in de regio Aalst, , , en Geboorte

Bosuitbreidingsstudie in groot deel projectgebied uitgewerkt door Grontmij in 2005 i.o.v. Bos&Groen (nu ANB)

Aanvraag voor het strategisch project ‘stadsbos - regionaal bos’ ingediend door stad Aalst in maart 2009 bij departement RWO Doel: realisatie bosuitbreiding en recreatieve inrichting op grondgebied van Aalst, Affligem, Asse en Opwijk Partners toen: Aalst, Affligem, Asse, Opwijk en de provincies Oost- Vlaanderen en Vlaams-Brabant

⇒ Positief antwoord van departement RWO op 23 december 2009 : erkenning als strategisch project ter uitvoering van het RSV (Ministerieel Besluit) ⇒ Aanstelling projectcoördinator op 22 november 2010 = start project Uiteindelijke afbakening projectgebied

Opwijk

Baardegem Merchtem

Moorsel AALST Mazenzele

Meldert

Krokegem Erembodegem Affligem

Asse Uiteindelijke formulering doelstelling Verhoging (landschaps-)ecologische en recreatieve kwaliteit van het landschap in eerste instantie door een netwerk van natuur te realiseren dat voornamelijk uit bos zal bestaan en bovendien: • Behoud en kwaliteitsverhoging open ruimte

• Plattelandsontwikkeling • Opwaardering erfgoed: waardevolle gebouwen, monumenten, landschappen e.a. cultuurhistorisch waardevolle erfgoedelementen

• Inrichting en uitstraling op vlak van recreatie, educatie en toerisme Uiteindelijke trekkers en investerende projectpartners • Trekkers: – Stad Aalst – Agentschap voor Natuur en Bos Oost-Vlaanderen • Betrokken steden en gemeenten die het project meefinancieren: – Stad Aalst – Gemeente Affligem – Gemeente Asse – Gemeente Opwijk – Gemeente Merchtem (nieuwe partnergemeente na uitbreiding projectgebied) • Betrokken provincies die het project meefinancieren: – Provincie Oost-Vlaanderen – Provincie Vlaams-Brabant Andere belangrijke projectpartners • Niet-limitatieve lijst: − Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed (RWO) − Afdeling Ruimtelijke Planning (ARP) − Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling (ADLO) − Agentschappen Natuur en Bos Oost-Vlaanderen & Vlaams-Brabant − Agentschap Ruimte & Erfgoed − Vlaamse Landmaatschappij (VLM) − Toerisme Oost-Vlaanderen & Vlaams-Brabant − Regionale Landschappen Groene Corridor & Zenne, Zuun en Zoniën − Bosgroepen Midden-Oost-Vlaanderen & Groene Corridor − Landbouworganisaties − Jagersverenigingen (WBE’s, …) − Natuur- en milieuverenigingen − Landeigenaars en –gebruikers (ook ex-hopboeren) − Recreatieve verenigingen − Jeugdbewegingen − … Methodiek

Gebiedsgerichte geïntegreerde aanpak volgens 3 sporen:

• de visievorming

• het voeren van communicatie

• het uitvoeren van concrete acties (leerpunt) Aanzet tot visievorming Ingrediënten visievorming

– Kaartmateriaal (historiek, abiotiek, biotiek, …) – Gemeentelijke, Provinciale en Gewestelijke Ruimtelijke Structuurplannen en RUP’s – Structuurschets resulterend uit bosuitbreidingsstudie 2005 – Juridische en beleidsmatige beschermingen (HRL, VEN, ankerplaatsen, beschermde landschappen) – Gewenste ruimtelijke structuur AGNAS en deelconceptschetsen – Lokale, lopende initatieven – Visies van projectpartners – Eigen terreinbezoeken Rekening houden met gewenste ruimtelijke structuur AGNAS

25 ha 3 ha 50 ha

85 ha Integratie ⇒ schets + beschrijving ontwikkelingsvisie als vertrekbasis het voeren van communicatie

 interne communicatie  participatie Projectorganisatie  informatieverspreiding Doelgroepen Draagvlak

Politiek en Stuurgroep : vnl. politici, ook ambtenaren en administraties bestuurlijk Ambtelijke projectgroep : ambtenaren en administraties draagvlak

Klankbordgroep : middenveldorganisaties en belangengroepen van open-ruimtegebruikers: landbouworganisaties, jagerverenigingen, terreinbeherende natuurverenigingen, recreatieve organisaties, jeugdbewegingen, … Maat- schappelijk Rechtstreekse betrokkenen: eigenaars (o.a. via bosgroepen), draagvlak grondgebruikers (o.a. pachters, paardenhouders, …), buurtbewoners, … Het brede publiek Projectorganisatie

Stuurgroep Ambtelijke projectgroep

Projectgroep Thematische werkgroepen

Project- Gebiedsgerichte Klankbordgroep bureau werkgroepen Stuurgroep en ambtelijke projectgroep = Projectgroep stuurt het globale project en neemt strategische beslissingen bestaat uit: politieke en ambtelijke vertegenwoordigers van de 3 bestuurlijke niveaus Klankbordgroep = adviesgroep van de projectgroep (eerste aftoetsing beslissingen) en pool potentiële partners (opstart samenwerkingsverbanden) bestaat uit: vertegenwoordigers van middenveldorganisaties en belangengroepen van open-ruimte eigenaars en gebruikers zoals: ₋ landbouworganisaties ₋ jagersverenigingen ₋ terreinbeherende natuurverenigingen ₋ recreatieve organisaties ₋ jeugdbewegingen ₋ … kan multilateraal samenkomen of bilateraal (dan thematische werkgroep) Projectbureau: voert dagelijks beheer project uit + ondersteuning projectcoördinator bestaat uit: projectcoördinator + voorzitter stuurgroep + trekkers project Thematische werkgroepen: = groep van deskundigen en partners die zich buigen over bepaald thema in heel projectgebied = ‘rekruteringspool’ van deelnemers voor de gebiedsgerichte werkgroepen Voorlopige deelnemerslijst voor volgende thematische werkgroepen:  Thematische werkgroep 1: Perceelsexploratie  Thematische werkgroep 2: Natuurinrichting en –beheer  Thematische werkgroep 3: Plattelandsontwikkeling  Thematische werkgroep 4: Erfgoed  Thematische werkgroep 5: Recreatie, educatie en toerisme Gebiedsgerichte werkgroepen : = lokale groep van relevante betrokkenen en deskundigen die de hoofden bij elkaar steken om voor een bepaald actiegebied het actieplan uit te werken en communicatie hierover te voeren (onder impuls coördinator) Actiegebieden gebiedsgerichte werkgroepen het uitvoeren van concrete acties Welke concrete acties? Realisatie op het terrein kan gaan over: Inrichting/beheer natuur (bv. aanplanting bos of boomgaard, aanleg poel, bosrand, houtkant, haag, graslanden en ruigte maaien, begrazen, enz …)

Aanleg grasbufferstrook, bosstrook, haag, houtkant, … langs akker of weiland (i.k.v. erosiebestrijding, akkervogelbescherming én natuurnetwerk)

Aanleg hopveld (bv. teelt zeldzame hopsoorten of hop’keesten’)

Restauratie (indien nodig) en landschappelijke inpassing erfgoedelementen

Betere landschappelijke inpassing serrecomplexen e.a. constructies

Recreatieve en educatieve infrastructuur: infoborden en -panelen, fiets-, mountain- bike-, ruiter-, men- en wandelroutes (o.a. via trage wegen), vlonderpaden, banken, piknik- en oriëntatietafels, fietsenstallingen, bezoekerscentra, kinderboerderij, …

Toeristische ontwikkeling: productie en verspreiding brochures, organisatie al dan niet gegidste evenementen, horeca en hoevetoerisme met o.a. streektypische producten, enz… Leerpunt: hoe gestructureerd (niet ad hoc) en toch snel te werk gaan in geheel projectgebied? Voorstel: per actiegebied uitwerking actieplan binnen de gebiedsgerichte werkgroep inventarisatie

opmaak schetsmatig inrichtingsplan (zoneringen)

perceelsexploratie

opmaak gedetailleerd inrichtingsplan

terreinrealisatie

onderhoud/beheer Voorbeeld schetsmatig inrichtingsplan Tot slot: positieve ervaring

Door met zoveel interessante mensen in contact te zijn en door overkoepelend te kunnen werken over verschillende thema’s heen in een groot gebied, kan ik als coördinator een belangrijk doorgeefluik betekenen van visies en suggesties van mensen met verschillende kennis (erfgoed, natuur, hopcultuur, …), die elkaar voorheen amper kenden.

⇒ De katalysator- en facilitatorrol van de projectcoör- dinator vormt inderdaad een betekenisvolle meer- waarde voor de kwaliteit en vooruitgang van derge- lijke lokale projecten in het buitengebied en voor het creëren van een lokaal draagvlak ervoor.