 voet Doublet 2 voet e Viola di gamba 8 vt Trompet 5 voet bas Bourdon 16 voet disk. Flut douce 4 voet Flageolet 1 voet Flut traver 8 vt sprekend (?) Nasserd 3 vt disk. Trompet 8 voet diskant Positief Prestant 4 voet bas Holpijp 8 voet bas Octaf 2 voet Viola di gamba 8 vt disk. Prestant 4 voet diskant Holpijp 8 voet diskant Flut traver 4 voet

(2) Vermoedelijk een gedeelte van het Reserve Batt. van de 1e Brigade der 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 69 's Gravenhage, 1881. (3) De twee bataljons der 17 Afd. Infanterie ressorteerden onder de 2e Brigade van de 3e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Eindhoven) van Luitenant-Generaal A.F. Meijer. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 70. 's Gravenhage, 1881. (4) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae de Heeze, fol. 142v In 1832 had het kerkbestuur het orgel van Gemert gekocht, hetwelk 1834 op Witte Donderdag na door de Gebr. Franssen vermaakt te zijn het eerst werd bespeeld. (5) Christmis - Kerstmis. (6) Zie voor Franciscus Marianus Johannes van Moorsei de inleiding. (7) Benoemd tot plaatselijk ontvanger 23 Maart 1835 en vervulde deze functie tot 12 Juni 1845. Jan van den Berg - schoenmaker en landbouwer -, te Heeze op 10 December 1775 gedoopt als zoon van Gerardus en Joanna Theodoris Coppens, overleden te Heeze 3 Mei 1856, was te Heeze gehuwd op 23 Februari 1800 met Adriana van Rutten, gedoopt te Heeze op 10 Mei 1776 als dochter van Jan en Goverdien Deelen, overleden te Heeze 1 Maart 1819.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 14 Junij te Heeze het 1 Batt. Koninklijke Jagers(8) in kwartier gekomen.

(8) De Koninklijke Jagers, opgericht bij K.B. van 11 Nov. 1830, n. 14 (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1830, n. 160), maakten deel uit van de 2e Brigade der 2e Divisie Infanterie (Hoofdkwartier Kamp van Rijen) van Luitenant-Generaal Bernhard Hertog van Saxe-Weimar, telden 245 manschappen onder Kapitein J.C. Buchner. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 68. 's Gravenhage, 1881.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 73

/ Pag. 79 / 1835 31 Augustus te Heeze en Leende in kwartier gekregen 2 comp. 2 Batt. der 9e Afd. 10 October de commeet van Halley(a) het eerste hier aan het blote oog zich vertoond in het Noord Westen(1), ten Noorden(b). 6 November Hendrikus Verhoijsen als Burgemeester van Someren in functie gesteld(2). 21 November te Someren, Heeze en Leende de Inf. van de 9e Afd. vertrokken en in plaats gekomen Cavallerie van het 5 Reg. Hussaren. 21 November het Sashuis No 12(3) te Someren afgebrand des nachts 2 uren door de soldaten die eene wacht daar in hadden door onvoorzichtigheid aangestookt, zijnde bijna niets daar uit gered. 12 December de Eerw. Heer Johannis Kivits pastoor van Geldrop, aldaar overleden, was geboren te Erp(4)(c). 1836(d) 7 Mei van Antwerpen in de kerk te Heeze gekomen een nieuw beeld St. Jan Baptist, gebeiteld door van Gool te Antwerpen. 15 Mei zon eclips des namiddags 4 uren zijnde 3/4 verduisterd; zeer schoon zigbaar(5).

(a) Hs.: Hallij. (1) Deze komeet is een van de bekendste en wordt genoemd naar haar ontdekker Halley (1682). Ze heeft een omloopstijd van 76 jaar en werd in vorige eeuw waargenomen van Augustus 1835 tot Mei 1836. Zie naast de moderne encyclopaedieën ook B. BRINKMAN, De sterrenwereld, p. 253-270 passim. Leiden, 1873; DR. B. GOUDSMIT, De wonderen des hemels, p. 486, 494. Zutphen, z.j. (b) ten Noorden later toegevoegd. (2) Hendrikus Verhoijsen, geboren te Son als zoon van Nicolaas en Anna Maria Meeuwis, overleden te Someren 12 Juni 1857 (74 jaar), was 14 Januari 1810 te Someren gehuwd met Woudrina (of Waltera Francisci) Daniëls, te Someren gedoopt als dochter van Francis en Helena Meeuwis, aldaar overleden 11 November 1833 (49 jaar). (3) Woning van de sluiswachter aan sluis 12 van de Zuidwillemsvaart. (4) Daniel Kivits, geboren te Erp als zoon van Godefridus en Johanna Maria van Will, zederd byna dertig jaren Roomsch Catolijk Pastoor van Geldrop aldaar overleden den 12 Dec. 1835 in den ouderdom van 69 Jaren 7 Maanden 7 Dagen (Bidprentje). L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. III, p. 679. St. Michiels-Gestel, 1872; cfr. DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XXXVI, p. 47. Grave, 1836). (c) Hs.: Gemert. (d) Hs.: jaartal vergeten. (5) Zie voor de beschrijving van deze zoneclips ALMANAK VOOR DE PROVINCIE NOORD-BRABAND VOOR HET JAAR 1836. 's-Hertogenbosch, 1836.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 74

(1836-1838)

/ Pag. 80 / 1836 3 Junij de Hr. Willem Frederik Adriaan van Riet, notaris te Someren geworden, dezelve is geboren te Deurne(1). 15 Junij Lourens Buskens als schoolonderwijzer van Someren in functie gesteld(2); dit is na de Reformatie de eerste R.C. schoolonderwijzer(3); is in de plaats gekomen van Hendrik Matheus Beijnen die uit hoofden van ouderdom is gepensioneerd(4)a.

(1) Willem Frederik Adriaan van Riet, geboren te Deurne 6 Juni 1806 als zoon van Gerard en Carolina Leonhardi, overleden te Someren 5 Maart 1889, was gehuwd met Alletta van Loon, geboren te Kamerijk als dochter van Jan en Frederika Wagwier, overleden te Someren 22 Februari 1887. Van Riet bleef notaris tot 1881. (2) Cornelis Laurens Buskens, geboren te Woensel 16 September 1811 als zoon van Jan en Dorothea Berkers, overleden te Someren 26 Mei 1879, huwde 1 December 1838 te Woensel met Maria Catharina Habraken, geboren te Woensel 23 Juli 1812 als dochter van Gerardus en Johanna Spoorenberg, overleden te Someren 27 Februari 1900. (3) Buskens was 29 Maart 1836 benoemd met voorbijgaan van de zoon van Hendrik Beijnen. Volgende mededeling van de Heer E. Eijsbouts te Someren is interessant in verband met de benoeming van onderwijzer Buskens. SOMEREN. Door het pensioneren van Hendrikus Matheus Beijnen, schoolonderwijzer in deze gemeente, na eene insgelijks veeljarige en ijverige schooldienst, is de Openbare Nederduitse School alhier vacant geworden, en worden dus onderwijzers van den derden en hogeren rang ter vervulling derselve opgeroepen, om zich bij den Heer Burgemeester alhier, of bij de schoolopziener te Eindhoven te vervoegen met overlegging der getuigschriften van rang, goed gedrag en bewijzen van aan de Nationale Militie voldaan te hebben, of dezelve vrachtvrij in te zenden, vóór of op den vijftienden Februarij eerstkomende; zullende de dag van het vergelijkend examen den sollicitanten nader worden bekend gemaakt. De voordeelen aan deze school verbonden bestaan: 1e in een Lands tractement van f 200; 2e van de gemeente als klokkenist f 36; 3e voor toezigt op het kerkhof f 8; 4e voor onderwijs aan armenkinderen f 2.50, en het schoolgeld van een gemiddeld getal van 100 leerlingen ad f 1.20; en eindelijk vrije woning en tuin. Zullende 's jaars f 100 aan genoemde H.M. Beijnen, diens leven lang, door zijne eventuele opvolgers moeten worden uitgekeerd (NIEUWE BIJDRAGEN TER BEVORDERING VAN HET ONDERWIJS EN DE OPVOEDING VOORNAMELIJK MET BETREKKING TOT DE LAGERE SCHOLEN IN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN, Januarinummer 1836). (4) Hendrik Matheus Beijnen, geboren te Nistelrode 12 November 1760, was traditie getrouw koster, schoolmeester en doodgraver. Als zodanig op 2 Mei 1786 aangesteld, kwam hij 19 Mei 1786 naar Someren, trad op bij de eerste kerkdienst op 21 Mei en aanvaardde zijn plichten als onderwijzer op 29 Mei 1786. Hij tekende in het begraafboek van Someren volgend vers op:

De dood is 't eyndt van alle ding, Zij treft den boer en hoveling En maakt zoo hoog' en laage staate Elkanderen geleyk in 't graf. Men moet op 't eynd der loopbaan laaten Ambt en kroon, so schop als staf, Veel heerlijkheyt, maer al vermomt, Tot dat de dood ter deur in komt.

Extracten uit het grafboek van Someren, (TIJDSCHRIFT VOOR NOORDBRABANTSCHE GESCHIEDENIS, TAAL- EN LETTERKUNDE, jrg. III, col. 192. Helmond, 1886). a Deze zinsnede door kronijkschrijver later toegevoegd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 17 Junij te Someren in de heide tusschen het dorp en de Weerter hut(5) een jongeling van Someren genaamd Hendrik van Deursen oud 29(b) jaren door den donder doodgeslagen des namiddags circa 4 uren(6). 2 Julij te Heeze de Dragonders vertrokken van het Reg. N. 5(7) en Hussaren van het Regt. N. 6(8) in plaats gekregen. 18 Octo'ber des avonds om 9 uren in het Westen en Noordoosten rode plakken en verlichte of gele en purpere streepen zich in de lucht vertoond, zijnde zoo het scheen een verlichte mok of mist drijvende van het Noordoosten naar het Westen(9). 29 November des namiddags heeft het op het sterkste tusschen 4 en 5 uren een

(5) Welke Hut hier bedoeld is, is niet duidelijk, want de namen ‘Weerter Hut’, ‘Dé Hut’ of ‘De Hutten’, ‘De Vissershut’ en De ‘Jan Lammershut’ zijn erg vaag. (b) Hs.: 34. (6) Hendrikus van Deursen, geboren te Someren 22 Maart 1807 als zoon van Michiel en Helena Hurkmans, overleden te Someren 17 Juni 1836 4 n.m., ongehuwd. (7) Cfr. Kronijk op 21 November 1835 waar sprake is van een afdeling cavalerie; mogelijk zijn deze dragonders bedoeld, bekend als Regiment lichte Dragonders No 5 bestaande uit 1e en 2e eskadron, oorspronkelijk ressorterende onder de 2e Brigade van de Divisie Cavalerie (Hoofdkwartier Breda) van Luitenant-Generaal Jhr. A.D. Trip van Zoutland, onder commando van Luitenant-Kolonel J.F. Graaf Dumonceau en bestaande uit 321 manschappen. Zie W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 71. 's Gravenhage, 1881. (8) Regiment Hussaren No 6 bestaande uit 1e, 2e en 3e eskadron ressorterende onder de 2e Brigade van de Divisie Cavalerie (Hoofdkwartier Breda) van Luitenant-Generaal Jhr. A.D. Trip van Zoutland, onder commando van Kolonel W.E.J. Baron van Balveren en tellende 512 manschappen.W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 71. 's Gravenhage, 1881. (9) Waarschijnlijk zodiakaallicht. Zie Kronijk op 7 Januari 1831.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 75

/ Pag. 81 / zeer sterken storm gewoed uit het Westen, hebbende meest allen gebouwen daar min of meer door geleden, veele torens, molens en gebouwen omvergewaaijd, een menigte bomen ontworteld, zijnde door geheel Holland en Belgien gevoeld gelijk door Engeland, Vrankrijk en Duitschland(1). 7 December is te Someren overleden de Hr Martinus van Dremmen, oud Burgemeester en Notaris aldaar, in eenen volslagen staat van simpelheid, was geboren te Someren(2), zijn vader was schoolmeester aldaar(3). 15 December is in s Bosch door den Notaris de Berg de Heerlijkheid van Asten en Ommelen publiek verkogt(4); was provisioneel in 6 afzonderlijke kopen ingezet(5): 1. de grondheerlijkheid Asten en Ommelen met jacht en visscherij, chijnsen en renten(6) voor f 2550,-(7). 2. het kasteel met 4 bouwhoeven(8) 67 B 95 Roeden land op f 16000,-(9)a.

(1) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1836, n. 97; PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1837, n. 99, p. 17-18, 53; n. 99o, p. 4; 1838, n. 90, p. 65-66; cfr. Ibid., 1839, n. 107, p. 39. (2) Zie Kronijk op 1 Januari 1821. (3) Onderwijzer van 13 December 1757 tot 26 April 1786. Extracten uit het grafboek van Someren (TIJDSCHRIFT VOOR NOORD-BRABANTSCHE GESCHIEDENIS, TAALEN LETTERKUNDE, jrg. III, col. 192. Helmond, 1886). (4) Zie voor deze heerlijkheid A. VAN SASSE VAN YSSELT, De heerlijkheid Asten (TAXANDRIA, dl. XXII, p. 3-9, 65-73, 121-129. Bergen op Zoom, 1915) en speciaal voor de verkoop dezer heerlijkheid van 7 Mei 1811 TIJDSCHRIFT VOOR NOORD-BRABANTSCHE GESCHIEDENIS, TAALEN LETTERKUNDE, jrg. III, col. 153-155. Helmond, 1886. (5) Op 21 November 1836; acte verleden voor notaris Johannes de Berg te 's-Hertogenbosch, in de oude Stadsherberg aan de Markt, gehouden door Franciscus Martinus Hohmann. (6) Koop I de grondheerlijkheid Asten en Ommelen, met alle de daartoe behorende rechten en gerechtigheden, jacht, visserij, duiventil, gruit, houtschap en alle verdere regten, waaronder de bijzondere zitting voor 12 personen in de gereformeerde Kerk van Asten alsmede het recht tot het daarstellen van een watermolen in de Gemeente Vlierden, ter plaatse genaamd BIGELEN, alles voor zover de rechten nog uitgeoefend worden of kunnen worden uitgeoefend. Verder nog chijnsen circa f 68.-; een kapitaal groot f 250.- tegen 4%; twee kapitalen tesamen groot f 300.- 4%; jaarlijkse renten a) groot f 6.25, b) groot f 5.84, c) groot f 6.25; schadeloosstelling verleend voor het gemis der Heerlijke rechten f 35.- per jaar. (7) Ingezet en gebleven door Henricus Elisa de Bergh te 's-Hertogenbosch. (8) Koop II bekend als Asten Sectie E nrs. 796 tot en met 803. De neerhof van het kasteel, thans ingericht tot twee bouwmanswoningen, stallen, schuren en verdere bergplaatsen. Idem twee bouwmanshuizingen met daartoe behorende stallingen, schuren en verdere getimmerten een genaamd ‘DE POLDER’ ende andere ‘DE HULTERMAN’ of ‘GROENEWOUD’. (9) Ingezet door H.M. Freher te Heeze op f 11500.- en uiteindelijk gehoogd tot f 16000.- door Petrus van der Meulen. a Hs.: f 15500.-.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 76

3. weiland den ossenkamp(10) 1 B 14 R f 195,-(11). 4. bosch en heijde vaarzenhof(12) 2 B 47 R 80 E f 940,-(13)b. 5. de koren windmolen met molenbehuizing(14) f 10950,-(15).

/ Pag. 82 / 6. de grove en smalle tienden(1) over een gedeelte der gemeente Asten aan de heerlijkheid toebehorende f 21625,-(2)a.

De voors. goederen rendeeren jaarlijks f 3500,-. Is bij den finalen verkoop(3) geheel gekogt(4) bij den Heer Willem Francis Guljé, doctoor te Oorschot en kantonsregter te Oorschot(5), met de onkosten voor omtrent de f 61000,-(6). 1837 5 Januarij des morgens circa 9 uren een gedruis gehoord met dulling in den grond gelijkende naar een aardbeving, zijnde zagt weder en een helderen

(10) Sectie B n. 114, bekend als ‘De Donk’ of ‘Den Ommelschen Bosch’. (11) Ingezet door Hendrik Michielsen. (12) Sectie E nrs. 661 & 662, omschreven als bosch en heide, mast en beukenbeplanting ‘VAARZENHOF’. (13) Ingezet op f 745.- door Hendrik Michielsen, uiteindelijk gehoogd op f 940.- door Petrus van den Broek. b Hs.: f 820.-. (14) Koren-windmolen, erf en daaromtrent staande molenhuizing en stal onder één dak, kleine woning, aangelegen tuin en weilanden alles bij of omtrent elkaar staande, ter plaatse ‘MOLENAKKERS’, groot 45 R 93 E; molen en erf bekend als Sectie G n. 207; de rest als Sectie G nrs. 244, 312 tot en met 316. (15) Ingezet door Petrus Winkens, molenaar te Besoyen. (1) De smaltiende was belast met een rente aan de Administratie van de Algemenen Armen van 's Hertogenbosch tot f 30.- per jaar. (2) Ingezet door Josephus van Iersel te Udenhout. a Hs.: f 23375.-. (3) Op 15 December 1836. (4) De voorschreven 6 kopen zullen ieder afzonderlijk, voorts de 5 eerste in massa en eindelijk alle de kopen in een massa geveild worden. De 5 eerste kopen in massa, ingezet op f 21250.- door A.N. Bouvy, werden uiteindelijk gehoogd op f 30015.- door H.M. Freher, notaris te Heeze. (5) Zie voor Willem Francis Guljé J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 108-109. Helmond, 1920. (6) Toewijzing van de generale massa dezer 6 kopen voor f 56390.-. Met de veilingskosten, rechterlijke machtiging, registratie, afschrift der acte, armgeld, grondlasten en armrent in totaal f 61017.94.-.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 77

dag; dezelve is door geheel Noord Braband en Limburg gehoord en gevoeld van het Oosten naar het Westen; ook hebben sommigen eene ligte straal in de lucht gezien als een weerlicht komende van het Oosten en schietende naar het Westen; hetzelve heeft slechts 2 à 3 seconden geduurd(7). In de maanden Januarij en Februarij 1837 heeft een ritmeester bij de 10. Comp. van het Regt. Hussaren No 6 in cantonnement te Deurne, in de heide aldaar eenige / Pag. 83 / op delvingen doen verrigten van zogenaamde hunnenbedden, zijnde kleine bergjes of opgeworpen heuvelties waarbij onderscheiden urnes of soort van aarde potten zijn uitgegraven; zo dra de inwoonders de lucht hier van kregen, begonnen dezelven ook deze heuveltjes op te graven en er de aarde potten uit te halen waar onder eene waarin zich een grof en onuitvoerig metalen beeldje bevond van circa 2 palmen lengte(1). In de maand Februarij en Maart 1837 heeft het geheelen Koningrijk eene ziekte geheerscht genaamd de griep, waar door meer dan de helft van de bevolking is aangetast geweest, doch waar van na proportie weinig menschen zijn gestorven; het was eene soort van zware verkouwd heid; de leiders klaagden van pijn in het hoofd, in den buijk, in armen en benen, moesten sterk hoesten en waren met slijm geplaagd; die zwak van borst waren leden er veel van en van deze zijn er nog al / Pag. 84 / hier en daar gestorven(1). Deze ziekte is algemeen geweest door geheel Europa en was zoo aanstekend, dat zoo dra er iemand in huis was daar door aangetast, dadelijk de overige

(7) Niet in F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen, en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden. Maastricht, 1945. (1) F. Baron van Voorst tot Voorst, destijds ritmeester bij 't regiment Husaren heeft met 30 liefhebbers uit zijn Compagnie en ± 200 boeren dit ondernomen.H. OUWERLING, Geschiedenis der dorpen en heerlijkheden Deurne, Liessel en Vlierden, p. 21-22. Helmond, 1933. (1) Bekend als influenza. Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1837, n. 99, p. 26.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 78

huisgenoten daar mede behebt waren, en soms niet genoegzaam gezonde overbleven om de zieken op te passchen. 23 en 24 Februarij sterk gestormd uit het Westen en Noord-Westen(2). 1 Maart de 2e comp. Hussaren van het Regt. No 6 vertrokken na Asten, in de plaats gekomen de 6e Comp, van gezegd Regiment ook te Someren en Leende. 5 Maart voor het eerst te Heeze op het orgel gespeeld door den nieuwen organist(3) Hendrik van Bussel(4). 29 April is van Helmond te Heeze aangebragt een kabinet orgel voor de gereformeerde kerk welke Domine Kremer te Utrecht bij den orgelmaker Meere gekogt heeft voor 330; dezelve is dadelijk in de gereformeerde kerk / Pag. 85 / te Heeze geplaatst; de organist was zekeren Dirk van der Burg(1)a. 28 Mei zijn de Hussaren van het Regt. No 6 van Someren, Heeze en Leende vertrokken na de streeken van Boxmeer. Het geheele voorjaar 1837 is zeer kouwd geweest en tot Paasschen gevrooren en gesneeuwd; de maanden April en Mei ook kouwd en guur, zoo dat er niets kon wasschen en met half Mei was er noch geen lover aan de bomen, hebbende de koude voortgeduurd tot 1 Junij van dit jaar. In het begin van Mei 1837 is ene groot aantal personen van allerleij stand uit onderscheiden steden en plaatsen van ons rijk - gelijk ook uit Pruissen en Belgien - die met zieke ogen behebt waren, naar Heeze gekomen en aldaar eenigen tijd verbleven onder behandeling van den Predikant van Heeze Johannes Arnoldus Leonardus Kremer, die gebruikt maakt van een soort. / Pag. 86 / van bijtende nat (zoo sommigen willen vitriool in bronselter, of regenwater ontlaten), waar van hij eenige druppelen in de ogen deed vallen, als dan dezelven met de vingers in het hoofd rond draaijende op dat het water over al daar in zoude komen; dat drie maal per dag hervat wordt des

(2) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1837, n. 17. Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1837, n. 99, p. 17, 53. (3) Contract gesloten tot 1 Maart 1838 te Heeze op 28 Februari 1837. Het tractement was bepaald op f 70.- 's jaars. (4) Hendrik van Bussel, gedoopt te Heeze op 30 Januari 1813 als zoon van Jan en Maria van Weerde, huwde te Someren met Arnoldina Vlemmix, geboren te Someren op 13 November 1820. 20 October 1869 vertrok hij met zijn huisgezin naar Deurne. (1) Dirk van der Burg, geboren te Utrecht als zoon van Albertus en Maria Wilhelmina van Zuijderhoudt, wonende en overleden te Heeze op 28 Junij 1853 als echtgenoot van Jacoba Adriana van Wagchem, winkelierster wonende te Schoonhoven. a De 8 laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. Hs. leest Dirk van de Burgt.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 79

morgens, smiddags en des avonds; het aantal dezer vreemdelingen was dit jaar circa 80 à 100, waar van er dagelijks vertrokken, die weer door anderen vervangen wierden; de voornaamste wierden aan hunne kosthuizen bediend door de beiden dochters van den Veldwagter(1); de mindere klas kwam eerst in het schoolhuis aan de Kapel(2), en later in den Nachtegaal(3) - een klijn huisje agter het aangelag van den secretaris(4) in den hof of tuin van den predikant gelegen - bediend door Willem Mastenbroek (5), terwijl ieder Maandag de laatst genoemden in de behandeling plaats door Domine wierden geinspecteerd / Pag. 87 / en de eerst genoemde in hunne kost huizen; in het midden van October vertrokken deze oogleiders meest allen weder naar hunne woonsteden, terwijl slechts een klijn aantal binnen de gemeente overwinterden(1). (1) Gijsbertus Branten, veldwachter te Heeze van December 1818 tot 6 April 1852, geboren te Stratum 17 Januari 1783 als zoon van Godefridus en Johanna Driessen, overleden te Heeze 21 Maart 1857, was 4 Mei 1806 gehuwd met Petronella Lingers, geboren te Bergeik als dochter van Wilhelmus en Johanna Sleeuwen, overleden te Heeze 27 Augustus 1840, oud 61 jaar. Dit echtpaar had o.a. twee dochters. a Goverdina, te Heeze gedoopt op 25 November 1808, overleden te Heeze 17 Augus tus 1872, was 6 Februari 1841 te Heeze gehuwd met Johannes Kieken, geboren te Lei den 22 Augustus 1813 als zoon van Johannes en Christina van der Heegden, overleden te Heeze 29 April 1844. b Antonet, geboren te Heeze op 4 Juli 1819, overleden te Heeze 15 Januari 1892, was 12 November 1853 te Heeze gehuwd met Mathias Collard (Collaart) - gepensionneerd militair en blinde -, geboren te Maastricht 18 Augustus 1827 als zoon van Mathias en Joanna Leenders, overleden te Heeze 25 Mei 1894. (2) Sectie F 326, thans Sectie F 2486 eigendom van H.G.F. van Gennip. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. V A en V B. (3) Gedeeltelijk Sectie F 312, thans gedeeltelijk Sectie F 2631. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. VII A-VII D. (4) Zijnde Hendrikus Godefridus van Moorsel. Zie over deze persoon de Inleiding. (5) Willem Mastenbroek, geboren te Deurne (?) 21 Juni 1814 als zoon van Hermanus en Wilhelmina Lingers, overleden te Heeze 5 Augustus 1873, was gehuwd te Deurne (?) op 17 Januari 1839 met Antonetta van de Kerkhof, geboren te Deurne op 28 Juni 1813 als dochter van Jan en Petronella van Lendt (Lende), overleden te Heeze 29 Januari 1885, bij wie hij reeds een kind - Carolina - verwekt had, dat te Deurne geboren werd op 8 November 1835. (1) Aangaande deze ‘praktijk’ van de predikant te Heeze citeren we De Heer Kremer, predikant bij de Hervormde Gemeente te Heeze, bezitter van zeker middel, ter genezing van oogziekten, heeft sedert eenigen tijd, en dit nu met voorkennis van de bevoegde autoriteit, dat middel, met goed gevolg, bij de lijders aan oogziekten aangewend, en zijn eerw. blijft voortgaan met belangeloos en zonder eenige vergelding zijne hulp te verleenen, aan een ieder die dezelve inroept (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1837, n. 99, p. 26). Vandaar dat de herinnering aan de ‘ogendomine’ in Heeze nog vrij sterk is bewaard. Merkwaardig is ook de hiervolgende passage Ook de kleine gereformeerde gemeente was er talrijker en levenskrachtiger dan in de afgelegen plaatsjes der Brabantsche uithoeken, waar persoonlijke liefhebberijen het eenig behoud vormden in het geestdoodend bestaan der voorgangers. En nog meer bekendheid kreeg het, toen Ds Johannes Leonardus Arnoldus Kremer er het beroep in 1825 aannam. Hij was geboren in 1798, had zijne opleiding in Utrecht genoten en was volgens de / p. 308 / overlevering, door verleende gastvrijheid aan een uitgeweken fransch geestelijk, in het bezit gekomen van een schier onfeilbaar middel tegen oogziekten. Honderden uit alle oorden des lands heeft hij geholpen en genezen op de meest onbaatzuchtige wijze, gedurende die ruim 40 jaren, waarin ‘de oogen-dominee’ in Heeze tot zijnen dood in 1867 stond. Zijne roep was zoo groot, dat slechts het geval van de gebroeders van Wickevoort-Crommelin tot ons gekomen is, als van voorbeelden, die zelfs Ds Kremer niet

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1837 1 Junij was het zoo kouwd dat de genen welken naar het lof gingen zich zonder schande van mantels en handschoenen konden bedienen; men kon zonder kachels of vuur op de kantoren niet schrijven; de rog te velde was met langer dan een palm; gras was er niet met de eerste dagen van Junij; den 4e of 5e begon het weder te veranderen en zacht te worden en binnen de eerste 14 dagen kwam de rog vol op in de aren; den 15 Junij was er reeds die bloeijde; ook was er toena overvloed van gras. Tot bewijs van waschdom in deze maand diend, dat te Someren een landbouwer een stuk weiland waarin hij des winters een mesthoop gezet had, die

genezen kon; doch tot 's mans eer moet gezegd worden, dat het hier gevallen gold van erfelijke, op rijpere leeftijd optredende blindheid. Toen de predikant van Heeze bij K.B. van 6 Dec. 1846 benoemd werd tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw, was dit zeker welverdiend en zulks werd dan ook algemeen gewaardeerd en toegejuicht... Ds Kremer was de vader van den bekenden historicus A.J.C. Kremer te Arnhem, wiens Hattuarië wij niet gaarne zouden missen. Het bezoek dier vele patiënten heeft vanzelf ten gevolge gehad, dat meer dan een hunner daar ter plaatse terugkeerde, zoodat daar reeds lang voordat men dit elders kende, een bestendig vreemdelingenverkeer ontstond, die voor de weinig bemiddelde bevolking eene bron van welvaart werd. J.v.L., Herinneringen aan Heeze (GENS NOSTRA, jrg. II (1947), p. 307-308). a Hs.: doen.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 80

/ Pag. 88 / hij uit hoofden van den wekken grond en het slechte weder niet uit elkander gereden, en over het veld gespreid heeft, voor in de eerste dagen van Junij, en waar van hij het gras maaijde, hooijde en schuurde voor het einde van Junij dus binnen de maand gemest, gegroeit, gehooijd en geschuurda. 21 Junij is te Heeze de planken loots afgebroken welke gedurende een groot gedeelte van den tijd der inkwartiering tot hoofdwacht gediend heeft; dezelve stond aan den Ginderoverschen dijk digte bij den tuin van Jacobus Neijnens(1). 25 Junij is het orgel in de gereformeerde kerk te Heeze het eerst openbaar gespeeld, waarbij een groten toevloed van protestanten uit de omliggende gemeenten tegenwoordig waren. 28 Julij een zwaar onweder te Heeze en Leende met hagel vergezeld, dat wel eenige doch niet veel schaden gedaan heeft. 15 Augustus de 10e Komp. Hussaren Regt. No 6 te Heeze gekomen onderb Ritmeester van Voorst tot Voorstc, die te Deurne de urnes heeft doen uitgraven(2),

a De 8 laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd. (1) Jacobus Neijnens, te Heeze gedoopt op 30 Juli 1793 als zoon van Henricus en Joanna Jacobs Bierinx, overleden te Heeze 11 September 1865, was gehuwd met Johanna van Weert, te Waalre gedoopt op 26 November 1787 als dochter van Wilhelmus en Helena van de Ven, overleden 10 April 1840. De ligging van de houten loods is niet terug te vinden. b Het woord onder door ons ingelast. c Hs.: alleen van Voorst. (2) Zie Kronijk op Januari-Februari 1837.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 81

/ Pag. 89 / de 9e Compagnie lag te Leende. 15 Augustus de behandeling plaats of zoogenaamde oogziekenzaal van het schoolhuis aan de Kapel naar den Nachtegaal overgebracht(1). 3 November zijn de Hussaren van Heeze en Leende na de ommestreken van Oorschot vertrokken, en vervangen door dragonders van het Regt. N 4(2). 5 October Hortensia, hertogin van St. Leu, gewezen Koningin van Holland, echtgenote van Lodewijk Napoleon, in Zwitserland te Arenenberga overleden(3). 13 October is Frederica van Pruissen, koningin der Nederlanden, echtgenote van Willem I, kwartier voor een uur naarmiddag te s Hage overleden(4); volgt hier een jaarschrift op dit overlijden: freDerICa LoUIsa konIngIn Van neerLanD sterft In s'hage DertIen oCtober kWartler Voor een Uer naar noen 26 October is dezelve te Delft begraven(5). 1 November des avonds van 6 tot 9 uren gestormd als toen te Heeze / Pag. 90 / het torentie boven de trap van den groten toren aan de oude kerk afgewaaijd(1). 21 November onderscheiden donderbuijen met hagel, sneeuw en wind vergezeld over Heeze en Leende gekomen. 7 December de W.E. Hr. Johannes van de Pol R.C. pastoor van Mierlo, geboren te Tilburg, oud 42 jaren, des avonds tusschen 7 en 11 uren aan eene beroerte overleden(2). 18 December de Hr. Jacobus Velsen, notaris en secretaris van Geldrop aldaar overleden(3). (1) Zie Kronijk begin Mei 1837. (2) Bedoeld zijn lichte dragonders als regiment geressorteerd hebbende onder de 2e Brigade van de Divisie Cavalerie (Hoofdkwartier Breda) van Luitenant-Generaal Jhr. A.D. Trip van Zoutland; het volledige regiment bestond uit omtrent 692 manschappen waarvan le en 2e eskadron aanvankelijk onder commando van Luitenant-Kolonel A.T. van Campen, Cfr. W. WÜPPERMANN, De geschiedenis van den Tiendaagschen Veldtocht in Augustus 1831, p. 71 's Gravenhage, 1881. a Hs.: Arenenburg. (3) Hortense de Beauharnais, stiefdochter van Napoleon I, te Parijs geboren in 1783, trad in het huwelijk met Lodewijk Napoleon in 1802, verkreeg echtscheiding in 1807, werd door Lodewijk XVIII verheven tot hertogin van St. Leu, moest in 1815 als Bonapartiste Frankrijk verlaten, en verbleef o.a. van 1832 tot 1837 op het slot Arenenberg te Mannenbach (Kanton Thurgau) in Zwitserland, alwaar zij 5 October van genoemd jaar overleed. (4) Frederica Louisa Wilhelmina (1774-1837) was zeer populair. Zie voor haar leven P. BLOK, Wilhelmina (Frederica Louisa Wilhelmina) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1539. Leiden, 1911). Zie het eigentijds bericht van haar overlijden PROVINCIAAL DAGBLAD, 1837, n. 83; PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1837, n. 147-148. (5) PROVINCIAAL DAGBLAD, 1837, n. 87. (1) Zie reproductie van de Oude Toren van 22 Maart 1843 in Aanhangsel A, n.l. (2) Joannes van de Pol is een posthuum geboren kind - de vader is begraven 8 October 1794 -, gedoopt te Tilburg 23 Mei 1795 als zoon van Joannes en Joanna Maria Panis, in leven pastoor te Mierlo aldaar overleden den 7 December 1837 in den ouderdom van 42 jaren 6 maanden en 14 dagen (Bidprentje). Hij overleed 10 uur n.m. Zie ook L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. V, p. 106. St. Michiels-Gestel, 1876. (3) Jacobus Velsen, geboren te Tilburg 25 September 1773 als zoon van Jacob Hendrik en Catharina Gertrui Zijne, overleed te Geldrop 18 December 1837, ongehuwd. Hij was sedert 1811 notaris.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Van af 26 Augustus 1837 tot en met 31 December 1837 dus in 134 dagen is er binnen Leende bevolking 1673 zielen niemand overleden(4) en in de

(4) De laatst overleden persoon in 1837 is Jacoba Verhoeven, geboren te Leende 3 Augustus 1834 als dochter van Justina Verhoeven, aldaar overleden 25 Augustus 1837.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 82

eerste twintig dagen van Januarij 1838 drie personen aldaar overleden tellende te zamen een ouderdom van 251 jaren(5). Niet tegenstaande de rog zoo laat in 1837 in de aren is gekomen en het zich eerst zeer ongunstig deed zien, is de oogst extraordinair goed geweest zoo wel van / Pag. 91 / de winter als zomervruchten, en hoog in overvloed(1). Het najaar 1837 is zeer zacht geweest en heeft niet van aanbelang gevroren tot in het begin van 1838, wanneer de vorst met de drie Koningen begonnen is zoo sterk dat in 4 dagen tijd de revieren digt gevroren waren, dat gecontinueerd heeft tot den 22 Febr. 1838 buiten gewoon sterk; dat planten en bomen daardoor hebben geleden; veele eijken open gevroren, de palm, taxis, klimop, hulst en dergelijke gewassen die gewonelijk tegen den winter bestand zijn hebben meest allen hunne bladeren en spellen verloren, gelijk ook de groven den met lange spellen, terwijl de gewone den in de Mei geheel vaal of geel zag of hij dood ware geweest(2). 1838 20 Januarij de sterkste vorst geweest de thermometer 32 graden van Primaus(3). 19 Maart door den Marechaussee van der Masen te Heeze(4) een zwaan geschoten welke door hem van af den molenakker waar zij eerst gevonden

(5) Hier moet de Kronijk als volgt verstaan worden, dat er in de eerste twintig dagen van 1838 te Leende 3 personen kwamen te overlijden die te samen 251 jaren oud waren. Dit sluit natuurlijk niet uit dat er geen andere sterfgevallen zich zouden hebben voorgedaan. De onder a b c vermelde overledenen tellen samen 251 jaren: a) Wilhelmus Leemans, gedoopt te Leende 16 November 1753 als zoon van Adriaan en Elisabeth van Velthoven, aldaar overleden 8 Januari 1838, was 11 September 1789 te Leende gehuwd met Henrica Peels, gedoopt te Leende 5 Juli 1764 als dochter van Joannis en Jacoba Denen, aldaar overleden 29 Februari 1812. b) Wilhelmus Noten, gedoopt te Leende 12 October 1755 als zoon van Laurentius en Joanna Bakermans, aldaar overleden 18 Januari 1838, was 24 Januari 1790 te Leende gehuwd met Gertruij van Lieshout, overleden te Leende 9 Mei 1811 (58/59 jaar). c) Egidius Vuegen, gedoopt te Soetendael 17 Juni 1752 als zoon van Paulus en Maria Brams, overleden te Leende 22 Januari 1838, was 22 Januari 1797 te Leende gehuwd met Theodora Maas, geboren te Leende als dochter van Gerard en Wilhelmina Thielens, aldaar overleden 18 Februari 1834. De overige sterfgevallen betreffen: d) Jacobus Peels, gedoopt te Leende 11 November 1804 als zoon van Wilhelmus en Jacoba de Jong, aldaar overleden 7 Januari 1838, ongehuwd. e) Joanna van Velthoven, gedoopt te Leende 24 Juni 1756 als dochter van Alexander en Joanna Joordens, aldaar overleden 19 Januari 1838, was 17 Januari 1779 te Leende gehuwd met Joannes van Dooren, te Leende overleden 29 Maart 1798. (1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1838, n. 90o, p. 5. (2) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1838, n. 90, p. 15-16. (3) Zie Kronijk op 30 Januari 1830. (4) Francis van der Masen, gedoopt te Oirschot 11 September 1787, als zoon van Francis en Helena Gerardi van Scheyndel, was gehuwd met Anna Margaretha Schouten, gedoopt te Meerlo bij Venray 13 Januari 1788.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 83

wierdt gevolgd is tot in de heide alwaar hij zich in een venneke na de zijde der Aalster Hut had neergelaten(5). / Pag. 92 / Dit voorjaar zijn vele dergelijke vogels welken door de sterke koude uit het Noorden der wards zijn gekomen in deeze provincie gevangen of dood geschoten(1). 3 April de Komp. ligte dragonders van het Regt. No 4 van Heeze en Leende vertrokken na Asten, en weder andere compagnien van het zelve Regiment in de plaats gekomen. 7 April de Eerw. Heer Michaelis van Elswijk R.C. pastoor van Lierop aldaar overleden(2). 18 April de Eerw. Heer Willebrordus Burgers R.C. pastoor van Someren, geboren te Veghel, overleden(3). 23 April dezelve te Someren achter het choor der grote kerk begraven, zijnde daarbij tegenwoordig 19 priesters, 1 diaken en 1 subdiaken. 29 April sterk gesneeuwd. 2 Mei de E.H. Hendrikus Sporenberg, geboren te Woensel, als pastoor te Someren gekomen(4). Des nachts tusschen den 16 en 17 Mei zoo sterk gevroren, dat de zomergarst voor het grootste gedeelte op onderscheiden / Pag. 93 / plaatsen is bevroren, zelfs heeft op sommige plaatsen de rog veel geleden. 17 Mei is Charles-Maurice de Talleyrand-Périgord, prince de Bénéventa, gewezen bisschop van Autun, te Parijs oud 84b jaren overleden, hebbende dezelfs dwalingen herroepen en voor zijn dood verklaard in den schoot der R.C. Kerk te willen sterven(1); hij wierdt voor den geleerdsten, doortrapsten en politieksten staatkundigen - niet alleen van zijnen tijd maar

(5) Zie voor de aangekomen en geschoten vogels Kronijk van felle Winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI, p. 233 en vlg. 's Gravenhage, 1845). (1) Zie vorige aantekening. (2) Zie over hem TH. WELVAARTS, Postel's Biographisch Woordenboek, p. 97. Brecht-Tilburg, 1892. (3) Willibrordus Burgers, gedoopt te Veghel als zoon van Christiaan en Johanna Maria Wilbers, pastoor te Someren bijna 30 jaren en aldaar overleden den 18 April 1838, in den ouderdom van 74 jaren en 6 maanden (Bidprentje). Overlijdensbericht DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XL, p. 252. Grave, 1838. (4) Henricus Sporenberg, geboren te Woensel 11 Mei 1799 als zoon van Joannes en Joanna Feijen, sedert 1822 kapelaan te Drunen. Overlijdensbericht in DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XL, p. 300. Grave, 1838. Zie Kronijk op 2 Maart 1841. a Hs.: Maurits Prince de Taillerand. b Hs.: zonder aantal jaren in te vullen. (1) Zie LAROUSSE DU XXe SIÈCLE, t. VI, p. 578-579. Paris, 1933. Datum der acte van retractatie of verzoening 10 Maart 1838, eerst ondertekend op de vroege morgen van 17 Mei 1838 (DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XL, p. 298. Grave, 1838).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 84

zelfs van allen die Europa binnen een eeuw heeft opgeleverd - gehouden(2); hij is als den Telemachus van den groten Napoleon geweest(3), en het is niet voor dat hij zich groot, sterk en wijs genoeg waande hem niet meer nodig te hebben, Talleyrandc bij hem in ongenade viel en van het hof deed verwijderen(4), dat het fortuin hem den rug keerde, en hij tegenspoed op tegenspoed ondervond, het welk hem eindelijk niet alleen zijne kroon en schepter maar zelfs zijn vrijheid deed verliezen. / Pag. 94 / 1838 niet tegenstaande de sterke vorst in Januarij en Februarij zijn de rupsenpoppen, zoo die in dode bladen gewikkeld als in ringeties om de takjes der vruchtbomen of die zich in een soort van dons of wol tegen de schors der boomstammen bevinden, niet dood gevroren, maar zijn in de maand Mei met duizend en duizenden uitgekome en hebben alle het loof afgeëten, zoodat het hout of de bomen en hagen aan den winter gelijk zag(1). Dit is dus de ondervinding dat rupsepoppen van den sterksten winter niet leiden, maar zoo dra de warmte aankomt de rupsen te voorschijn komen. Gedurende de maand Mei is het aantal oogleiders weder sterk aangegroeijd zoo dat om half Junij er ruim 200 zich in Heeze bevonden ter genezing harer ogen. 27 Junij de 8 Comp, van het Regt. Dragonders No 4 van Heeze vertrokken na Someren; te Leende is de inkwartiering gebleven. / Pag. 95 / 1838 September zijn de oogzieken weder meest vertrokken, slechts een klijn gedeelte te Heeze overwinterd. 1 October is het nieuwe wetboek van Willem I in werking gebragt(1) in plaats van den Code Napoleon(2) die tot hier toe heeft bestaan(3); ook zijn de Code de Procedures(4), Code Penal(5) en Code dea Commerce(6) opgehouden te bestaan(7) en zijn door nieuwe vervangen(8). (2) Cfr. De Heer Talleyrand, Fénélon en de Aartsbisschop van Keulen (DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XLII, p. 9-19. Grave, 1839). (3) Dus als een onontbeerlijk helper van Napoleons plannen. c Hs.: Taillerand. (4) Dit gebeurde op 28 Januari 1809. Zie voor deze karakteristiek DR.C. GERRETSON, Muiterij en Scheuring 1830, dl. II, p. 459-460. Leiden, 1936 en voor zijn verder politiek bedrijf LAROUSSE DU XXe SIÈCLE, t. VI, p. 579. Paris, 1933. (1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1839, n. 212. Zie Kronijk voor het jaar 1824. (1) Bij K.B. van 10 April 1838 (STAATSBLAD, 1838, n. 12). Met het nieuwe wetboek is bedoeld ‘Het Burgerlijk Wetboek’. (2) Zie Kronijk op 1 Juni 1810. (3) Ingevoerd in Frankrijk in 1804. (4) Code de Procedure civile in Frankrijk ingevoerd in 1806. (5) Code Pénal in Frankrijk ingevoerd in 1810. a Hs.: Code Commerce. (6) Code de Commerce in Frankrijk ingevoerd in 1807. (7) Hiermede zijn ook bedoeld alle de tot de Franse Wetboeken behorende besluiten en verordeningen, als mede de algemene en plaatselijke gebruiken in de stoffen, welke bij de nieuwe wetboeken worden behandeld; terwijl voorts het wettelijk gezag van het Romeinse recht zou zijn en blijven afgeschaft (Wet van 16 Mei 1829, Staatsblad, 1829, n. 33). (8) a De Code de Procedure civile door het Wetboek van Burgerlijke Regtsvordering. b De Code Pénal door dat van Strafvordering, en de Wet van 15 Mei 1829, houdende Algemeene bepalingen der Wetgeving van het Koningrijk, en die van 28 April 1835 op de ‘zamenstelling der Regterlijke magt en het beleid der Justitie, benevens de wijzigingen en veranderingen in dezelve Wetboeken en Wetten gemaakt, en eindelijk de Wet van 10 Mei

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1837, houdende tijdelijke aanvulling omtrent de enkele en bedriegelijke bankbreuk’ (Het eigenlijke Wetboek van Strafrecht werd pas ingevoerd 1 Sept. 1886). c Code de Commerce door dat van Koophandel. Deze wetboeken kregen een verbindende kracht op 1 October 1838 met de klokslag van middernacht tussen de 30ste September en de le October 1838. Zie over de totstandkoming en de invoering der nieuwe Wetboeken MR. A. DE PINTO, Handleiding tot het Burgerlijk Wetboek, p. 13-34. Utrecht, 1875. 5e dr.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 85

(1839-1841)

1839 30 Januarij de Dragonders te Heeze en Leende vertrokken na Geldrop(9). Omtrent half Januarij 1839 is uit hoofden van de grote hoeveelheid sneeuw, zoo hoog water geweest, dat allen de bruggen bij Heeze onder water stonden en men niet te voet naar Someren konde komen, noch van Someren na Asten. 30 Januarij zijn allen de troepen leggende in kwartier langst de grenzen tot op 3 à 4 uren afstands vandezelven binnenwaardsch gecantonneerd geworden, komende er langst en aan de grenzen gedurig Patrouilles cavallerie verkenningen doen(10). 18 Maart de gereformeerde pastorie die bij transport van de burgerlijke / Pag. 96 / aan de gereformeerde gemeente van Heeze [is overgegeven](1) publiek aanbesteed om afgebroken en opnieuw opgemaakt te worden, aangenomen bij Leonardus Daris van Bergeijk(2) voor de som van 3685,-, zijnde door den Koning daartoe verleend eene subsidie van [f 3200,-](3). 1 Mei zijn de oogzieken weder voorgoed afgekomen. 25 Julij de Domines pastorie onder het dak gebragt te Heeze.

(9) Zie de Kronijk voorjaar 1831. (10) Zie PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1839, n. 10. Zie ook vorige nota. (1) Transport had plaats ten overstaan van notaris Freher te Heeze op 3 December 1838 voor een koopsom van f 1000.-; deze eigendomsovergang betrof de kadastrale nummers Sectie F. nrs. 312 en 313 (huis en tuin) later bekend als Sectie F 1136 en 1137 en thans als Sectie F 2631 en 2633. Om dit transport te begrijpen moge hier een verduidelijking volgen Ten gevolge van de door Z.M. op het Departement voor de zaken der Hervormde Kerk verstrekte magtiging, om, door tusschenkomst van het Provinciaal kollegie van toezigt in deze Provincie, de Hervormde kerkelijke administratien te doen uitnoodigen, om aangaande de finale overname der pastorijen, waarvan het regt van bewoning aan de Predikanten, maar de eigendom aan de burgerlijke Gemeenten toekomt, met de Plaatselijke Besturen in onderhandeling te treden, ten einde die gebouwen, op billijke voorwaarden, aan de Hervormde Gemeenten in bezit en onderhoud geheel worden overgegeven, bij eene, onder / p. 44 / Koninklijke goedkeuring aantegane overeenkomst; hebben de correspondentien, daaromtrent met de belanghebbende Besturen gevoerd, aanleiding gegeven dat ter dezer zake de verlangde overeenkomsten betrekkelijk de overname der, aan de burgerlijke Gemeenten toebehoorende, pastorijhuizen van Hervormde Predikanten, door de kerkelijke Gemeenten, met de volgende Gemeentebesturen getroffen en door Z.M., bij Hoogstdeszelfs besluit van den 10 Mei 1838, no. 78, zijn geapporbeerd geworden, als: e. Te HEEZE voor eene som van f 1.000, terwijl tevens door Hoogstdezelve is bepaald, dat deze koopsommen, uit het crediet ter Hoogstderzelver beschikking gesteld, aan de Kerkvoogden der betrokken Gemeenten zullen worden voldaan, om dezelven daardoor in staat te stellen, de bedongen koopsommen aan de burgerlijke Gemeente te voldoen (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1838, n. 90, p. 43-44). Zie de afbeelding van deze pastorie op p. 140 van het Hs.; zie voor de situatietekeningen het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. VII A-VII D. (2) Leonardus Daris, te Bergeijk geboren als zoon van Francis en Johanna Lomans op 5 Juni 1803, aldaar overleden op 17 April 1854, was te Bergeijk op 22 April 1837 gehuwd met Maria Christina Tilborgs, te Bergeijk geboren op 25 April 1808 als dochter van Peter en Maria van de Vorst, te Westerhoven overleden op 18 April 1887. (3) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1839, n. 107, p. 39.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 24 September te Leende op Oosterik 2 huizen(4) van Simon van Ekart(5) afgebrand, zoo men zegt door het stoken van den oven aangekomen; meest alle het mobilair is daarin verbrand. Met het einde dezer maand zijn de meeste oogleiders weder vertrokken, zijnde het aantal daar van aanzienelijk geweest, hebbende hetzelve door elkanderen wel 250 à 300 bedragen.

(4) Kadastraal bekend te Leende Sectie A nrs. 733 & 734a, thans bekend als Sectie A 2751 zijnde Leende A 52 (eigend. J.H. Maas). (5) Simon van Ekart, gedoopt te Geldrop 18 Januari 1765 als zoon van Hendricus en Johanna Maria Heijner, overleden te Leende 7 Februari 1843, te Leende gehuwd met Joanna Verbiesen, gedoopt te Leende 11 Juli 1772 als dochter van Wouter en Joanna Scheepens, overleden aldaar 14 Maart 1818.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 86

3 en 4 October des nachts een zwaar onweder geweest hier en in de omliggende plaatsen. 4 October de onderwijzer van de grote kerk Cornelis van Heuven(6) aldaar / Pag. 97 / het schoolhuis(1) verlaten, dat zal worden afgebroken, en zijne woning genomen in het schoolhuis aan de Kapel(2). 8 October in den nacht tusschen 7 & 8 Oct. te Leende bij Poulus Kemps(3) met den centerboor door de vengsters aan den winkel geboord zonder echter daar binnen te hebben kunnen komen(4). 17 October zijn te Heeze de woeste beemden aan den Ginderoverschen Dijk door de gemeente publiek verkogt voor f 1230,-(5), en de gronden onder de Eijken aan het Vorsven van af het spoelke of tip tot aan het huis van Bakker Jacobs(6) of zoo als de straat loopt van de kerk na den Molenakker (6) Cornelis van Heuven, geboren te Mierlo als zoon van Brunis Johan en Jozina Hordijk, overleden te Heeze 25 December 1845 (oud 62 j.), was gehuwd te Weert(?) met Helena Schoonbörn, geboren te Weert als dochter van Joannes en Joanna Knapen, overleden te Heeze 3 Maart 1838 (oud 63 j.). (1) Aangeduid als Sectie D n. 1013. Na de sloping wordt de plaats waarop sedert onheugelijke tijden het schoolhuis gestaan had (annex tuin D. n. 1014) verkocht bij acte van veiling dd. 5 Januari 1842, thans bekend als Sectie D 1774 (eigend. Wed. J. van der Kruis). Zie Kronijk 5 Januari 1842. Voor de afbeelding zie p. 160 van het Hs.; voor de situatietekeningen raadpleeg het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. I A en I B. (2) Bekend als Sectie F 326, thans als F 2486. Zie situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. V A en V B. (3) Paulus Kemps, gedoopt te Leende 16 April 1797 als zoon van Tieleman en Joanna Catharina Hertrooijs, overleden te Leende 11 Januari 1860, was 17 Januari 1825 gehuwd met Romualda Keunen, gedoopt 2 Februari 1802 te Dommelen als dochter van Joannes en Anna Elisabeth Bijnen, te Leende overleden 15 Februari 1879. (4) Paulus Kemps dreef een winkel in een huis met erf bekend als Sectie A 1491. Huidig nummer Sectie A 2705 omvat twee huizen van de firma, Wed. A. van Engelen, leerlooierij. (5) Deze publieke veiling opgemaakt door het Gemeentebestuur van Heeze bracht in totaal op f 3204.50. Hieronder waren begrepen de navolgende kopen: a) Hakhout Sectie F 642 & Hakhout en heide Sectie F 643 - thans bekend als Sectie F 2676 ged. - koper Jan van Dijk, landbouwer te Heeze, voor f 22.- b) Marktveld en ged. van publieke weg Sectie F ongenummerd, gelegen tegen Sectie F 394, 398 en 396 - thans bekend als Sectie F 2386 ged. en 1279 ged. - koper R.K. Gemeente van Heeze, voor f 44.- c) Hakhout Sectie C 126 - koper Laurens Koolen, landbouwer te Heeze, voor f 130.- d) Bomen en waterkolk Sectie F 401 en 402 ged. - thans bekend als Sectie F 2594 ged. - koper Jacobus van Dijsseldonk, koopman te Heeze, voor f 205.- e) Bomen en waterkolk Sectie F 401 en 402 ged. - thans bekend als Sectie F 2821 ged. - koper Johannes Gast, pastoor te Heeze, voor f 100.- f) Bomen en waterkolk Sectie F 401 en 402 ged. - thans bekend als Sectie F 2821 ged. - koper Johannes Gast, pastoor te Heeze, voor f 225.- g) Opgaande bomen en waterkolk Sectie F 401 en 402 ged. - thans bekend als Sectie F 2162 ged. - koper Antonie van Gennip, landbouwer te Heeze, voor f 130.- h) Opgaande bomen en ged. waterkolk Sectie F 401 en 402 ged. - thans bekend als Sectie F 2162 ged. - koper Arnoldus van der Velden, stoelenmatter te Heeze, voor f 110.- i) Opgaande bomen Sectie F ged. - thans bekend als Sectie F 1142 - koper Hendrik van den Berg, schoenmaker te Heeze, voor f 92.- j) Opgaande bomen met ged. publieke weg Sectie F 401 ged. - thans bekend als Sectie F 2312 en Sectie F 1620 - koper Jan van den Berg, timmerman te Heeze, voor f 172.- (6) Hendrik Jacobs, te Mierlo gedoopt op 1 Maart 1800 als zoon van Godefridus en Catharina Henri Jansen, overleden te Heeze 21 April 1878, ongehuwd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 87

(7), doch het ven zelve ten behoeven der gemeente gereserveerd, dat heeft opgebragt f 1034,-(8). 3 November het Jubilee van 15 dagen begonnen op het 1100 jarige Eeuwfeest van den H. Willebrordus Apostel der Nederlanden en Bischop van Utrecht, overleden 7 Nov. 739(9). 17 December te Leende de tijding bekomen dat Nicolaus Wijnants geboortig van Hoepertingen bij Tongeren(10) zijn ontslag bekomen heeft

(7) De navolgende kopen - publieke veiling van 17 October 1839 - brachten op f 1034.- a) Hakhout Sectie A 269 - thans bekend als Sectie A 269 - koper Hendrik Markwartus Freher, notaris te Heeze, voor f 55.- b) Weiland Sectie F 441 - thans bekend als Sectie F 1724 - koper Adriaan Jan Deelen, grondeigenaar te Heeze, voor f 271.- c) Weiland Sectie F 440 - thans bekend als Sectie F 1723, 2012, 2013, 2014 - koper Adriaan Jan Deelen, grondeigenaar te Heeze, voor f 265.- d) Weiland Sectie F 437 en 438 ged. - thans bekend als Sectie F 1965, 2265, 2266, 2470 ged., 2608, 2656 - koper Theodorus Dupuis, geneesheer te Heeze, voor f 250.- e) Weiland Sectie F 437 en 438 ged. - thans bekend als Sectie F 1965, 2265, 2266, 2470 ged., 2608, 2656 - koper Joseph van Oers, landbouwer te Sterksel, voor f 193.- (8) Een gedeelte van het Vorsven circa 88 r 30 e bleef aan de Gemeente Heeze. (9) Het Jubilé duurde van 3 tot 14 November 1839. Zie DE GODSDIENST VRIEND, dl. XLIII, p. 276. Grave, 1839. Le vensbeschrijvingen van de H. Willibrordus verschenen in DE GODSDIENSTVRIEND dl. XLIII, p. 239-255. Grave, 1839; MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. V, p. 321-352. 's Gravenhage, 1839. Zie voor de huidige bibliographie betreffende St. Willibrordus O. GRAUX, Willibrord (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRA FISCH WOORDENBOEK, dl. III, col. 1429-1432. Leiden, 1914); DOM SERV. M. LEJEUNE O.S.B., St. Willibrordus literatuur 1939 in vogelvlucht (BRABANTIA NOSTRA, jrg. V, p. 121-125. Tilburg, 1940); Id. Sint Willibrord Apostel van Brabant, (ibid., p. 33-38); A. COMMISSARIS, Verslag van het Brabands Willibrorduscomité 1939, (ibid., p. 110-113); DR. P.C. BOEREN, Naar een Zuid-Nederlandse opvatting van Sint Willibrord, (ibid., p. 19-25); id. De Willibrord der geschiedenis, (ibid., p. 97-106); DR. A. ERENS, De predicatie van den Heiligen Willibrord, (ibid., p. 6-10); P. DRS. GERLACH O.M. Cap., Noord-Brabantse St. Willibrordskerken uit het schetsenboek van Verhees, (ibid., p. 39-46). (10) Zie voor de geboorteplaats van Nicolaas Wijnants de Kronijk op 1 Januari 1821.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 88

/ Pag. 98 / als Burgemeester van die gemeente, en in des zelfs plaats is aangesteld Hyacinthus van Dijk geboren en wonende aldaar op Strijp, die den 7 Januarij 1840 is in functie gesteld(1). 1840 23 Januarij is te Someren aanbesteed het bouwen van eene nieuwe gereformeerde pastorie(2) en aangenomen bij Jan van Poppel van Heeeze(3) voor de som van f 3960,- boven den afbraak der oude pastorie. 26 Januarij een sterken storm vergezeld met donder en bliksem; het sterkste des avonds om zes uren. 28 Januarij te Leende een roede van den molen afgewaaijd van den molen te Oosterik(4) toebehorende aan de erven Willem Maas(5). 6 Maart voor de eerste maal een Post karretie van Eindhoven naar Roermonde door Heeze gekomen; dit heeft maar korten tijd geduurd, waarna hetzelve weder van Eindhoven over Leende na Weert gereden is. (1) Zie de Kronijk op April 1808. (2) Bij K.B. van 10 Mei 1838, n. 78 werd de overdracht van de hervormde pastorie door de burgerlijke gemeente van Someren aan die der hervormde niet goedgekeurd omdat de koopsom te hoog gesteld was. (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1838, n. 90, p. 44-45). Zie de Kronijk op 18 Maart 1839. 9 Februari 1839 werd de pastorie ten overstaan van notaris A. van Riet verkocht voor de som van f 750.-. De oude pastorie kadastraal bekend als Sectie A 1035 (1034 en 1036 tuin), is thans vernummerd tot A 1188 (pastorie) en A 1189 (tuin). Zie de afbeelding van de oude pastorie op p. 151 van het Hs.; zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Someren, nrs. II A en II B. (3) Jan van Poppel, gedoopt te Heeze als zoon van Gerardus en Ida van den Heuvel op 28 Februari 1809, schijnt Heeze verlaten te hebben. (4) Gelegen tussen de Kerkpad en de Broekerstraat in de zogezegde Broekakkers bekend als Sectie A 1516 (oud) en A 3098 (nieuw) in eigendom van A.F. van Weert wonende te Leende A 59. (5) De erven Willem Maas zijn: a) Joanna Catharina Maas, geboren te Leende 5 December 1818 en overleden te Helmond 12 Januari 1892, was te Leende gehuwd 30 Mei 1842 met Henricus Cornelis Bogaers, geboren te Helmond 30 September 1814 als zoon van Henricus Peter en Maria Catharina Sanders, aldaar overleden 30 December 1907. Zie verder A. FRENKEN, Genealogieën van eenige voorname, aan elkaar verwante Meijerijsche geslachten, p. 18. 's Hertogenbosch, 1918; J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 38-39. Helmond, 1920. b) Petronella Maas, geboren te Leende 8 Maart 1820, huwde 13 September 1846 met Reinier van Dijk, geboren te Leende 15 November 1816 als zoon van Hyacinthus van Dijk en Maria Lucia van der Zanden. c) Thielemanus Maas, geboren te Leende 12 Februari 1822 - bij K.B. van 18 Februari 1860 No 53 benoemd tot Burgemeester van Leende (beëdigd 8 Maart 1860), bij K.B van 19 April 1877, No 7 ontslag wegens blindheid -. d) Petrus Maas, geboren te Leende 15 Januari 1824, werd pastoor te Escharen; zie L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. III, p. 624. St. Michiels-Gestel, 1872. e) Jacobus Maas, geboren te Leende 12 Januari 1826, stond onder curatele van zijn broer Thielemanus Maas. f) Henricus Maas, geboren te Leende 13 November 1829. g) Maria Josephina Maas, geboren te Leende 14 Januari 1832, overleden te Eindhoven 10 April 1917, te Leende 1 September 1856 gehuwd met Augustinus Jacobus Kneepkens, geboren te Budel 28 Augustus 1834 als zoon van Ludovicus en Helena Boelaars, overleden te Budel 28 Mei 1881. 27 Augustus 1898 verhuisde Maria Josephina Maas naar Eindhoven. - Zie voor de ouders Willem Maas en Maria Elisabeth Kemps de Kronijk op 10 Augustus 1831.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 23 Maart het vernieuwen der school en een gedeelte van het schoolhuis te Leende(6) aanbesteed en aan genomen bij Theodorus van Laarhoven, timmerman te Leende(7). 28 Julij en volgende dagen heeft men te Someren een nieuwen trap aan het raadhuis gemaakt(8), zijnde de hartsteenen

(6) Kadastraal bekend als Sectie A 1374 (oud), en thans A 2976. Het Rijk gaf een subsidie van f 250.- tot verandering en vergroting van 't schoollokaal en onderwijzerswoning, alsmede tot aanschaffing van schoolmeubelen (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1840, n. 107, p. 43). Zie de situatietekeningen van de school te Leende in het Supplement, Aanhangsel B. Leende, nrs. I A en I B. (7) Theodorus van Laarhoven, gedoopt te Leende 9 Mei 1783 als zoon van Philipus en Catharina Potters, overleden te Leende 16 Augustus 1850, huwde 15 October 1809 te Valkenswaard met Petronella Hertrooijs, gedoopt te Valkenswaard 25 November 1783 als dochter van Henricus en Joanna van Best, overleden te Leende 10 Januari 1865. (8) Cfr. Foto oud gemeentehuis in J, CUNEN, Inventaris Archief Gemeente Someren, tegenover p. 7. Asten, 1940.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 89

/ Pag. 99 / trappen en de ijzere leuningen van het afgebroken oude kasteel van Geldrop herkomstig(1). 9 September heeft zich te Heeze in een open stal van de kinderen Jan Gutjens(2), een commies, Louis Frederik Troulja(3), door den kop geschoten. 7 October heeft koning Willem I afstand van den troon gedaan aan des zelfs oudsten zoon Willem II(4). 28 November Koning Willem II te Amsterdam gehuldigd(5). 30 November is te Cherbourg in Vrankrijk van St. Helena met de fregat la belle Poulie aangekomen het gebalsemde ligchaam van Napoleon Buonaparte, ex kijser van Frankrijk hebbende de overtocht gedaan binnen 42 dagen(6).

(1) A. VAN DER AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, dl. IV, p. 508-509. Gorinchem, 1843. (2) Jan Geutjens - vice-burgemeester - geboren te Nederweert als zoon van Willem en Maria Simons, overleden te Heeze 8 Mei 1818, was 15 October 1797 kerkelijk gehuwd met Godefrida Knoops (Knops), geboren te Mierlo 14 Juli 1774 als dochter van Hendrik en Aldegunda Coolen, overleden 24 Januari 1839 te Heeze. Van de acht kinderen waren op het moment van deze zelfmoord nog zes thuis, te weten: a Hendrina, gedoopt te Heeze 2 December 1799 en aldaar overleden 24 Augustus 1877, ongehuwd. b Jan, gedoopt te Heeze 21 Juli 1803 en aldaar overleden 26 October 1845, ongehuwd. c Allegonda, gedoopt te Heeze 29 November 1805 en aldaar overleden 12 Augustus 1868, ongehuwd. d Antonius, gedoopt te Heeze 28 October 1808 en aldaar overleden 2 September 1861 ongehuwd. e Maria Meggel, gedoopt te Heeze 13 Februari 1811 en aldaar overleden 31 October 1871, was 8 Februari 1844 te Heeze gehuwd met Gerardus Deelen, te Heeze gedoopt 12 Februari 1806 als zoon van Antonius en Maria van Ham, aldaar overleden 11 Maart 1884. f Henricus, geboren te Heeze 6 Augustus 1814 en aldaar overleden 26 October 1845, ongehuwd. Het huis van de kinderen Geutjens kadastraal bekend als Sectie F 254, thans als Sectie F 2451 (eigend. van Hendrikus Adrianus van den Berg, Boslaan 5, Heeze). (3) Louis Frederic Troulja, zoon van Diederik Alexander Johan en Aletta van den Akker, geboren te Kampen en wonende te Bergeijk, overleden te Heeze 9 September 1840 4 uur n.m., commies der vierde klas zijnde vijf en dertig jaar oud. (4) STAATSBLAD, 1840, n. 63; zie omtrent deze abdicatie DR. N. JAPIKSE, De geschiedenis van het Huis van Oranje Nassau, dl. II, p. 242-244. Den Haag, 1938. (5) STAATSBLAD, 1840, n. 64. DR. J. WAP, Gedenkboek der Inhuldiging en Feesttogten van Zijne Majesteit Willem II 1840-1842, p. 1-68. 's Hertogenbosch, 1842. Zie ook voor zijn dadenrijk leven P. BLOK, Willem II (Willem Frederik George Lodewijk) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1566 1570. Leiden, 1911); voor zijn koningschap DR. I. GOSSES & DR. N. JAPIKSE, Handboek tot de Staatkundige Geschiedenis van Nederland, p. 803-816 passim. 's Gravenhage, 1927; DR. L. VERBERNE, Nieuwste Geschiedenis (GESCHIEDENIS VAN NEDERLAND, dl. VII, p. 301-374. Amsterdam, 1937); DR. N. JAPIKSE, De Geschiedenis van het Huis van Oranje-Nassau, dl. II, p. 245-257. Den Haag, 1938; L. VERBERNE, Willem II, koning der Nederlanden (BRABANTS JAARBOEK, 1950, p. 131-149, 's Hertogenbosch, 1950), verder nog enige populaire stukjes o.a. in EDELE BRABANT, jrg. III, n. 1. p. 6, n. 2, p. 6, n. 14, p. 6, n. 15, p. 6 n. 16, p. 4, 6. Tilburg, 1948-1949. (6) Opgraving van het lijk van Napoleon (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, dl. IX, p. 280-288. 's Gravenhage, 1843); J. KLEIJNTJENS & DR. H. KNIPPENBERG, Napoleon Imperator, p. 272-277 Bussum, 1921. De Belle-Poule deed de reis van St. Helena naar Cherbourg; andere schepen namen het stoffelijk overschot over op de verdere tocht naar Parijs.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 15 December is het zelve te Parijs in de Kerk der Invaliden geplaatst; de overhaling van St. Helena met de kosten van Depot in de kerk hebben bedragen 1200.000 franken(7). De winter van 1840 of 1841 is begonnen met St. Catharina of 25 November 1840 en heeft continueel geduurd tot den 16 Februarij 1841, wanneer de vorst heeft opgehouden, zijnde er maar eenige dagen tusschen beide

(7) Er was een credit gevraagd van 1.000.000 Frank. J. KLEIJNTJENS & DR. H. KNIPPENBERG, Napoleon Imperator p. 272. Bussum, 1921.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 90

/ Pag. 100 / gekomen, dat het dooijweer was, doch nimmer doorgedooiid zoo dat het oude ijs op de vesten van het kasteel, de vijver en Ovendijk tot le Maart is blijven liggen, zijnde den 4en Maart de eerste pakschuit van Maastricht na s Bosch door de vaart opgevaren, welke nog verplicht is geweest het ijs in het kanaal te breken; dus heeft dezelve ruim 3 maanden toegelegen(1). 17 Februarij te Berlijn het huwelijk tusschen Willem Frederik, grave van Nassau, ex koning der Nederlanden, ende gravin Henriette d'Oultremont voltrokken(2). 2 Maart de Eerw. Hr Hendrikus Sporenberg, pastoor van Someren bij den Vicarius ontboden, vervolgens verplaatst als pastoor naar Loon op Zand, terwijl de pastoor van die plaats naar Someren zal overgaan(3). 5 Maart binnen Someren gekomen de nieuwe pastoor de Eerw. Heer Chris-

(1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1841, n. 108, p. 17-20; cfr. Ibid., 1840, n. 196; Ibid., 1841, n. 108o, p. 6; Kronijk van felle winters van het jaar 266 tot 1845 (MAGAZIJN VOOR ROOMSCH KATHOLIJKEN, jrg. XI, p. 234. 's Gravenhage, 1845). (2) Gravin Adrienne Louise Flore Henriette d'Oultremont, voormalige hofdame van wijlen koningin Wilhelmina (overleden 13 October 1837), was de dochter van de Belgische Katholieke graaf Ferdinand d'Oultremont en van zijn Protestantse echtgenote Johanna Susanna Hartsinck uit Amsterdam, overleden 26 October 1864 in het Kasteel Rahr (bij Aken). DR. N. JAPIKSE, De geschiedenis van het Huis van Oranje-Nassau, dl. II, p. 243-244. Den Haag, 1938. Cfr. De Kronijk van 25 Juni 1825 met betrekking tot de naam Marselis Hartsinck. (3) Zie Kronijk 2 Mei 1838. Overleden te Loon-op-Zand den 1 Januarij 1867, na gegedurende ruim 25 jaren pastoor te zijn geweest dier parochie (Bidprentje). L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 751. St. Michiels-Gestel, 1873. Zie voor deze overplaatsing DE GODSDIENSTVRIEND dl. XLVI, p. 198. Grave, 1841.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 91

tiaan Hendrik Schrijvers, geboren te Schijndel, staande als pastoor te Loon op Zand(4). 1 Mei Koning Willem II met groote eerbewijzing te / Pag. 101 / s Bosch ingehaald(1). 3 Mei Koning Willem II te Eindhoven ingehaald, was zeer regenachtig weer(2). 1 Augustus is de Zuidwillemsvaart voor 2 maanden gesloten door dien er eenige reparatien aan de zelve moesten plaats hebben(3). 1 Augustus tot heden teld het jaar 207 dagen en van dezelven heeft het meer dan 100 dagen geregend - dus een nat voorjaar(4). 16 Augustus te Leende gepasseerd des morgens om elf uren Monsr. Paredisa Bischop van Hirene te Roermonde(5), vergezeld van den Heer pastoor deken van stad Weert(6). 24 Augustus te Heeze de fondamenten van de nieuwe school(7) begonnen te leggen door Antonie Verberne metselaar te Heeze(8), zijnde het timmerwerk van dezelve aangenomen door den timmerman Willem van Deursen(9) die de kappen daar opgesteld heeft den 30 September 1841. 9 November is geboren van Koningin Victoria de erfgenaam van den Engelschen troon genaamd Albert Eduard prins van Walles(10).

(4) Christiaan Hendrik Schrijvers, geboren te Schijndel 18 Mei 1795 als zoon van Nicolaas Francisci en Christina Aegidii van Wil, gedoopt te Dungen 19 Mei 1795, sedert 1841 Pastoor te Someren, alwaar hij,.... den 3 Februarij 1868 overleed (Bidprentje). TH. WELVAARTS, Zomeren naar de Archieven van Postel's Abdij, p. 49. Helmond-Turnhout, 1892. (1) DR. J. WAP, Gedenkboek der Inhuldiging en Feesttogten van Zijne Majesteit Willem II 1840-1842, p. 115-126. 's Herto genbosch, 1842. (2) DR. J. WAP, Gedenkboek der Inhuldiging en Feesttogten van Zijne Majesteit Willem II 1840-1842, p. 127-132. 's Hertogenbosch, 1842. (3) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1842, n. 115, p. 49. (4) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1842, n. 115, p. 46, 55-56. a Hs.: de Paradis. (5) Zie voor zijn biografie J. VERZIJL, Paredis (Joannes Augustinus) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOOR DENBOEK, dl. IX, col. 754-755. Leiden, 1933). Berichten over zijn wijding tot bisschop, enz., DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XLVII, p. 51. Grave, 1841; Ibid., dl. XLVIII, p. 41-45. Grave, 1841; M. VAN ROOSMALEN, Het bisdom van Roermond en de Bisschop van Hirene (DE MIDDELAER, dl. II, p. 12-26. Hasselt, 1841); Jaarschriften, lofspreuken en gedichten ter gelegenheid der Plegtige Zalving van zijn Hoogeerwaarde den Apostolischen Vicaris van Limburg tot Bisschop van Hirene. Roermond, 1842. (6) Hermanus Janssen, geboren te Oeffelt in 1803 als zoon van Petrus en Joanna van Mil, overleed te Weert 23 Januari 1863 als pastoor-deken, kanunnik van het kathedraal kapittel te Roermond en Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Bij de wijding van Mgr. Paredis tot bisschop van Hirene was deken Janssen samen met de deken van Venlo bij ontstentenis van de twee medeconsecratoren-bisschop aangewezen om die wijding mede te verrichten (DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XLVIII, p. 41. Grave, 1841.) (7) Sectie F 388 ged., later Sectie F 1311 en thans Sectie F 2247. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. VII A en VII C-VII D. (8) Zie Kronijk op 3 Mei 1829. (9) Zie Kronijk op 10 November 1829. (10) Geboren uit het huwelijk van koningin Victoria met Albert Franz August Karl Emmanuel, Hertog van Saksen-Coburg, en regeerde als Eduard VII vanaf 1901 tot aan zijn overlijden op 6 Mei 1910.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 92

(1842)

/ Pag. 102 / 1842 5 Januarij de schoolplaats aan de grote kerk met den hof publiek verkogt ten behoeve der Gemeente(1) en door Lourens Koolen gekogt [f 120,-](2). 29 Januarij te Someren twee nieuwe bichtstoelen in de kerk gekomen, gemaakt door L. Koenen beeldhouwer te Lieshout(3). 12 Februarij is te Rome overleden de Eerw. Heer [Petrus] van Lil, Provinciaal der Jesuiten van Belgien en Holland, geboren te Maarheeze, oud 46 jaren(4). 26 Februarij is te Leende bij Peter Fransen(5) een brandbrief gelegd voor 26 Zeeuwen(6) te leggen aan den voer van den schutboom staande aan den Lijkweg de naar Strijp(7). 1 April des voormiddags 10 uren een sterken storm uit het Westen hebbende slechts een uur geduurd, doch geweldig hevig zoo dat er weinig huizen zonder schaden afgekomen zijn. 5 April zijn eenige Domeinen tienden te Eindhoven verkogt doch de meesten opgehouden zoo als die van Someren op 104.700(8). 9 April de Bisschop van Hirene van Roermonde(9) door Leende gekomen(10).

(1) Van de veiling waren uitdrukkelijk uitgesloten en ten behoeve van de Gemeente Heeze gereserveerd om geruimd te zijn voor de maand Augustus 1842 de steenen waterput met deszelfs toebehoren, mitsgaders de steenen, het hout en de pannen van het privaat, liggende en staande op het te veilen perceel, evenals de putkuip, putmik en zwingel. De acte van veiling van 5 Januari 1842 omvatte Sectie D 1248 ontstaan uit D 1013 en D 1014, thans bekend als D 1774. Zie Kronijk op 4 October 1839. (2) Louren Koolen, geboren te Heeze 22 Juni 1778 als zoon van Peter en Joanna Maes, overleden aldaar 3 Januari 1851, huwde met Johanna Scheepers, geboren te Maarheeze (Sterksel) 23 Januari 1803 als dochter van Joannes en Jennemie Weijnen, overleden te Heeze 20 Januari 1842. (3) Vermoedelijk identiek met Koenen van Eindhoven. Cfr. Kronijk op 27 October 1832. (4) L. VAN MIERT, Lil (Petrus) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. IV, col. 916. Leiden, 1918). Van Lil werd niet 22 Februari 1795 maar 22 November 1795 gedoopt. Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Maarheeze 3 22 Novembris baptizatus est Petrus filius Lamberti van Lil et Joannae Mariae Keusters. Susceptores Hyacinthus van Lil et Wilhelma van den Eijnden. (5) Peter Fransen, gedoopt te Leende 9 November 1785 als zoon van Leonardus en Catharina Thijs, overleden te Leende 30 October 1847, gehuwd te Leende 31 Januari 1830 met Joanna Catharina van Asten, gedoopt te Leende 14 Maart 1800 als dochter van Francis en Josina van der Laak, overleden te Leende 21 April 1852. (6) Een Zeeuw is een rijksdaalder van f 2.60. (7) Lijkweg voornamelijk gevormd door de huidige Hoogeindweg en de Lijkstraat. (8) Zie voor deze veiling de annonce in PROVINCIAAL DAGBLAD, 1842, n. 26. De veiling had op zes achtereenvolgende dagen plaats vanaf 4 tot en met 9 April 1842 in ‘De Vergulde Kop’ te Eindhoven ten overstaan van Notaris W. Huysmans te Eindhoven. Het bedrag van f 104.700 is het totaalbedrag van de eerste veilingsdag. De kavels 115 tot en met 139 - er waren er in het geheel meer dan 350 kavels - onder Someren werden opgehouden. (9) Zie de Kronijk op 16 Augustus 1841. (10) Zijnde op weg naar de wijdingsplechtigheid te 's Hertogenbosch van 10 April 1842.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 93

/ Pag. 103 / 1842 10 April des morgens 10 uren heeft in de St. Janskerk te S-Bosch de weiding van Hendrikus Den Dubbelden, vicarius van het voormalig Bisdom van S-Bosch, tot Bischop van Emaus(1) door Mr Bischop van Curium(2), Bischop van Hirene van Roermonde(3) en de Bischop van Chersonesus van Luxemburg(4) met grote pracht plaats gehad(5). 12 April is de Bischop van Hirene van Roermonde door Leende gekomen terugkerende naar Roermonde. 17 April is de E. Heer [Joannes] Zwijsen pastoor van Tilburg door bovengenoemde Bischoppen tot Bischop van Gerha ingewijd(6). (1) Als zodanig benoemd door Z.H. Paus Gregorius XVI 14 Januari 1842, en het aannemen van deze waardigheid goedgekeurd door Koning Willem II. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1842, n. 115, p. 22-23. Zie voor de persoon van Mgr. H. den Dubbelden de Kronijk op 1 Mei 1831. Eigentijds relaas van de wijdingsplechtigheid in DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XLVIII, p. 264-266. Grave, 1842. (2) Zie voor Mgr. van Curium A. HENSEN, Wyckerslooth (Cornelis Lodewijk baron van) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK), dl. III, col. 1498-1500. Leiden, 1914). (3) Zie de Kronijk op 16 Augustus 1841. (4) Mgr. Johann Theodor Laurent (1804-1884), apostolisch vicaris van Luxemburg (1841-1848) en medestichter van de Congregatie der Zusters van het Arme Kind Jezus, moest Luxemburg verlaten. Zie aangaande deze kwestie DE GODSDIENSTVRIEND, dl. LV, p. 313-319. Grave, 1845, en verder N. MAJERUS, L'érection de l'évèché de Luxembourg. Luxembourg, 1951. (5) Eigentijds relaas van de wijdingsplechtigheid in DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XLVIII, p. 264-266. Grave, 1842. (6) Eveneens 14 Januari 1842 benoemd en door de Koning gemachtigd tot het aannemen van deze waardigheid en wel als coadjutor cum futura successione van Mgr. H. den Dubbelden. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1842. n. 115, p. 22-23. Zie voor de wijdingsplechtigheid in de parochiekerk 't Heike te Tilburg DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XLVIII, p. 266-271. Grave, 1842. Zie voor de persoon van Mgr. Zwijsen en voor zijn bibliografie R. SMEETS, Zwijsen (Joannes) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. IV, col. 1506-1508. Leiden, 1918); MGR. ZWIJSEN, Plechtige consecratie van Mgr. Joannes Zwijsen tot bisschop van Gerra in partibus infidelium (SINT JANSKLOKKEN, 1924, p. 329-331); MGR. ZWIJSEN, Een gedenkdag (15 Juli 1864 Moordaanslag op Mgr. Zwijsen) (SINT JANSKLOKKEN, 1923, p. 327-329); Mgr. Joannes Zwijsen 1794-1877 (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 225-226); P. ALBERS S.J., Hoe Mgr. Joannes Zwijsen aartsbisschop van Utrecht werd (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 227-242); DR. J. DE JONG, Mgr. Joannes Zwijsen, Aartsbisschop van Utrecht (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 243-255); J.C. VAN DER LOOS, Zwijsen, de verhoopte eerste Bisschop van Haarlem (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 256-259); P. ALBERS S.J., Mgr. Zwijsen en Limburg (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 260-275); DR. J. WITLOX, Mgr. Zwijsen Internuntius ad interim en Vice-Superior der Hollandsche Zending (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 276-281) - cfr.P. KLEIJNTJENS S.J. HISTORISCH TIJDSCHRIFT, jrg. VIII, p. 1-4, Tilburg, 1929. -; W. BÜNNEMEIJER C.SS.R. Mgr. Joannes Zwijsen en het Koninklijk Huis (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 282-312); DR. J. WITLOX, Mgr. Zwijsen en de anti-clericale Pers (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 313-318); M. v.d. VEN, Pastoor Zwijsen en het Eerste Adres der R.K. Kerkvoogden bij de Regeering in 1840 (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 319-333); C. ZWIJ SEN, Mgr. Zwijsen en de Regel van Zusters en Fraters van O.L. Vrouw, Moeder van Barmhartigheid te Tilburg (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 334-346); DR. TH. GOOSSENS, De Zusters van Liefde te Tilburg (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 347-371); A. HENSEN, Mgr. Zwijsen - Mgr. van Vree (BOSSCHE BIJDRAGEN, p. 372-375); DR. J. WITLOX, Mgr. Zwijsen en de Heilige Linie! (BOSSCHE BIJDRAGEN, p. 376-377); DR. G. GORRIS S.J., Mansuete et fortiter (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. VIII, p. 378-389); DR. A. ERENS O.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Is de E. Heer [Joannes van] Hooijdonk pastoor en deken van Breda aldaar door bovengemelde Bischoppen(7) tot Bischop van Dardanie of de Dardanellen ingewijd(8). 6 Mei is de geweldige brand in de stad Hamburg begonnen, hebbende 4 dagen geduurd, waar bij meer dan 2/3 der stad is vernield(9); de schade daar bij veroorzaakt wordt geschat

PRAEM., Mgr. Zwijsen en de Norbertinessen van St. Catharinadal te Oosterhout (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. IX, p. 17-51); F. v. HOECK S.J., Uit de eerste jaren der Zusters Congregatie van Mgr. Zwijsen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. IX, p. 195-208); DR. J. WITLOX, Mgr. J. Zwijsen - Monseigneur Joannes Zwijsen. Een levens- en karakterbeeld. 's-Hertogenbosch, 1927; ZR. M. THERESINE, Mgr. J. Zwijsen als paedagoog. Tilburg, 1929; J. KLEIJNTJENS S.J., Benoeming van Mgr. Zwijsen tot bisschop (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XI, p. 149-151); id., Het Apostolisch-Vicariaat van Ravenstein en Megen (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XI, p. 152-173); C. BLOEMEN, Erkenning der Congregatie van de Zusters van Liefde te Tilburg en de goedkeuring harer Statuten door de Hooge Regeering des lands (BOSSCHE BIJDRAGEN, XIII, p. 68-130, 241-292); M. v.d. VEN, Medewerking van Mgr. Zwijsen aan de erkenning der Zusters van Liefde te Tilburg door de Regeering (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XIII, p. 292-296); J. KLEIJNTJENS S.J., Goedkeuring der Regels en Statuten van de Congregatie der Zusters van Liefde te Tilburg (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XIII, p. 297-305); M. STOKS C.SS.R., Een man van vorstelijk karakter, levensschets van Mgr. Joannes Zwijsen, Roermond-Maaseik, 1938; DR. J. WITLOX, Monseigneur Joannes Zwijsen een man van vorstelijk karakter en hoogepriesterlijk geloof, trouw en oprecht Nederlander. 's Gravenhage, 1941. 2e herz. dr. (7) Eveneens op 14 Januari 1842 benoemd en door de Koning gemachtigd tot het aannemen van deze waardigheid. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1842, n. 115, p. 23. De wijding had plaats met als medeconsecratoren Mgr. H. den Dubbelden en Mgr. J. Zwijsen. (8) Zie voor het leven van deze prelaat J. KRÜGER, Kerkelijke geschiedenis van het bisdom van Breda, dl. I, p. 435-441. Bergen op Zoom, 1874. Zie voor de wijdingsplechtigheid op 1 Mei 1842 DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XLVIII, p. 308-312. Grave, 1842. (9) Zie PROVINCIAAL DAGBLAD, 1842, nrs. 38, 39, 41.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 94

/ Pag. 104 / op....(1). 15 Mei zijn Excell. A.J. Borret, staatsraad in buitengewone dienst, als Gouverneur van Noord-Braband in functie getreden, daartoe benoemd bij Koninglijk besluit van 20 April 1842 n. 76(2) in de plaats van A.J.L. Baron van den Bogaerde ter Brugge welke door Z.M. tot opperschenker benoemd is(3).

(1) De collecte voor de slachtoffers van deze ramp welke op 5, 6, 7 en 8 Mei plaats had, heeft in deze provincie opgebracht de som van f 4000.-. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1843, n. 112, p. 92. (2) Gouverneur van Noord-Braband van 20 April 1842 tot 9 Juli 1850, Commissaris des Konings van 10 Juli 1850 tot 29 Juni 1856. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1842, n. 93. Zie voor zijn biografie G. GÖRRIS, Borret (MR. ANTON JOSEPH LAMBERT) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 421-422. Leiden, 1911); MR. J. VERHAGEN, Mr. Antoon Joseph Lambert Borret (EDELE BRABANT, jrg. IV, n. 11, p. 7. Tilburg, 1950). (3) Zie in verband met zijn benoeming tot opperschenker en grootofficier van het Koninklijk Huis PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1842, n. 86; H. OUWERLING, Bogaerde van ter Brugge (Jhr. André Jean Louis baron van den) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. IV, col. 188-189. Leiden, 1918); zie ook Kronijk op 25 en 26 Augustus 1830.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 95

17 Mei door order van den Heer Pastoor van Heeze de kerkhof aldaar welke er uitzag als een puinhoop begonne op te ruimen, gelijk te maken en met palm en latten te omringen; bij welke gelegenheid daar de kerk gestaan heeft in het choor een loden kist gevonden is welke waarschijnlijk met eene houten omgeven moet zijn geweest, welke geheel verteerd was, leggende daarbij 5 zware ijzere ringen, zijnde de 6e er niet bij te vinden; in de kist waren geen menschelijke overblijfselen meer dan stof gelijkende naar asch(4); de kist is aan den Burgemeester gebragt(5). / Pag. 105 / 1842 17 Mei een gedeelte van het flankbatt. van het 5 Regt. Infanterie te Heeze en Leende in kwartier. 15a Junij koning Willem II langst het kanaal te Someren gepasseerd; men had ene eereboog en kronen aan sluis N 13 opgericht, doch vroeger komende dan men gedagt had, heeft men hem niet kunnen aanspreken(1). In den nacht tusschen den 17 en 18 Junij heeft de boekwijt door den vorst op veele plaatsen geleden, doch de aardappelen zeer wijnig. 21 Junij des namiddags ¼ over 6 uren is de blixem geslagen te Heeze in de beide nevens elkander staande woonhuizen van de Wede Peter Vroomans(2): het eene bewoond door Jan Georg Bastiaan(3) en het ander door Leonardus Josephus Verbeek molenaar(4); door dezelve blixemstraal wierden de strooije daken derzelve te gelijk (4) In 't voorjaar 1795 werden de meeste grafzerken ingetrapt bij een systematische plundering van de grote kerk. Archief Hervormde Pastorie, Acta-boek II, 1777, p. 59-63 (Kerkeraadsvergadering in de Capel van 29 Maart 1795). Voor een groot deel van de 18e eeuw is nog na te gaan hoeveel lijken in de grote kerk zijn bijgezet. (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze, Armen- en kerkerekeningen). (5) Zijnde Adriaan Jan Deelen; zie Kronijk op 6 Mei 1820. a Datum vermoedelijk 13 Junij. (1) De koning was om 6 uur 's avonds te Roermond. DR. J. WAP, Gedenkboek der Inhuldiging en Feesttogten van Zijne Majesteit Willem II 1840-1842, p. 219-221. 's Hertogenbosch, 1842. (2) Deze huizen waren gelegen op Eimerich en bekend als Sectie F 279. Wed. Peter Vromans, geboren Elisabeth van Ham, gedoopt te Lommel 12 December 1768 als dochter van Jan en Digna Jansen, overleden te Heeze 19 September 1854, was 13 Februari 1791 te Heeze gehuwd met Peter Vromans, gedoopt te Nederweert als zoon van Michaël en Antoneth van Asten, overleden te Heeze 13 Februari 1824 (oud 62 j.). (3) In 1843 wordt het pand Sectie F 279 herbouwd en gelijktijdig in twee gedeelten verkocht. Het eerste gedeelte aan Antonette Vromans, gehuwd met Johan George Bastian, en wordt daarbij vernummerd tot Sec tie F 1190. Op heden is dit perceel bekend als Sectie F 2408 (eigend. van Adrianus Bax, winkelier Kapelstraat 54, Heeze). Jan George Bastiaan, tot 5 Juni 1841 Brigadier der Koninklijke Marechaussee, te 's-Hertogenbosch op 18 Februari 1796 gedoopt als zoon van George Coenraad en Maria Elisabeth Bechdold, was te Heeze gehuwd op 26 November 1825 met Antoneta Vroomans, gedoopt te Heeze op 9 April 1803 als dochter van Peter Michaelis en Elisabeth van Ham. Dit echtpaar heeft Heze verlaten. (4) Het tweede gedeelte van oud Sectie F 279, bekend als Sectie F 1191 werd verkocht aan Mechelina Vroomans, echtgenote van Leonardus Josephus Verbeek, molenaar te Heeze. Perceel Sectie F 1191 is nu gesplitst in drie nieuwe percelen, welke thans bekend zijn als Sectie F 2405 (eigend. Josephus Bonaventura Bosmans, slager Kapelstraat 60, Heeze), Sectie F 2406 (eigend. Bonaventura Josephus Maria Bosmans, coif feur Kapelstraat 58, Heeze) en Sectie F 2407 (eigend. Christianus Josephus de Koning, ambtenaar Pretorialaan 3b, Rotterdam). Leonardus Josephus Verbeek, gedoopt te Westerhoven 15 Juni 1801 als zoon van Theodorus en Dympha Aerts, overleden te Heeze 16 November 1867, was op 13 Mei 1831 te Heeze gehuwd met Megchelliena Vroomans, gedoopt te Heeze 9 April 1803 als dochter van Peter en Elisabeth van Ham, overleden te Heeze 22 Juli 1867.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen in volle vlam gezet; behalven de koeijen en eenige weinige meubeltjes is alles verbrand; gelukkig dat de donderbui vergezeld was met zodanigen stortregen

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 96

/ Pag. 106 / dat de belendende huizen die ook met stroo gedekt en langst de brandende huizen leme wanden hadden, niet tegenstaande het ene maar 3 ellen en het ander maar 3 palmen er van afstonden en onderscheiden malen op de daken aan brand geweest waren, weder gebluscht wierden, even als het tegen de brandende huizen aan de overzijde van de straat neven de laan van het Kasteel onder den wind gelegen huis van Jan Verduin zijn bevrijd gebleven(1)a. Het gedrag der inwoonders welken niet tegenstaande den stortregen de schrikkelijkste blixem stralen, gevolgd door krakende donderslagen, de naburige daken beklommen, lakens, dekens en tapijten daar over sprijden, water aan voerden, dat men daar het aan den brand geheel verbruikt was, van af het Kasteel en linien hand aan hand moest aan brengen of met karren, is loffelijk geweest.

(1) Genoemd huis van Jan Verduin valt niet te situeren, omdat Verduin nergens als eigenaar genoemd wordt; we beschouwen hem derhalve als huurder van vermeld huis. Jan Verduin, gedoopt te Leende 12 Juni 1800 als zoon van Wilhelmus en Joanna Kuijpers, overleden te Heeze 21 Augustus 1847, was 31 Januari 1828 te Heeze gehuwd met Goverdina van Rutten, gedoopt te Heeze 9 September 1806 als dochter van Mathijs en Catharina van Weerde, overleden te Heeze 16 December 1839. Jan Verduin huwde te Heeze 27 Januari 1842 met Elisabeth van Bree, gedoopt te Heeze 22 Maart 1811 als dochter van Hendrik en Adriana van den Wildenberg, overleden te Heeze 29 December 1878, die na zijn overlijden op 19 Januari 1856 te Heeze andermaal in het huwelijk was getreden met Hendrik Verduijn, geboren te Heeze 1 April 1815 als zoon van Dielis en Johanna Geenen, en aldaar overleden 28 (?) November 1889. a Drie laatste woorden door kronijkschrijver later toegevoegd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 97

(1842-1843)

/ Pag. 107 / 1842 8 Julij circa 6 uren des morgens zon eclips waarbij dezelve omtrent verduisterd was van de Zuidzijde, is hier vrij goed zichtbaar geweest. De verduistering begon om 5 en eindigde om 7 uren des morgens(1). In de maand Julij voor het eerst gezien, dat men te Heeze van eene der drie takken aan den H. Kruisboom waarom heen men een ronden kring door de schil gezaagd had, zooals hier voor vermeld(2), doch welken kring weder toegewasschen is, als nu de schil van af die kring aan de binnenzijde van den boom den ligtsten tak tot daar dezelve uit den stam spruit ter lengte van omtrent eene el en ter breedte van omtrent 3 palmen geheel afgesteken en afgeblekt heeft. 13 Julij is de Hertog van Orleans, kroonprins van Frankrijk(3) uit zijn rijtuig springende waar van de paarden op den hol waren, op den steenweg te [Revolte] dood gevallen(4). 16 Julij het huis van Jan van Asten te Heeze aan het Kruis(5) / Pag. 108 / sectie C No 2(1) des namiddags om half 3 uren afgebrand; de brand is na gissing in de schouw aangekomen; het meeste deel der goederen is daar uit gered; dat is het zelve jaar weder opgebouwd(2). 25 Julij aanbesteding van het plafond in de nieuwe school(3); aangenomen bij Dirk van Gestel Metselaar te Geldrop(4).

(1) Zie voor de beschrijving van deze zoneclips ALMANAK VOOR DE PROVINCIE NOORD-BRABAND VOOR HET JAAR 1842. 's-Hertogenbosch, 1842. (2) Zie de Kronijk 3 Mei 1652 Nota Bene. (3) Ferdinand Philips Lodewijk Karel Hendrik Joseph, Hertog van Orléans, Kroonprins van Frankrijk, 3 September 1810 geboren te Neuilly-sur-Seine als zoon van Lodewijk Philips I en Maria Amalia, overleed te Revolte 13 Juli 1842; hij was op 30 Mei 1837 te Fontainebleau gehuwd met Helena Louisa Elisabeth, Hertogin van Mecklenburg-Schwerin, geboren te Ludwigslust 24 Januari 1814 als dochter van Groothertog Frederik Lodewijk en Carolina Louise, Hertogin van Saksen-Weimar-Eisenach, overleden 18 Mei 1858 te Richmond. W. JUTEN, Het Groothertogelijk Huis Mecklenburg, p. 112-113, 188-189. Bergen op Zoom, 1901-1902. (4) Zie eigentijds bericht van dit ongeval in PROVINCIAAL DAGBLAD, 1842, n. 57 (5) Jan van Asten, gedoopt te Heeze 12 Augustus 1779 als zoon van Willem en Ma ria Petri Liebregts, en aldaar overleden op 1 Juni 1864, was 20 Januari 1811 te Heeze gehuwd met Antonetta Smulders, gedoopt te Heeze 31 Januari 1778 als dochter van Willem en Johanna Hollen, en aldaar overleden 28 Januari 1850. (1) Ter plaatse genaamd ‘De Vaarten’ en thans vernummerd tot Sectie C 2237 (eigend. Johannes van den Heuvel, Kruis 12 te Heeze). (2) Volgens kadaster vermoedelijk rond 1865 herbouwd door Wilhelmus van Asten (zoon van Jan voornoemd). (3) Zie Kronijk op 24 Augustus 1841. (4) Vermoedelijk identiek met Hendrik van Gestel, gedoopt te Nuenen 1 Mei 1778 als zoon van Adriaan en Johanna Sleegers, overleden te Geldrop 26 December 1851, gehuwd 13 Mei 1810 te Stratum met Maria Leijten, geboren te Stratum 14 Juli 1782 als dochter van Egidius Leijten en Anna Maria Vermeulen, overleden te Geldrop 13 Januari 1849.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1 Augustus is het optimmeren der afgebrande zwaan(5) aanbesteed en aangenomen: het timmerwerk bij Peter van Deursen(6) voor 46 gulden en het metselwerk bij Joseph Habraken(7) de 1000 stenen aan 1.50. 3 October des namiddags om 5 uren is Mr Den Dubbelden Bischop van Emaus(8)a, van Geldrop binnen deze gemeente gekomen. 4 October zijn door den zelven 350 kinderen van Heeze, 280 van Leende en 150 kinderen van Soerendonk gevormd(9). 5 October heeft dezelve 500 kinderen van Budel en 200 van Maarheeze gevormd; dezelve dag des namiddags circa 4 uren is dezelve vertrokken na Asten(10); meer dan 50 nationale als andere vlaggen waaren aan

(5) ‘De Zwaan’ te Heeze, kadastraal bekend als Sectie F 276 oud en Sectie F 2449 nieuw. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. V A en V B. (6) Peter van Deursen, geboren te Heeze 31 October 1818 als zoon van Peter en Maria Melchioors, overleden aldaar 18 Februari 1843, ongehuwd. (7) Joseph Habraken, geboren te Heeze 26 September 1814 als zoon van Adriaan en Maria Geenen. Vermoedelijk uit Heeze vertrokken. (8) Zie Kronijk op 1 Mei 1831. a Hs.: Emous. (9) Zie de Kronijk op 17 en 18 Juni 1834. (10) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Losse aantekening Sacramentum Confirmationis fuit administratum a Rmo Administratore H.D. Dubbelden prima vice Anno 1834 Junii 18va; item Anno 1842 4ta & quinta Octobris.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 98

/ Pag. 109 / de huizen aan de Kapel tot aan het bruggetie bij Arnold Hendrik Scheepers(1) uitgestoken, zijnde ook met het gelui der Roomsche kerkklok binnengekomen en vertrokken. 13 October is te Cromvoort overleden de E.H. Johannes Baptista de Zeeuw, pastoor aldaar en gewezen pastoor dezer gemeente, in den ouderdom van 59 jaren 9 maanden en 15 dagen(2). 18 October Gijsbertus Carolus Petrus Ghijsens geneesheer te Someren, geboren te Tongeren, in den ouderdom van [39] jaren aan eene uittering overleden(3)a. 24 October is door den onderwijzer Cornelis van Heuven voor de eerste maal school gehouden in de nieuwe school(4). 25 October is de Bischop van Algiers(5) met het ligchaam van den H. Augustinus, dat hij te Pavia afgehaald heeft(6), dat hem van Z.H. de Paus is vereerd, vergezeld van verscheiden Fransche Bischoppen na Bona in Africa(7) overgestoken, ten einde het zelve naar Algiers over te brengen(8). 16 December eene commissie uit de staten te Someren geweest ten einde een verschil dat ontstaan was tussen de Hervormde gemeente als eigenaars der Parochiale kerk ter eenre(9)

(1) Arnold Hendrik Scheepers wielmaker en landbouwer had nabij zijn huis op de weg naar Asten een brug. Arnold Hendrik Scheepers, te Heeze gedoopt 29 Januari 1767 als zoon van Hendrik en Johanna Marcelli Bluijsen, overleden te Heeze 13 September 1843, was 22 Januari 1804 te Heeze gehuwd met Johanna van Rutten, te Heeze 27 September 1771 gedoopt als dochter van Jan en Goverdina Deelen, aldaar overleden 26 Januari 1850. (2) Zie Kronijk op 3 Maart 1819. (3) Giesbert Karel Pieter Ghijsens, gedoopt te Tongeren 28 Januari 1803 als zoon van Hendrik en Anna Maria Moers, overleden te Someren 18 October 1842, was 7 October 1841 te Someren gehuwd met Wilhelmina Verberne, gedoopt te Someren 20 November 1807 als dochter van Joannes Gerardi en Joanna Rooijmans, overleden te Someren 26 Augustus 1859. 12 Juni 1844 huwde zij te Someren met Hendrik Joannes de Mol, geboren te Duisburg 6 Februari 1818 als zoon van Jan en Christina Muller. Ghijsens werd als heel- en vroedmeester geadmitteerd te Den Bosch 12 Mei 1830, als heelmeester ten platte Lande te Den Bosch 13 November 1833 (PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1842, n. 23, p. 9, 12, 16). a De aantekening van 18 October 1842 later door kronijkschrijver toegevoegd. (4) Zie Kronijk op 4 October 1839 en 24 Augustus 1841. (5) Antoine-Adolphe Dupuch eerste bisschop van Algiers van 1838 tot 1846. Zie LAROUSSE DU XXe SIÈCLE, t. II, p. 1005. Paris, 1929. (6) Hij ontving slechts een gedeelte van het gebeente. (7) Zie J. SCHMIDLIN, Papstgeschichte der neuesten Zeit, dl. I, p. 668. München, 1933. (8) Oprigting bisdom Algiers (DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XLI, p. 158-168. Grave, 1838). (9) De oude of grote kerk van Someren bekend als Sectie A 860 werd bij de sloping van het schip vernummerd tot Sectie A 1613 terwijl het priesterkoor werd Sectie A 1612; rond 1894 wordt ook dit restant van de oude kerk gesloopt en het geheel der kerk A 1612, A 1613 en de oude begraafplaats worden tot Sectie A 1957. In 1934 wordt bij dit perceel getrokken begraafplaats worden tot Sectie A 1957. In 1934 thans Sectie A 2298 en wordt omschreven als begraafplaats, lijkenhuisje, erf en weiland (eigend. Nederlands Hervormde Gemeente van Someren).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 99

/ Pag. 110 / en de Burgerlijke gemeente ter andere zijde als eigenaars van den toren(1), omtrent de toegang tot het gemeenten horologie, welke door eerstgenoemde belet wierde zoo dat het gemeentes horologie de tijd van zeven jaren niet opgewonden is kunnen worden, en dus stil gestaan heeft te termineeren, dat dan ook geschied is. Het geheele najaar 1842 is bijzonder zacht geweest, zoo dat zich geen vorst heeft doen gevoelen; altoos droog, zonder buijen of storm; de landman heeft zijn vee kunnen voeden van het gene op den akker stond, dat zeer goed te pas kwam, terwijl er dit jaar niet veel stroo, hooij, of dergelijke opgeleverd heeft; granen zijn er dit jaar ook niet veel gewassen, zelfs telde men over het algemeen een derde minder dan gewonelijk, doch dat er gewasschen is, was van kwaliteit zoo goed, dat bij menschen geheugen, dergelijk niet / Pag. 111 / gegroeid is, bijzonder de rogge welke men vat tegen vat verwisselde tegen tarwe(1). 1843 28 Januarij des nachts een sterken storm uit het Noordwesten welke veel stroo van de daken gevlogen is; te Leende zijn 2 roeijen van den meulen van Willem Maas te Oosterik afgewaaijd(2).

(1) De toren der kerk oorspronkelijk bekend als Sectie A 862. Tegelijk met de kerk werd hij gesloopt en het terrein werd opgenomen in Sectie A 1614 de begraafplaats (vereniging dus van het oude kerkhof A 861 en de toren A 862). Omstreeks 1879 wordt op dit terrein een lijkenhuisje gebouwd en het perceel vernummerd tot A 1731. Dit perceel wordt in 1934 aangekocht door de Nederlands Hervormde Gemeente van Someren, en later opgenomen in A 2298. Zie voor de geschiedenis van deze kerk L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's-Hertogenbosch, dl. V, p. 660. St. Michiels-Gestel, 1876; DR. IR. ST. LEURS, De oude kerk van Someren (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. V, p. 327-333); P. NOOR DELOOS. De Restitutie der kerken in den Franschen Tijd, p. 524. Nijmegen-Utrecht, 1937. Zie de afbeelding van kerk en toren in het Supplement, Aanhangsel A n. 6; zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Someren, nrs. I A-I C. (1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND. 1843, n. 112, p. 87-88. (2) Zie Kronijk op 28 Januari 1840.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 100

3 Februarij sterk gestormd, een ooijevaar en onderscheiden zeemeeuwen wierden door den wind in de lucht geslingerd. 16 Februarij de gehelen dag en volgende nacht gesneeuwd, zoo dat de sneeuw op den gelijken grond tot 4 palmen dik lag. 3 Maart is te Ommelen op Asten, des morgens om 9 uren voor de eerste maal na de Reformatie dienst gedaan door den Hr. Pastoor van Asten, Bartholomeus Kemps, geboren te Leende(3). / Pag. 112 / 1843 17 Maart des avonds naar zonnen ondergang heeft zich in het Westen, beginnende aan den gezichteinder en opklimmende naar het Zuiden, ter hoogte van circa 40 graden eene lichtstraal vertoond, iets helderder dan den zogenaamde melkweg, hebbende de breedte na gissing van 8 à 10 graden, welke bij heldere lucht tot circa half negen bleef staan, wanneer dezelve verdween, dat gedurende de maand Maart heeft voortgeduurd doch wordende hoe langer hoe flauwer van licht. Dit luchtverschijnsel dat onderscheide sterrenkundigen voor eene commeet of startsterre, waarvan de pit of star zich onder den horizon bevond, werdt aangezien, is in allen de hoofdsteden van Europa op den 17 Maart het eerst gezien, behalven in Madrid en Lissabon, waar zij op den 16 Maart het eerst is ontdekt(1). 27 Maart heeft de plaatselijke ontvanger dezer gemeente Jan / Pag. 113 / van den Berg(1) te s Bosch op het commissiekantoor van den Heere Schoenmakers de gelden ontvangen wegens de door gemeente verkogte slands effecten tot f 7899,35, waar mede de kapitalen ten lasten der gemeente zijn afgelost, behalven slechts een eenig. 28 Maart is te Heeze het zoontje van Antonie Verberne genaamd Godefridus(2)a door het molenluijk naar beneden gevallen van den windmolen aldaar, zonder eenig letsel te bekomen. 5 April des namiddags om 5 uren in het Noord-Westen zich eene bijzon vertoond(3). 6 April des morgens circa half 6 uren heeft zich eene aardbeving door geheel Noord Braband doen gevoelen, doch voornamentlijk te Vegchel waar het onderscheiden schoorsteenen heeft doen neder storten, stenen van gevels tot 9 ellen afstand heeft afgeworpen, de huisbellen doen schellen, voor -

(3) Bartholomeus Kemps, geboren te Leende den 2 April 1787 - gedoopt 2 April 1787 als zoon van Tieleman en Joanna Catharina Hertrooijs -, gedurende 44 jaren Pastoor te Asten, en aldaar overleden in het 54 jaar zijns Priesterschaps den 12 Mei 1863 (Bidprentje). L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. III, p. 155, 160. St. Michiels-Gestel, 1872. - [D. KOOLEN], O.L. Vrouw v Ommel onder Asten. Geschiedenis en Handboekje voor de Pelgrims, p. 44-45. Asten, 19122 (1) Waarschijnlijk komeet Faye, aldus guste Etienne Albans Faye (1814-1902). genoemd naar haar ontdekker Hervé Au- (1) Zie Kronijk op Mei 1835. (2) Zie voor Antonie Verberne Kronijk op 3 Mei 1829. Vermoedelijk deed zijn zoontje Godefridus genaamd deze ongelukkige val; geboren te Heeze 22 December 1830 en 2 Mei 1857 in het huwelijk getreden met Catharina Verduijn. a Hs.: Gerard. (3) Zijnde een halo-verschijnsel.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 101

/ Pag. 114 / werpen van schoorsteen mantels en kassen doen afvallen, en de kanaaldijk aldaar doen verzakken(1); te Heeze is het ook gevoeld, doch niet zoo erg; te Someren is aan het huis bewoond door Hendrik Frunt(2) de voormuur welke geheel uit zijn lood stond, gevallen; te Maarheeze, Budel en Soerendonk, gelijk ook in de geheele provincie Limburg heeft men dezelve niet gevoeld(3). 7 April des avonds circa 11 uren heeft zich de aard schudding, doch in minderen graad dan de voorgaande, op onderscheiden plaatsen in Noord Braband doen gevoelen, als te Helmond, Vegchel, St. Oedenrode, Gemert &c.(4). 7 April zijn de eerste zwaluwen weder gekomen. 9 Julij des morgens om 9 uren is den Heer Jan Diederik Baron van Tuyll van Serooskerken(5)a, Heer van Heeze, Leende en Zes Gehugten(6), Ridder van den / Pag, 115 / Nederlandschen Leeuw(1), Lid van de 2 Kamer der Staten Generaal(2), Houtvester in het 3 District(3), Lid van de Commissie van landbouw(4), District Commissaris van Oorschot(5) &c&c. in den ouderdom van 69 jaren 11 maanden aan de gevolgen van een hernia of breuk overleden, nalatende zijne vrouw Johanna

(1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1843, n. 112, p. 45-46. (2) Gelegen te Someren Sectie F 947 (de Ooyevaartsrijt), thans opgenomen in Sectie F 1320 (eigend. Jan Michiel van Deursen, Vaarselstraat 8, Someren). Hendrik Frunt, gedoopt te Beek en Donk 12 Augustus 1769 als zoon van Henricus en Margaretha Kilsdonk, overleden te Someren 26 Januari 1854, huwde 14 Februari 1843 te Someren Joanna Maria van Rijt, gedoopt te Someren 17 November 1796 als dochter van Hendrik en Ida Smeijers, aldaar overleden 17 April 1857. Hendrik Frunt huwde de eerste maal met Maria Maas, die te Someren overleed 6 November 1841. Joanna Maria van de Rijt huwde de eerste maal met Judocus Maas op 3 Juli 1814, overleden te Someren 4 Januari 1832. (3) F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden, p. 81-82. Maastricht, 1945. (4) Niet in F. VAN RUMMELEN, Overzicht van de tusschen 600 en 1940 in Zuid-Limburg en omgeving waargenomen aardbevingen, en van aardbevingen welke mogelijk hier haren invloed kunnen hebben doen gelden. Maastricht, 1945. (5) Zie Kronijk op 23 October 1828. a Hs.: van Tuyl van Serooskerken. (6) Heer der heerlijkheid sedert de verhefacte van 18 Mei 1785 (Familiearchief Van Tuyll van Serooskerken te Heeze in N. Br., B 9); Jonkheer 28 Augustus 1814, Baron 25 April 1822 (Mededeling A. van Ette te Rotterdam). (1) Geridderd 3 September 1820. (2) Van 1811 tot 1814 lid van het Corps Législatif van het Franse Keizerrijk; van 29 November 1814 tot September 1815 van de Staten-Generaal (die toen uit één Ka mer bestonden); van 21 September 1815 tot 16 October 1820 en van 7 November 1828 tot 9 Juli 1843 lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1843, n. 112, p. 7. (3) Benoemd bij besluit van de 25e Juli 1814, n. 19. Cfr. VERZAMELING VAN BESLUITEN, AANSCHRIJVINGEN EN BEKENDMAKINGEN VAN DE PROVINCIALE AUTORITEITEN VAN NOORDBRABAND OVER 1814, n. 101, p. 195. 's-Hertogenbosch, 1815. (4) Benoemd als zodanig 10 Februari 1815 voor het arrondissement uitmakende de kantons Asten en Helmond met uitzondering der Gemeenten Aarle-Rixtel en Stiphout. VERZAMELING VAN BESLUITEN, AANSCHRIJVINGEN EN BEKENDMAKINGEN VAN DE PROVINCIALE AUTORITEITEN VAN NOORD-BRABAND OVER 1815, n. 19, p. 53. 's-Hertogenbosch, 1816. (5) Benoemd tot District-Commissaris vóór 2 October 1829. Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1829, n. 126.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Catharina van Westrenen(6), 2 zoons waarvan een onnozel is(7), de andere gehuwd zonder kinderen(8) en twee ongehuwde dochters(9).

(6) Zie de Kronijk op 23 October 1828. (7) Zie de Kronijk op 10 Augustus 1831 nota 4c. (8) Zie de Kronijk op 25 Juni 1825. (9) Zie de Kronijk op 10 Augustus 1831 nota 4a en 4b.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 102

13 Juli des morgens om 9 uren is dezelve in de kapel te Heeze in den grafkelder waar in slechts zijn vader(10) en broeder(11) leggen begraven, hebbende daarbij geadsisteerd, behalven eenige mannelijke leden zijner famiele, Domine(12), cappelaan(13) en preponent(14), Burgemeester(15) en Assessoren(16) & secretaris(17) en ontfanger van Heeze(18), Burgemeester(19) Assessoren(20) en ontvanger van Leende(21), Burgemeester(22) en Assessoren van de Zes-gehugten(23), de molenaars van Heeze(24) en Leende(25), Francis Pompen van Sterksel(26), 6 koninklijke jagers,

(10) Zie de Kronijk op 25 Juli 1780. (11) Hendrik Reinout van Tuyll van Serooskerken, geboren 6 Februari 1776, overleden te Leende 18 Februari 1810, was gehuwd met Anna Baert Verspijck, geboren 20 Januari 1775, overleden te 's Gravenland, 20 December 1857. Zij was vermoedelijk een dochter van Samuel en Sara Maria Aardwijn. Deze grafzerk is kort na 1900 geruimd. (12) Zie de Kronijk op 13 Maart 1824. (13) Joannes van der Heijden, geboren te St. Oedenrode 31 Augustus 1801 als zoon van Martinus en Maria Petri van de Meeracker, was sedert 1834 kapelaan te Heeze en werd in 1848 benoemd tot pastoor te Rosmalen, alwaar hij 17 April 1867 overleed. (14) Vermoedelijk Jan Pieter Hendrik Reyers, predikant te Valkenswaard van 12 Mei 1833 tot 6 Juni 1847. (15) Zie de Kronijk op 6 Mei 1820. (16) Assessoren H. v.d. Berg en A.A. Scheepers. (17) Hendrikus Godefridus van Moorse. Zie inleiding. (18) Zie de Kronijk op Mei 1835. (19) Zie de Kronijk op April 1808 en 17 December 1839. (20) Assessoren J. de Loure en A. Bax. (21) J. de la Geneste. (22) F. Knapen. (23) Assessoren A. van Lith en N. van Lidt. (24) Molenaars van Heeze, Arnoldus Scheepens; Leonardus Josephus Verbeek (zie Kronijk op 21 Juni 1842); Roelof Wijffelaars? (25) Erven Willem Maas en Hendrik van den Baart. (26) Francis Pompen, geboren te Leende 8 October 1784 als zoon van Adriaan en Anna Dimphna van Engelen, overleden te Sterksel 9 Februari 1863, was te Leende gehuwd met Henrica Elisabeth van Asten, gedoopt te Leende 13 Maart 1788 als dochter van Jan Francis en Maria Elisabeth Kemps, overleden te Sterksel 3 Januari 1823. Zijn vader Adriaan Pompen had 16 Maart 1798 Sterksel gekocht van de adbij Averbode. Zie voor dit transport Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Sterksel Ia, fol. 25r-26v; Abdijarchief Achel, A.A. SCHILLEMAN, Korte Kroniek ener oude Heerlijkheid. Sterksel, 1950; DR. P.C. BOEREN, De abdij Averbode verkoopt haar gronden onder Sterksel (KERKKLOKKEN VOOR HET DEKENAAT GELDROP, 1937, n. 14). Cfr. De inleiding van de Kronijk.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 103

/ Pag. 116/ 5 Marechaussee van Heeze(1) en eindelijk de overheid van de schutterijen der 2 van Leende(2), der 2 van Heeze(3) en van de 1 van de Zesgehugten(4) welke een standaarddrager te paard bij zich had en welke schutterij de voortocht had; behalven boven vermelde geleiden allen de gereformeerde inwoonders van Heeze het lijk mede grafwaards; naar dat het lijk in den kelder was nedergelaten, werdt door Domine Kremer eene lijkrede uitgesproken, waarin de voornaamste deugden van den overledenen wierden aangehaald, en vastgesteld, dat hij naar betere oorden was overgegaan om zijnen verdienden loon te ontvangen. 24 Augustus de oogst begonnen die dit jaar bij uitnemendheid goed is uitgevallen, zijnde er zeker een derde meer van alle vruchten behalven aardappelen welken er niet zoo veel gewonnen / Page. 117 / zijn als het vorig jaar(1). 7 October des nachts van dien dag sterk gewaaijd en gedonderd. 11 dito de geheelen dag geregend en gestormd. 30 November in den nacht tusschen den 29 en 30 November heeft men beproefd door middel van een centerboor of effer(2) bij den R.C. Pastoor(3) in de pastorie(4) door de vengsters te boren en alzoo binnen te komen; men had het hek van den tuin van den Burgemeester(5) uit de duimen geligt en dat tot een ladder gebruikt om bij het vengster te klimmen, zijnde aan het twede vengster van de voordeur kerkwaarts, waar men de inbraak beproefd heeft; de pastoor eenig gerucht horende is des nachts opgestaan en heeft zonder te weten wat er gaande was met de huis of deurbel gescheld waar door de dieven de vlucht genomen hebben; des morgens naar het opstaan bespeurde men eerst wat er des nachts gebeurd was. / Pag. 118 / 1843 12 December is des voormiddags om 8 en ¾ uren te Berlijn subiet overleden Graaf Willem Frederik van Nassau, ex koning der Nederlanden(1); volgens algemeen gerucht na latende een fortuintie van 200 milioen Nederlandsche guldens(2); dezelve is arm en berooijd, met

(1) Cornelis Gerardus Kamerling (van Breda), Brigadier; Stefanus Vermeulen (van Terheijden); Francis Vandermasen (van Oirschot - zie Kronijk op 19 Maart 1838); Jaspar van Vuuren (van Haaften); Andreas Bossy (van Dordrecht - zie Kronijk op 12 Juni 1825). (2) Zie de Kronijk op 25 Juni 1825, nota 5. (3) Zie de Kronijk op 25 Juni 1825, nota 6. (4) Zie de Kronijk op 25 Juni 1825, nota 3. (1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1843, n. 112, p. 88. (2) Ook genoemd agevaar. (3) Joannes Gast. Zie de Kronijk op 3 Maart 1819. (4) Zie de Kronijk op 26 April 1820. (5) Adriaan Jan Deelen; zie de Kronijk op 6 Mei 1820. Hij woonde in de zogezegde huizing ‘De Kazerne’, aangekocht bij acte van veiling van 22 Juli 1840, bekend als Sectie F 296 en F 297, voor de som van 1730 gulden, thans Sectie F 2389, 2390 en 2391 (eigend. van Hendr. Boelens, Johanna Tausch en Adr. Maria van Schalen). (1) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1843, n. 204; PROVINCIAAL DAGBLAD, 1843, n. 101. Zie de Kronijk op 7 October 1840. P. BLOK, Willem I (Willem Frederik), koning der Nederlanden (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRA FISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1560-1566. Leiden, 1911). (2) Bijeengebracht door gelukkige han dels- en industriële ondernemingen.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 104

schulden belast in 1813 eerst souverein vorst(3) en later Koning der Nederlanden geworden(4) zijnde in 1830 de Zuidelijke Provincien van hem afgevallen(5) en vervolgens Koning van de Noordelijke Provincien gebleven tot 7 Oct. 1840 wanneer hij afstand gedaan heeft van de kroon ten behoeven van zijn oudsten zoon die onder de Naam van Willem 2 hem heeft opgevolgd(6); is dus 15 jaren Koning der Nederlanden en 10 jaren Koning van Holland alleen(7) geweest, makende te zamen een koningschap van 25 jaren, zoo dat gemelde vorst, van zijn goede ingezetenen / Pag. 119 / behalven de betaling der vroeger door hem te betalen schulden, en het houden van zijn koninglijk hof, niet alleen de onkosten daaraan verbonden en voortvloeijende, gedurende 25 jaren, per jaar heeft gekost 8 milioenen guldens; dezelve slands kas uitgeput ziende, heeft met zijn milioenties het land verlaten(1) en naar Berlijn vertrokken(2); algemeen zelfs door zijne vrienden wordt dezelve als een geessel voor zijn geboorteland gehouden(3). 24 December met de Christmis was het weder zo zacht, dat de termometer van Farenheid 47 graden en die van Reaumur 7 graden tekende; geheel het najaar 1843 is zacht geweest en zonder vorst noch buijen; de landbouwer heeft zijn vee tot Christmis uit den akker kunnen voeden. 31 December Zondag te Heeze door den Hr Pastoor op den preekstoel afgelezen, dat nu noch in het vervolg de omgang voor / Pag.. 120 / den Heer Capellaan niet meer plaats zoude hebben, aangezien dezelven eene toelage van het gouvernement ontvangen(1); het zelve heeft ook te Leende plaats gehad(2); volgens schrijven van het Journal van Limburg van 30 Maart 1844 hebben er gedurende het jaar 1843 in Europa Asia en Afrika 47 aardbevingen zich doen gevoelen(3).

(3) 2 December 1813 tot 16 Maart 1815. (4) 16 Maart 1815 tot 4 October 1830. (5) 4 November 1830 het Koningrijk der Nederlanden ontbonden; 19 April 1939 eerst door Nederland volledig erkend. (6) Zie de Kronijk op 7 October 1840. (7) Gewoonlijk aangeduid met de naam ‘Oud-Nederland’. (1) Cfr. P. BLOK, Willem I (Willem Frederik), koning der Nederlanden (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1565. Leiden, 1911). (2) En nam zijn intrek in het paleis ‘Unter den Linden’. (3) Ten gevolge van de ontstane ontevredenheid. Ondanks dit alles was hij een groot vorst. DR. N. JAPIKSE, De Geschiedenis van het Huis van Oranje-Nassau, dl. II, p. 244-245. Den Haag, 1938. (1) Parochiearchief St. Martinus te Heeze. Schrijven van Mgr H. den Dubbelden St. Michiels-Gestel 26 October 1843 Bij Koninklijk Besluit 30 December 1842 is de jaarwedde van den pastoor van Heeze verhoogd met f 250.-; dat van den Heer Kapelaan is gesteld op f 100.-. Zodat de Heer Pastoor geniet f 400.- & f 100.-. De Vicarius Apostoliek bepaalde ingevolge dit K.B.: 1) De omgang voor den Eerw. Heer Kapellaan genoemd Meeuwissen zal geheel ophouden (Deze was in opgave gerekend f 200.-). 2) Het kostgeld van den Eerw. Heer Kapellaan zal alsnu gevonden worden uit den vroeger geheel Pastorelen omgang ad f 0.30. Beraamd op f 160.-. 3) Uit deze zelfde collecte zal aan den Eerw. Kapellaan nog verstrekt worden 's jaars f 25.- vijf en twintig guldens. 4) Alles te rekenen van af primo Januarij 1843. Cfr. Kronijk op 13 Juli 1843, nota 13. (2) Vermoedelijk nagenoeg een zelfde regeling. (3) In genoemde krant niets gevonden op 30 Maart 1844.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 105

(1844)

/ Pag. 121 / 1844 2 Januarij is de Ex Koning der Nederlanden, graaf Willem Frederik van Nassauw, wiens ligchaam men van Berlijn herwards heeft doen overbrengen te Delft in den grafkelder der familie begraven(1). 13 Januarij des morgens om 6 uren is een huis van Hendrik Martens(2) in Sectie [F] n [364] bewoond door den hoofd ambtenaar W.J. Lanzing(3) afgebrand, zonder te weten hoe hetzelve is aangekomen; men veronderstelde in den schoorsteen door het stoken der kachel in eene lerne schouw; de meubelen zijn meest allen gered; het daar aan vastgebouwde ander huis van gemelde Martens is niet tegenstaande gedeeltelijk met stroo gedekt behoude gebleven(4). 19 dito sterk onweder in den avond; te Leende vermeende men dat de blixem in den toren was geslagen; op het ogenblik stond de Peer of Knop des torens als in volle vlam; doch na onderzoek is daar aan geen / Pag. 122 / letsel bevonden! 21 Januarij zijn 2 nieuwe beelden van de H. Maagd, van St. Joseph, gebeiteld door den beeldhouwer van der Heijden van s Bosch,(1) het eerste in de kerk te Heeze gesteld. 23 dito zijn de Reliquien van de H. Barbara het eerst te Heeze in de kerk gevenereerd(2). 26 dito is te Leende een jongman Christiaan van Asten, landbouwer oud 58a jaren onder een eijken strommel die hij meende af te hakken doodgevallen aan het gehucht Boshoven(3).

(1) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. I, col. 1566. Leiden, 1911.) heeft abusievelijk 28 December 1843. Zie voor deze begrafenis PROVINCIAAL DAGBLAD, 1844, nrs. 1 & 2. (2) Hendrik Martens, te Helmond gedoopt 7 Juli 1800 als zoon van Francis en Justina (Francina?) Canters, overleden te Heeze 27 April 1872, was 4 November 1826 te Heeze gehuwd met Joanna Maria Elisabeth Juliana Voncken, te Heeze 12 April 1803 gedoopt als dochter van Martinus en Maria Magdalena van Roessel, en aldaar overleden 8 Juli 1845. Bedoeld huis bekend als Sectie F 364, is thans Sectie F 2425 (eigend. Willem Alphonsus Scheepers, Jan Deckersstraat 41, Heeze). (3) Onbekend. (4) Omstreeks 1845 bekend als Sectie F 1170 en thans opgenomen in Sectie F 2425. (1) Is vermoedelijk Lambertus van der Heiden, over wie een nota wordt gegeven op 14 Augustus 1844. (2) Litterae testimoniales zijn in het parochiearchief aanwezig. a Hs.: 50. (3) Christiaan van Asten, te Leende gedoopt 22 Juli 1785 als zoon van Godefridus en Jacoba Verhoeven, aldaar overleden 26 Januari 1844 om 12 uur middag, ongehuwd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 106

Februarij de geheele Februarij en Maart aanhoudend gesneeuwd, gehageld, geregend en gewaaijd, zoo dat bij menschen geheugen geen hoger water geweest is(4); de dijken aan den Ven, Ginderover, aan het Kasteel, Strabregt en den Rul, stonden zoodanig onder water, dat men niet anders dan met de kar passeeren kon / Pag. 123 / uitgenomen de Rulsche Bruggen, daar het zand van den dijk afgespoeld zijnde, het moer onbedekt lag, zoo dat de paarden er niet over konden gaan, maar er door vielen en in bleven steken; op het Bruggetie van den Peelrijt, op den Zomerschen dijk, stond het water meer dan een palm hoog; ook kon men over de brug op de Kleine Aa op Vorsel te Someren niet droogvoets overkomen; de geheele Einderstraat(1) stond tot aan het raadhuis onder water en aan de Astensche Brug wierdt men door eene kar overgezet; met half April begon het te drogen, dat continueerde tot St. Jan zonder te regenen dan nu en dan bij een donderbui. 19 Februari is te Heeze bij Antonie Smulders(2) op Strabregt een brandbrief gevonden om aan den laatsten chijnspaal achter de broeksput(3) langst de zijde van het bos(4) in een daar gemaakt kuiltie te leggen(5). / Pag. 124 / 1844 in het laatste van Februarij zodanig hoog water, dat meest alle kelders die niet in teras leggen onder staan, en de drinkputten met de oppervlakte van den grond gelijk.

(4) Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NOORD-BRABAND, 1844, n. 80, p. 44-45. Zie Kronijk 14 Augustus 1842. (1) De Einderstraat te Someren, beginnende bij het Z.O. eindpunt van de Keizersstraat, de Dorpsstraat en de Nieuwe Kerkweg en eindigende ter plaatse waar de Broekstraat uitkomt om dan verder onder de naam Brugstraat door te lopen. (2) Antonie Smulders, te Heeze gedoopt 14 December 1788 als zoon van Paulus en Goverdina van Asten, aldaar overleden 11 Februari 1865, was te Heeze op 19 Januari 1817 gehuwd met Johanna Schavers, te Heeze gedoopt 29 April 1787 als dochter van Adrianus en Hendrina Snoeks, aldaar overleden 14 Juni 1851. (3) Broeksput maakte deel uit van de moerassen te Heeze bekend als Sectie B nrs. 177 & 181 te zamen ruim 21 H.A. groot. 21 November 1844 verkocht de gemeente Heeze Sectie B 180 (thans bekend als Sectie B 186, 187, 188, 189) en de 4 kopers werden verplicht de sloot langs de zijde van DEN BROEKSPUT ieder tegen zijn gekochte open te houden, alsmede om pro rato van de maat van hun gekochte grond gezamentlijk ter plaatse als is aangewezen een treksloot vanaf de verkochte percelen tot aan DEN BROEKSPUT te graven, en onderhouden mitsgaders een bruggetje of duiker te leggen en onderhouden op of in dezelve, op den dijk nevens voorschreven gronden lopende (Acte van 21 November 1844). (4) Sectie F 650. (5) Het leggen van brandbrieven in Heeze, Leende en omgeving schijnt georganiseerd te zijn vanuit Budel.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 107

Men kon naauwelijks te voet droog aan het Kasteel te Heeze komen; tusschen de hoef en het Kasteel over de Klijne Aa liep de dreef zoo diep onder water dat men met de kar er door rijdende het water tot aan den bak der kar kwam, en het water van de grachten van het kasteel stond met het water van de beide revieren gelijk zoo dat het zelve over de dreef met elkanderen communiceerde en als een meer uitmaakte. Den 1, 2, en 3 Maart moeten die van Sterckschel en Ginderover zich met karren naar de kerk doen rijden, terwijl zij niet te voet over der Ginderoverschen Dijk kunnen komen. / Pag. 125 / 1844 3 Maart te Geldrop aan den watermolen(1) tekende het water 10 oude duimen hoger dan het zelve bij menschen geheugen geweest is. 5 Maart heeft men op den Rulschen dijk met mutsaarden en planken een passagie gemaakt om de menschen die naar Mierlo markt gingen te kunnen doen passeeren, waarvoor Jan Heerings(2) die de passage gemaakt had, 2 centen per man passagie geld ontving. 6 Maart de berugte wet op de Bezittingen vastgesteld die geen gevolg gehad heeft(3)a. 11 Maart sneeuw buijen met donder en storm. 12 dito weder storm met sterken donder zoo dat men te Leende des morgens om 8 uren meende, dat de toren aangeslagen was; alstoen te Deurne, Asten Lijssel waar eene soort van hoos woedde, en onderscheiden huizen en bomen omver gewaaijd(4). 15 Maart en volgende dagen de invitatie billetten om deel te nemen aan eene vrijwillige geldleenmg, om daar door de Wet houdende belasting op de bezittingen welken onder eede

(1) De molens van oud-Geldrop waren drie in getal, doch daar ze beide aan weerszijden van de Rul of Kleine Dommel waren gelegen kan men ze beschouwen als 1 molen. De wateroliemolen (Sectie B 3), de watermolen (Sectie B 3a) en de waterkorenmolen (Sectie B 3b). Zie voor bijzonderheden DR. F. VERHAGEN, Geldrop - Economische-Statistische beschrijving van een industriëele plattelands-gemeente vanaf het begin der 19e eeuw, p. 23-24. Eindhoven, 1945. Deze molens waren eigendom van Th. J.V. Baron de Heusch van de Zangerije te Vliermael (Belg. Limb.) en werden 27 April 1854 door zijn erfgenaam Th. J.M.H. Baron van Scherpenseel Heusch van Drummel en Oosterhout voor de som van f 7500.- verkocht aan Adrianus en Wilhelmus van den Heuvel, fabrikanten te Geldrop. Rond 1863-1864 volgde sloping; thans zijn genoemde percelen een deel van Sectie D 2507 (eigend. N.V. Wollenstoffenfabrieken voorheen A. van den Heuvel en Zn.). (2) Jan Heerings, geboren te Heeze op 11 September 1812 als zoon van Hubert en Adriana Verhagen, overleden te Heeze 23 Januari 1863 was aldaar gehuwd op 24 Augustus 1837 met Petronella Bollen, te Heeze geboren 20 Februari 1811 als dochter van Hendrik en Antonetta Theijs, aldaar overleden 8 December 1890. (3) STAATSBLAD, 1844, n. 14. Zie voor deze lening etc. A. COMMISSARIS, Leerboek der Nederlandse Geschiedenis, dl. II, p. 73. 's-Hertogenbosch, 1947. 5e dr. Cfr. DR. I. GOSSES & DR. N. JAPIKSE, Handboek tot de Staatkundige Geschiedenis van Nederland, p. 804-807. 's-Gravenhage, 1927; DR. L. VERBERNE, Nieuwste Geschiedenis (GESCHIEDENIS VAN NEDERLAND, dl. VII, p. 323-331. Amsterdam, 1937). DR. N. JAPIKSE, De Geschiedenis van het Huis van Oranje-Nassau, dl. IL p. 251 & 254. Den Haag, 1938. a Deze notitie door kroniekschrijver later toegevoegd. (4) Het moet ‘noodweer’ zijn geweest door zo wat heel de Provincie heen Zie PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1844, n. 80, p. 91-92.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 108

/ Pag. 126 / door ieder moesten opgegeven worden, niet te doen doorgaan van Regeringswegen aan de huizen der vermogenste ingezeten rond gedragen(1). 28 Maart een huis aan het kerkhof, stamhuis van de familie van de tegenwoordige Burgemeester A.J. Deelen(2) dat door de Maatschappij [tot bevordige van Welstand voornamelijk onder de Landlieden gedomicilieerd en kantoor houdende te Amsterdam ten kantore van notaris Commelin]a vroeger is aangekogt(3), en bewoond door Louis Damen(4) te Heeze afgebroken en den afbraak publiek verkogt(5). 1 April tusschen den 31 Maart en 1 April des nachts om 12 uren is de wet op het zegel van 3 October 1843 in werking gegaan(6). 2 April de tijding bekomen dat de vrijwillige geldleening van 127 millioenen ten volle was, of door het bijtekenen van Koning Willem 2 zoude volkomen(7) en dus de wet van de belasting op de bezittingen niet zoude doorgaan(8); dat eene algemeene vreugde veroorzaakte(9). / Pag. 127 / 1844 met den 1 April 1844 Maandag en volgende dagen in de Goede Week zoo zacht en schoon weder of het in het midden van den Zomer waar; op Witten Donderdag tekende de termometer van Reaumur 13 gr. boven

(1) STAATSBLAD, 1844, n 17; Cfr. PROVINCIAAL BLAD VAN NORRDBRABAND, 1844, n. 32 & n. 38. (2) Zie de Kronijk op 6 Mei 1820. (Sectie D 704). a Hs.: van. (3) Bij acte van veiling verleden voor notaris Freher, provisioneel dd. 15 Juli 1840 en definitief 22 Juli 1840 werd het huis aan de Kerkhof, eigendom van de Weduwe Jan Godefridus Deelen te Achel, Sectie D 704 met de tum D 705 en een perceel weiland D 1081 voor 495 gulden verkocht aan de genoemde Maatschappij te Amsterdam. (4) Louis Damen, geboren te Heeze 29 November 1813 als zoon van Hendrikna Damen (later echtgenote van Hendrik Poots), en aldaar overleden 4 Augustus 1885, was de eerste maal te Heeze gehuwd 15 December 1838 met Berendiena Willemsen, geboren te Angerlo 21 November 1819 als dochter van Gerrit en Hendrika Jansen, overleden te Heeze 9 Februari 1855, en voor de tweede maal met Adriana Paans, geboren te Loon op Zand als dochter van Dirk en Maijkes van Gils, overleden te Heeze 19 Maart 1869. (5) Na sloping in 1844 werd genoemd huis in 1845 opgenomen in Sectie D 1262 en maakt thans deel uit van Sectie D 1775 ten name van de Maatschappij van Welstand. (6) STAATSBLAD, 1844, n. 18. Cfr. Ibid., 1843, n. 47. (7) Tot uiterlijk 28 Maart kon men intekenen op de vrijwillige geldleening. Vooral te Amsterdam was deze volteekend en door een bijdrage van Willem I groot 10 milioen gulden. De erfgenamen van wijlen Willem I kwamen de mondelinge gedane belofte na. Dat onder deze erfgenamen de voornaamste was de toenmaals heersende koning Willem II behoeft geen betoog. Zie over de totstandkoming van deze vrijwillige lening de literatuur opgegeven bij de Kronijk van 6 Maart 1844. (8) De belasting op het bezit groot 1½ % werd niet geheven, omdat het voltekenen van de lening een conditio sine qua non was. STAATSBLAD, 1844 n 22. (9) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1844, n. 49; PROVINCIAAL DAGBLAD, 1844, n. ....

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 109

0; Goeden Vrijdag 14 gr. boven 0 en des Zaterdags voor Paasschen 13 gr. boven 0 (binnens huis hangende); de oudste menschen konden zich niet herinneren zodanige warmte met den Paasschen beleefd te hebben. 11a April is te Someren als predikant bevestigd A[drianus] Pitlo bij Besluit van Z.M. van den 18 Febr. 1844, n. 2. benoemd tot predikant der hervormde gemeente te Someren(1). 15 April zijn de eerste zwaluwen en andere zomervogels eerst overgekomen. 1 Mei is te Asten de Eerw. Heer [Joannes Baptista Raijmakers, van Helmond] kapellaan of 3e Heer aldaar in een vijvertie, willende een wisje afsneiden, gevallen en verdronken, kunnende / Pag. 128 / zich niet redden, aangezien hetzelve te vol modder was(1). 7 Mei des namiddags circa 5 uur zwaar onweder; te Leende op de tuijnt een eijken boom, toebehorende aan Jan de Laure(2) door den blixem geheel geblekt en den stam aan onderscheiden zijden de oppervlakte geheel met vezelen en splinters bedekt. 23 Mei de aardappelen zijn aan zoo een geringen prijs dat dezelve alhier aan 16 en 17 centen het oude vat; 70 en 80 cent het mud(3) en in Gelderland à 50 à 60 cents het mud verkocht zijn. 24 Mei in deze gemeente de Bregadier Andreas Bossy(4) zijnde te paard en overgeplaatst als bregadier te voet naar Eindhoven; dezelve is vervangen door Hendrik Maaskant Bregadier te voet(5) zijnde als toen de geheele Bregade te voet gekomen en de paarden allen vertrokken(6). 27 Mei 2e Pinxterdag sterk gehageld zonder wind, zijnde het

a Hs.: 14. (1) 9 April 1848 naar Deurne vertrokken, vandaar naar Rossum op 15 April 1855 en aldaar overleden 19 December 1862. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK Bijlage P, p. 10 & 20. (1) Joannes Baptista Raijmakers, te Helmond geboren 22 April 1815 als zoon van Hendrikus en Petronella van der Elsen, priester gewijd te Oegstgeest 5 Juni 1841 en kapelaan te Asten 28 Februari 1843. J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 182. Helmond, 1920. (2) Jan Joseph de Laure, te Valkenswaard gedoopt 11 September 1778 als zoon van Wilhelmus en Maria Anna Sleeuwens, overleden te Leende 21 Maart 1850, was de eerste maal gehuwd op 27 October 1811 te Leende met Henrica Elisabeth van Asten, te Leende gedoopt 21 April 1763 als dochter van Wouter en Elisabeth Coolen, aldaar overleden 6 Maart 1829, voor de tweede maal gehuwd eveneens te Leende met Maria van Laarhoven op 25 Augustus 1833, geboren te Leende 7 Februari 1786 als dochter van Philippus en Maria Catharina Potters, aldaar overleden 10 October 1853 na eerst in huwelijk verenigd te zijn geweest op 28 Januari 1816 te Leende met Wilhelmus Geldens, te Leende gedoopt op 2 Mei 1789 als zoon van Antonius en Elisabetha van Engelen, overleden te Leende 7 April 1832. (3) Middelprijzen der levensmiddelen PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1844, nrs. 76, 82, 89. (4) Zie de Kronijk op 12 Juni 1825 & 13 Juli 1843. (5) Onbekend. (6) PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1844, n. 80, p. 27-28.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 110

/ Pag. 129 / zeer koud, staande de termometer op 10 gr. Reaumur boven 0, en dus 4 graden kouder als op Goeden Vrijdag, en op den 3 Pinxterdag op 9 graden en dus 5 graden kouder. 3 Junij is te Goriziaa in Oostenrijk overleden de Hertog van Angoulèmeb, pretendent van den franschen troon, geboren 6 Augustus 1775, oud 69 jaren, zoon van Karel X, en met de dogter van den ongelukkigen Lodewijk den XVI gehuwd(1). 18 Junij de schilderijen van den kruisweg, geschilderd door van de Wildenberg te Eindhoven(2) aangekomen; de lijsten te Heeze door Pieter Ivo(3) gemaakt, in de kerk opgehangen. 2 Julij de Kruisweg ingezegend door den Z.E.H. [G] van Someren,c deken van Eindhoven(4) in bij wezen der geestelijkheid van de omliggende gemeenten, naar dat vooraf eene solemnele mis door 4 heren en 2 aquelieten gecelebreerd was(5). 10 Julij des morgens kwartier voor 10 uren Koning Willem II door Leende gepasseerd reizende naar Luxemburg / Pag. 130 / hebbende slechts aldaar zoo lange vertoefd, dat er andere post paarden wierden aangespannen; door den Burgemeester(1) wierdt in presentie van den secretaris(2) en ontvanger(3) eene aanspraak voorgelezen, die hij zeer vriendelijk beantwoorde; naar circa een kwartier vertoevens heeft dezelve zijn weg voortgezet; deszelfs koets was bespannen met 6 paarden en nevens hem was des zelfs adjudant van Karnebeek gezeten, en had slechts eene enkelde koets voor gezelschap met 4 paarden, waar in ook twee officieren van 's Konings Huis gezeten waren, staande op deze koets agter op 2 lakeien,

a Hs.: Gortz. b Hs.: Engouleme. (1) Louis-Antoine de Bourbon, zoon van Karel X en Maria Theresia van Savoye, geboren te Versailles, was te Mitau op 10 Juni 1799 gehuwd met Marie Thérèse Charlotte, dochter van Lodewijk XVI en Marie-Antoinette van Oostenrijk, geboren te Versailles 19 December 1778, overleden te Frohsdorf bij Wiener-Neustadt 19 October 1851. Zie onder Angoulème in iedere Encyclopaedie. (2) Lambertus van den Wildenberg(h), kunstschilder gehuwd met Maria Josepha van Antwerpen, woonde te Eindhoven, Markt n.404. (3) Petrus Johannes Ivo, gedoopt te Bergeijk 28 November 1810 als zoon van Adriaan en Maria Elisabeth Vissers, was 30 Mei 1840 te Heeze gehuwd met Anna Maria Catharina Voncken, te Heeze gedoopt op 16 Augustus 1805 als dochter van Martinus en Maria Magdalena van Roessel. Dit huisgezin is uit Heeze vertrokken. c Hs.: Somers. (4) Mgr. Gerardus Walterus van Someren, Deken van Eindhoven van 1842 tot 1880. Zijn bidprentje bevat volgende memorabilia geboren te 's Bosch 16 Aug. 1802. Priester gewijd te Munster 21 Oct. 1825. Kapelaan aan 't Goirke te Tilburg 17 Febr. 1826. Kapelaan te Eindhoven 16 Nov. 1829. Professor der Wijsbegeerte en der H. Schrift 1830. Professor der Godgeleerdheid 1834. Pastoor en Deken te Eindhoven 4 Aug. 1842. Kanunnik en Cantor van het Kathedraal Kapittel van St. Jan 8 Dec. 1858. Provisor van het Seminarie (in Spir.) Jan. 1859. Kamerheer van Z.H. Paus Pius IX Oct. 1875. Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw Oct. 1875. Doet afstand als Pastoor 1 Juli 1877. Doet afstand als Deken en Kanunnik 12 Nov. 1880. Overleden te Eindhoven 17 Oct. 1888. (5) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Memoriale Parochiae p. 142 en elders een losse aantekening Erectio Stae Crucis Anno 1844 festo Visitationis B. Mariae Virginis. (1) Hyacinthus van Dijk; zie de Kronijk op April 1808 en 17 December 1839 en 13 Juli 1843. (2) Hendrikus Godefridus van Moorsel; zie de Inleiding. (3) Jacobus Josephus Joannes de la Geneste.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 111

en dit was het geheel geleide; des daags te voren waren van Venlo 6 losse paarden, van Eindhoven 6 dito, en van Roermonde ook 6 dito door de paardenposterij afgezonden. / Pag. 131 / 1844 15 Julij op Ginderover 5 huizen bewoond door 7 huisgezinnen en een kostganger geheel afgebrand(1); dezelve is begonnen bij Antonie Verest(2) welkers huis tegen brandschade verzekerd was, vervolgens de huizen van Jan Thijs(3) mede bewoond door Thomas van Ekart(4), dat van Hendrik Verest(5), Peter Johannis van Lindt(6), Hendrik Jansen(7) en Marte Jeurissen(8); zijnde bij Jan Thijs eene koe en maal; bij Thomas van Ekart 1 geijt en bij Marte Jorissen 2 geijten verbrand, en meest allen de meubelen en klederen van dezelven gelijk ook van Adam Marte van Asten(9) die kostganger bij Jan Thijs was; men moest het water met karren aan de Rivier halen om de brandspuiten van de gemeente en die van het kasteel die anders zeer goed gingen aan het werk te houden, terwijl uit hoofden der droogte de putten en kuijpen ledig waren; men berekende de daar door veroorzaakte schaden op f....

(1) Bij deze brand werden vernield het huis Sectie C 552 (had een frontbreedte van 21 Meter) waarin de kinderen Verest in de verschillende gedeelten bleven inwonen, thans opgenomen in Sectie C 2269 (eigend. A.W. Scheepers, Ginderover 66, Heeze), en het huis Sectie C 570 (van Jan Peter Thijs) thans opgenomen in Sectie C 1847 (eigend. Hubertus Brouwers, Ginderover 98 te Heeze). (2) Antonie Verest, te Heeze gedoopt 10 October 1802 als zoon van Theodorus en Johanna Maria van Breugel, aldaar overleden 28 Maart 1874, was 18 Februari 1834 te Heeze gehuwd met Maria Catharina Bernards, te Heeze gedoopt 18 Maart 1789 als dochter van Dielis en Jennemaria Aarts, aldaar overleden 19 Juni 1863. (3) Jan Thijs, te Heeze gedoopt 15 Maart 1799 als zoon van Peter en Wilhelmina de Leeuw, aldaar overleden 30 October 1869, was te Heeze 5 Februari 1829 gehuwd met Henrica Deelen, te Heeze 8 April 1805 gedoopt als dochter van Adriaan Arnoldi en Anna Henrici van Weerde, aldaar overleden 22 Mei 1852. (4) Thomas van Ekart, te Heeze 25 Januari 1786 gedoopt als zoon van Martinus en Maria Wilhelmi de Leeuw, aldaar overleden 17 Maart 1852, was 5 Mei 1816 te Heeze gehuwd met Arnoldina Simonis, te Heeze 22 Mei 1787 gedoopt als dochter van Jan en Anna Maria van Gaal, aldaar overleden 10 Maart 1849. (5) Hendrik Verest, te Heeze gedoopt 5 Maart 1791 als zoon van Theodorus Joannis en Joanna Joannis van Breugel, aldaar overleden 7 October 1862, was te Heeze gehuwd op 30 Mei 1813 met Petronella Bernards, geboren te Heeze 28 September 1782 als dochter van Antonie Bennis en Wilhelmina Vermeulen, aldaar overleden 13 December 1854. (6) Peter Johannes van Lindt, te Overpelt 8 October 1810 geboren als zoon van Adriaan en Anna Margareta Verbeek, overleden te Heeze 12 Mei 1855, was te Heeze 16 November 1837 gehuwd met Johanna Verest, te Heeze 16 Juli 1800 gedoopt als dochter van Theodorus en Johanna Maria van Breugel, aldaar overleden 13 Januari 1862. (7) Hendrik Jansen, gedoopt te Beek en Donk 6 April 1794 als zoon van Joannes en Anna Maria Roijackers, overleden te Mierlo 5 April 1868, was te Heeze gehuwd met Helena Verest, gedoopt te Heeze 26 October 1805 als dochter van Theodorus en Joanna Maria van Breugel, aldaar over-leden 2 Mei 1847. Hendrik Jansen vertrok 30 Januari 1867 als wever naar Mierlo. (8) Martinus Jorissen, te Aalst gedoopt 2 October 1801 als zoon van Antonius en Johanna van der Heijden, overleden te Heeze 23 Januari 1864, was te Heeze 20 Februari 1840 gehuwd met Elizabeth Verest, gedoopt te Heeze 15 November 1792 als dochter van Theodoris en Johanna Jan van Breugel, aldaar overleden 24 October 1857. (9) Adam Marten van Asten, te Heeze gedoopt 27 April 1798 als zoon van Martinus en Anna Maria Deelen, aldaar overleden 26 April 1860, ongehuwd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 112

/ Pag. 132 / 19 Julij is des morgens circa 10 uren door eene donderbuij komende uit het Westen het huisje van Johannis Smulders(1) gelegen in de Colonien aan Hezerenbosch sectie D N. 103(2) met een blixemstraal aan brand geslagen; hetzelve was bereids geheel afgebrand voor dat de brandspuiten op de plaats waren aangekomen; de eigenaar tevens bewoonder kon hier door wijnig verliezen daar hij niets bezat. 9 Augustus eene bijzondere grote en lichte starre in het Oosten gezien, staande maar eenige graden boven den Horisont des avonds om 9 uren; dezelve had genen staart maar was omgeven van alle zijden met grote stralen, komende elken dag hoger in de lucht en gaande naar het Zuiden(3). 14 Augustus te Heeze het beeld van den H. Alphonsus Ligori in de kerk geplaatst, gebeiteld door den beeld houder van der Heijden te s Bosch(4). / Pag. 133 / 1844 21 Augustus des middags Z.E. de Heer Borret, Gouverneur dezer Provincie(1), benevens den Heer Griffier der Staten(2) te Someren de secretarie geinspecteerd en naar de belangen der gemeente onderzocht. 22 Augustus des voormiddags 10 uren gemelde Gouverneur(1) Griffier(2) met den District Commissaris(3) te Heeze de secretarie komen opnemen. - Weder veel regen gevallen gelijk ook de volgende dagen. 26 Augustus die na de kermis op Sterckschel geweest waren(4), moesten zich uit hoofden van het hoge water te Euvelwegen en Ginderover met de kar doen overzetten. 2 September heeft te Asten de nieuwe molen gebouwd door Gerard van den Einde(5), Jan Isbouts [beide te Asten] en [Cornelis Prinzen te Aarle-Rixtel] zijnde gemelde (1) Johannes Smulders, geboren te Woensel 2 November 1809 als zoon van Nicolaas en Wilhelmina Bongers, overleden te Heeze 24 Juli 1867, was gehuwd met Petronella Verdonschot, geboren te Heeze als dochter van Willem en Anna Coolen, aldaar overleden 29 April 1867, oud 57 j. (2) Genoemde Smulders bezat slechts een perceeltje bouwland Sectie D 87, thans onder hetzelfde nummer bezit van Jacobus Ar nolduszn Verberne, Hezerenbosch 7 te Heeze. Van het bezit van een huis Sectie D 103 blijkt nergens iets. (3) Bedoeld is hier het Noorderlicht. (4) Lambertus van der Heiden, geboren in 1800 te Berlicum en gehuwd met Maria van der Zanden, van beroep beeldsnijder, woonde op de Papenhulst, wijk G no. 2585 te 's-Hertogenbosch. (1) Zie Kronijk op 15 Mei 1842. (2) Zie voor Jhr. Mr. F. Verheijen, griffier der Staten van Noord-Brabant J. RAMAER, Verheijen (Jhr. Mr. Franciscus Xaverius) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. IX, col. 1193-1194. Leiden, 1933); zijn sterfjaar is echter 1851. Zie MR. P. KRUSE & DRS. H. KUYPER, Provinciale Almanak voor Noord-Brabant, 1949-1950, p. 21. Alphen aan den Rijn, 1949). (1) Zie Kronijk op 15 Mei 1842. (2) Zie voor Jhr. Mr. F. Verheijen, griffier der Staten van Noord-Brabant J. RAMAER, Verheijen (Jhr. Mr. Franciscus Xaverius) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. IX, col. 1193-1194. Leiden, 1933); zijn sterfjaar is echter 1851. Zie MR. P. KRUSE & DRS. H. KUYPER, Provinciale Almanak voor Noord-Brabant, 1949-1950, p. 21. Alphen aan den Rijn, 1949). (3) Zie voor Jhr. Mr. Carel Frederik Wesselman J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 239-240. Helmond, 1920; zijn benoeming als zodanig in PROVINCIAAL BLAD VAN NOORDBRABAND, 1844, n. 80, p. 11. (4) Kermis te Sterksel laatste Zondag van Augustus, thans 2e Pinksterdag en daags daarna. (5) Gerardus van den Eijnden, geboren te Asten 11 Juli 1817, als zoon van Jan en Anna Maria Kuijpers, aldaar overleden 31 Maart 1880, huwde 27 April 1843 te Asten Petronella Leenen,

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen molen die welke in het jaar 1811 door de Geldropsche lakenfabrikanten op Hoog Geldrop gebouwd is, en die in dit voorjaar afgebroken is, het eerst gedraaijd(6). 1 October is te Someren de kruisweg ingewijd, de schilde-

geboren te Asten 21 Maart 1816 als dochter van Peter en Petronella van de Mortel, aldaar overleden 14 Juli 1881. (6) Zie voor de geschiedenis van deze molen te Zes Gehuchten DR. F. VERHAGEN, Geldrop - Economische-Statistische Beschrijving van een industriëele plattelands-gemeente vanaf het begin der 19e eeuw -, p. 24-25. Eindhoven, 1945. - De plaats van deze molen te Asten is bekend gebleven als Sectie G 2431 (eigend. van Jan van Seccelen, Logtenstraat 8, Asten).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 113

/ Pag. 134 / dereijen zijn gemaakt door L. van den Wildenberg schilder te Eindhoven(1) en betaald door de dogter van Johannes Verberne Petronella(2) die te Roosendaal in het klooster was tot f 600,-. 16 October missie te Someren des namiddags om 4 uren aangekomen de paters Redemptoristen Majolée(3)a, Hengst(4), Janson(5) en [Looijaard](6)b. 1 November voor alle heijligen waren te Heeze alle de huizen weder opgebouwd, welken dit jaar zijn afgebrand, uitgenomen dat van H. Verest dat niet meer opgebouwd wordt(7). 17 November is te Heeze in de Pastorij des avonds circa 5 uren de Achelsche Kluijs met aanhorige hoeven, wei en bouwlanden, en bovendien nog 25 Bunders heide met alle regten en gerechtigheden(8), door Jonker Reinoud Karel van Tuyll van Serooskerken(9)c en Frulle [Anna Elisabeth Constance Aimée Barones] van Tuyll [van Serooskerken](10), zoo voor hun zelven als namen hare moeder Johanna Catharina

(1) Zie Kronijk 18 Juni 1844. (2) Archief Klooster ‘Mariadal’ te Roosendaal Op 22 April 1841 heeft Petronella Verberne wettige dochter van Joannes Verberne en Hendrika Reinders geboren te Zomeren op 1 Januari 1817 het proefkleed aangenomen met de naam van Zuster Maria Seraphina van de H. Joseph en na haar Noviciaat voleind te hebben, haar beloften aan God gedaan op 20 Juli 1842 in handen van Zijn Doorl. Hoogw. J. v. Hooydonk Vicaris Apost. van Breda. Zij verbleef van 16 October 1858 tot 21 December 1877 te Aardenhout en kwam toen weer terug naar Roosendaal waar zij op 5 Januari 1887 is overleden en op het kloosterkerkhof werd begraven. (3) Josephus Majolée, geboren te Ohé en Laak 6 December 1803 als zoon van Jacobus en Agnes Smeets, priester gewijd 10 Augustus 1830 te Luik door Mgr. Van Bommel, inkleding 14 October 1836 te St. Truiden, professie 27 Augustus te St. Truiden, en aldaar overleden 7 Augustus 1885. a Hs.: Mangeld, (4) Antonius Philibertus Joannes Hengst, geboren te Boxmeer 5 December 1815 als zoon van Joannes Antonius en Maria Agatha Hoctin, priester gewijd 22 December 1838 te Oegstgeest door Mgr. van Wijckersloot, inkleding 8 September 1843 te St Truiden, professie 25 Maart 1844 te St. Truiden, overleden te Amsterdam 24 Maart 1886. (5) Carolus Janson, geboren te Eindhoven 14 October 1805 als zoon van Jacobus en Henrica van der Heijden, priester gewijd 2 April 1831 te Munster door Mgr. Von Droste - Vischering, inkleding 17 Juli 1842 te St. Truiden, professie 17 Januari 1843 te St. Truiden, overleden te 's-Hertogenbosch 15 Maart 1892. (6) Joannes Looijaard, geboren te Delfshaven (Rotterdam) 11 Augustus 1814 als zoon van Joannes en Elisabeth Joanna Scheller, priester gewijd 22 October 1837 te Warmond door Mgr. van Wijckersloot, inkleding 24 Mei 1842 te St. Truiden, professie 25 Maart 1843 te St. Truiden, overleden te Antwerpen 23 Februari 1895. b Hs.: .... (7) Zie Kronijk op 13 Januari, 15 en 19 Juli 1844. (8) Zie voor deze aankoop Abdijarchief Achel, P. DOM. DE JONG, Hoe het klooster van de H. Benedictus in Meersel begon, naar Achel werd overgebracht en drie andere kloosters stichtte, p. 16-18 (Hs, 1946) en DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 40-41. Zaltbommel, 1911; De Achelsche Kluis 1846-1946, p. 21. Achel, 1946. (9) Zie Kronijk op 25 Juni 1825. c Hs.: Jonker Diederik van Tuyll van Serooskerken. (10) Zie Kronijk op 10 Augustus 1831 (nota 4a).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen van Westreenen(11)d Douairière van wijlen den Hr Baron J.D. van Tuyll van Serooskerken(12), hunne zuster Frulle [Ursule Adèle Aurore Barones]

(11) Zie Kronijk op 23 October 1828. d Hs.: Maria Catharina van Westrenen. (12) Zie Kronijk op 23 October 1828 en 9 & 13 Juli 1843.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 114

/ Pag. 135 / van Tuyll [van Serooskerken](1) en simpelen Broeder Jonker [Karel] August [Marie Hippolyte Baron] van Tuyll van Serooskerken(2) aan den Here Pastoor van Heeze(3) en zulks ten behoeven van het klooster der Latrappen te Westmal in Belgien(4) voor eene somme van f 20.250,- gulden(5). 21 November is te Heeze door het gemeente bestuur verkogt verscheide Bunders inculte gronden voor f 1486,-(6). (1) Zie de Kronijk op 10 Augustus 1831 nota 4b. (2) Zie de Kronijk op 10 Augustus 1831 nota 4c. (3) Joannes Gast behartigde als koper de partij van Westmalle. (4) Zie voor dit klooster Geschiedenis der Abdij van Westmalle. Westmalle, 1904; P. RAPHAËL HOEDT O.C.R., Geschiedenis der Abdij van O.L. Vrouw van het H. Hart te Westmalle in vogelvlucht. Westmalle, 1947; Het Nieuwe Klooster van Cisterciënser-Zusters Onze Lieve Vrouw van Nazareth te Brecht. Westmalle, 1948. (5) De voorlopige koopacte opgesteld als gevolg van de bijeenkomst in de pastorie van Heeze is gepubliceerd in Geschiedenis der Abdij van Westmalle, p. 146-147. Westmalle, 1904. Met bijkomende rechten, etc. bedroeg de aankoop f 20981.86. Abdijarchief Achel, P. DOM. DE JONG, Hoe het klooster van de H. Benedictus in Meersel begon, naar Achel werd overgebracht en drie andere kloosters stichtte, p. 21 (Hs. 1946). (6) Koop 1 Sectie A 1610 ged. - thans bekend als Sectie A 2860 - koper Anna Maria Valens, wed. Nicasius van Werde te Sterksel - Soerendonk, voor f 40. - Koop 2 Sectie A 1547 ged. - thans bekend als Sectie A 2633 ged. - koper Antonie van Bree, landbouwer te Heeze, voor f 17. - Koop 3 Sectie A 1547 ged. - thans bekend als Sectie A 2633 ged. - koper Antonie van Bree, landbouwer te Heeze, voor f 11. - Koop 4 Sectie A 1547 ged. - thans bekend als Sectie A 3033 ged. - koper Lourens van Lith, landbouwer te Heeze, voor f 8. - Koop 5 Sectie A 1547 ged. - thans bekend als Sectie A 3033 ged. - koper Johannes Gast, pastoor te Heeze, voor f 4. - Koop 6 Sectie A 1547 ged. - thans bekend als Sectie A 3033 ged. - koper Johannes Gast, pastoor te Heeze, voor f 31. - Koop 7 Sectie A 1547 ged. - thans bekend als Sectie A 3033 ged. - koper Johannes Gast, pastoor te Heeze, voor f 21. - Koop 8 Sectie A 1547 ged. - thans bekend als Sectie A 3035 - koper Adriaan Scheepers, schoenmaker te Heeze, voor f 14. - Koop 9 Sectie B 180 ged. - thans bekend als Sectie B 186 - koper Antonie Verberne, metselaar te Heeze, voor f 52. - Koop 10 Sectie B 180 ged. - thans bekend als Sectie B 187 - koper Gerardus Deelen, timmerman te Heeze, voor f 21. - Koop 11 Sectie B 180 ged. - thans bekend als Sectie B 188 - koper Maria Smulders z.b. wed. Gerrit Libregts, voor f 21. - Koop 12 Sectie B 180 2 ged. - thans bekend als Sectie B 189 - koper Johannes Gast, pastoor te Heeze, voor f 84. - Koop 13 Sectie B 180 2 ged. - thans bekend als Sectie B 189 - koper Johannes Gast, pastoor te Heeze, voor f 85. - Koop 14 Sectie B 180 ged. - thans bekend als Sectie B 189 - koper Johannes Gast, pastoor te Heeze, voor f 40. - Koop 15 Sectie F 944 ged. - thans bekend als Sectie F 1206 - koper Francis Carolus van Bussel, bakker te Heeze, voor f 26. - Koop 16 Sectie F 944 ged. - thans bekend als Sectie F 2757, 2758 - koper Jan van den Berg, timmerman te Heeze, voor f 32. - Koop 17 Sectie F 944 2 ged. - thans bekend als Sectie F 2759, 2760, 2761, 2771 - koper Jan van Dijk, landbouwer te Heeze, voor f 80. - Koop 18 Sectie F 944 2 ged. - thans bekend als Sectie F 1785, 1786, 1787, 1788, 1789 - koper Jan Kolen, landbouwer te Heeze, voor f 70. -

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 12 December is te Someren Antonius van den Heuvel, Capellaan aldaar vertrokken naar Ooijen als pastoor, was geboren te Lieshout(7). 20 December is te Someren in plaats gekomen Leonardusa van den Heuvel, derden Heer te Oorschot, is geboortig van St. Michiels Gestel(8). Verandering in de bevolking van Someren, Heeze en Leende op

31 Dec. gebor. overl. ingek. uitgetrokkenverminderdvermeerderdBevolking 1843 1844 1844 id. op 31 Dec. 1844 Someren 2914 88 61 31 12 - 46 2960 Heeze 1814 55 32 16 44 5 - 1809 Leende 1607 35 37 15 13 - - 1607

Koop 19 Sectie F 944 2 ged. - thans bekend als Sectie F 2118, 2119 - koper Jacobus Janssen, landbouwer te Heeze, voor f 65. - Koop 20 Sectie F 944 ged. - thans bekend als Sectie F 1211 - koper Gerardus van den Berg, timmerman te Heeze, voor f 32.50. Koop 21 Sectie F 944 ged. - thans bekend als Sectie F 1212 - koper Jan van Gennip, landbouwer te Heeze, voor f 32.50. Koop 22 Sectie F 1943 ged. - thans bekend als Sectie F 1203 - koper Adriaan Jan Deelen, burgemeester te Heeze, voor f 20. - Koop 23 Sectie F 1151 2 ged. - thans bebekend als Sectie F 2064 en 2824 ged. - koper Theodorus Verbeek, kramer te Heeze, voor f 172. - Koop 24 Sectie F 1151 ged. - thans bekend als Sectie F 2821 ged. en 2162 ged. - koper Jacobus van Dijsseldonk, kramer te Heeze, voor f 186. - Koop 25 Sectie F 1151 ged. - thans bekend als Sectie F 2821 ged. en 2162 ged. - koper Jacobus van Dijsseldonk, kramer te Heeze, voor f 33. - Koop 26 Sectie F 1147 ged., 1148 - thans bekend als Sectie F 2821 ged., 2593 ged. - kopers Adriaan van den Berg, looier; Hendrik van den Berg, schoenmaker; Geertruij van Berg, wed. Willem Wijffelaars; Gerrit van Poppel, landbouwer te Heeze, ieder voor ¼ totale koopsom van f 160. - Koop 27 Sectie D 210 - thans bekend als Sectie D 1837 - koper Peter Kox, landbouwer te Heeze, voor f 72. - Koop 28 Sectie D 358 - thans bekend als Sectie D 358 - koper De Gilde van St. Joris te Heeze, voor f 40. - Koop 29 Sectie D 322 - thans bekend als Sectie D 322 - koper Martinus van den Wildenberg, smid te Heeze, voor f 70. - Totaal opbrengst der kopen f 1486. - De verkoop werd gehouden ter herberge van Jan van Dijk, landbouwer te Heeze. (7) Zie voor deze benoeming DE GODSDIENSTVRIEND, dl. XXXVI, p. 156. Gra-ve, 1836; Ibid., dl. LIV, p. 63. Grave 1845. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. V, p. 484 Antonius van den Heuvel overl. 20 Mei 1871; p. 668 noemt Antonius van der Vorst van Lierop. St. Michiels Gestel, 1876, en na hem ook TH. WELVAARTS, Zomeren naar de Archieven van Postel's Abdij, p. 53. Helmond-Turnhout, 1892. a Coppens heeft Laurentius; het Memoriaal van Someren echter Leonardus. (8) Zie voor deze benoeming DE GODSDIENSTVRIEND, dl. LIV, p. 63. Grave, 1845. Parochiearchief St. Lambertus te Someren. Memoriaal In 1844 in December is de eerwaarde Heer A. van den Heuvel, alstoen eerste kapellaan alhier, benoemd als Pastoor te Ooijen bij Oss, en is opgevolgd of benoemd tot eerste kapellaan alhier de Eerwaarde Heer Leonardus van den Heuvel, geboortig van St. Michielsgestel. L. SCHUTJES. Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. V. p. 24 & 669. St. Michiels-Gestel, 1876, en TH. WELVAARTS, Zomeren naar de Archieven van Postel's Abdij, p. 53. Helmond-Turnhout 1892, noemen hem Laurentius en terecht. Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S St. Michielsgestel 6 waar staat Laurentius filius legitimus Joannis Sebastiani van den Heuvel et Helenae Francisci Berkelmans (3 Mei 1807).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Someren 14 huwelijken, Heeze 17, Leende 13 huwelijken(9).

(9) De cijfers van deze kleine tabel zijn met betrekking tot het aantal inwoners op 31 December 1843 en op 31 December 1844 vergeleken met de opgaven van de ALMANAK VOOR DE PROVINCIE NOORDBRABAND VOOR HET SCHRIKKELJAAR 1844 EN VOOR HET JAAR 1845. Voor Someren noteert de Almanak voor 1845 als totaalcijfer 2900, doch dit is onjuist. - Aantal geboorten, overlijdens en huwelijken voor Heeze en Leende zijn juist, zodat met reden kan worden aangenomen dat het aantal voor Someren ook geheel waar is; dit laatste geldt ook voor de aantal ingekomen en vertrokken personen voor de drie gemeenten afzonderlijk.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 116

/ Pag. 136 /

Notitie van merkwaardige voorvallen in vorige cronijk vergeten te stellen, zijnde eerst later ontdekt.

1809 10 Junij sprak den Pous Pius VII de ban vloek uit tegen den Keijzer Napoleon(1). 1571 was te Someren pastoor Mathias Brants welke tevens deken van het dekanaat van Helmond was(2). 1636 was te Someren pastoor Gerardus Verdonck welke ook tevens deken van het dekanaat van Helmond was(3). 1448 was zekeren Henricus Sanders te Someren geboren, pastoor te Nederwetten, welke aldaar een stuk lands verleend of geschonken heeft om het klooster Zoeterbeek op te stichten; de eerste nonnen zijn uit het klooster van de H. Ursula te Leuven aldaar gekomen om dat klooster te bewonen(4). 1709 13 December is getrouwd te Rosmalen bij s Bosch den Heer Albert Carel Snoeckaert Heere van Heeze en Leende & [c.] met Ermgarda Gratiana Sweerts de Landas, zijnde den 19 November 1709 te s Bosch ondertrouwd(5). 1698 was schoolmeester te Leende Jan Zijne. 1704 schoolmeester te Heeze Johan van Es(6). (1) J. SCHMIDLIN, Papstgeschichte der Neuesten Zeit, dl. I, p. 97-99. München, 1933, 3ed. (2) Eerste deken van Helmond, overleden 27 April 1574. J. CUNEN, Inventaris Archief Gemeente Someren, p. 130-132. Asten, 1940. Cfr. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. III, p. 13, 28. St. Michiels-Gestel, 1872; dl. V, p. 662. St. Michiels-Gestel, 1876; TH. WELVAARTS, Zomeren naar de Archieven van Postel's Abdij, p. 20. Helmond-Turnhout, 1892. (3) Zesde deken van Helmond; hij werd in 1667 te Someren opgevolgd door Henricus Verschuren, maar bleef tot aan zijn dood in 1680 deken van Helmond. Een vóór hem benoemde pastoor van de abdij Postel (Norbertus Adriani) werd door de bevolking niet erkend. Dit bracht een strijd van een jaar mede (1635-1636). Zie voor Adriani vooral TH. WELVAARTS, Postel's biographisch Woordenboek, p. 8-9. Brecht-Tilburg, 1892. Zie voor Verdonck J. CUNEN, Inventaris Archief Gemeente Someren, p. 134-143. Asten, 1940. Cfr. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. III, p. 28. St. Michiels-Gestel, 1872; dl. V, p. 664-665 St. Michiels-Gestel. 1876; TH. WELVAARTS, Zomeren naar de Archieven van Postel's Abdij, p. 22. Helmond-Turnhout, 1892; DR. R. POST, Romeinsche Bronnen voor den kerkelijken toestand der Nederlanden onder de apostolische vicarissen 1592-1727, dl. II, p. 264-265, nr. 343. 's-Gravenhage, 1941; A. FRENKEN, Memoriaal der dorpen en parochies Gerwen, Nuenen en Nederwetten, p. 45, 185. 's-Hertogenbosch, 1948. De historische persoon van pastoor Verdonck is vrij nauwkeurig verwerkt in een openluchtspel van J. Naaykens te Hilvarenbeek. Dit spel in vijf bedrijven werd geschreven in opdracht van de Stichting ‘Someren 650 jaar stadsrechten’ en draagt tot titel ‘De Storm maakt ons sterk’ - post fata viresco -. Het werd van 29 Juni tot en met 8 Juli 1951 te Someren opgevoerd onder regie van Leo Derijks. (4) Zie voor Henricus Sanders van 1436 tot plus minus 1469 pastoor van Nederwetten als kloosterstichter A. FRENKEN, Memoriaal der dorpen en parochies Gerwen, Nuenen en Nederwetten, p. 113. 's-Hertogenbosch, 1948. Cfr. A. FRENKEN, Het Augustinessen-Klooster te Zoeterbeek (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XI, p. 175-176). (5) Zie de Kronijk voor het jaar 1732. (6) Heeze had twee schoolmeesters; een aan de Grote Kerk, een aan de Capelle. Van Es was schoolmeester en coster aan de grote Kerk van 1704 tot na 2 April 1730. Zie over hem DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 58. Zaltbommel, 1911. (Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1715 schoolmeester te Heeze...... Enten. 1733 predikant te Leende E.a van Sprang(7). 1758 predikant te Mierlo H. Voet(8)b. 1769 predikant te Leende J. Laats(9)c. 1777 predikant te Geldrop Johan Jacob Slingsbie(10). 1700 predikant te Leende H. Hermanni(11)d.

Leende van 1679 tot 27 November 1777 bevat alle stukken omtrent schoolmeester van Es en Lucretia Verseije zijn huisvrouw). a Hs.: D. (7) Elisa van Sprank, cand. bevestigd te Leende 18 October 1729 en in 1738 ontslagen, daarna wordt de gemeente van Leende tot 1757 bediend door een adjunct proponent. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 26). (8) Henricus Voet, gekomen van Lommel 12 December 1751 en overleden 14 Maart 1789. L. DEUTGEN, Naamlijst der Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 30). b Hs.: H. Voget. (9) Jacobus Laats, cand. bevestigd 3 Mei 1761, vertrokken naar Son en Breugel 3 November 1771. L. DEUTGEN, Naamlijst der Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 26). c Hs.: J. Laets. (10) Johannes Jacobus Slingsbie, cand. bevestigd 16 October 1762, overleden 2 September 1793. L. DEUTGEN, Naamlijst der Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK. Bijlage P, p. 17). Cfr. Rijksarchief 's-Hertogenbosch S Geldrop. 26, p. 11 Den 16 October 1763 ben ik Johannis Jacob Slingsbie, Adr. Fil., in de Gereformeerde Gemeente van Geldrop en Riel tot adjunct Predikant bevestigd en zijn door mij deze navolgende kinderen gedoopt. (11) Hermannus Hermanni, gek. van Urmond 1694, vertrokken naar Oerle 3 Juli 1701, aldaar overleden Februari 1724. L. DEUTGEN, Naamlijst der Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 26, 32). d Hs.: H. Hermes.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 117

/Pag. 137 / 1665 predikant tot Geldrop Theodorus van [den] Broeck(1). 1687 Voster tot Heeze Aart Willem Alberts(2).

(1) Theodorus van den Broek, cand., bevestigd 1665 en aldaar overleden 19 December 1708. L. DEUTGEN, Naamlijst der Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 17). Cfr. MR. P.C. BLOYS VAN TRESLONG PRINS, Genealogische en heraldische gedenkwaardigheden in en uit de kerken der provincie Noord-Brabant, dl. I, p. 197. Utrecht, 1924, waar hij citeert Ned. Herv. Kerk in Geldrop. In den bijbel leest men: Van de Kercke tot Geldrop den predickstoel is ghemaeckt door Hendrick Smulders Mr. Schreijnwerker tot Leende en is gherigt op Donderdaghs den 22 7ber 1679 en is de eerste predikatie daerop gehouden uijt den 28 ps. vs. 9 op den 24-7ber 1679 door D. Theod. van Broning (sic!), predikant aldaar. (2) Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze la, Hoofdlijst 1685 Mr. Willem Aelbers met zijn huisvrou met drie dochters eenen soon cleijn noch eenen soon die vorster is. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 November 1777, Ledematen der Gereformeerde Gemeente tot Heeze Aerdt de Vorster; sijn huijsvrouw Beatrix; Mr. Willem Alberts. Zie de Kronijk iets verder op 1687 en 1681.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 118

1686 18 Julij is te Heeze bij het afbranden der pastorij verbrand de meid van den pastoor Egidius vander Voort(3), genaamd Petronella Raassens(4) 1687 8 Julij is te Heeze overleden Maria van de Voort volgens notitie van den pastoor in opinie van Heiligheid(5). 1492 [11-12 October] is America of de Nieuwe Wereld ontdekt door Christophorus Columbus zijnde een Genuees, geboren te Gogoreta, zijnde alstoen in Spaanschen dienst; hij stapte aan land op het eiland Guanahami door hem St. Salvator genoemd en nam het zelve in naam van Zijn Koning Ferdinand den Catholijken van Spagnie in bezit en plante op den oever een kruis(6); de persoon welke het eerste het land uit de mast van het schip gezien heeft hiet Escobedo(7). In een oud acte boek zich bevindende in de Archieven te Someren(8) staan door den destijds bestaande stadhouder en secretaris van Someren Wolph Idelet(9) de volgende stadhouders van Someren(10) opgetekend: 1553a Joncker Bethoutb van Kessel. 1570c Joncker Jacob van Eijnhouts(11).

(3) Parochiearchief St. Martinus te Heeze, Register van de Rozenkransbroederschap Anno millesimo sexcentesimo octuagesimo sexto, decima octava die Julij, combusta est domus Pastoris de Hees, quo incendio perijt cum multis alijs liber cui.... Zie voor Egidius van der Voort de Kronijk voor het jaar 1735. (4) Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze la Liber exequiarum communitatis de Heeze 1674-1732 Petronilla Raesen combusta 18 Julii [1686] (in domo pastoris). (5) Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze la, Liber exequiarum communitatis de Heeze 1674-1732 Maria van de Voort post admirabilem et sanctissimam vitam requievit die 8 Julij circa sextam vespertinam. (6) Zie voor de problemen rondom de persoon van Columbus o.a. OOSTHOEK'S GEÏLLUSTREERDE ENCYCLOPAEDIE, dl. III, p. 784-788. Utrecht, 1918. Cfr. DR. J. PRESSER, Amerika van Kolonie tot Wereldmacht. De geschiedenis van de Verenigde Staten, p. 2-3. Amsterdam, 1949. Een van de vele kwesties welke thans vrij sceptisch bestreden wordt is zijn ontdekking van de Nieuwe Wereld. Men meent te kunnen aantonen dat Columbus het logboek met opzet vervalst heeft. Zie ook KATHOLIEKE ILLUSTRATIE, jrg. LXXXIV, p 66-69. Haarlem, 1950; DE VISSER, Columbus (KATHOLIEKE ENCYCLOPAEDIE, dl. VII, col. 637-640. Amsterdam, 1950). (7) CHRISTOFFEL COLUMBUS, Logboek 1492-1493 (Nederlands van M. BINNENDIJK-PAUW, p. 29-31. Amsterdam-Antwerpen, 1947). De eerste man die land zag was Rodrigo da Triana. (8) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Someren 90, Protocol van transporten 1626-1632. (9) Zie voor Wolph Idelet de Kronijk op 1626. (10) Hugo van Berckel en Marcus van Geruen zijn geen stadhouders van Someren geweest, wel van het kwartier Peelland. a Hs.: 1443. b Hs.: Berthout. c Hs.: 1470. (11) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Someren 90, Protocol van Transporten 1626-1632 Joncker Jacob van Eijnhouts anno 1570. L. v. MIERT S.J. & A. SASSE VAN YSSELT, De familie van Eijndhouts (TAXANDRIA dl. XI, p. 66-72, 129-136, 198-205, 226-232. Bergen op Zoom, 1904); J. HEEREN, De familie van Eyndhouts (TAXANDRIA, dl. XXXVIII, p. 284-286. Bergen op Zoom, 1931), id., Heer Jan van Eyndhouts (TAXANDRIA, dl. XLII, p. 203. Bergen op Zoom, 1935).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 1582d Hendricke Vogels(12). 1595f Jonker Hugo van Berckel, schoutet van Peelland oud omtrent 78 jaren(13). 1595g Joncker Marcus van Geruen vir prudentissimus schoutet van

d Hs.: 1482. e Hs.: Hendrik. (12) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Someren 90, Protocol van Transporten 1626-1632 Henrick Vogels anno circiter 1582. f Hs.: 1494. (13) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Someren 90, Protocol van Transporten 1626-1632 Joncker Hugo van Berckel Schoutet pelant desiit ontrent 78 jaer 1595. Hij was kwartierschout vanaf 1575 (A. FRENKEN, Iets over het kwartiersbestuur van Peelland (TAXANDRIA, dl. XXXV, p. 256. Bergen op Zoom, 1928) en blijkens acte van 22 Juni 1575 was hij 'n zoon van Nicolaas van Berckel (TIJDSCHRIFT VOOR NOORDBRABANTSCHE GESCHIEDENIS, TAAL- EN LETTERKUNDE, jrg. I, col.... Helmond, 1884). g Hs.: 1494.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 119

/Pag. 138 / Peelland obijt 1645a 2 Meij(1). Joncker Amelroy(2). 1600 Joncker Willem van Vosshuijsen(3). 1614 Joncker Johan van Kessel(4). 1615b Thomas Janssen van Hellemont(5). 1626 Wolffart Idelet Licentiaet inde Rechten(6), stadhouder(7) en secretaris van Someren(8), die in het boven aangehaalde boek(9) het volgende van Someren geschreven heeft: Someren est pagus in quo nullus ordo, sed sempiternus horror inhabitat(10).

a Hs.: 1544. (1) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Someren 90, Protocol van transporten 1626-1632 - Zie het Supplement, Aanhangsel A, n. 8 - Joncker Marcus van Geruen vir prudentissimus is in de voors plaets gecoemen als Schoutet van pelant, Anno circiter 1595, et adhuc uiuit et regit 1644, obijt 2 Maij 1645. (Officier). Ibid., Joncker Marcus van Geruen Schoutet van Peellant Ciuilis obijt 2 Maij 1645. J. HEEREN, Marcus van Gerwen (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VII, col. 467. Leiden, 1927); Cfr. A. FRENKEN, Iets over het kwartiersbestuur van Peelland, (TAXANDRIA, dl. XXXV, p. 256. Bergen op Zoom, 1928) id., Helmond in het Verleden, dl. I, p. 207. 's-Hertogenbosch, 1928; F. DE BEKKER, De families van Fleru en van Gerwen (TAXANDRIA, dl. XII, p. 172-173. Bergen op Zoom, 1905); A. VAN SASSE VAN YSSELT, De Familie van Gerwen (TAXANDRIA, dl. XLIII, p. 268. 275, 306. Bergen op Zoom, 1936); DR. W. VISSER, Van Gerwen (TAXANDRIA, dl. XLIII, p. 280. Bergen op Zoom, 1936); A. VAN SASSE VAN YSSELT, Scheepvaartverbinding tusschen Luik en 's Hertogenbosch (TAXANDRIA, dl. XLIII, p. 144-148. Bergen op Zoom, 1936); A. FRENKEN, Het Dagboek van Michaël Ophovius (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. XV, passim; DR. V. BEERMAN, Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch van 1629 tot 1648, passim. Nijmegen-Utrecht, 1940. (2) Onbekend. (3) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R. Someren 90, Protocol van transporten 1626-1632 Joncker Willem van Vosshuijsen desijt circiter 1600. (4) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R. Someren 90, Protocol van transporten 1626-1632 Joncker Johan van Kessel incepit 1600 desijt 1614. b Hs.: 1617. (5) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R. Someren 90, Protocol van transporten 1626-1632 Thomas Janssen van Hellemont successit 1615 reliquit 1625. (6) Wolphart Idelet secretaris van Someren tot 1655. J. CUNEN, Inventaris van het archief der Gemeente Someren, p. 31, n. 38 Administratiestukken van secretaris Wolphert Ideleth 1631-1655. 1 omslag. Asten, 1940; F. VAN BUSSEL, Het geslacht Ideleth en aanverwanten (TAXANDRIA, dl. XLIX, p. 123-125. Bergen op Zoom, 1942); P. CUNIBERTUS SLOOTS, Paters Idelet O.F.M., ibid., dl. XLIX, p. 192. Bergen op Zoom, 1942; G.J., Genealogische sprokkels 2. Idelet, ibid., dl. XLIX, p. 278. Bergen op Zoom, 1942. (7) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Someren 90, Protocol van transporten 1626 1632 Wolffart Idelet licentiaet in den Rechten successit 1626, qui praestitit juramentum Locumtenentiae 1o Decemb. 1628, sed antea seruiuit sine juramento fere duobus annis 1626 et 1627 W. Idelet L(oci) S(ecretarius). Primo Decemb. 1628 praestiti praetori Pelandiae Marco van Geruen juramentum als stadthouder alhier in plano judicio sed duobus prioribus annis 1626 1627 sine juramento W. Idelet L(oci) S(ecretarius). (8) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Someren 90, Protocol van transporten 1626-1632 Den XIIII Maij 1626 heeft de stadthouder mij ondergeschrevenen den eedt voorgestaeft om te bedienen de secretarie, dien ick gedaen hebbe, sij hebbe gesworen ende geloift, regt verdichijt ende getrouweheijt infra ter presentie van Niclaes Martens ende Jan Mighel Sijben schepenen Wolph. Idelet. (9) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Someren 90, Protocol van transporten 1626-1632. (10) Job. X, 22.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Expertus potest credere(11). Et ego libenter multo taedioc fatigatus, et satis edoctus de omni genere nequitiaed. Haec subscribo Wolph. Idelet L(oci) Secr(etarius) 1627.(12). Franciscus Adam van Holbach, geboortig van Dietesfelt aan de Harz(e) gewezen Heer van Heeze, had een neef, genaamd Paulus van Holbach, ten minsten had hij den naam van Holbach aangenomen, schoon men, meent hij eigenlijk zusters zoon was van F.A. Holbach; deze Holbach is die gene welke te Parijs zoo veel gerucht gemaakt heeft; dezelve is getrouwd geweest met eene dogter van den Heere Dein en daar na met des zelfs zuster; hij was te Dietesfelt koksjongen, vervolgens knegt en eindelijk Rentmeester, vandaar is hij vertrokken naar Parijs bij den broeder van zijnen Heer, die een wisselaar of Bankier was, welke hem bij zijn testament

(11) Uit de pseudo-Bernardus hymne: Jesu dulcis memoria. c Hs.: studio. d Hs.: loquitur. (12) d.i.: Someren is een dorp waarin geen orde, maar blijvende verschrikking woont. Alleen door ervaring kan men geloof hechten aan deze uitspraak. Ook ik, die erg walg en meer dan genoeg heb van al die deugnieterij, wil me gaarne met opgemelde spreuk instemmen. Zie het Supplement, Aanhangsel A, n. 9.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 120

/Pag. 139 / begunstigd hebbende, is hij na Spagnien vertrokken, waar hij eenige actien in de Zilvervloot heeft gekogt zijnde aan lagen prijs, door dien het gerucht bestond dat dezelve vergaan was, waardoor hij zijn fortuin gemaakt heeft, den titel van Baron en Ridder van het Hijlig Roomsche Rijk heeft weten te bekomen; dezelve is overleden zonder kinderen te hebben nagelaten, doch heeft zijne nalatenschap aan voorschreven zijnen neef gemaakt(1). 1710 Vorster in Leende Jan van den Borre(2)a. 1719 Vorster tot Heeze Jan Aarts(3). 1733 Predikant te Leende D. van Sprang(4)b. 1687 Vorster tot Heeze Aert Willem Alberts(5)b. 1759 Predikant te Heeze Cornelis Groen van Prinsterer(6). 1626 Pastoor tot Sterkschel de Hr Frans Jaspers, blijkt uit een transportboek

(1) Zie voor de persoon van F.A. de Holbach de Kronijk voor het jaar 1732; voor P.T. de Holbach de Kronijk 11 April 1750. De eerste vrouw van P.T. de Holbach overleed in 1754. Archief Bisdom 's-Hertogenbosch, Heeze Ia Anno 1754 18 7bris factae sunt exsequiae prenobilis Domine Basiliae Genovevae Susannae Deen, uxor praenobilis Domini D'Holbach Toparcha De Heeze et Leendt etc. - Paul Tiry de Holbach, raed en secretaris van zijne majesteit den koning van Vrankrijk, wonende te Parijs was een zoon van François Adam de Holbach. 1 Januari 1760 verkocht Paul Tiry de Heerlijkheid zoo voor zich zelve als vader en voogd van zijnen minderjarigen zoon François Paul Nicolaas Tiry de Holbach aan Jan baron van Tuyll van Serooskerken (DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 27. Zaltbommel, 1911. Reeds eerder was een poging tot verkoop van de Heerlijkheid mislukt. 12 Juli 1756 besluiten drossaard en schepenen van Heeze tot een nieuwe taxatie van de goederen van het kasteel en de geldswaardige papieren op verzoek van Heer Paulus Thiry de Holbach, wonende te Parijs, rue St. Nicaise onder de parochie van St. Germain l'Auxerrois (R Heeze 171, fol. 79v-99v); 17 Juli d.a.v. verkoop hij zijn Heerlijkheid aan Heer Jan van Oudshoorn te Rotterdam voor f 192.500 ten overstaan van schepenen van Heeze - het meubilair, waarvan een volledige inventaris wordt opgegeven, wordt berekend op f 12.500 (R Heeze 171, fol. 100r-102v); door gerezen moeilijkheden is, eveneens voor schepenen van Heeze op 26 Februari 1757 de verkoop geannuleerd (R Heeze 171, fol. 141v-142v) - Medegedeeld door de Heer H.J.M. Ebeling, archivaris der stad 's Hertogenbosch -. Zie voor de Zilvervloot S. L'HONORÉ NABOR & I. WRIGHT, Piet Heijn en de Zilvervloot. Utrecht, 1928. (2) Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777, Ledemaeten der Gereformeerde Gemeente tot Heeze Den 3 April 1711 Willem van den Borre, soon van Jan den Voster tot Leendt. a Hs.: Born. (3) Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777, Ledemaeten der Gereformeerde Gemeente tot Heeze Den 7 April 1715 tot Lidtmaet aengenomen Jan Aerts Voster tot Heeze. (4) Zie de Kronijk hiervoor op 1733. b Hs.: onnodig herhaalde notitie. (5) Zie de Kronijk hiervoor op 1687. b Hs.: onnodig herhaalde notitie. (6) Cornelis Groen van Prinsterer, cand. te Waspik, bevestigd 29 Juli 1759, vertrokken naar Uijtwijk en Waardhuijsen en aldaar bevestigd 25 Mei 1777, L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK. Bijlage P, p. 20). Cfr. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 121

te Zomeren over die tijd fol. 101(7) en pastoor te Someren Frans Janssen 1629(8). 1665 Drossaard van Heeze en Leende de Heer Jacob van Wou(9) 1677 Stadhouder tot Heeze Jan Willems(10). 1681 Willem Alberts mede schoolmeester tot Heeze(11). 1681 Johan de Jongh Drossard van Heeze Leende Zes gehugten en Geldrop(12). 1692 Willem Box schoolmeester tot Heeze(13). 1716 Predicant tot Geldrop Ds. van Noordt(14). 1794 9 Februarij is Hendrica Johanna dogter van Hendrik Kreuger en Margarieta Johanna Booms de laatste welke in de grote kerk te Heeze door de gereformeerde is gedoopt geworden(15). 1693 Predicant tot Leende Andries de Jongh(16) gehuwd met Jacoba Vlierhoorn. 1618 Secretaris te Someren [P.J.] Albers(17).

(7) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R. Someren 90, Protocol van transporten 1626-1632, fol. 101v - acte van 5 April 1626. Zie voor Franciscus Jaspers ook L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. V, p. 7. St. Michiels-Gestel, 1876. (8) Zie voor Frans Janssen of Franciscus van den Eynde J. CUNEN, Inventaris van het Archief der Gemeente Someren, p. 133 Asten, 1940. Cfr. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. V, p. 663. St. Michiels-Gestel, 1876. (9) Jacob van Wouw het laatst genoemd 25 October 1668. DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 56. Zaltbommel, 1911. (10) Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777, Ledemaeten der Gereformeerde Gemeente tot Heeze Jan Willems Stadthouder, Sijn Huijsvrouw Teuntje, Sijn oudtste Soon Jan, De oudtste dochter Anneke. (11) Zie de Kronijk hiervoor op 1687. (12) Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777, fol. 3r 1687 den 6 Julij sijn naer voorgegaene drie kerckelijke proclamatien tot ouderlingen bevestigd de Hr Johan de Jongh Drost der Vrije Grondt Heerlyckheijt van Heze ende Leende de Ses Geheuchten en van Geldrop.... Ibid., Ledemaeten der Gereformeerde Gemeente tot Heeze De Heer Drost de Jongh, Deszelfs huijsvrouw.... Anna Maria de Jongh oudtste dochter van de Hr Drossaert ende françois van Gennip.... Alida de Jongh tweede dochter van de Hr Drossaerd.... Den 7 October 1708 Johanna Catharijn de Jongh de jongste dochter van de Heer Drossaert de Jongh. (13) Onbekend. (14) Matthias van Noord, cand. bevestigd 8 December 1709, aldaar overleden 25 December 1739. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK. Bijlage P, p. 17). (15) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, S Heeze 5b, Ned. Herv. Gemeente Acten van doop 24 Oct. 1649 - 5 April 1807 1794 den 9. Februarij gedoopt in de gr. kerk, Hendrica Johanna geb. 2e Febr. Vad. Hendrik Kreuger. Moed. Margrieta Johanna Booms. Door de Raad van State was 4 Mei 1792 een request van 4 Mei 1791 goedgekeurd waarbij de leden van de gereformeerde gemeente van Heeze verzochten om de grote kerk slechts eenmaal in de maand te mogen gebruiken, en verder bij doops- en avondmaalplechtigheden voor de aldaar bij de grote kerk wonende ledematen. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Acta-Boek II, 1777, p. 49-58. Hendrica Kreuger, geboren te Heeze 2 Februari 1794 als dochter van Hendrik en Margareta Johannis Booms, was 29 November 1834 gehuwd met Paul Cleven, geboren te Deurne 18 September 1789 als zoon van Godfrid en Sibella Frenzen. (16) Andreas de Jongh, cand. beroepen Juli 1689, vertrokken naar Waalre 11 November 1693. L. DEUTGEN, Naamlijst van Hervormde predikanten in Noord-Brabant (VAN ALPHEN'S NIEUW KERKELIJK HANDBOEK, Bijlage P, p. 26). (17) Zie J. CUNEN, Inventaris van het archief der Gemeente Someren, p. 31, n. 37 Administratiestukken van secretaris P.J. Alberts, 1598-1625. 1 omslag.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 123

/Pag. 140/

De oude gereformeerde pastorie vroeger aan de Burgerlijke gemeente competeerende staande op den Ketsheuvel te Heeze, ter plaatse waar de nieuwe gereformeerde pastorie gebouwd is(1); uitgetekend zoo als die was op den 1 Mei 1839 wanneer men begonnen is die af te breken.

(1) Deze pastorie is in de tweede helft van de 18e eeuw in de nabijheid van de Kapel gebouwd, omdat de meeste kerkgangers in de omgeving van de Kapel woonden en de Grote kerk aan de Kerkhof te ver weg lag. In 1798 werd de Pastorie geschat op f 2179.-; ze was door de gemeente gebouwd en bleef ook haar eigendom. Zie verder over dit gebouw de Kronijk op 10 October 1822, 18 Maart & 25 Juli 1839. Cfr. Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Acta-Boek II, 1777, p. 52, 96, 98, 109-110, 113; en verder de Kronijk op 1654, 12 en 13 December 1823. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. VII A-VII B, VII D.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 124

/Pag. 141 /

Afbeeldzel van den H. Kruiseijk te Heeze aan de Oostzijde(1), afgetekend op den 5 April 1844. Dus tijdens dezelve geen loof of bladeren hada.

(1) Zie de Kronijk op 3 Mei 1652 en Juli 1842. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. VI A en VI B. a Door de kronijkschrijver later toegevoegde verduidelijking.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 125

/Pag. 142 / Aan de voet van de bladzijde staat volgende notitie van Franciscus van Moorsel(1):

Historia 1838(2). Konings ex 60 [notis] hab[et] 40(3). Sleegers 38(4). Van der Wee 32(5). Swinkels 00.

(1) Vanaf pag. 142 tot en met pag. 152 bevat de Kronijk van Hendrik Godefridus van Moorsel de uitslag van de prijsuitdeling der Latijnse School te Helmond, alwaar zijn broeder de Eerw. Heer Franciscus Joannes Marianus van Moorsel eerst als conrector van 1828 tot 1832, en daarna als rector van 1832 tot 1838 optrad. Dit moet dan de laatste prijsuitdeling zijn onder rector van Moorsel. Zie A. FRENKEN, Helmond in het verleden, dl. II, p. 263-270. 's-Hertogenbosch, 1929. (2) Historia - voorbereidende klas. Al de verdere aantekeningen betreffende de leerlingen van de Latijnse school te Helmond werden gaarne opgezocht door de Heer J. Heeren, stadsarchivaris van Helmond. (3) Zie voor deze Provinciaal der Paters Redemptoristen, die tevens een bekend moralist en canonist was M. DE MEULEMEESTER, C.SS.R., Bibliographie générale des écrivains Rédemptoristes, dl. II, p. 227-228. Louvain, 1935. Cfr. M. VAN GRINSVEN, Konings (Antonius) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. VI, col. 893. Leiden, 1924). (4) Zie voor deze bekende leraar aan het Theologicum der Jesuiten te Maastricht J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 199. Helmond, 1920. (5) Zie voor deze pastoor van Reusel en deken van het dekenaat Bladel J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 236-237. Helmond, 1920. Cfr. FR. M. THARCISIO HORSTEN, De Fraters van Tilburg van 1844-1944, dl. II, p 19-23 Tilburg, 1951.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 126

/Pag. 143 /

Afbeelding van het huis genaamd het varken, in 1838 wanneer het is afgebroken om de nieuwe R.C. pastorie op des zelfs plaats te bouwen het oudste huis van Helmond, zijnde het eenige dat in 1588 wanneer de graaf van Hohenloo Helmond heeft afgebrand en vernield aan de vlam niet ten prooi geworden is(1).

(1) Dit huis is in 1832 aangekocht van de familie van Hoeck, kadastraal bekend Sectie D 395, thans Sectie D 1525 eigendom van de R.K. Parochie St. Lambertus, moet een van de mooiste huizen van Helmond geweest zijn. Een copie van ‘Het Varken’ berust in het gemeentemuseum te Helmond (gecopiëerd in 1930). Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhang sel B, Helmond, nrs. I A en I B.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 127

Kronijkschrijver heeft zich in zake de brand van Helmond vergist. Graaf van Hohenlohe teisterde Helmond in 1587 Zie hiervoor A. FRENKEN, Helmond in het Verleden, dl. I, p. 74, 's-Hertogenbosch, 1928; ibid., dl. II, p. 22-24. 's-Hertogenbosch, 1929; id., De brand van kerk en stad op 4 Juli 1587 (BOSSCHE BIJDRAGEN, dl. IV, p. 218-222); TH. BOEREE, De kroniek van het geslacht Backx, p. 171. Wageningen, 1943. Zie voor de bevelhebber der Staatse troepen P. BLOK, Hohenlohe-Langenburg (Philipp graaf van) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. V, col. 239-240. Leiden, 1921). /Pag. 144/

Voorgevel van het huis bewoond door de secretarissen van Heeze(1): David van Dijk(2), Paulus Ekringa van Sprang(3), Hermanus Janssen(4), Mr.

(1) Bekend als Sectie F 311 en thans als Sectie F 2631-2633. Zie de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, VII A, VII D. (2) Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777, Ledemaeten der Gereformeerde Gemeente tot Heeze Is met attestatie van den 25. Junij 1735 tot ons overgekomen David van Dijk j.m. Overleden 25 Juni 1778. (3) Archief Hervormde Pastorie te Heeze, Kerckenboeck van Heze by Leende van 1679 tot 27 Nov. 1777, Ledemaeten der Gereformeerde Gemeente tot Heeze ao 1749 zijn met attestatie van den 26 Meij tot ons overgekomen de Hr Poulus Eckringa, Secret. dezer Heerlijkh. en Juffr. Nettje Johannes deszelfs Huisvrouw. Zie voor Paulus Eckringa DR. F. VERHAGEN, Geldrop - Economische-statistische Beschrijving van een industriëele plattelandsgemeente vanaf het begin der 19e eeuw -, p. 13. Eindhoven, 1945. En voor Paulus Eckringa als stadhouder van Peelland DR. P. BOEREN, De stadhouder van Peelland wil het nieuwjaarzingen verbieden (KERKKLOKKEN VOOR HET DEKENAAT GELDROP, 1937, nr. 1). (4) Hermanus Janssen, secretaris van circa 1779 tot ultimo December 1799. Cfr. De Kronijk op 1 Januari 1800.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 128

Hendrik van Moorsel(5) en Hendrik Godefridus van Moorsel(6), uitgetekend den 12 November 1844.

Aan de voet van de bladzijde staat volgende notitie van Franciscus van Moorsel:

Figura Minor 1838: Jan Francis Clement ex 76 [notis] totidem. Adrianus van Oorschot ex.... 64(7). Wilh. Berings 62(8). De Ruiter (Ger.) 53½(9). Adria Ceelen 52½ Casp. Heijmans 50(10). Van Dijk (Leon.) 00 minus(11).

(5) Zie voor Mr. Hendrik van Moorsel de inleiding en Kronijk op 1 Januari 1800. (6) Zie voor Hendrik Godefridus van Moorsel de inleiding. (7) Zie voor deze Franciscaan, doctor in de Oosterse talen J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 164-165. Helmond, 1920; id., Oorschot (Adrianus van) (NIEUW NEDERLANDSCH BIOGRAFISCH WOORDENBOEK, dl. V, col. 400-401. Leiden, 1921). (8) Zie voor deze wethouder en gemeente-ontvanger van Helmond J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 26. Helmond, 1920. (9) De Ruiter (Gerardus Cornelis Petrus), geboren te Utrecht 22 December 1827 als zoon van Gerardus en Helena Jacomina Boers, vertrok als geneesheer naar Indië en overleed in 1883 op de terugweg naar het Moederland. Cfr. J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 189-190. Helmond, 1920. (10) Te Helmond geboren als zoon van de Rijksontvanger aldaar. (11) Van Dijk (Leon. Hub.), geboren te Helmond 18 December 1823 en aldaar overleden 10 Maart 1878, was ongehuwd.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 129

/Pag. 146/

De toren van Leende van de Zuidweste zijde getekend den 29 Maart 1843 agter den hof of tuin van den schoolonderwijzer(1).

Aan de voet van de bladzijde staat volgende notitie van Franciscus van Moorsel:

Figura major 1838: Sanders (Aegidius)(2).

Links van de tekening staat volgende notitie van Bartholomaeus Kemps(3): In 1285 behoorde het jus patronatus van Leende aan de adelijke nonnen van

(1) Zie de Kronijk op 23 Maart 1840 en de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Leende, nrs. I A en I B. (2) Zie J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 193. Helmond, 1920. (3) Zie voor Barth. Kemps de Inleiding.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 130

Keizerbosch met de verplichting van kerk en toren te onderhouden(4). In 1474 is de kerk van Leende voltooid(5). Volgens deskundigen is de toren van ouderen datum(6). In 1648 (Munstersch Vrede) werden de geestel. goederen aangeslagen(7). Keizerbosch behield het tiendrecht met de verplichting van onderhoud van kerk en toren(8). In 1796 (Fransche Revolutie) werden de tienden verkocht; 1/3 nochtans bleef aan de kerk(9). In 1854 werd het 1/3 kerktiend verkocht aan de burgerlijke gemeente van Leende(10). In 1904 toren bouwvallig bevonden. Restauratie begonnen door fondementen te ondermetselen en het muurwerk door 30 kettingankers te versterken. Daarna restauratie gestaakt in afwachting van subsidie van rijk en provincie. Weldra is de

(4) Acte hiervan in DR. W. MEINDERSMA, De Heerlijkheid van Heeze, Leende en Zes-Gehuchten, p. 11, Zaltbommel, 1911; Latijnse tekst in F. GOETHALS, Histoire généalogique de la maison de Hornes, p. 9. Bruxelles, 1848. Zie voor Keizerbosch J. HABETS, Geschiedenis van het tegenwoordige Bisdom Roermond, dl. III, p. 676-677. Roermond, 1892. (5) Blijkens een oude steen boven het St. Josephaltaar: afgewerckt. L. SCHUTJES, Geschiedenis van het Bisdom 's Hertogenbosch, dl. IV, p. 680. St. Michiels-Gestel, 1873. (6) J. CUYPERS, De toren der kerk van de H. Petrus Banden te Leende, Noord-Brabant, p. 4-5. s.d.n.l. en VOORLOPIGE LIJST DER NEDERLANDSE DOCUMENTEN VAN GESCHIEDENIS EN KUNST, dl. X: De Provincie Noord-Brabant, p. 234. Den Haag, 1931 dateren de toren begin vijftiende eeuw. (7) Bij Plakkaat van 24 Augustus 1648. GROOT PLACAET-BOECK, dl. I, col. 1476-1477. 'S Graven-Hage, 1651. Cfr. DR. V. BEERMANN, Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch van 1648 tot 1672, p. 116-117. Helmond, 1946. (8) Keizerbosch behield het geestelijk tiendrecht over Leende (en Heeze) omdat dit klooster als tiendheffer buiten de Generaliteit was gelegen. Tegenover de geestelijke tienden stonden weleer de laicale tienden welke de Heer van Heeze toekwamen. DR. W. MEINDERSMA, Inventaris van het Archief op het Kasteel te Heeze, p. 19 B n. 26 1766 Juli 14. Mandement van maintenu en penaal van Joh. E. de Geer tegen de religieusen van het klooster van St. Nicolaas te Keizersbosch met 31 stukken tot bewijs, dat alle novalia thienden den Heer der Heerlijkheid toekomen; p. 25 B 125 1782 Nov. 13. Sententie, waarbij de Heer van Heeze wordt vrijgesproken van het onderhoud der kerk, als zijnde de tienden geene geestelijke maar laïcale tienden (met 56 bijlagen). Heeze, 1911. - Keizerbosch had te Leende wel de corentiende, welke in 1760 blijkens een tauxatie voor de collaterale successie f 11272. - waard was, maar waarop jaarlijks een last rustte van 24 mudde rogge peelse maete a twaelff vat ider mudde aen de Heer Hendrik de Kempenaer Rentmeester der geestelijke goederen over den Quartier van Peeland, ijder mudde door den ander jaarlijx gerekent op twaelff gulden tien st., dus over de vier en twintig mudde drie hondert gulden. De 40e penning bedroeg derhalve f 94-6-. (Deze belasting werd opgebracht eenmaal in de 33 jaar en 3 maanden). Zie voor de cijfers van de korentiende Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 239, Protocol van taxatiën voor de collaterale successie 1751-1762, fol. 321v-322v. (9) De Religieuzen van Keizerbosch verkochten op eigen gelegenheid in 1796 de tienden aan Peter van Oorschot te Boxtel. In 1798 waren deze tienden reeds in verschillende handen. Het 1/3 dat aan de kerk bleef zal wel de zogezegde pastoorspacht zijn geweest. Zie voor dit alles Parochiearchief Leende, Allerlei bescheiden van het Bisdom en van de Gemeente Leende, p. 11-23. (10) Het Kerkbestuur besloot de kerktienden aan de Burgerlijke gemeente te verkopen voor de som van 9250 gulden. Parochiearchief Leende, Allerlei bescheiden van het Bisdom en van de Gemeente Leende, p. 23.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen subsidie toegestaan namenlijk f 20.000 door het Rijk en f 7.000 door de Provincie; de restauratie is toen hervat en voltooid in 1909(11).

(11) Zie hiervoor J. CUYPERS, De toren der kerk van de H. Petrus Banden te Leende, Noord-Brabant, 11 p. s.l.n.d. Cfr. MEIERIJSCHE COURANT 22 April 1905.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 131

/Pag. 147/

De toren en kerk van Leende van de Noordzijde te zien, uitgetekend in het jaar 1843 staande tegen de tuijn van Doctor J.J.B.J. de La Geneste(1).

(1) Jacobus (Josephus) Joannes Baptista de la Geneste, gedoopt te Tilburg 19 Maart 1809 als zoon van Jacobus Vincentius en Joanna Josepha de Laure, te Leende overleden 4 Mei 1872, was 18 Januari 1835 te Leende gehuwd met Maria Catharina Koppen, geboren te Leende 15 Februari 1811 als dochter van Andries en Henrica Joppen, aldaar overleden 22 December 1886. - 19 Januari 1836 wordt de la Geneste aangesteld als dorpsdoctor voor 100 gulden 's jaars; hij noemde zich Medicinae doctor, genees- en heelmeester en was in het bezit van het diploma van de senaat der Hoge school van Leiden van 29 Maart 1832, en van dat van genees- en heelkunst van de geneeskundige commissie te 's-Bosch den 18 Mei 1831. Gemeentearchief Leende, Deliberatien der gemeente 1828-1840, fol. 121r-122v; cfr. PROVINCIAAL BLAD VOOR NOORD-BRABAND, 1836, nr. 8, p. 7 & 12; ibid., 1837, nr. 16, p. 11 - Woonhuis nog steeds bekend als sectie A 1358 (eigendom van Maria Mechtildis Simkens, B 15, Leende).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 132

Links van de tekening staat volgende notitie van Bartholomaeus Kemps. Op de grootste thans in 1902 bestaande torenklok te Leende(2) staat het volgende opschrift:

DEN - TOORN - STOND - IN - BRANT WIJ - MOSTEN - 'T - HAEST - BESUEREN WIJ - SYN - WEEROM - IN - STANDT DEN - TOORN - BLYFT - IN TRUERENa HERSTELT - HEM - GODES - HANT WY - SLAEN - VEEL - BLYDER - VEREN

J.b Roijaerts, W. Cissen, H. Bruijn (sic) en I. van Velthoven, J. Daemsc en P. Wouters, Borgem. 1699(3). Op de kleine klok(4): A. Baxd en A. Coppene Kerckmeesters(5)f. W. van Pelt, J. van Mol (sic) en T. Smulders Armm. 1699(6).

(2) Gegoten door Alexis Julien in 1699; diameter 110 cm.; gewicht 830 kilo (Gemeentearchief Leende, Schrijven van 12 Januari 1943 over het vorderen der kerkklokken). Zie Kronijk 7 April 1699, n. 5. a Hs.: Standt. b Hs.: T. c niet in Hs. (3) Borgemeesters van Leende (St. Marten 1698 - St. Marten 1699) als zodanig beëdigd 26 November 1698) van de Strijperstraat Jacob Roijaerts en Willem Marten Cissen (wegens ongesteldheid van Marten Cissen); van de Leenderstraat Hendrick Bruijnen en Jan Leenaert van Velthoven; van de Oisterickerstraat Peeter Joost Wouters en Joost Hendrick Daems (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 13 (26 November 1698) en R Heeze 151, fol. 109v (8 Mei 1699) en fol. 113r (29 Mei 1699) - Mededeling van de Heer J.P.H. Goossens te Vlijmen -. (4) Gegoten door Alexis Julien in 1699; diameter 100 cm., gewicht 620 kilo (Gemeentearchief Leende, Schrijven van 12 Januari 1943 over het vorderen der kerkklokken). Zie ook voetnoot 2. d Hs.: A. Brox. e Hs.: H. Coppen Brox. (5) Nadere gegevens mij niet bekend. f Hs.: RI. (6) Armmeesters van Leende (beëdigd Maart 1699) Jan Corsten van Moll ende Willem van Pelt (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 13 (Maart 1699). Anthonis Smeulders of Smulders waarschijnlijk identiek met T. Smulders komt voor in 1698 (Rijksarchief 's-Hertogenbosch, R Heeze 13 (3 September 1698 en 8 October 1698) - Mededeling van de Heer J.P.H. Goossens te Vlijmen -.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 133

/Pag. 148/ Aan de voet van de bladzijde staat volgende notitie van Franciscus van Moorsel:

Grammatica 1838 Van den Anker 70 68¼ Brouwers 70 67½ Clercx 70 67½(1). Van Brussel (God.) 70 59½(2). Van Nieuwstadt 70 59¼(3).

(1) Ferdinand Adriaan Clercx, geboren te Neerpelt 29 September 1823 (z'n moeder woonde als weduwe te Helmond), priester gewijd 29 Mei 1847, professor aan het Grootseminarie te Haaren 1854, pastoor te Veghel 1870, deken van het dekenaat 1877, overleden 22 Januari 1896. Of z'n broer Felix Ant. Clercx, geboren te Neerpelt 29 Maart 1825, priester gewijd 25 Mei 1850, kapelaan te St. Oedenrode 1852, eerste pastoor te Seitaart (bij Veghel) 19 April 1872, aldaar overleden 16 Februari 1886. Of z'n broer Joseph Herm. Clercx, geboren te Weert 29 Augustus 1813, te Helmond overleden 7 Januari 1859, ongehuwd. De gebroeders Clercx zijn zonen van Joannes Waltherus en Anna Catharia Keunen. (2) Godefridus van Brussel, geboren te Helmond 15 December 1813 en aldaar overleden 20 Maart 1878. Circa 1845 gehuwd en van beroep bakker. J. HEEREN, Biographisch Woordenboek van Helmond, p. 52-53. Helmond, 1920. (3) Wellicht een Helmondenaar.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 134

/Pag. 149/

De oude toren aan het Kerkhof te Heeze langst de Oostzijde te zien zoo als dezelve stond op den 22 Maart 1843(1)

(1) Deze toren werd in 1852 gesloopt. De situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Heeze, nrs. I A-I B. Zie verder de Kronijk op 1 November 1837.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 135

/ Pag. 150 / Aan de voet van de bladzijde staat volgende notitie van Franciscus van Moorset:

Syntaxis 1838 Van der Wee(1) ex numero notarum 94 Septuaginta octo. Swinkels(2) ex notis 94 habuit 40.

/ Pag. 151 /

Bij transpt van 9 Februarij 1839 gepasseerd voor den Notaris van Riet, resideerende te Someren, aan de hervormde gemeente aangekomen. Voorgevel der oude hervormde Pastorie door Hervormden van de Burgerlijke gemeente aangekogt in 1839, Zuidwaards van de straatzijde te zien, afgebroken in 1840 ten einde eene nieuwe op de plaats te bouwen te Someren(1).

(1) Zie de aantekeningen bij Historia 1838, n.5 (2) Zie Historia 1838. (1) Zie de Kronijk op 23 Januari 1840. De situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Someren, nrs. II A-II B.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 136

/ Pag. 152 /

Voorgevel van de schuurkerk of strooijekerk, Oostwaards aan de zeide van de straat of algemeenen ingang, te Heeze(1)

Aan de voet van de bladzijde staat volgende notitie van Franciscus van Moorsel:

Poesis 1838 H. Sleegers(2) ex notis 96 habuit 74 ½. A. Konings(3) ex 96 74 ½.

(1) Zie de Kronijk voor het jaar 1780, 9 September 1828, 21 October 1833, 10 Januari & 18 September 1834. De situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B. Heeze, nrs. IIA-II D. (2) Zie de aantekeningen bij Historia 1838, n. 4. (3) Zie de aantekeningen bij Historia 1838, n. 3.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 137

/ Pag. 153 /

Achtergevel van de strooije kerk te Heeze aan de zijde der oude Pastorie westzijde(1).

(1) Zie de Kronijk op 26 April, 22 Juli 1820, 5 September 1822, 30 November 1843 & 17 November 1844.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 138

/ Pag. 154 /

De oude schuurkerk te Heeze - gebouwd in 1780 en afgebroken in het jaar 1834 - van de Noordzijde te zien zoo als dezelve bestond bij het afbreken; hebbende bij verkoop opgebragt circa f 800,-(1); dezelve was gebouwd door de timmerlieden Jan Godefridus Deelen en Willem Smulders in 1779-1780(2), doch de grote vengsters aan beide zijden van het altaar zijn later onder Pastoor Beckers daarin gemaakt, wijl tijdens de bouwing het niet was toegelaten hoge vengsters in R.C. kerken te mogen stellen; de grote der ramen waren bij de wet aangewezen(3).

(1) Zie de Kronijk op 18 September 1834 en de aantekening op de maanden September en October van genoemd jaar. (2) Zie de Kronijk voor het jaar 1780. (3) De houten bolcosijnen waren hoog en breed vijf en een half voet buitenkants. Parochiearchief St. Martinus Heeze, Port IV De bouw van de schuurkerk van 1780.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 139

Aan de voet van de bladzijde staat volgende notitie van Franciscus van Moorsel:

SCHEMA DISTRIBUTIONIS PRAEMIORUM IN RHETORICA ANNO 1838 17 AUG.(4) Heijnen cum notis ex Centum et decem Octoginta quinque.

/ Pag. 159 /

De oude schuurkerk te Someren afgebroken in het jaar 1829 van de Noord zijde te zien, doch zijnde noch eene vierkante en eene ronde raam langer als die hier is vertoond(1).

(4) Het aantal leerlingen van de Latijnse School te Helmond bedroeg in 1838 18 leerlingen. PROVINCIAAL BLAD VOOR NOORD-BRABAND, 1839, n. 107, p. 40. (1) Zie voor deze schuurkerk J. CUNEN, Inventaris van het Archief der Gemeente Someren, p. 143-147, en verder de Kronijk 10 April, 23 April, 3 Mei, 29 Juni 1829 en de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Someren, nrs. III A en II B.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 140

/ Pag. 160 /

Voorzijde der oude school te Heeze aan de Grote Kerk in den jare 1840 afgebroken(1).

(1) Zie de Kronijk op 4 October 1839, en de situatietekeningen in het Supplement, Aanhangsel B, Someren, nrs. III A en II B.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 141

Supplement

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 143

(Aanhangsel A: Afbeeldingen en kaartwerk)

Provinciaal Archief PP. Capucijnen 's-Hertogenbosch n. 1 Grote Kerk aan de Kerkhof te Heeze in 1790 Volgens tekening van Hendrik Verhees

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 144

Provinciaal Archief PP. Capucijnen 's-Hertogenbosch n. 2 Kapel te Heeze in 1790 Volgens tekening van Hendrik Verhees

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 145

n. 3 R.K. Kerk te Heeze van 1833 (Waterstaatsstijl)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 146

n. 4 Gedenksteen van de brand op de Rul te Heeze in 1793

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 147

Provinciaal Archief PP. Capucijnen 's-Hertogenbosch n. 5 Kerk te Leende in 1790 Volgens tekening van Hendrik Verhees

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 148

Provinciaal Archief PP. Capucijnen 's-Hertogenbosch n. 6 Grote Kerk te Someren in 1802 Volgens tekening van Hendrik Verhees

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 149

n. 7 R.K. Kerk te Someren van 1829 (Waterstaatsstijl)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 150

Rijksarchief 's-Hertogenbosch n. 8 Pagina uit R Someren 90

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 151

Rijksarchief 's-Hertogenbosch n. 9 Pagina uit R Someren 90

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 152

Provinciaal Archief PP. Capucijnen 's-Hertogenbosch n. 10 Kerk van Geldrop in 1803 Volgens tekening van Hendrik Verhees

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 153

n. 11 De oude parochiekerk te Woensel in 1800 Pentekening H.N. Ouwerling (1862-1932)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 154

Parochiearchief St. Oedenrode n. 12 De Heerlijkheid Heeze c.a. (Hs.A.C. Brock, De Stad en Meierij van 's Hertogenbosch, afd. II)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 155

Parochiearchief St. Oedenrode n. 13 De Vrijheid Someren (Hs. A.C. Brock, De Stad en Meierij van 's Hertogenbosch, afd. II)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 156

n. 14 Plattegrond van Heeze volgens de gemeente-atlas van J. Kuijper (c. 1870)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 157

n. 15 Plattegrond van Leende volgens de gemeente-atlas van J. Kuijper (c. 1870)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 158

n. 16 Plattegrond van Zes Gehuchten volgens de gemeente-atlas van J. Kuijper (c. 1870)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 159

n. 17 Plattegrond van Someren volgens de gemeente-atlas van J. Kuijper (c. 1870)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 160

(Aanhangsel B: Situatietekeningen)

HEEZE IA Grote Kerk, Pastorie en School aan de Kerkhof omstreeks 1828 Verklaring Sectie D 710 kerkhof 711 kerk 712 toren 1013 school 1014 schoolplaats 1019 pastorie

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 161

HEEZE IB Tegenwoordige toestand aan de kerkhof (1950) Verklaring Sectie D 1632 kerkhof 1633 id. en lijkenhuisje 1772 Wed. J. van der Kruis 1774 M. Scheepers

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 162

HEEZE IIA Schuurkerk van 1780 en naaste omgeving omstreeks 1828 Verklaring Sectie F 378 bouwterrein kerk 1833 381 pastorie van 1819 433 Deelen 434 pastorie van 1686 436 schuurkerk van 1780

HEEZE IIB Kerk van 1833 Verklaring Sectie F 1126 kerk 1127 oude sacristie (deel van de schuurkerk)

HEEZE IIC Kerk en toren in 1854 Verklaring Sectie F 1318 kerk en toren 1319 oude sacristie (deel van de schuurkerk)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 163

HEEZE IID Tegenwoordige kerk met omgeving (1950) Sectie F 2380 kerk, pastorie, liefdehuis, school, enz.

HEEZE III Ligging van de verdwenen St. Jobskapel Verklaring Sectie D 1159 Th. van der Kruis

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 164

HEEZE IVA Geboorteplaats van St. Nicasius omstreeks 1828 Verklaring Sectie A 533 H. Renders (Zesgehuchten)

HEEZE IVB Geboorteplaats van St. Nicasius op heden Verklaring Sectie A 2974 P. van Bree

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 165

HEEZE VA Kapel en omgeving omstreeks 1828 Verklaring Sectie F 271 kapel 272a gevangenis 276 ‘De Zwaan’ 288 rentmeestershuis 326 school

HEEZE VB Kapel en omgeving op heden Verklaring Sectie F 2402 huis Hoofd Openbare School 2412 kapel 2449 ‘De Zwaan’ 2486 H. van Gennip

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 166

HEEZE VIA Situatie der Kruisboom omstreeks 1828 Verklaring Sectie F 36 gemeente Heeze

HEEZE VIB Toestand op heden Verklaring Sectie F 2053 gemeente Heeze

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 167

HEEZE VIIA Omgeving Gemeentehuis omstreeks 1828 Verklaring Sectie F 297 A. Deelen 304 A. Deelen 309 van Moorsel (waterpoel) 310 van Moorsel (tuin) 311 van Moorsel (secretarishuis) 312 hervormde pastorie van 1778 313 hervormde pastorie (tuin) 388 terrein waar later gemeentehuis en school zullen verrijzen

HEEZE VIIB Verbouwing hervormde pastorie Verklaring Sectie F 1136 hervormde pastorie en nachtegaal 1137 hervormde pastorie (tuin)

HEEZE VIIC Gemeentehuis en school Verklaring Sectie F 1309 gemeentehuis 1311 school

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 168

HEEZE VIID Omgeving Gemeentehuis op heden Verklaring Sectie F 297 - 2389 H. Boelens 2390 J. Tausch 2391 A. van Schalen 304 - 2369 J. Huijbregts 310 & 312 - 2529 Vullinghs 2631 Vullinghs 2632 S. Teeuwen c.s. (Tegelen) 2633 Vullinghs 2635 Vullinghs 313 - 2340 M. Vera 2341 Wed. M. Schepers van Kampen 2342 A. Bosmans 388 - 2247 R.K. Kerk St. Martinus 2385 Gemeente Heeze

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 169

LEENDE IA R.K. Kerk met omgeving omstreeks 1828 Verklaring Sectie A 1358 doktershuis 1363 Adriaan Pompen 1364 kerkhof 1365 kerk 1374 school en schoolhuis

LEENDE IB Toestand op heden Verklaring Sectie A 1358 M. Simkens 2926 kerk, kerkhof en pastorie 2976 W. van Engelen (1374 ged.)

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 170

SOMEREN IA Grote Kerk omstreeks 1828 Verklaring Sectie A 860 kerk 861 kerkhof 862 toren

SOMEREN IB Toestand omstreeks 1860-1870 Verklaring Sectie A 1612 priesterkoor 1614 kerkhof

SOMEREN IC Tegenwoordige situatie Verklaring Sectie A 2298 kerkhof en lijkenhuisje

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 171

SOMEREN IIA Omgeving hervormde pastorie omstreeks 1828 Verklaring Sectie A 1034 pastorie (tuin) 1035 pastorie 1036 pastorie (tuin) 1050 school 1051 schoolhuis

SOMEREN IIB Huidige toestand Verklaring Sectie A 1188 pastorie 1189 pastorie (tuin) 1616 weiland 2014 kerk en erf 2093 H. Gerretsen

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 172

SOMEREN IIIA Toestand R.K. Kerk omstreeks 1828 Verklaring Sectie B 1316 pastorie 1331 kerk 1332 kerkplaats

SOMEREN IIIB Toestand op heden Verklaring Sectie B 2662 kerk, pastorie, enz. 2896 confectiefabriek, verenigingsgebouw

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 173

GELDROP IA Oude Kerk en omgeving omstreeks 1828 Verklaring Sectie B 367 pastorie (tuin) 386 pastorie 602 kerkhof 603 kerk

GELDROP IB Tegenwoordige kerk en pastorie Verklaring Sectie B 1195 kerk 1196 pastorie en tuin

GELDROP IC Waar eens de pastorie lag.... Verklaring Sectie B 2212 Ziekenhuis, enz.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 174

HELMOND IA Situering van Huize ‘Het Varken’ omstreeks 1828 Verklaring Sectie D 395 H. van Hoeck

HELMOND IB Toestand op heden Verklaring Sectie D 1525 pastorie en tuin der St. Lambertusparochie

WOENSEL IA Oude toren en kerkhof omstreeks 1828 Verklaring Sectie E 828 oude toren 829 kerkhof

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen WOENSEL IB Oude toren en kerkhof op heden Verklaring Sectie L 336 toren en kerkhof

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 175

(Aanhangsel C:) Aanvullende nota's

Joannes Haseldonck, die sedert 4 Augustus 1656 pastoor te Heeze was(1), werd 12 Augustus 1666 bij stemming aangesteld tot biechtvader van het klooster Maria-Schoot te Ommel(2), alwaar hij 30 December 1672 kwam te overlijden(3). Aegidius of Dielis van der Voort, die van 1680 tot 1728 te Heeze de pastorele bediening heeft uitgeoefend(4), overleed te Heeze en werd er in 1735 in de grote kerk begraven(5). Joannes Spirincx, die als opvolger van Aegidius van der Voort 31 December 1731 de weg der ballingschap moest opgaan(6), werd in 1739 biechtvader van het klooster Maria-Schoot, dat in 1732 naar Nunhem was overgebracht(7), en overleed er 31 Juli 1750(8).

(1) Zie Kronijk voor het jaar 1655. (2) Rijksarchief Maastricht, Memorieboek van het klooster Maria-Schoot te Nunhem, 1626-1827, p. 71 Naer desen is met de meeste stemmen gecosen tot bichtuader den 12 Augusti 1666 den Eerw. Heer Joes Haseldonck hebbende als mede hulper den boven schreven confesseur om de gemeijnte te dienen te voren geholpen ontrent een half jaer. - Genoemd Memorieboek van het klooster Maria-Schoot te Nunhem zal binnen afzienbare tijd opgenomen worden in de Bossche Bijdragen -. (3) Rijksarchief Maastricht, Memorieboek van het klooster Maria-Schoot te Nunhem, 1626-1827, p. 151 Anno 1672 den 30 December is seer godtvruchtelijck ghewapent sijnde met de leste Sacramenten inden Heer ouerleden den seer eerw: pater confessarius mijn heer heer Joannes Haeseldonck die met veel goede exempelen en stichtbaer leuen de religieuse conventualen van omel vanden derden regel St Francisci heeft gedient den tijt van seuen jaeren. Eenighe iaeren voor sijn doodt oock aengenomen hebbende den derden regel van St Franciscus ende seer volcomenlijck beleeft requiescat in pace. Cfr. ibid., p. 71. (4) Zie Kronijk voor het jaar 1735. (5) Rijksarchief 's-Hertogenbosch, Heeze, Kerkrekening 1731-1736 Volgt den ontfangh van de lijken die in de kerk begraven sijn: 1735 D'Heer Dielis vander Voort f 6-0-0. (6) Zie Kronijk voor het jaar 1731. (7) Rijksarchief Maastricht, Memorieboek van het klooster Maria-Schoot te Nunhem, 1626-1827, p. 75 Naer de aflijvigheijt van den boven gemelden pater rector, is in sijn plaets voor bicht vader, ende voor pater rector met versoeck ende met de gehele stemme van de hele gemijnte den eerw. Heer Mijn Heer Joannis Spierincx werlijcken prister en heeft posessie genomen den 24 junius 1739: met volle macht en wel believen van onsen eerwerdige oversten den groten ficarius van ons bisdom van Luijck. (8) Rijksarchief Maastricht, Memorieboek van het klooster Maria-Schoot te Nunhem, 1626-1827, p. 75 Den seer eerw. Heer Jannius Spirincx is ouerleden den 31 julius int jaer 1750 in ons clooster maria schoot nu tot nuhem int graafschap horne den welken ons heeft bedient voor pater rectoor in alle lof en eerbiedigheijt godts den tijt van 11 jaeren.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 177

Register van persoons- en plaatsnamen

De namen, voorkomend in de overlijdenslijsten voor de jaren 1627 (p. 8). 1633 (p. 9-10) en 1636 (p. 11), zijn niet opgenomen. De gecursiveerde cijfers verwijzen tevens naar biografische gegevens.

A.

Aa (Grote), 37, 61, 62, 63. Aa,(Kleine), 106, 107. Aa, (Sterkelse), XII, 61, 107. Aalst, 50, 55. Aalster Hut, 59, 83. Aardenhout, 113. Aarle-Rixtel, 18, 65, 66, 67, 112. Aarts, J. (vorster), 120, 121. Abbekerk, 26. Achel, 60, 64, 108. Achel, abdij, zie: Achelse Kluis. Achel, pastoor, zie: Bungeners, H.B. Achelse Kluis, XI, 29, 43, 64, 113. Adriaan VI (paus), 3. Adriaan Florisz. van Utrecht, zie: Adriaan VI (paus). Adriani, N. (pastoor), 117. Adrians, A. (kerkmeester), 19. Afrika, 98, 104. Ajaccio, 27. Albert Eduard, zie: Eduard VII. Albers, P.J. (secretaris), 121. Albert van Pruisen, 61, 62. Alberts, W., 121. Alberts, A.W. (vorster), 117, 120. Albrecht van Pruisen, zie: Albert van Pruisen.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Algiers, 52. Algiers, bisschop, zie: Dupuch, A.-A. Alphen, A. van (vicarius apostolicus), 34, 55-56, 57. Amelroy, - (stadhouder), 119. Amerika, 118. Amsterdam, 18, 44, 61, 64, 89, 108. Angeren en Loo, 21. Angouléme: Angouléme, hertog, zie: Bourbonn L.A. de. Anker, - van den, 133. Anna, echtg. Neppen, A., 7, 9. Ansems, R., 71, 72. Anthony, F. (vorster), 14. Antwerpen, 17, 34, 48, 58, 65, 73. Arduenna, zie: St. Hubert. Arenenberg, 81. Arnhem, 80. Asbeek, F.M.W. Baron van, 62. Asten, XIV, 56, 59, 67, 76, 78, 83, 85, 97, 100, 107, 112, 113. Asten, pastoor-deken, zie: Kemps, B. Asten, kapelaan, zie: Raymakers, J.B. 111, 112. Asten, A.M. van Asten, Chr. van 105, 106. Asten, H. van, 59, 60. Asten, J. van (kapelaan), 67. Asten, J. van 15. Asten, J. van 97. Asten, W. van, 98. Asten, J. Michielsen van, 21. Asten en Ommelen (heerlijkheid), 75, 76. Attevelt, G., XVII. Augustinus (H.), 98. Autun:

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Autun, bisschop, zie: Talleyrand-Périgord, Ch.-M. Averbode, XIII, 102. Azië, 104.

B.

Baart, H. van den, 102. Balveren, W.E.J. Baron van, 75. Bakel, 35. Bastiaen, J.G., 95, 96. Batmer, H.J., 30. Bax, A., 37. Bax, A, (assessor), 102. Bax, A. (kerkmeester), 132. Bax, Adr., 96. Bax, W. (kapelaan), 43, 64. Bax, P. J., 21. Beauharnais, Hortence de, echtg. 81. Lodewijk Napoleon, Beckers, Adr. (pastoor), 33, 34, 138. Beek en Donk, 37. Beels (Neels?),Mr. J., 21. België, XI, XX, 56, 58, 59, 71, 75, 78, 92. Bénévent: Bénévent, prins, zie: Talleyrand-Périgord, Ch.-M. Benthem, J. van (predikant), XXI. Berckel, H. van (schout), 118. Berg, H.E. de, 75, 76. Berg, J. de (notaris), 76. Berg, G. van, wed. Wijffelaars, W., 115. Berg, A. van den, 115. Berg, H. van den, 87. Berg, H. van den (assessor), 16, 102. Berg, Hendrik van den, 115.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 178

Berg, H.A. van den, 89. Berg, J. van den, 50, 70, 87, 115. Berg, J. van den (ontvanger), 72, 73, 100, 102. Bergeijk, 85. Bergen op Zoom, 71. Berings, W., 128. Berkelmans, C. (pastoor-deken), XI, XXI. Berlijn, 90, 103, 104. Besoye, A., echtg. Sterk, J., 22. Besoyen, 76. Best, 57, 63. Beijnen, H.M. (schoolmeester), 74, 75. Beugels, H.J. (pastoor-deken), 65. Bilderdijk, W., 61. Blaarthem, 32. Bladel, XVIII. Bladel, deken, zie: Wee, Fr. Fr. L. van der. Bladel, pastoor, zie: Kemps, B. Blanckendael, N.D. (secretaris), 26. Block, J. (predikant), 21. Bluijssen, Fr., 21. Bluijssen, J. 21. Boelens, H., 168. Bogaerde van ter Brugge, A.J. Baron van 53, 94. den (gouverneur), Bogaers, H.C., 89. Bogstra, J., 66. Bommelerwaard, 43. Bona, 98. Bonaparte, 27. Bonaparte, zie: Lodewijk Napoleon. Bonaparte, zie: Napoleon.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Boom, W. van der, 63. Booms, M.J., echtg. Kreuger, H., 121, 122. Boreel, Jhr. W.F., 69. Borght, Fr. van den (pastoor), 18, 19. Borre, J. van den (vorster), 120, 121. Borret, A.J.L. (gouverneur), 94, 112. Bosmans, A., 168. Bosmans, J.B., 96. Bosmans, J.M., 96. Bossy, Andr., 44, 103, 109. Bouches du Rhin, zie: Rijnmonden (Departement). Bourbon, L.-A. de (hertog van 110. Angouléme), Boutens, A. (pastoor), 25, 26. Bouvy, A.N., 77. Bowier, M. (commissaris), 35. Box, A. (schoolmeester), 20, 22. Box, W. (schoolmeester), 121. Boxmeer, 78. Boxtel, 130. Boxtel, vicarius apostolicus ad interim, zie: Wijs, Fr. de. Boxtel, Willem van (heer van XII. Grevenbroeck), Braband (hertogdom), 7. Braband, hertog, zie: Jan. Braband (Bataafs), 30, 31. Braband (Bataafs), landdrost, zie: Court, P.E.A. de la. Braband (Generaliteit), 15. Brabant (Provincie), zie: Noord-Brabant. Brandwijck, C. van, echtg. Hoeven, G. 26. van der, Branten, Ant., echtg. Collard (Collaart), 79. M., Branten, G., 79.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Branten, Gov., echtg. Kieken, J., 79. Brants, M. (deken), 116. Brazier, P., 23, 26. Breda, 28, 65, 103. Breda, pastoor-deken, zie: Hooijdonk, J. van (bisschop). Bree, A. van, 5. Bree, A. van 115. Bree, P. van, 5, 164. Breekerveld, J. (predikant), 21. Breugel, 32. Broeck (ook: Truijens), J. van den 7, 12. (pastoor), Broeck (ook: Truijens), Th. van den 20, 117. (predikant), Broek, P. van den, 76. Broeq, zie: Broeck, Th. van den. Brouwers, -, 133. Brugh, J. van den (predikant), 20, 21. Brugghen van Croij, Jhr. -, 48. Brussel, 17, 53, 70. Brussel, voorsteden, zie: Etterbeek, Sint-Joost-ten-Noode. Brussel, nuntius, zie: Bussy, J.B. de. Brussel, G. van, 133. Bruijnen, H. (borgemeester), 21, 132. Buchner, J.C., 73. Budel, 42, 55, 61, 66, 69, 97, 101, 106. Bull, A. (pastoor), 3, 4. Bull, J. (schepen), 21. Bungeners, H.B. (pastoor), 42. Bungeners, P.A. (geneesheer), 42. Buonaparte, zie: Bonaparte. Burg, D. van der, 78. Burgers, W. (pastoor), 83. Buskens, L. (schoolmeester), 74.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Bussel, Fr. C. van, 115. Bussel, H. van, 78. Bussy, J.B. de, (nuntius), 24.

C.

Caillieux, M.A., echtg. Chenevaz, M., XVII. Callenfels, P.W. (predikant), 22. Camp, M.F. van (bisschop), 34. Campen, A.T. van, 81. Cappellari, B.A., zie: Gregorius XVI (paus). Castiglioni, Fr. X., zie: Pius VIII (paus). Castrop, H. van, 57. Cathalijn, wed. Bluijssen, J., 21. Ceelen, A., 128. Chassé, D.H., 65. Chenavaz, M., XVII.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 179

Cherbourg, 89. Chersonesus, zie: Laurent, J. Th. L. (bisschop). Cissen, M. (borgemeester), 132. Cissen, W.M. (borgemeester), 132. Clercx, F.A., 133. Clercx, Ferd. Adr., 133. Clercx, J.H., 133. Clement, J. Fr., 128. Clerx, J. Fr., 20, 21. Clotho, 9. Cocheret, J.D. (predikant), 41. Cocx, J. (schepen), 21. Collard, M., 79. Collaard, zie Collard, M. Columbus, Christoforus, 118. Commelin, Christoforus (notaris), 108. Coovels, L., VIII. Coox, W. (kerkmeester), 19. Coppen, A. (kerkmeester), 132. Corsica, 27. Cort Heijligers, G.M., 57, 59, 60, 63, 69. Court, P.E.A. de la (landdrost), 33. Cox, M.H. (burgemeester), XXII. Cox van Sprengler, J., 70. Crevecoeur, 18. Cromvoirt, 36, 98. Curium, zie: Wijckersloot, C.L. Baron van (bisschop). Cuijck, - van, 15.

D.

Daems, J.H. (borgemeester), 21, 132.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Dalenoort, J., 24. Damen, L., 108. Dapper, J., 65, 66. Dardanellen, zie: Dardanië. Dardanië, zie: Hooijdonk, J. van (bisschop). Daris, L., 85. Davids, L., 30, 31. Deelen, A.J. (burgemeester, schout), 16, 39, 40, 58, 59, 68, 70, 71, 87, 95, 102, 103, 108, 115, 162, 167. Deelen, G., 90, 115. Deelen, H., 43, 46. Deelen, Jan Dries, 7, 9. Deelen, Jan Godefr., 27, 28, 138. Deelen, Wed. Jan Godefr., 108. Deenen, W. van, 47. Dein, B.G.S., 119. Delft, 81, 105. Derijks, L., 117. Deurne, 59, 74, 77, 80, 107, 109. Deursen, E. van, echtg. Scheepers, A., 30, 31. Deursen, H. van, 74, 75. Deursen, J. van 50. Deursen, J.M. van, 101. Deursen, P. van, 97, 98. Deursen, W. van, 50, 91. Diericks, J., 5. Dietesfelt, 119. Dijk, D. van (secretaris), 27, 127, 128. Dijk, H. van (burgemeester), 33, 34, 47, 88, 102, 110. Dijk, J. van 87, 115. Dijk, L.H. van, 128. Dijk, R. van, 89. Dirk Adriaansz., zie: Heezius (Theodoricus).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Dommel (Kleine), 107. Dommelen, 7. Donschot, Fr. (pastoor), 6, 7. Dooren, J. van, 82. Dordrecht, 48, 49, 103. Dort, zie: Dordrecht. Douglas, -, 29. Dremmen, G. van (schoolmeester), 75. Dremmen, M. van (burgemeester, notaris, XVI, 40, 55, 75. schout), Driel, P. van, 49. Drongelen, M. van (notaris), 49. Dubbelden, H. den (bisschop van Emaus), 56-57, 67, 68, 69, 90, 93, 94, 97, 98, 105. Duinkerken, XVI, XVII. Duinkerken, burgemeester, zie: Emmery. Duinkerken, straat, zie: Roustot. Dunkerken, zie: Duinkerken. Dunkerque, zie: Duinkerken. Duitsland, 3, 4, 43, 75. Duppe, W., 65. Dupuch, A.-A. (bisschop), 98, 99. Dupuis, Th., (geneesheer), 48, 49, 87. Dussen, XVIII. Dysseldonck, J. van, 87, 115.

E.

Ebeling, H.J.M., 121. Echt: Echt, pastoor, zie: Philipsen, J. Echternach: Echternach, abdij, XII, XIII. Eduard VII (van Engeland), 91, 92. Eerens, D.J. de, 45. Eersel, 31.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Eijk, W. van, 51, 52. Eijnhouts, J. van (stadhouder), 118. Eijsbouts, E.J., 74. Einde, G. van den, 112, 113. Einden, Andr. van den (deservitor), 24. Eindhoven, 30, 45, 53. 54, 56, 57, 58, 60, 61, 64, 74, 88, 91, 92, 93, 109, 110, 111, 113. Eindhoven, deken, zie: Molensteens, G. Eindhoven, pastoor-deken, zie: Someren, G.W. Van. Eindhoven, notaris, zie: Huijsmans, W. Eindhoven, secretaris, zie: Losecaat, A. Ekart, S. van, 85. Ekart, Th. van, 111. Ekringa van Sprang. P. (secretaris, 127, 128. stadhouder),

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 180

Elswijk, M. van (pastoor), 83. Emaus, zie: Dubbelden, H. den (bisschop). Emmery, - (burgemeester), XVII. Empel, 67. Engeland, 3, 4, 30, 75. Engeland, regerende vorsten, zie: Eduard VII / Victoria. Engelen, Wed. A. van, 87. Engelen, H. van, 69, 70. Engelen, W. van, 169. Enten, - (schoolmeester), 116. Ercken, A. (pastoor), 6. Ernou, G.J., zie: Ernou, J.G. Ernou, J.G. (geneesheer, ontvanger), 40, 71, 72. Erp, 27, 73. Es, J. van (schoolmeester), 116, 117. Escharen: Escharen, pastoor, zie: Maas, P. 89. Escobedo, 118. Ette, A. van, 101. Etterbeek (Brussel), XX. Europa, 31, 67, 77, 84, 100, 104. Exel, 60.

F.

Fabri, J. (pastoor), 7, 10, 12, 18, 19. Farnese, J. prins van, 12. Faye, H.A.E., 100. Ferdinand (van Arragon), 118. Ferdinand (landvoogd), Kardinaal-Infant, 12. Ferdinand Philips Lodewijk Karel 97. Hendrik Joseph (hertog),

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Fine, a, zie: Donschot, F. (pastoor). Flandre, J. de (prins-bisschop), 12. Floreffe, XIV. Frankrijk, 3, 4, 27, 52, 75, 89, 97. Fransen, A. (of Gebrs.), 68, 72, 73. Fransen, P., 92, 93. Frederica Louisa, zie: Wilhelmina, Frederica Louisa Wilhelmina van Pruisen. Frederik, Willem Frederik Karel, 61, 62. Frederik Magnus, prins van Salm 14. (gouverneur), Freher, H.M. (notaris), 71, 76, 77, 87, 108. Fremin de Beaumont, H.M. (prefect), 33, 34. Froyen(s), W. (pastoor), 3, 4. Frunt, H., 101. Fuensaldagna, H., 17.

G.

Gaal, A. van, 49. Ganzenwinkel, M. van, wed. Velde, Th. 42. van der, Gast, J. (pastoor), XVI, XVIII, 36, 37, 38, 39, 41, 52, 67, 87, 95, 103, 104, 105, 114, 115. Gelderland (provincie), 109. Geldrop, XIV, XVIII, 5, 7-9, 11, 12, 14, 15, 17, 18, 54, 61, 67, 85, 89, 97, 107, 118, 152, 173. Geldrop, drossaard, zie: Jongh, J. de. Geldrop, kapelaan, zie: Asten, J. van. Geldrop, koster, zie: Schijndelius, J. (custos). Geldrop, notaris, secretaris, zie: Velsen, J. Geldrop, pastoor, zie Kivits, J. Geldrop, predikant, zie: Broeck, Th. van den / Noordt, M. van / Slingsbie, J.J. Gemert, 68, 71, 73, 101.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Gemert, pastoor, zie: Dubbelden, H. den (bisschop). Geneste, J. de la (geneesheer, ontvanger), 102, 110, 131, 132. Genga, Fr. C.M.H.N. della, zie: Leo XII (paus). Gennip, A. van, 87. Gennip, H.G.F. van, 79, 165. Gennip, J. van, 115. Gent, 22. Gérard, E.M. Comte, 65. Gerardi, A. (pastoor), 20. Gerardi, J. (drossaard), 3, 4. Gerha, zie: Zwijsen, J. (bisschop). Gerretsen, H., 171. Gerwen, J. van (pastoor), 6, 7. Gerwen, M. van (schout), 118. Gestel, 64. Gestel, D. van, 97, 98. Geusau, Jhr. W.A.A.L. von, 59, 60. Geutjens, All., 90. Geutjens, Ant., 90. Geutjens, Henr., 90. Geutjens, Hendr., 90. Geutjens, J., 90. Geutjens, M.M., echtg. Deelen, G., 90. Ghijsens, G.C.P. (geneesheer), 98-99. Gijsinck, A.J. (predikant), 27. Giller, B., 27, 28. Goeijens, J. Jansz., 7, 9. Goeijens, L. Jansdr., 7, 9. Göetz, K.A., 57. Gogoreta, 118. Gool, - van, 73. Goossens, J.P.H., 22, 24, 37, 132. Gorcum, 4.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Gorizia, 110. Gou, Mr. Dr. L. de, 28. Goudriaan, A.F., 45. Graaf (de), zie: Grave. Gramaije, J.B., 3. Grave, 29. s-Gravenhage, 81. Gregorius XVI (paus), 55, 65, 93, 98. Grevenbroeck, zie: Boxtel, Willem van (heer). Grinten, H. van der, 51, 52. Groen van Prinsterer, C. (predikant), 120. Groenendaal, C. van den, 37. Groot-Linden, XVI. Guanahami, zie: St. Salvator.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 181

Guljé, W. Fr. (geneesheer, kantonrechter), 76. Gutjens, J., 89-90.

H.

Haaften, 103. Haan, C. de, 57, 61, 62. Haarlem, 61. Habets, J.E., XVII. Habraken, J. 97. Habraken, H. van, 58, 59. Halley, E., 73. Ham, E. van, wed. Vromans, P., 95, 96. Hamburg, 93, 95. Hamont, 17, 42, 60. Hamont, pastoor-deken, zie: Lemmens, P.J. Hanewinkel, H. (predikant), 20, 22. Hart, H.A. de, 62. Harz, 119. Haseldonck, J. (pastoor), 18, 19, 175. Hasselt, 59, 60. Heemskerck, - (ambassadeur), 22. Heeren, J., 125. Heerings, J., 107. Heeze: Heeze, Baxhoef, 27, 28. Heeze, Broeksput, 106. Heeze, Coloniën, 112. Heeze, Eijken, 86. Heeze, Eimerik, 4, 5, 43, 46, 70, 95. Heeze, Euvelwegen, 18, 66, 112. Heeze, Ginderover, 4, 7, 14, 16, 17, 37, 39, 61, 106, 107, 111, 112.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Heeze, Ginderoverse Dijk, 38, 61, 80, 86, 107. Heeze, Ginderover Einde, 37. Heeze, Hazenhurk, 17, 42. Heeze, Hezerenbos, 112. Heeze, Immerik, zie: Eimerik. Heeze, Jan Deckersstraat, 105. Heeze, Kapel of St. Antonius kapel, 4, 5, 7, 15, 38, 42, 43, 46, 70, 98, 122, 144, 165. Heeze, Schoolhuis a.d. Kapel, 79, 81, 86, 165. Heeze, Kapelstraat, 96, 165. Heeze, Kasteel, 18, 44, 53, 58, 68, 90, 106, 107, 111. Heeze, Kasteellaan, 96. Heeze, Kerkdijk, 18. Heeze, Kerkhof en omgeving, XVII, 4, 5, 6, 15, 17, 41, 42, 47, 48, 81, 86, 92, 95, 123, 134, 140, 143, 160, 161. Heeze, Ketsheuvel, 123, 167. Heeze, Kreil, 4, 5, 27, 28, 32, 36, 39. Heeze, Kruis, 5, 97, 98. Heeze, Kruisboom, 16-17, 97, 124, 166. Heeze, Molen, 16. Heeze, Molenakker, 82, 86. Heeze, Muggenberg, 12, 15. Heeze, Oude Molen, 7, 46. Heeze, Nachtegaal, 79, 81, 167. Heeze, Ovendijk, 52, 90. Heeze, Peelrijt, 106. Heeze, Rul, 4, 7, 29, 36, 106, 146. Heeze, Ruls Heike, 49, 54. Heeze, Rulse Bruggen, 106. Heeze, Rulse Dijk, 38, 107. Heeze, School (nieuwe), 91. 97, 98, 167. Heeze, Somerense Dijk, 106. Heeze, Spoelke of Tip, 86. Heeze, Sprengers Wiel, 62. Heeze, St. Jobskapel, 15, 17, 18, 163.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Heeze, Strabregt, 4, 7, 62, 106. Heeze, Strabregtse Dijk, 38. Heeze, Tip of Spoelke, 86. Heeze, Ven (Vorsven), 17, 39, 86, 88, 106. Heeze, Venderbrug, 61, 65. Heeze, Weerdt, 5. Heeze, Zwaan (de), 97, 98, 165. Heeze: Heeze, assessor, zie: Berg, H. van den / Scheepers, A.A. Heeze, beneficiant, zie: Wouters, T.J. Heeze, burgemeester (schout), zie: Deelen. A.J. / Cox, M.H. Heeze, deservitor, zie: Einde, Andr. van den / Zeeuw, J.B. de. Heeze, drossaard, zie: Gerardi, J. / Hoeven, G. van der / Hoeven, J. van der / Wou(w), J. van. Heeze, geneesheer, zie: Bungeners, P.A. / Ernou, J.G. / Dupuis, Th. Heeze, heer, zie: Herbertus / Holbach, de / Hoorne, van / Renesse / Snoeckaert van Schauburgh / Tuyll van Serooskerken, van. Heeze, kapelaan, zie: Bax, W. / Heijden, J. van der / Meuwissen,.... / Mierlo, P. van / Spank, B. van der. Heeze, kerkmeester, zie: Adrians, A. / Coox. W. / Huben, A.J. Heeze, notaris, zie: Freher, H.M. / Smidts, P. / Moorsel, Mr. H. van. Heeze, ontvanger, zie: Berg, J. van den / Ernou J.G. Heeze, pastoor, zie: Borght, Fr. van den / Boutens, A. / Donschot, Fr. / Ercken, A. / Fabri, J. / Gast, J. / Gerardi, A. / Gerven, J. van / Haseldonck, J. / Houbraken, E.P. / Jansen, Th. / Jonge, A. de / Lippens, W. / Smedts (Smets of Smits), J. / Spierings, J. / Tinnebroek, H. / Verhoysen, P. / Zeeuw, J.B. de.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Heeze, pastoor-deken, zie: Berkelmans, C. / Kemps, B. Heeze, primissarius, zie: Wouters, T.J. Heeze, predikant, zie: Benthem, J. van / Callenfels, P.W. / Cocheret, J.D. / Groen van Prinsterer, C. / Gijsinck, A.J. / Kremer, J.L.A. / Rodenborgh (Rodenburgh), A. / Spranckhuijsen, Th. / Ster(c)k, J.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 182

Heeze, schepen, zie: Lieshout, G. van Heeze, schoolmeester, zie: Box, W. / Es, J. van / Enten,.... / Willems, R. Heeze, secretaris (heerlijkheid), zie: Dijk, D. van / Jansen, H. / Smidts (Smits), P. Heeze, secretaris (gemeente), zie: Moorsel, Mr H. van / Moorsel, H.G. / Woelderen, P.F van. Heeze, stadhouder, zie: Gerardi J. / Willems, J. Heeze, vorster, zie: Aarts, J. / Alberts, A.W. / Anthony, F. / Leenders, H. Heezius, Theodoricus, 3. Heicoop, J. (predikant), 24, 25. Heijden, L. van der, 68, 105, 106, 112. Heijden, J. van der (kapelaan), 102. Heijmans, G., 128. Heijnen, -, 139. Heijst, L.D. van, 47. Helmond, XVII, 30, 41, 48, 52, 53, 60, 64, 65, 67, 72, 78, 101, 109, 125, 126, 127, 128, 129, 133, 135, 136, 139, 174. Helmond, deken, zie: Brants, M. Helmond, kapelaan, zie: Kemps, B. Helmond, conrector, rector, zie: Moorsel, F.M.J. Helsius, J. (kapitteldeken, pastoor en 3. plebaan), Hengst, A.P.J., 113, 114. Hens, H., XXI. Henssen, M., 5. Herbertus (heer van Heeze), XIII. Hermanni, H. (predikant), 116. Hersel, Th. van (ludimagister), 9.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen s-Hertogenbosch, XV, XVI, 14, 18, 23, 25, 29, 30, 31, 33, 34, 36, 45, 49, 50, 52, 58, 68, 75, 76, 90, 91, 93, 100, 105, 112, 116. s-Hertogenbosch, Meierij, XV. XVIII, 3, 4, 14, 18, 30, 36. s-Hertogenbosch: s-Hertogenbosch, bisschop, zie: Camp, M.F. van de / Dubbelden, H. den / Ophovius, M. / Zwijsen, J. s-Hertogenbosch, kapitteldeken, zie: Helsius, J. s-Hertogenbosch, notaris, zie: Verster, J.L. s-Hertogenbosch, pastoor, zie: Helsius, J. s-Hertogenbosch, plebaan, zie: Helsius J. s-Hertogenbosch, provicaris, zie: Voort, A. van der. s-Hertogenbosch, secretaris, zie: Blanckendael, N.D. / Heurn, J. van. s-Hertogenbosch, vicarius apostolicus, zie: Alphen, A. van / Dubbelden, H. den / Houbraken, J. / Leemputte, H. van / Litsenburgh, M. / Steyaert, M. s-Hertogenbosch, vicarius apostolicus ad interim, zie: Wijs, Fr. de. Hertrooy, J.W. van, 37. Hessen (Groot-Hertogdom), 65. Heurn, J. van (secretaris), 24. Heusch van de Zangerije, Th. J.V. Baron 107. de, Heuvel, A. van de (kapelaan), 114. Heuvel, A. en W. van de, 107. Heuvel, A. van den (pastoor), 114. Heuvel, J. van den 98. Heuvel, L. van den (kapelaan), 114. Heuven, C. van, 86, 98. Hilvarenbeek:

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Hilvarenbeek, vicarius apostolicus, zie: Litsenburgh, M. Hirene, zie: Paredis, Aug. (Bisschop). Hodibaldus (heer van Heeze), XII. Hoeck, H. van, 126, 174. Hoek Bent, C., 66. Hoeven, J. van der (drossaard), 38, 39. Hoeven, G. van der (drossaard), 25, 26, 39. Hoevenaar, S., 28. Hohenlohe-Langenburg, Philips graaf 126, 127. van, Hohman, F.M., 76. Holbach, - de, XIII. Holbach, F.A. de (heer van Heeze), 22, 23, 25, 26, 119. Holbach, P. de, 119. Holbach, P.T., 25. Holbach, F.P.N.T., 121. Holland, 13, 14, 32, 33, 35, 36, 43, 44, 75, 81, 92. Holland, koning, zie: Lodewijk Napoleon. Holland, raadspensionaris, zie: Schimmelpennick, R.J. Hoepertingen, 87. Holvoet, B.J. (gouverneur), 38. Hoog Geldrop, zie: Zesgehuchten. Hooijdonk, J. van (bisschop), 93, 113. Hoorne, van, XIII. Hoorne, Willem van (heer van Heeze), XIII. Hora Siccama van de Harkstede, H.J., 47. Houbraken, E.P. (pastoor), 20. Houbraken, J. (vicarius apostolicus), 4. Hubar, -, 63. Huben, A. Jzn. (kerkmeester), 19. Hubertus (H.), 11. Huchten, 17, 18, 66. Huijbregts, J., 168. Hultman, Mr. C.G. (gouverneur), 34, 38.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Huremans, H. (pastoor), 3, 4. Hurk, J.M. van den, echtg. Nunen, H. 39. van, Hurwenen en Rossum, 109. Hurwenen en Rossum, pastoor, zie: Spank, B. van der. Hussein (Dey), 52. Huijsmans, W. (notaris), 93.

I.

Idelet, W. (secretaris), 118, 119, 150, 151. Iersel, J., 77. Isbouts, J., 112. Ivo, P., 110.

J.

Jacobs, G., 38, 39. Jacobs, H., 86, 87.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 183

Jacobs, T.H., 29. Jan (hertog van Brabant), XIII. Jansen, H. (metselaar), 49, 50. Jansen, H. (wever), 111. Jansen, N., zie: Nicasius (H.). Jansen, Th. (pastoor), 27, 28, 33, 34. Janson, C., 113, 114. Janssen, E., wed. Bax, A. 37. Janssen, Fr. (pastoor), 121. Janssen, H. (pastoor-deken), 91, 92. Janssen, Herm, (secretaris), 127, 128. Janssen, J., 115. Janssen, Th. (stadhouder), 119. Jaspers, Fr. (pastoor), 120. Jenneken, echtg. Smits, P., 19. Jenner, E., 30. Jeurissen, M., 111, 112. Johan Albert (Albrecht), graaf van Solms 14. (gouverneur), Johan Ernest II van Nassau-Siegen, 13. Johan de Jongere van Nassau-Siegen, 12, 13. Jonge, A. de (pastoor), 20. Jongh, A. de (predikant), 121. Jongh, J. de (drossaard), 21, 121, 122. Joosten, A., 12, 15. Jorissen, zie: Jeurissen. Julien (Jullien), A., 21, 132.

K.

Kamerling, C.G., 103. Karel IV (hertog van Lotharingen), 17. Karel, X (van Frankrijk), 110.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Karnebeek, 110. Keizerbosch, zie: Nunhem. Kempenaer, H. de (rentmeester), 130. Kemps, B. (pastoor-deken van Asten), 100. Kemps, B. (pastoor-deken van Heeze), XVII, XVIII, XIX, 15, 17, 26, 29, 30, 129, 132. Kemps, H.J., 47. Kemps, P., XVIII, 86, 87. Kemps T., 69, 70. Kerkhoven, J.W., 56, 57, 63. Kessel, B. van (stadhouder), 118. Kessel, J. van (stadhouder), 119. Keunen, R., echtg. Kemps, P., XVII. Kieken, J., 85. Kirchner, J.C.F., 66. Kirse, H. (custos), XIV. Kivits, J. (pastoor), 73, 74. Knapen, F. (burgemeester), 102. Kneepkens, A.J., 89. Knotzer, F., 57. Koenen, H.S., 64, 65. Koenen, L., 92. Kolen, J., 115. Koning, C.J. de, 96. Konings, A.H., 125, 136. Koolen, L., 87, 92. Korvezee, E.H., XXI. Kox, P., 115. Kremer, A. (predikant), 32. Kremer, A.J.C. (historicus), 80. Kremer, J.L.A. (predikant), 44, 58, 59 71, 78, 80, 102, 103. Kreuger, H., 121, 122. Kreuger, H.J., 121, 122. Kruis, Th. van der, Jz., 17, 163. Kruis, Wed. J. van der, 87, 161.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Kuijper, J. Fr. de, 43.

L.

Laarhoven, Th. van, 88, 89. Laasman, P., 55. Laats, J. (predikant), 116. Landsdorf, 65. Lanzing, W.J., 105. Laure (Loure), J. de, 102, 109. Laurent, J.Th.L. (bisschop), 93. Lecluijkx, J.A., 47. Leemans, W., 82. Leemputte, H. van (vicarius apostolicus), 19. Leende: Leende, Boshoven, 58, 105. Leende, Broekakkers, 88. Leende, Broekerheuvel, 61. Leende, Broekerstraat, 88. Leende, Broekstraat, 61. Leende, Hoogeindweg, 93. Leende, Kerk, 15, 20, 21, 22, 129, 130, 131, 132, 147, 169. Leende, Kerkdijkje, 18. Leende, Kerkpad, 88. Leende, Leenderdijk, 61. Leende, Lijkstraat, 93. Leende, Lijkweg, 92, 93. Leende, Oosterik, 39, 59, 85, 99. Leende, Oosterik Chijnsgoed, XIV, 18. Leende, Oosterik Dijk, 61. Leende, Pezeel, 33. Leende, Renhoek, 46. Leende, Strijp, 33, 44, 62, 64, 88, 92. Leende, Strijper St. Janskapel, 15.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Leende: Leende, armmeester, zie: Mol, J. van / Pelt, W. van / Smeulders (Smulders), A. Leende, assessor, zie: Bax, A. / Laure (Loure), J. de. Leende, borgemeester, zie: Bruijnen, H. / Cissen, M. / Cissen W.M. / Daems, J.H. / Rooijaerts, J. / Wouters, P.J. Leende, burgemeester, zie: Dijk, H. van / Maas, T. / Wijnants, N. Leende, drossaard, zie: Gerardi, J. / Hoeven, G. van der / Hoeven, J. van der / Wou(w), J. van. Leende, geneesheer, zie: Beels (Neels?), Mr. J. / Geneste, J. de la. Leende, kerkmeester, zie: Bax, A. / Coppen, A.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 184

Leende, ontvanger, zie: Geneste, J. de la / Wijnants, N. Leende, pastoor, zie: Broeck (ook: Truijens), J. van den / Bull, A. / Froyen(s), W. / Hurcmans, H. Leende, predikant, zie: Hermanni, H. / Jongh, A. de / Laats, J. / Raucamp, J. Chr. / Sprang, E. van. Leende, schoolmeester, zie: Box, A. / Zijne, J. Leende, secretaris (heerlijkheid), zie: Dijk, D. van / Jansen, H. / Smidts (Smits), P. Leende, secretaris (gemeente), zie: Moorsel, Mr. H. van / Moorsel, H.G. van / Woelderen, P.F. van. Leende, stadhouder, zie: Gerardi, J. Leende, vorster, zie: Borre, J. van den. Leenders, H. (vorster), 16. Leerdam, 27. Leiden, 33. Leijden zie: Leiden. Lemmens, P.J. (pastoor-deken), 64. Leo XII (paus), 48, 49. Leuven, 59, 116. Libregts, G., 115. Lidt, H. van (assessor), 102. Lierop, XIV, XV, 66, 67. Lierop, pastoor, zie: Elswijk, M. van. Lieshout, 7, 37, 64, 92, 114. Lieshout, G. van (schepen), 20, 22. Liessel, 107. Lil, P. van, 92, 93. Lille-St. Hubert, zie: St. Huibrechts-Lille. Limburg, 54, 77, 101. Lindt, P.J. van, 111.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Lippens, W. (pastoor), 22, 23, 25. Lishault, Mr. J. van, zie: Fabri, J. (pastoor). Lissabon, 25, 100. Lith, A. van (assessor), 102. Lith, L. van, 115. Litsenburgh, M. (vicarius apostolicus), 26. Lodewijk XVI (van Frankrijk), 110. Lodewijk Napoleon (van Holland), 33, 81. Lommel, 25, 26, 33. Looijaard, J., 113 114. Looijmans, A., XVI, 29, 30. Loomans, zie: Looijmans. Loon op Zand: Loon op Zand, pastoor, zie: Schrijvers, Chr. H. / Sporenberg, H. Lorijn, J. de, 63, 64. Losecaat, A. (secretaris), 30. Lotharingen: Lotharingen, hertog, zie: Karel IV. Luijk, zie: Luik: Luik, XIV, XX, 3, 13, 17, 45. Luik, bisschop, zie: Hubertus (H). / Flandre, J. de. Lunenburg en Celle, 22. Luxemburg, 110. Luxemburg, bisschop, zie: Laurent, J.Th.L.

M.

Maarheeze, XIV, XVII, 58, 61, 64, 66, 69, 92, 97, 101. Maas, 45. Maas, L.G. 27, 28. Maas, P.G. 27, 28.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Maas, W., 58, 69, 88, 99. Maas, Erven Willem: Maas, H., 89, 102. Maas, J., 89, 102. Maas, J.C., echtg. Bogaers, H.C., 88-89, 102. Maas, M.J., echtg. Kneepkens, A.J., 89, 102. Maas, Petronella, echtg. Dijk, R. van, 89, 102. Maas, P. (pastoor), 89, 102. Maas, T. (burgemeester) 89, 102. Maaskant, H., 109. Maastricht, 25, 45, 49, 50, 53, 54, 56, 71, 90. Maastricht, gouverneur, zie: Johan Albert (Albrecht), graaf van Solms / Frederik Magnus, prins van Salm. Mack, A., 46. Madrid, 100. Majolée, J., 113. Malines-sur-Meuse, zie: Mechelen aan de Maas. Mansvelt, F.G., 27. Maria Seraphina van de H. Joseph, zie: Verberne, P. Maria Theresia van Savoye, echtg. 110. Bourbon, L.-A. (hertog van Angouléme), Marselis Hartsinck, M.A., echtg. Tuyll 44, 45. van Serooskerken, R.K. Baron van, Martens, H., 105. Masen (Vandermasen?), Fr. van der, 82, 83, 103. Mastenbroek, W., 79. Maurits (stadhouder), 6. Mechelen, XX. Mechelen aan de Maas, XVII. Mechtelt (Mechtild), echtg. Peters. Dries, 7, 9. Meere, 78. Meern, 15. Meerhout:

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Meerhout, vice-pastoor, zie: Haseldonck, J. Meierij, zie: 's-Hertogenbosch. Meij, 41. Meijer, A.F., 55, 57, 60, 62, 66, 69, 70, 73. Meijerij, zie: Meierij. Mellinet, A.-Fr., 53. Meulen, P. van der, 76. Meuwissen, - (kapelaan), 105. Mierlo, 32, 61, 107. Mierlo, pastoor, zie: Pol, J. van de. Mierlo, predikant, zie: Voet, H. Mierlo, P. van (kapelaan), 64, 67. Mil, 37. Moergestel, 33. Mol, J. van (armmeester), 132.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 185

Molensteens, G. (pastoor-deken) 4. Montgolfier, J.-Etienne, 27. Montgolfier, Joseph-M., 27. Moorsel, Fr. M.J. van (conrector-rector), XIX, XX, 67, 72, 125, 128, 129, 133, 135, 136, 139. Moorsel, Mr. H. van (notaris, secretaris), XVII, 31, 52, 128, 167. Moorsel, H.G. (secretaris), XVI, XVII, XVIII, XIX, 39, 40, 42, 43, 79, 102, 110, 128, 167. Munster: Munster, Vrede van, 14, 15, 130.

N.

Naaijkens, J., 167. Napoleon, XVII, 27, 33, 34, 35, 40, 84, 89, 116. Nederland, XI, 25, 71, 81. Nederland, koning, zie: Willem I / Willem II. Nederpelt, zie: Neerpelt. Nederweert, XIV. Nederwetten: Nederwetten, pastoor, zie: Sanders, H. Neels (Beels?), Mr. J., 21. Neerpelt, 60. Neijnens, J., 80. Neppen (Nippen), A., 7, 9. Nicasius (H.), 4, 164. Nieuwerkerk, 27. Nieuwkuik, 34. Nieuwstadt, - van, 133. Noordbrabant, XI, XV, 35, 45, 53, 71, 77, 83, 100, 101. Noordbrabant, gouverneur, zie: Bogaarde van ter Brugge, Jhr. A.J.L. Baron van den / Borret, A.J.L. / Holvoet, B.J. / Hultman, C.G.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Noordbrabant, griffier, zie: Verheijen, Jhr. F.X. Noordt, M. van (predikant), 121. Noten, W., 82. Nuenen (ook: Nunen), 18, 41, 62. Nunen, H. van, 39. Nunhem: Nunhem, Keizerbos, XIII, 4, 19, 130. Nunhem, Maria-Schoot, 23, 175.

O.

Obbicht, 45. Oers, 66. Oers, J. van, 88. Ommel: Ommel, Mariakapel, 100. Ommel, Maria-Schoot, 23, 175. Ommelen, zie: Asten en Ommelen. Oirschot: 53, 76, 81, 103. Oirschot, kapelaan, zie: Heuvel, L. van den. Oorschot, zie: Oirschot. Oorschot, A. van, 128. Oorschot, P. van, 130. Oostenrijk, 20, 110. Ophovius, M. (bisschop), 11, 12. Opijnen, 21. Orléans: Orléans, hertog, zie: Ferdinand Philips Lodewijk Karel Hendrik Joseph. Oultremont, A.L.F.H., gravin, echtg. I, 90, 91. Willem Overpelt, 60. Ooyen, zie: Oyen. Oyen:

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Oyen, pastoor, zie: Heuvel, A. van den.

P.

Paaschense Hut, 68. Paredis, Aug. (bisschop), 91, 92, 93. Parijs, 23, 83, 89, 119. Pavia, 98. Peel, 51. Peelland (kwartier): Peelland, schout, zie: Berckel, H. van / Gerwen, M. van. Peelland, stadhouder, zie: Eckringa van Sprang, P. Peels, J., 82. Peer, 17, 60. Pelt, W. van (armmeester), 132. Peters, Dries, 7, 9. Petit, A., 26. Philips IV (van Spanje), 10, 14, 15. Philips (en), J. (pastoor), 19. Pitlo, A. (predikant), 109. Pius VII (paus), 116. Pius VIII (paus), 48, 49, 51. Poederoyen, 18. Pol, J. van de (pastoor), 81, 82. Pompen, Adr., 169. Pompen, Fr. (heer van Sterksel), 102. Poppel, Ger. van 115. Poppel, J. van 88. Postel abdij, XIV. Poulle (la belle), 98. Premonstreit, zie: Averbode, Floreffe, Nunhem, Postel. Primaus, Fr., 51, 82. Prinzen, C., 112.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Prooijm, zie: Poederoyen. Pruissen, 78. Puth, Kinderen A. van, 21.

Q.

Quast, J. Ph. (predikant), 20, 22.

R.

Raamsdonk, 47. Raassens, P., XVI, 118. Randtwijcke, A.M. van, echtg. XI, 23. Snoeckaert van Schauburgh, A., Raucamp, J. Chr. (predikant), 29, 30.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 186

Ravels, 63. Raymakers, J.B. (kapelaan), 109. Reichstadt (hertog van), prins Napoleon XVII. Bonaparte, Renders, H., 5, 164. Renesse, XIII. Renesse, A. (heer van Heeze), 13. Reusel: Reusel, pastoor-deken, zie: Wee, Fr. Fr. L. van der. Revolte, 97. Reijers, J.P.H. (proponent), 102. Riet, W. Fr. A. van (notaris), 74, 88, 135. Riethoven, 7. Rijen: Rijen, kamp van, 69. Rijnmonden: Rijnmonden, departement, XVII, 33. Rijnmonden, commissaris, zie: Bowier, M. / Verheijen. J.B. Rijnmonden, prefect, zie: Fremin de Beaumont,.... Rodenborgh (Rodenburgh), A. 14, 15. (predikant), Rodenborgh (Rodenburgh), C., 15. Rodenborgh (Rodenburgh), M., 15. Roermond, 23, 47, 88, 93, 95, 111. Roermond, bisschop, zie: Paredis, Aug. Melroy en Sart-Bomal, J.B. van. / Velde de Rome, 48, 92. Rome, koning van, zie: Reichstadt (hertog van). Rookmaker, H., 61, 62. Roijaerts, J. (borgemeester), 20, 22, 132. Rooij, B. van, 37.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Rooijaerts, zie: Roijaerts. Roomer, A.H., XXII. Roosendaal, 113. Rosmalen, 116. Rossum, zie: Hurwenen en Rossum. Rotterdam, 30, 96, 101. Roustot (Duinkerken), XVII. Rovere, - de (heer van Someren), XIV. Rul (rivier), 107. Ruiter, G. de, 128. Rutten, P.G., 46. Rijckevorsel van Kessel, H.V.M. van XVI. (pastoor),

S.

Saas, Fr., 58, 59. Sack, J. (ontvanger), XVI, 40. Salomez, P.J., XVII. Salverda, J.J., 66. Sande, H. van der, wed. Smulders, J., 71, 72. Sanders, A.J., 129. Sanders, H. (pastoor), 116. Saxen-Weimar, B.K. hertog van, 53, 54, 63, 65, 66, 67, 69, 73. Schalen, A. van, 168. Schepers van Kampen, wed. M., 168. Scheepens, A., 102. Scheepers, Adr., 115. Scheepers, Arn., 30, 31. Scheepers, A., wed. Rooij, B. van, 37. Scheepers, A.A. (assessor), 16, 102. Scheepers, A.H., 98. Scheepers, M., 17, 42, 161. Scheepers, W.A., 105.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Scherpenseel Heutsch van Drummel en 107. Oosterhout, Th. J.M.H. Baron van, Schijndel, 36, 43, 55, 91. Schijndel, kapelaan, zie: Gast, J. Schijndel, pastoor, zie: Alphen, A. van. Schijndelius, G.J. (custos), 8. Schimmelpennick, R.J. 32, 44. (raadspensionaris), Schimmelpenninck v.d. Oye v.d. Pol, 69. W.A. Baron, Schimmert, XVII. Schoenmakers, -, 100. Schrijvers, Chr. H. (pastoor), 91. Schummer, P. Dr. Gerlach, XXI. Seccelen, J. van, 113. Senn van Bazel, W., 63. Simkens, M.M., 169. Sleegers, H., 125, 136. Slingsbie, J.J. (predikant), 116. Sluis, 58. Smeulders, zie: Smulders. Smedts, J. (pastoor), 18, 19, 23. Smets, zie: Smedts. Smidts, P. (secretaris), 14, 31. Smits, (Smedts), J., 19. Smits, P. (secretaris), 19. Smulders, A. (assessor), 132. Smulders, A., 106. Smulders, A.M., 71, 72. Smulders, H., 118. Smulders, J. 71, 72. Smulders, Joh., 71, 72. Smulders, Johannes, 112. Smulders, J.M., 71, 72. Smulders, M., wed. Libregts, G., 115. Smulders, T. (armmeester), 132.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Smulders, W., 27, 28, 138. Smulders, W., 71, 72. Snoeijen, W., 6. Snouckaert, zie: Snoeckaert van Schauburgh. Snoeckaert van Schauburgh, XIII. Snoeckaert, Alb. (heer van Heeze), XI, 20, 21. Snoeckaert, Alb. C. (heer van Heeze), 22, 23, 27, 116. Snoeckaert, A.C., 23. Snoeckaert, A.N., 23. Snoeckaert, E.J.C., 23. Snoeckaert, Fr., 24. Snoeckaert, H.E., 24. Snoeckaert, H.P., 24. Snoeckaert, H.P., 24. Snoeckaert, I., 24. Snoeckaert, J.M., 23.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 187

Snoeckaert van Schauburgh, W.C., 23. Snoeckaert van Schauburgh, W.C.C., 23. Soerendonk, XIV, 64, 66, 69, 97, 101, 115. Soerendonk, pastoor, zie: Bax, W. / Verhofstadt, A.H.G. Soerik, C. van, 68. Someren: Someren, Astense Brug, 106. Someren, Broekstraat, 106. Someren, Brugstraat, 106. Someren, Dorpstraat, 106. Someren, Einderstraat, 106. Someren, Keizerstraat, 106. Someren, Ooyevaartstraat, 101. Someren, Nieuwe kerkweg, 106. Someren, Oude Toren, 99, 148, 170. Someren, Vaarselstraat, 101. Someren, Varsel, Varksel, Vorsel 15, 106. Someren: Someren, burgemeester, schout, zie: Dremmen, M. van / Verhoijsen, H. Someren, geneesheer, zie: Ghijsens, G.C.P. Someren, heer, zie: Rovere, de / Someren, van. Someren, kapelaan, zie: Heuvel, A. van den / Heuvel, L. van den. Someren, notaris, zie: Dremmen, M. van, / Drongelen, M. van / Riet, W. Fr. A. Someren, ontvanger, zie: Sack, J. Someren, pastoor, zie: Adriani, N. / Brants, M. / Burgers, W. / Janssen, Fr. / Schrijvers, Chr. H., / Verdonck, G. Someren, predikant, zie: Block, J. / Breekerveld, J. / Brugh, J. van den / Hanewinkel, H. / Heicoop, J. / Kremer,

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen A. / Pitlo, A. / Quast, J.P. / Raucamp, J. Chr. /Zalm, C. van. Someren, schoolmeester, zie: Beijnen, H.M. / Buskens, L. / Dremmen, G. van Someren, secretaris (heerlijkheid), zie: Albers, P.J. / Idelet, W. Someren, secretaris (gemeente), zie: Moorsel, H.G. van. Someren, stadhouder, zie: Kessel, B. van / Eijnhouts, J. van / Janssen, Th. / Kessel, J. van / Vogels, H. / Vosshuijsen, W. van. Someren, - van (heer van Someren), XIV. Someren, G.W. van (pastoor-deken), 110. Son en Breugel, 37. Spanje, 17, 120. Spank, B. van der (kapelaan), 42. Spengler, Jhr. J.T., 66. Spierings, J. (pastoor), 22, 23, 175. Sporenberg, H. (pastoor), 83, 90. Spranckhuijsen, Th. (predikant), 15, 16, 20. Sprang, E. van (predikant), 116, 120. Sprenger, J.P., 60. Sprengers, G., 46. St. Helena, 27, 40, 89. St. Hubert, 12. St Huibrechts-Lille, 60. St, Joost-ten-Noode (Brussel), XX. St. Leu: St. Leu, hertogin, zie: Beauharnais, Hortense de. St. Michiels-Gestel, 114. St. Oedenrode, 37, 101. St. Salvator, 118. Steenoven, C. (oud-katholiek bisschop), 24. Ster(c)k, J. (predikant), 20, 22. Sterksel, XIV, 88, 107, 112, 113, 115, 120.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Sterksel, heer, zie: Averbode / Pompen, Fr. Sterksel, pastoor, zie: Jaspers, Fr. Steyaert, M. (vicarius apostolicus), 4. Stratum, 54. Sweerts (Zweerts) de Landas, E.G., echtg. 23, 116. Snoeckaert van Schauburgh, A.C., Swinkels, -, 125, 135.

T.

Talleyrand, zie: Talleyrand-Périgord, Ch.-M. (bisschop). Talleyrand-Périgord, Ch.-M. (prins van 83, 84. Bénévent, bisschop), Tausch, J. 168. Taxandria, 3. Teeuwen, S. c.s., 168. Tegelaar, H., 63, 65. Tegelen, 168. Telemachus, 84. Terheijden, 103. Terhorst, 68. Thijs, J. 111. Tilburg, 81. Tilburg, pastoor, zie: Zwijsen, J. (bisschop). Tinnebroek, H. (pastoor), 25, 26. Tjallinga, T., 63. Toledo, 17. Tongelre, XII, 18. Tongelreep, XII. Tongeren, 87. Trip van Zoutland, Jhr. A.D., 75, 81. Troulja, L. Fr., 89, 90. Truijens, zie: Broeck, J. van den (pastoor).

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Turenne, (Tour d'Auvergne, H. de la), 18. Turnhout, 63. Tuyll van Serooskerken, - van, XIII, XIX. Tuyll van Serooskerken, A.E.C.A. 58, 59, 101, 102, 113. Barones van, Tuyll van Serooskerken, H.R. Baron van, 102. Tuyll van Serooskerken, J.D. Baron van XI, 32, 44, 48, 58, 59, 68, 69, 101-102, (heer van Heeze), 113. Tuyll van Serooskerken, K.A.M.H. Baron 58, 59, 101-102, 114, van, Tuyll van Serooskerken, R.D. Baron van 27, 28, 102. (heer van Heeze), Tuyll van Serooskerken, R.K. Baron van, 44, 45, 101-102, 113. Tuyll van Serooskerken, S.J. Baron van XXI, 28. (heer van Heeze), Tuyll van Serooskerken, U.A.A. Barones 58, 59, 101-102, 113. van,

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 188

U.

Udenhout, 77. Urmond, 29. Utrecht, 3, 18, 62, 78, 87. Utrecht, bisschop, zie: Willibrordus (H.).

V.

Valens, A.M., wed. Werde, N. van, 115. Valerij, zie: Wouters, T.J. Valkenswaard, 7, 53, 55, 56, 65, 68. Valkenswaard, deken, zie: Kemps, B. Valkenswaard, pastoor, zie: Molensteens, G. Valkenswaard, proponent, zie: Reijers, J.P.H. Veeren, T.C.C., 61, 62. Veghel, 37, 43, 83, 100, 101. Veghel, notaris, zie: Woelderen, P.F. van. Velde, Th. van der, 41, 42. Velde de Melroy, zie: Velde de Melroy en Sart-Bomal, J.B. van bisschop). Velde de Melroy en Sart-Bomal, J.B. 32. (bisschop), Velden, A. van der, 87. Veldhoven, 33. Velsen, J. (notaris, secretaris), 81, 82. Velthoven, J.L. van (borgemeester), 21, 132. Velthoven, J. van, echtg. Dooren, J. van, 82. Venlo, 54, 111. Vera, M., 168. Verbeek, L.J., 95, 96, 102. Verbeek, Th., 115.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Verberne, A., 49, 50, 91, 100, 101, 115. Verberne, G. 100, 101. Verberne, J.A., 112. Verberne, P., 113. Verberne, M., 37. Verdonck, G. (pastoor), 116, 117. Verdonschot, F., zie: Donschot, F. (pastoor). Verduin, J., 96. Verest, A., 111. Verest, Hendr., 111, 113. Verest, H., 113. Verhaghen, H. (kapelaan), 8, 9. Verhees, H., XXI, 143, 144, 147, 148, 152. Verheijen, J.B. (commissaris), 35. Verheijen, Jhr. Mr. F.X. (griffier), 112. Verhoeven, J., 82. Verhoijsen, H. (burgemeester), 73, 74. Verhoijsen, P. (pastoor), 27, 28. Verhofstadt, A.H.G. (pastoor), 64. Vermeulen, St., 103. Versteeg, A., 42, 43. Versteeg, J., 42, 43. Verster, J.L. (notaris), 24. Victoria (van Engeland), 91. Vlaanderen, 15. Vlierhoorn, J., echtg. Jongh, A. de, 121. Vliermael, 107. Vlijmen, 22, 24, 37, 132. Voet, H. (predikant), 116. Vogel, wed. J.J., 21. Vogels, H. (stadhouder), 118. Voigt, J., 55. Voncken, G., XVII.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Voncken, J.M., echtg. Moorsel, Mr. H. XVII. van, Voorst tot Voorst, F. Baron van, 77, 80. Voort, A. van der (pastoor, provicaris), XVI, 23, 24, 28, 38, 118, 175. Voort, M. van de, 118. Vorst, A. van der, 116. Vosshuijsen, W. van (stadhouder), 119. Vrankrijk, zie: Frankrijk. Vredenburch, E. Baron van (gouverneur), 45. Vromants, P., 39. Vromans, zie: Vromants, P. Vromans, Wed. P., 39, 95. Vuegen, E., 82. Vullinghs, -, 168. Vuuren, J. van, 103.

W.

Waalre, 7. Waterloo, 35. Wee, Fr. Fr. L. van der (pastoor-deken), 125, 135. Weerden, H. van, 21. Weert, 5, 13, 53, 58, 88, 91. Weert, pastoor-deken, zie: Jansen, H. Weert, A. van, 49. Weert, A.F. van, 88. Weert, J. van, 29. Weerter Bos, XIV. Weerter Hut, 74, 75. Wenen, 20. Werde, N. van, 115. Wesselman, Jhr. Mr. C.F., 112. Wesselman, Jhr. Th., 48. Westerhoven, 7. Westmalle, 114.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Westreenen, J.C., echtg. Tuyll van XI, 48, 58, 59, 101, 113. Serooskerken, R.D. Baron van, Wickevoort-Crommelin, Gebr., 80. Wiggers, J. H., 63. Wijchmael, 60. Wijckerslooth, C.L. Baron van 93. (bisschop), Wijffelaars, P., 5. Wijffelaars, R., 102. Wijffelaars, W., 115. Wijnants, N. (burgemeester, ontvanger, 40, 87. schout), Wijnen van Eersel, J.H., 28. Wijs, Fr. de (vicarius apostolicus ad 34, 56, 57. interim), Wildenberg, H. van den, 12. Wildenberg, L. van den 110, 113. Wildenberg, M. van den, 12, 115.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen 189

Wilhelmina, Frederica Louisa Wilhelmina 81. van Pruisen, echtg. Willem I, Willem II (stadhouder), 7, 14. Willem I (koning), 47, 48, 49, 50, 56, 57, 69, 70, 81, 84, 85, 89, 90, 103-104, 105, 108. Willem II (koning), 61, 62, 89, 91, 93, 94 95, 104, 108, 110. Willem Frederik, zie: Willem I (koning). Willems, J. (stadhouder), 121, 122. Willems, R. (schoolmeester), 10, 12. Willibrordus (H.) (bisschop), 87. Winkens, P. 76. Wit, S. de, 47. Woelderen, P.F. van (notaris, secretaris), 39, 40, 42. Woensel, 31, 83, 153, 174. Woenselse Heide, 57, 69. Wou(w), J. van (drossaard), 121, 122. Wouters, A., 6. Wouters, T.J. (beneficiant, primissarius), 3. Wouw, 71. Wrijs, Lijntken Michielsdr., 5. Wuijten, D.R., 7, 9.

X.

Xhave, XX.

IJ.

IJ (Het), 18.

Z.

Zalm (Salm, Selm, Zelm), C. van 25, 26. (predikant),

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen Zeeuw, J.B. de (pastoor), 34, 36, 37, 98. Zegveld, 15. Zesgehuchten, 112. Zesgehuchten, Hout, 12, 15, 32. Zesgehuchten, assessor, zie: Lidt, H. van / Lith, A. van. Zesgehuchten, drossaard, zie: Jongh, J. de. Zoeterbeek, 116. Zuidwillemsvaart, 41, 45, 90, 91, 95. Zijne, J. (schoolmeester), 116. Zwijsen, J. (bisschop), 93, 94. Zwitserland, 81. Zwoesten, Fr., 5.

Henricus van Moorsel, Kronijk, of Aantekening der merkwaardige voorvallen binnen de gemeente Heeze en eenige omliggende dorpen en enkelde welken algemene belangstelling verdienen