DATUM 12 december 2018 PLAATS Twentehuis, H300 TIJDSTIP 17:00 – 18:30 uur
VOORZITTER dr. G.O. van Veldhuizen SECRETARIS ir. G.H. Tamminga PAGINA 1
De heren dr. G.O. van Veldhuizen, mr. drs. R.G. Welten, A.J. Gerritsen, H.M. Bolhaar en mevrouw ir. G.H. AANWEZIG Tamminga AFWEZIG
Agenda dagelijks bestuur van 12 december 2018 (reg.nr. 2018-000221)
NR. ONDERWERP VOORSTEL/ADVIES BESLISSING ACTIE DOOR
A - Hamerstukken
1. Verslag dagelijks bestuur Conform vaststellen d.d. 7 november 2018
2. Ingekomen stukken Conform vaststellen
3. Voortgangsrapportage 1. De subsidievoorwaarde van € Marketingcommunicatieplan 2018 300.000,- cofinanciering “door Vrijetijdseconomie Twente ondernemers” te wijzigen in € 300.000,- cofinanciering “door derden”.
4. Samenwerkingsagenda Oost- Instemmen met de Nederland - Münsterland Samenwerkingsagenda Oost- Nederland – Münsterland
PAGINA 2/3
NR. ONDERWERP VOORSTEL/ADVIES BESLISSING ACTIE DOOR
B - Bespreekstukken
1. Marketingcommunicatieplan 2019 1. MarketingOost een subsidie Vrijetijdseconomie Twente van € 694.785,50 te verlenen voor uitvoering van het Marketingcommunicatieplan 2019 Vrijetijdseconomie Twente.
.2. Verlengen Regeling 1. De Regeling generatiepact Generatiepact Regio Twente Regio Twente 2017 voor de duur 2017 van 1 jaar te verlengen en te beperken tot variant 1 (80% werken/ 90% salaris/ 100% pensioenopbouw). 2. De doelstelling om de financiële ruimte exclusief in te zetten voor mensen met een leeftijd van 35 jaar of jonger te schrappen. 3. Opdracht te geven tot uitwerking van een toekomstbestendige vitaliteitsregeling.
3. Terugkoppeling vaststelling Kennis te nemen van de ter nieuwe reiskostenregeling in de vergadering door de heer Welten vergadering van Georganiseerd gegeven toelichting n.a.v. het Overleg d.d. 19 november 2018 mandaat dat hem op 11 april (de nieuwe regeling is 2018 is verleend om de tekst aan bijgevoegd). te passen.
PAGINA 3/3
NR. ONDERWERP VOORSTEL/ADVIES BESLISSING ACTIE DOOR
4. Brief burgemeester en Het antwoord vast te stellen. wethouders van Almelo over het proces van totstandkoming van het besluit m.b.t. investering in Lithium Werks BV.
C - Rondvraag
1.
DATUM 7 november 2018 PLAATS Twentehuis, H300 TIJDSTIP 16:00 – 17:30 uur
VOORZITTER dr. G.O. van Veldhuizen SECRETARIS ir. G.H. Tamminga PAGINA 1
De heren dr. G.O. van Veldhuizen, mr. drs. R.G. Welten, A.J. Gerritsen, H.M. Bolhaar en mevrouw ir. G.H. AANWEZIG Tamminga AFWEZIG
Verslag dagelijks bestuur van 7 november 2018
NR. ONDERWERP VOORSTEL/ADVIES BESLISSING ACTIE DOOR
A - Hamerstukken
1. Verslag dagelijks bestuur Conform vaststellen Conform. d.d. 26 september 2018
2. Ingekomen stukken Conform vaststellen Conform. (2018-000161)
3. Deelname aan RUNIN Impact Hendrik Haaksema deel te laten Conform. Workshop te Kopenhagen nemen aan de RUNIN Impact (2018-000161) Workshop te Kopenhagen op maandag 19 en dinsdag 20 november a.s.
PAGINA 2/5
NR. ONDERWERP VOORSTEL/ADVIES BESLISSING ACTIE DOOR
4. Financiering gebiedsadviseurs In te stemmen met het verlenen Conform. MarketingOost van € 66.738,- subsidie aan (2018-000161) MarketingOost voor de inzet van gebiedsadviseurs vrijetijdseconomie in Twente.
B - Bespreekstukken
1. Taakverdeling dagelijks bestuur Bespreken 1. Er zal een heisessie worden Secretaris/directiesecretaris (ter vergadering) gepland om afspraken voor de nieuwe zittingsperiode te maken. 2. Over aanwijzing eerste en tweede vicevoorzitter vindt nader overleg plaats tussen de heren Van Veldhuizen, Welten en Gerritsen. 3. Bestuurdersoverleg Kennispunt Twente: de heer Gerritsen nadat hij overleg in B&W Almelo heeft gehad over andere vertegenwoordiger vanuit Almelo. 4. Bedrijfsvoering: de heer Welten. 5. Twence; de heer Welten. 6. Vorenstaande verdeling geldt totdat heisessie heeft plaatsgevonden. Ten behoeve daarvan zullen de secretaris en directiesecretaris een
PAGINA 3/5
NR. ONDERWERP VOORSTEL/ADVIES BESLISSING ACTIE DOOR voorstel voor een (eenvoudige) taakverdeling maken op basis van gelijke werkdruk.
2. Interne managementletter 2018 De interne managementletter 1. Conform. 2 en 3 Directeur (2018-000161) 2018 vast te stellen. 2. Inkoop op agenda volgende Bedrijfsvoering DB: beeld geven van hoeveel klanten Regio Twente heeft, aantal inkopen, aantal decentrale inkopers; problematiek schetsen: wat doen we op dit moment, wat zijn de ontwikkelingen; nagaan of gemeenten Regio Twente kunnen ondersteunen; 3. Toekomstige rechtmatigheidverantwoording DB: nagaan of hieruit een aansprakelijkheid kan voortvloeien en zo ja, of hiervoor een verzekering nodig is.
3. Shared Services Netwerk Twente 1. Het omvormen van het 1. DB constateert dat de 2 en 3 Directeur (2018-000161) programma naar uitvoering via bestuurders SSNT hebben Bedrijfsvoering Platform Twentse Kracht, opgericht op basis van het ITplatform Twente en Communiqué van Zenderen zelforganiserende kenniskringen. en dat bij de opheffing de
PAGINA 4/5
NR. ONDERWERP VOORSTEL/ADVIES BESLISSING ACTIE DOOR 2. SSNT Uitvoeringsprogramma bestuurders niet betrokken 2018, een veranderagenda zijn geweest. 2. Vanuit de bestuurlijke verantwoordelijkheid voor bedrijfsvoering wil het DB aangehaakt blijven of de goede dingen gebeuren in Twentse Kracht en IT- platform. Daarom jaarlijks een toets in het DB. Deze onderdelen betrekken bij de taakverdeling van het DB. 3. Stand van zaken Twentse Kracht en IT-platform op agenda volgende DB: wat doen we, wat levert het op; spiegel voorhouden: wat willen we meer of minder vanuit de toegevoegde waarde.
4. Uitnodiging afscheidssymposium De voorzitter gaat naar dit Bespreken Bas Leerink op 19 december afscheid. 2018 C - Rondvraag
Bij de gemeenten die de laatste 3
keer het congres hebben Gastgemeente jaarcongres VNG 1. georganiseerd opvragen wat de directiesecretaris van 2020 en daarna kosten zijn geweest en wat het
congres de gemeente heeft opgeleverd.
PAGINA 5/5
NR. ONDERWERP VOORSTEL/ADVIES BESLISSING ACTIE DOOR Agenderen voor de heisessie van het DB. Vervolgens voor het AB.
Openbaar ja Registratienummer 2018-000221
Voorstel voor Dagelijks bestuur
Datum vergadering 7 november 2018 Agendapunt A - 2
Domein, behandelend ambtenaar, tel. Bedrijfsvoering, B. Vaneker, 053 4876637
Onderwerp Ingekomen stukken
Voorstel Te besluiten conform het voorstel
Advies Te besluiten conform voorstel Nr. Afzender Inhoud Voorstel 1. Hof van Twente Brief d.d. 14 november inzake aanvullende Ter afdoening in bijdrage Agenda voor Twente handen bestuurscommissie
Agenda van Twente
2. Twence Mail d.d. 19 november inzake vertrek W. van Voor kennisgeving Ingen als voorzitter Raad van Commissarissen aannemen
Twence
Voor kennisgeving 3. Bedrijfsvoering Memo d.d. 16 november inzake aannemen aansluitingsovereenkomst VNG (n.a.v. besluitvorming in dagelijks bestuur van 26
september 2018)
4. Bedrijfsvoering Voor kennisgeving Memo d.d. 16 november inzake kosten payroll aannemen (n.a.v. besluitvorming in dagelijks bestuur van
26 september 2018)
5. Haaksbergen Motie “Transport en opslag kernafval Ahaus” Voor kennisgeving aannemen
Besluit
Ret|io i w nïe inoekomer' post 3 2 -öc 7r-
Hof van \ Twente Dacielijks BestuiiPI ] Regioraad f . Scan: Kopie:
Regio Twente T.a.v. de heer G.O. van Veldhuizen Postbus 1400 7500 BK Enschede
Verzenddatum Uw brief an Uw kenmerk Ons ken erk Bijlage(n) 14 november 2018 640673
Behandeld door J. Kip
Onderwerp Aan ullende bijdrage Agenda voor Twente
Geachte heer Van Veldhuizen,
Graag informeren wij u over het volgende. Op 20 juni 2017 heeft de gemeenteraad van Hof van Twente besloten om in te stemmen met de Agenda voor Twente. Hieraan is een basisbijdrage van € 7,50 per inwoner per jaar (2018-2022) gekoppeld. Tevens heeft de raad toen besloten een aanvullende gemeentelijke bijdrage van € 5,- per inwoner vast te stellen als volgende stap in het groeimodel (extra ambitie).
In januari 2018 is gestart met de uitvoering van de Agenda voor Twente. Wij vinden het positief dat inmiddels alle veertien Twentse gemeenten hebben aangegeven de ambitie van de Agenda te onderschrijven.
Op 7 november 2018 heeft de raad van Hof van Twente de programmabegroting 2019 vastgesteld. Om de begroting sluitend te krijgen zagen wij ons helaas genoodzaakt om, mede gelet op de tekorten in het Sociaal Domein, de raad voor te stellen om de aanvullende gemeentelijke bijdrage van € 5,- per inwoner voor de Agenda voor Twente te schrappen. De raad heeft hiermee ingestemd. Dit als onderdeel van een dekkingsplan met meerdere bezuinigingen. De basisbijdrage van € 7,50 per inwoner blijft uiteraard wel in stand.
Wij gaan ervan uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
burgemeester en wethouders van Hof van Twente, de secretaris,
drs. D. Lacroix
GOOR de Hotte 7, 7471 DK Postbus 54, 7470 AB [email protected] www.hofvantwente.nl 0547-85 85 85 Birgit Vaneker
Van: DB Onderwerp: Vertrek Wilma van Ingen als voorzitter Raad van Commissarissen Twence
Van: Marc Kapteijn [ mailto:[email protected] ] Verzonden: vrijdag 16 november 2018 13:00 Aan: Gemeente Almelo - de heer A.L. Langius < [email protected] >; Gemeente Almelo - de heer D. Bosveld
Geachte aandeelhouders en adviseurs,
1 Na een periode van bijna zes jaar neemt Wilma van Ingen per 31 december 2018 afscheid als voorzitter van de RvC van Twence. Begin 2018 nam ze – na vijf jaar als commissaris aan Twence verbonden te zijn geweest – de voorzittershamer over van Rikus Eising. De reden van haar vertrek is haar benoeming per 1-1-2019 tot directeur- bestuurder bij Domijn. Deze functie is volgens de nieuwe corporatiewet niet combineerbaar met haar voorzittersrol bij Twence. Verder werkt Domijn nauw samen met de gemeenten Enschede, Haaksbergen en Losser. Wilma wil natuurlijk elke kans op belangenverstrengeling voorkomen. Ze stopt daarom per 31-12-2018 als voorzitter van RvC van Twence.
Ton Doesburg zal vanaf dat moment het voorzitterschap van de RvC Twence voor zijn rekening nemen. Alle betrokkenen stemden hiermee in. Zijn ruime ervaring binnen Twence garandeert de continuïteit qua toezicht.
We danken Wilma voor haar grote betrokkenheid in de afgelopen jaren en haar waardevolle adviezen. In haar periode heeft Twence zich ontwikkeld tot producent van grondstoffen en duurzame energie met in de markt een toonaangevende positie. De Raad van Commissarissen is in deze periode sterk geprofessionaliseerd. We gaan haar kennis, verbindende vaardigheden en jarenlange bestuurservaring zeker missen.
We wensen Wilma veel succes in haar nieuwe functie als directeur-bestuurder van woningcorporatie Domijn.
Graag informeren wij u verder over de hierdoor ontstane vacature van commissaris in de Algemene vergadering van Aandeelhouders van 6 december a.s. welke Wilma nog zal voorzitten.
Met vriendelijke groet,
Marc Kapteijn Algemeen Directeur
Bezoekadres Postadres M +31 6 1187 7611 Boldershoekweg 51 Postbus 870 T
7554 RT Hengelo 7550 AW Hengelo I www.twence.nl Nederland Nederland
Disclaimer • Denk aan het milieu - deze mail printen is wellicht niet nodig
2
AAN Dagelijks Bestuur Regio Twente VAN Mevr. mr. N. van Baal
DATUM 16 november 2018 AFDELING Bedrijfsvoering ONDERWERP Aansluitingsovereenkomst VNG
Memo
Op 26 september jl. heeft uw bestuur de aansluitingsovereenkomst met de VNG ondertekend, en daarmee de verplichting aangegaan om na 1 januari 2020 de Cao Gemeenten toe te passen.
De Cao Gemeenten is een direct gevolg van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren, welke op 1 januari 2020 in werking treedt. De rechtspositie van ambtenaren wordt dan niet meer geregeld in de ambtenarenwet en de daarop gebaseerde rechtspositieregeling maar in het Burgerlijk Wetboek en de van toepassing zijnde Cao (in dit geval de Cao Gemeenten). De nieuwe Cao Gemeenten is bindend alle gemeenten. Andere organisaties binnen de gemeentelijke sector, zoals Regio Twente, kunnen zich verplichten om vanaf 1 januari 2020 de Cao Gemeenten toe te passen. Hiertoe is uw bestuur op 26 september jl. de aansluitingsovereenkomst aangeboden.
In de vergadering van 26 september jl. heeft uw bestuur gevraagd om aan te geven wat de nadelen zijn indien niet voor de Cao Gemeenten wordt gekozen.
Nadelen 1. Regio Twente komt voort uit de samenwerking tussen de 14 Twentse Gemeenten en voert taken uit die tot de verantwoordelijkheid van de gemeenten behoren. Alle gemeenten zijn partij bij de Cao Gemeenten. Het kiezen voor een andere Cao dan de Cao Gemeenten betekent dat Regio Twente andere arbeidsvoorwaarden hanteert dan de gemeenten waaruit zij voortkomt. Dit belemmert de samenwerking en de mobiliteit.
2. Indien er niet voor de Cao Gemeenten gekozen zou worden moet Regio Twente zelf actief opzoek naar aansluiting bij een andere cao. Er is geen andere voor de hand liggende Cao beschikbaar. Daarnaast zou Regio Twente, indien zij niet voor de Cao Gemeenten kiest, de VNG (als onderhandelaar namens gemeenten) kwijtraken.
3. De Cao Gemeenten is een voortzetting van ons huidige arbeidsvoorwaardenpakket (Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling). Indien er niet voor de Cao Gemeenten gekozen zou worden, en Regio Twente aansluit bij een andere cao, dan komt ons huidige arbeidsvoorwaardenpakket te vervallen en wordt deze vervangen voor een ander arbeidsvoorwaardenpakket. Niet ingeschat kan worden wat de financiële gevolgen hiervoor zijn.
4. Indien er niet voor de Cao Gemeenten gekozen wordt, en het lukt Regio Twente niet om op 1 januari 2020 bij een andere cao aangesloten te zijn, dan wordt de huidige rechtspositieregeling (door middel van het overgangsrecht) omgezet in een ondernemings-cao. Op deze ondernemings-cao zijn per 1 januari 2020 de regels van zowel het ambtenarenrecht als het burgerlijk recht van toepassing. Beide wetten kennen veel overlappende en conflicterende bepalingen wat lijdt tot onwerkbare situaties.
AAN Dagelijks Bestuur Regio Twente VAN Mevr. mr. N. van Baal
DATUM 16 november 2018 AFDELING Bedrijfsvoering ONDERWERP Kosten payroll n.a.v. DB 26 september jl.
Memo
Op 26 september jl. heeft uw bestuur de uitwerking cao-afspraak gelijke beloning (artikel 3:2a CAR) vastgesteld. Dit artikel verplicht gemeenten om bij de inhuur van payroll werknemers naast de wettelijke verplichte beloningselementen drie beloningselementen uit de CAR-UWO af te spreken, Het gaat om de IKB-bronnen: 1. eindejaarsuitkering; 2. de werkgeversbijdrage levensloop, en 3. een met de ABP-pensioenregeling vergelijkbaar pensioen.
Het artikel is inmiddels geïmplementeerd in onze ART en onze dienstverlener Manpower voert deze conform uit.
In de vergadering van 26 september jl. heeft uw bestuur gevraagd om aan te geven hoeveel kosten gemoeid zijn met het verstrekken van een gelijke beloning aan werknemers die op basis van payroll werken en of deze kosten financieel gedekt zijn.
1. Kosten Regio Twente heeft op dit moment 14 payroll werknemers. De extra loonkosten voor deze werknemers zijn afhankelijk van hun salaris en gewerkte uren per week. De extra loonkosten voor het laatste kwartaal van 2018 bedragen in totaal €23.083, -. Gemiddeld per payroll werknemer betekent dit een stijging van €1649, - per kwartaal.
2. Dekking De extra loonkosten voor de payroll werknemers komen ten laste van de inlenende (integraal) manager. Hij zal dit binnen het bestaande budget dienen te financieren. In de praktijk zal dit er naar verwachting toe leiden dat de manager er eerder voor kiest om de werknemer in eigen dienst aan te stellen dan door middel van payroll.
© O 0 0 GEMEENTE AAKSBERGEN
Regio Twente ingekomen post 1 Reqistratienumrnei Domein: 1 Domein: i Param | Het dagelijks bestuur van Regio Twente Datum OEC. 2018 Postbus 1400 7500 BK ENSCHEDE I Dagelijks Bestuur ( F Regioraad j Scan: _ _
Uw kenmerk Zaaknummer ?7»_/ ti5 Uw datum : Kenmerk .D- - 6 6o _ Behandeld door : Bijlagen Telefoonnummer: (053) 573 45 67 Datum - 3 DEC 2018
Onderwerp: Motie Transport en opslag kernafval Ahaus
Geacht bestuur,
De gemeenteraad van Haaksbergen heeft in zijn vergadering van 28 november 2018 bijgevoegde motie met als onderwerp Transport en opslag kernafval Ahaus aangenomen en ons gevraagd deze motie aan u te zenden.
Hoogachtend, Burgemeester en wethouders,
Gemeentehuis Haaksbergen Postbus 102 7480 AC, Blankenburgerstraal 28 7481 EB Haaksbergen, Tel: (053) 573 45 67, Fax: (053) 572 80 75 www.haa sbergen.nl [email protected] Kijk voor openingstijden en het maken van een afspraak op www.haaksbergen.nl IBAN NL56 BNGH 028.50.03.194
, . - YDI- Raaasvsrgaaenng m der gemeente Haaksb rge
d.dd.dl. _2 l GGH 1 * | Haaksbergen D66 PvdA CDA Centraal DAr l6Q )1 i£ ' 1 J& Ijv\ ( fiP, OP , ( *r Onderwerp: transport en opslag kernafval Ahaus Betrifft: Transport nach und Lagerung von Atommüll in Ahaus De raad van de gemeente Haaksbergen in vergadering bijeen op 28 Der Rat der Gemeinde Haaksbergen beschlie t in seiner Sitzung am november 2018; 28. November 2018; Overwegende dat: Sachverhalt: • In Ahaus een tijdelijke opslaghal voor kernafval is gelegen; • In Ahaus befindet sich ein Zwischenlager für Atommüll; ® De vergunningstermijn voor de opslag van hoogradioactief afval in Ahaus verstrijkt op 31 december 2036; • Die in der Genehmigung festgelegte Zeitraum für die Lagerung ® Transporten van 152 Castor-containers met 300.000 hochradioaktiver Abfalle in Ahaus lauft am 31. Dezember 2036 bestraalde splijtstofelementen van Jülich naar Ahaus zijn aus; gepland; • Es wird gegenwartig ein Trans ort von 152 Castor-Containern mit ® Nucleaire afvaltransporten naar Ahaus onnodig en gevaarlijk zijn en ook risico s voor de veiligheid en gezondheid van 300.000 bestrahlten Brennelementen von Jülich nach Ahaus inwoners van Haaksbergen meebrengen. geplant; • Der Transport von Atommüll nach Ahaus ist unnötig und gefahrlich und birgt auch Risi en für die Gesundheit und Sicherheit der Einwohner von Haaksbergen. Constaterende dat: Beachten Sie das: ® De stad Ahaus van de Duitse regering en van de • Die Stadt Ahaus fordert von der Bundesregierung und der landsregering van Noordrijn-Westfalen eist om de opslag van Landesregierung von Nordrhein-Westfalen, dass der radioaktive de containers in Jülich mogelijk te maken totdat een Abfall weiterhin in Jülich gelagert wird, bis ein Endlager verfügbar eindopslagplaats beschikbaar is of de containers worden ist oder die Container in die Vereinigten Staaten transportiert vervoerd naar de Verenigde Staten; werden; ® De stad Ahaus van de Vrijstaat Beieren eist om voor het hoogradioactieve afval van de onderzoeksreactor München II (Forschungs-Neutronenquelle Heinz Maier-Leibnitz) Die Stadt Ahaus fordert vom Freistaat Bayern umge end die onmiddellijk een tijdelijke opslagfaciliteit aan te vragen en zo Planung und den Bau eines Zwischenlagers für den snel mogelijk op de locatie te bouwen en hoogradioactief afval hochradioaktiven Abfall aus dem Forschungsreaktor München II van de onderzoeksreactor niet naar Ahaus te brengen; (Forschungs-Neutronenquelle Heinz Maier-Leibnitz) am Standort De stad Ahaus eist dat de tussentijdse opslag van radioactief und lehnt einen Transport des hochradioaktiven Abfalls nach afval in Ahaus wordt beëindigd door de snelst mogelijke inzet Ahaus ab; van een eindopslagplaats in Duitsland voor hoogradioactief afval uiterlijk bij het verstrijken van de opslagvergunning in Die Stadt Ahaus fordert, dass die Zwischenlagerung radioaktiver Ahaus op 31 december 2036. Abfalle in Ahaus spatestens zum Ablauf der Lagergenehmigung in Ahaus am 31. Dezember 2036 endet und schnellstmöglich ein Endlager für hochradioaktive Abfalle in Deutschland errichtet wird. Spreekt steun uit voor de inspanningen van het gemeentebestuur van Der Rat der Gemeinde Haaksbergen unterstützt die Stadt Ahaus in Ahaus om de veiligheid en gezondheid van de inwoners van Ahaus, ihren Bemühungen zum Schutz der Gesundheit und Sicherheit der Haaksbergen en ook de regio te beschermen. Einwohner von Ahaus, Haaksbergen und auch der Region. Verzoekt het college deze motie te zenden aan het gemeentebestuur Der Rat beauftragt das College des Bürgermeisters und van Ahaus, het bestuur van de EUREGIO, Regio Twente, Beigeordtnete diese Resolution an die Stadt Ahaus, die Verwaltung Veiligheidsregio Twente en de regering en het bevoegde ministerie der EUREGIO, Regio Twente, Veiligheidsregio Twente und die van Noordrijn-Westfalen en aan de regering en het bevoegde Regierung und das zustandige Ministerium des Landes NRW und an ministerie van de Bondsrepubliek Duitsland. die Bundesregierung und das zustandige Minsterium der Bundesrepublik Deutschland zu senden. En gaat over tot de orde van de dag, Und geht über zur weiteren Tagesordnung, De fracties van Die Fraktionep von D66, PvdAr pH, C THaak ergen D66, PvdAcGGH pBA, Haaksbergen Centraal, DAP Advies nota Openbaar Ja Registratienummer 2018-000221 Voorstel voor Dagelijks bestuur Datum vergadering 12 december 2018 Agendapunt A - 3 Domein, behandelend ambtenaar, tel. Leefomgeving, Rolien Nolte/Marion Vorkink, tel. 6756/6556 Onderwerp Voortgangsrapportage Marketingcommunicatieplan 2018 Vrijetijdseconomie Twente Voorstel 1. De subsidievoorwaarde van € 300.000,- cofinanciering “door ondernemers” te wijzigen in € 300.000,- cofinanciering “door derden”. Inleiding MarketingOost verzorgt sinds 2016 de marketingcommunicatie voor de vrijetijdseconomie van Twente. Dit gebeurt op basis van de lange termijn visie “Toerisme Twente visie 2022”. Hiervoor doet MarketingOost jaarlijks een subsidieaanvraag voor hun geplande activiteiten in het betreffende kalenderjaar, op basis van een marketingcommunicatieplan. Jaarlijks rapporteert zij tussentijds op 1 oktober over de voortgang. Uit de voortgangsrapportage 2018 blijkt dat de voortgang voor 11 van de 13 projecten op groen staat. Als aandachtspunten worden genoemd: -de cofinanciering door ondernemers aan MarketingOost groeit per jaar, maar minder dan geraamd; -ondernemers financieren op meerdere manieren mee aan de vermarkting van Twente, dus niet alleen via Twente Marketing; -er is een technisch probleem in de routeportal, wat in november 2018 wordt aangepakt; -de rol van gebiedsadviseurs blijkt niet altijd helder; -samenwerking in de keten kan nog beter en de gemeenten kunnen hierbij een ondersteunende rol spelen. Beoogd effect Tijdig bijsturen door de geraamde cofinanciering door ondernemers te veranderen in cofinanciering door derden. Hiermee wordt de cofinanciering hoogstwaarschijnlijk wel gerealiseerd. Argumenten 1.1 Ondernemers blijven voldoende bijdragen aan de ontwikkeling van de vrijetijdseconomie in Twente. De investeringen van de ondernemers zijn echter verdeeld over diverse partijen. Naast een partnerpakket bij Twente Marketing betaalt de ondernemer ook zijn lidmaatschap aan de lokale TTI/VVV. Aandachtspunt hierbij is de mogelijke concurrentiepositie tussen lokale TTI/VVV en Twente Marketing (een ondernemer kan zijn geld immers maar één keer uitgeven). Ook investeert de ondernemer in samenwerkingsverbanden zoals het Camping en Bungalow Overleg Twente (CBOT) of het Hotel Overleg Twente (HOT), de Koninklijke Horeca etc. en in zijn eigen marketingpromotie en productontwikkeling. Advies nota DB BC PHO Pagina 1 van 2 1.2 De voortgangsrapportage is het instrument om tussentijds te evalueren en bij te sturen. Door tijdig bij te sturen, zal het proces van subsidievaststelling over 2018 geen vertraging op lopen en zal de aanvraag voor het marketingcommunicatieplan voor het volgende jaar, te weten het jaar 2019, op de nieuwe situatie zijn aangepast. 1.3 Positief advies portefeuillehoudersoverleg vrijetijdseconomie Het portefeuillehoudersoverleg vrijetijdseconomie heeft op 7 november 2018 ingestemd met het voorstel. Kanttekening n.v.t. Kosten, baten , dekking n.v.t. Communicatie n.v.t. Vervolg MarketingOost stuurt uiterlijk 31 maart 2019 een aanvraag tot subsidievaststelling op basis van de inhoudelijke en financiële eindverantwoording over het gehele jaar 2018. Bijlage(n) Besluit Advies nota DB BC PHO Pagina 2 van 2 Advies nota Openbaar Ja Registratienummer 2018-000221 Voorstel voor Dagelijks bestuur Datum vergadering 12 december 2018 Agendapunt A - 4 Domein, behandelend ambtenaar, tel. Leefomgeving, A. Horstman, 053-487 6779 Onderwerp Samenwerkingsagenda Oost-Nederland - Münsterland Voorstel In te stemmen met de Samenwerkingsagenda Oost-Nederland – Münsterland Inleiding Volgens een Mededeling van de Europese Commissie ‘Boosting Growth and Cohesion in EU Border Regions’ van september 2017 is in de grensregio’s langs de Europese binnengrenzen tot 8% economische groei mogelijk. Dan dienen wel de belemmeringen voor grensoverschrijdende samenwerking uit de weg te worden geruimd. Samen met onze buurregio’s en provincies werken we aan samenwerkingsagenda’s met partners in Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen. Maar vooral ook heel concreet in de directe grensregio met het Münsterland. Hier willen we sterk investeren in het ontwikkelen van projecten, willen we gezamenlijke belangen steviger behartigen en sterker inspelen op trends en thema’s die ons bezighouden. Op basis van een bestuurlijke opdracht heeft afgelopen maanden een ambtelijke werkgroep een programmatisch memorandum voor de grensoverschrijdende samenwerking Oost-Nederland - Münsterland uitgewerkt, bestaande uit een hoofdtekst en bijlage. Namens Regio Twente heeft Toon Bom (Enschede) in deze werkgroep geparticipeerd. Aan de Samenwerkingsagenda Oost-Nederland-Münsterland nemen naast Regio Twente, de provincies Overijssel en Gelderland, de Regio Achterhoek, de Kreise Steinfurt, Borken, Coesfeld, Warendorf en de Kreisfreie Stadt Münster deel. Andere belangrijke partners zijn de Bezirksregierung Münster en de EUREGIO. De samenwerkingsagenda is volledig binationaal ontwikkeld. Het programmatisch memorandum met kansrijke trajecten wordt op 14 december 2018 in Warendorf ondertekend door alle partners. De samenwerking is vooral gericht op de terreinen onderwijs, economie en arbeidsmarkt, bereikbaarheid en infrastructuur. De samenwerkingsagenda is gebaseerd op “tun, möchten, lernen”. “Tun”; omdat we beslissingsbevoegd zijn. We ontwikkelen concrete projecten binnen bovengenoemde prioritaire themagebieden. “Möchten”; omdat we gezamenlijke lobbythema’s identificeren die de belangen van het gebied behartigen. “Lernen”; omdat we een denktank creëren waarin we ons met toekomstthema’s en trends bezighouden. Beoogd effect Met de Samenwerkingsagenda wordt beoogd een proeftuin voor grensoverschrijdende samenwerking te realiseren, waar het niet alleen gaat om het slechten van barrières maar ook om het doen van investeringen en het zien van kansen. Dit om de interactie in het gebied (werken, wonen, recreëren) te vergroten en daarmee de economische kracht van deze grensregio te vergroten. Advies nota DB BC PHO Pagina 1 van 2 We willen met een pragmatische aanpak op subregionaal niveau een voorbeeld zijn voor andere regio’s langs de gehele Duits-Nederlandse grens. Argumenten 1.1 De Samenwerkingsagenda Oost-Nederland - Münsterland is in lijn met de ambities uit de Regionale Samenwerkingsagenda 2017-2020 van Regio Twente en de aanbevelingen uit het verkenningsrapport GROS Governance Nederland-Noordrijn-Westfalen. De Samenwerkingsagenda past binnen de in 2017 vastgestelde Regionale Samenwerkingsagenda 2017-2020 van Regio Twente en de ambities uit het recent opgeleverde verkenningsrapport GROS Governance Nederland-Noordrijn-Westfalen. De Samenwerkingsagenda helpt bij het effectief en pragmatisch samenwerken op de daarin genoemde grensoverschrijdende beleidsthema’s. 1.2 De Samenwerkingsagenda Oost-Nederland – Münsterland geeft een flinke stimulans aan de grensoverschrijdende samenwerking De Samenwerkingsagenda Oost-Nederland – Münsterland is een krachtig middelen om een flinke impuls te kunnen geven aan de grensoverschrijdende samenwerking tussen Oost-Nederland en het Münsterland. Enerzijds om het gezamenlijke comitment te benadrukken en anderzijds om de gezamenlijke ambities ook effectief te kunnen omzetten. Kanttekening N.v.t. Kosten, baten , dekking De uitvoering van de Samenwerkingsagenda kan voor wat betreft Regio Twente binnen de bestaande ambtelijke capaciteit worden opgevangen. Voor financiering van de in de agenda opgenomen projecten zullen indien noodzakelijk investeringsvoorstellen worden ontwikkeld en voorgelegd aan de verantwoordelijke instanties en subsidiënten. Communicatie Er wordt persaandacht gevraagd zowel in Nederland alsook in Duitsland voor de Samenwerkingsagenda Oost–Nederland - Münsterland. Hierbij wordt vooral ingezet op de regionale media vanuit beide landen. Dit gebeurt in nauwe afstemming met de woordvoering van alle partners. Vervolg 1. Een voorstel voor trekkerschap en de verdere procesgang wordt op dit moment met de partners verder uitgewerkt. Na ondertekening van het programmatisch memorandum op 14 december wordt de verdere procesgang inzichtelijk. 2. In de eerste helft van 2019 zal worden gestart met de uitvoering van de samenwerkingsagenda. 3. Over de verdere voortgang wordt in 2019 regelmatig aan het portefeuilleberaad belangenbehartiging gerapporteerd. Bijlage(n) 1. Memorandum Samenwerkingsagenda Oost-Nederland - Münsterland 2. Bijlage Samenwerkingsagenda Oost-Nederland - Münsterland Besluit Advies nota DB BC PHO Pagina 2 van 2 Ondergetekenden Provincie Gelderland, Markt 11, 6811CG Arnhem Provincie Overijssel, Luttenbergstraat 2, 8012 EE Zwolle Regio Achterhoek, Terborgseweg 21, 7001 GM Doetinchem Regio Twente, Nijverheidstraat 30, 7511 JM Enschede Kreis Borken, Burloer Str. 93, 46325 Borken Kreis Coesfeld, Friedrich-Ebert-Str. 7, 48653 Coesfeld Kreis Steinfurt, Tecklenburger Straße 10, 48565 Steinfurt Kreis Warendorf, Waldenburger Straße 2, 48231 Warendorf Stadt Münster, Klemensstraße 10 , 48143 Münster en met medewerking van de Bezirksregierung Münster, Domplatz 1-3, 48143 Münster, Verklaren hierbij, dat het in ons gemeenschappelijk belang is, de grensoverschrijdende samenwerking tussen Duitsland en Nederland te intensiveren en uit te breiden tot meerdere beleidsterreinen, om hiermee onder andere de barrièrewerking van de landsgrenzen verder af te bouwen, dat grensoverschrijdende samenwerking alle lagen van het bestuur aangaat en gericht is op gezamenlijk handelen, dat grensoverschrijdende samenwerking altijd tot doel heeft, de levenskwaliteit van de burgers en de economie in het Duits-Nederlandse grensgebied naar een hoger niveau te brengen. Dat grensoverschrijdende samenwerking moet plaatsvinden conform het strategieproces “Euregio 2030” en de Duitslandstrategie van de provincies Gelderland en Overijssel. dat hiervoor geen aparte structuren worden opgezet, maar reeds bestaande en opgerichte ondersteund worden. De intentie wordt bevestigd om onder deze condities de samenwerking tussen de hierboven genoemde partners verder uit te bouwen en dit te doen middels “Doen, willen en leren “ 1. “Doen”, omdat we bevoegd zijn: als partners in samenwerkingsprojecten op het gebied van de prioritaire samenwerkingsthema’s arbeidsmarkt en onderwijs, economie en mobiliteit en infrastructuur. Voor gemeenschappelijke projecten gebruiken we de subsidieprogramma’s, met name INTERREG A. 2. “Willen”, omdat we de belangen van ons grensgebied gezamenlijk willen behartigen en omdat we voor het uitvoeren van onze gemeenschappelijke doelen andere bevoegde partners nodig hebben en moeten betrekken. 3. “Leren”, omdat we ons in een vroegtijdig stadium gezamenlijk en grensoverschrijdend ons met de kennis over de belangrijke onderwerpen van de toekomst willen bezighouden. Binnen deze drie velden komen we overeen om aan een lijst van concrete thema’s te werken (zie bijlage). In de toekomst zullen we samen aan de inhoud van deze lijst werken. Over de tenuitvoerlegging van het memorandum zal een keer per jaar tijdens de bijeenkomst van de districtsraden, waartoe ook de vertegenwoordigers van de provincies en de regio’s, evenals de Euregio uitgenodigd zijn, door de Euregio verslag worden gedaan. Deze bijeenkomst van de districtsraden zal ook gebruikt worden voor verdieping van persoonlijke grensoverschrijdende contacten en gedachtenuitwisseling. Warendorf, 14 december 2018 ______ (Provincie Gelderland - Gedeputeerde Jan Markink) ______ (Provincie Overijssel - Commissaris van de Koning Andries Heidema) ______ (Regio Achterhoek - Bestuurslid Joris Bengevoord) ______ (Regio Twente - Voorzitter Onno van Veldhuizen) ______ (Kreis Borken - Landrat Dr. Kai Zwicker) ______ (Kreis Coesfeld - Landrat Dr. Christian Schulze Pellengahr) ______ (Kreis Steinfurt - Landrat Dr. Klaus Effing) ______ (Kreis Warendorf - Landrat Dr. Olaf Gericke) ______ (Stadt Münster - Oberbürgermeister Markus Lewe) ______ (Bezirksregierung Münster - Regierungspräsidentin Dorothee Feller) Bijlage: lijst met thema’s Bijeenkomst van de provinciale en gemeentelijke overheden, in D de Landräte A. Onderwijs I. Doen 1. Prioriteit a. ACTIE: de grensoverschrijdende informatie over mogelijkheden in het kader van onderwijs en beroepsonderwijs in het buurland versterken. (informatie ook digitaal ter beschikking stellen) VERANTWOORDELIJK: iedere partner via zijn eigen netwerken (gebruikmaken van de al bestaande contacten met onderwijsinstellingen en die uitbreiden) b. ACTIE: onderwijs in de buurtaal mogelijk maken (verantwoordelijk: scholen, en Duitsland de deelstaat) VERANTWOORDELIJK: op te starten in de vorm van een uitwisseling van onderwijsnetwerken, evtl. ook via de bureaus van onderwijs in D en in NL via het Rectorenoverleg Oost-Gelderland en de opleidingscommissie in Twente 2. In de pipeline a. ACTIE: het opzetten van grensoverschrijdende klassen voor bepaalde vakken (beroepsonderwijs en middelbare scholen) om grotere klassen te realiseren, met name in het landelijke grensgebied VERANTWOORDELIJK: schoolbesturen; inschakelen van de Bezirksregierung b. ACTIE: grensoverschrijdende uitwisseling van Best-Practices bij op het ver- beteren van het imago gerichte reclame voor beroepen waar behoefte aan is VERANTWOORDELIJK: alle partners, waarbij de desbetreffende verenigin- gen en organisaties (Kamers, instanties ter bevordering van de economie, enz.) worden betrokken c. ACTIE: grensoverschrijdende uitwisseling van Best-Practices, „digitalisering“; betere uitrusting van de scholen en integratie van digitale lesmethodes VERANTWOORDELIJK: de Duitse Berufskollegs, de directies van scholen, andere schoolbesturen / de Duitse Kreise en gemeentes d. ACTIE: het continueren van de acties „lerende Euregio“ en „Leren zonder Grenzen“ alsmede: ACTIE: grensoverschrijdende uitwisseling tijdens de beroepsopleiding VERANTWOORDELIJK: onderwijsinstellingen, met name in NL de ROC‘s en in D de Berufskollegs e. ACTIE: het verder ontwikkelen van de Euregio Academie Willem V VERANTWOORDELIJK: degenen die verantwoordelijk zijn voor dit project II. Streven 1. Prioriteit a. ACTIE: erkenning van onderwijsdiploma’s (D: Bezirksregierung, deelstaat, HWK, IHK; in NL: SBB) VERANTWOORDELIJK: alle partners; gericht op: D: Bezirksregierung, deelstaat, HWK, IHK (D) en SBB (NL) b. ACTIE: buurtaal moet vanzelfsprekend zijn VERANTWOORDELIJK: alle partners, gericht op: onderwijsinstellingen, schoolbesturen, Bezirksregierung, regeringen, Kamers, beroepsverenigingen 2. In de pipeline a. ACTIE: het gelijktrekken van opleidingstrajecten / kleinere opleidingstrajecten, met name in de landelijke grensstreek, om het wegvallen van opleidingsmoge- lijkheden tegen te gaan VERANTWOORDELIJK: alle partners; gericht op: deelstaat, de Duitse regering, de Nederlandse overheid, politiek b. ACTIE: speciale certificering in de beroepsopleiding aanbieden (bijvoorbeeld Goethe-certificaat) VERANTWOORDELIJK: alle partners; gericht op: Ministeries van Onderwijs, ROC’s, de Duitse Berufskollegs III. Leren 1. Prioriteit: – 2. In de pipeline a. ACTIE: grensoverschrijdende standaardisering en certificering van Euregio- scholen VERANTWOORDELIJK: besturen van opleidingen en instellingen uit de regio van alle partners I. Doen 1. Prioriteit a. ACTIE: het werven van gemeenschappelijk vakmensen/specialisten van buiten de regio en het binden van jonge talenten – daarmee verbonden: het vergroten van de euregionale attractiviteit VERANTWOORDELIJK: gemeentes, de Duitse Kreise, deelstaat, provincies; erbij betrekken: bedrijven en opleidingsinstellingen b. ACTIE: projecten voor het stimuleren van een transparante grensoverschrij- dende arbeidsmarkt; o.a. door het uitwisselen van de Stakeholders aan beide kanten van de grens, met het thema: „hoe is de arbeidsmarkt georganiseerd/- gestructureerd? Daarbij wordt met name rekening gehouden met aspecten als flexibiliteit, opleidingsstelsels enz.“ VERANTWOORDELIJK: gemeentes, regio‘s alsmede deelnemers van het „Pact Arbeidsmarkt over de grens“ c. ACTIE: grensoverschrijdende bemiddeling stimuleren: het uitbouwen van de „SGA“ (Service Grensoverschrijdende Arbeidsbemiddeling) naar voorbeeld van het pilootproject „GrensWerk“ in Gronau (ook verder te blijven volgen als thema’s in de categorie „Streven – lobbythema’s“) VERANTWOORDELIJK: gemeentes en de Duitse Kreise, waarbij ook de be- middelingsinstanties (D: Agenturen, NL het UWV enz.) worden ingeschakeld 2. In de pipeline a. ACTIE: het aantrekken van vakmensen en specialisten – grensoverschrijdend onderzoek naar de huidige situatie alsmede een prognose VERANTWOORDELIJK: bemiddelingsinstanties (D: Agenturen, NL: UWV, grenswerk enz.) alsmede alle partners als mogelijke initiatiefnemers of projectdeelnemers II. Streven 1. Prioriteit a. ACTIE: grensinformatiepunten: de duurzaamheid daarvan veiligstellen door structurele resp. stabiele financiering VERANTWOORDELIJK: alle partners; gericht op: Ministeries, deelstaten, provincies, regio’s 2. In de pipeline a. ACTIE: grensoverschrijdende gecombineerde opleidingen VERANTWOORDELIJK: deelstaat en provincies alsmede ondernemers, besturen van onderwijsinstellingen en de regionale Agentur Münsterland; gericht op: beroepsverenigingen, ondernemersorganisaties, Kamers enz. b. ACTIE: het gelijktrekken van de D/NL opleidings-/onderwijsstelsels VERANTWOORDELIJK: de Duitse Kreise, regio‘s, deelstaat, provincies; gericht op: beroepsverenigingen, Kamers enz. c. ACTIE: het mogelijk maken van grensoverschrijdende uitwisseling van gegevens over de arbeidsmarkt VERANTWOORDELIJK: bemiddelingsinstanties met ondersteuning van de gemeentes en in D de Kreise III. Leren 1. Prioriteit: - 2. In de pipeline a. ACTIE: „Vertrouwen in plaats van concurrentie / Vertrauen statt Konkurrenz“ - bedrijven doen een beroep op een gemeenschappelijke pool van vakmensen VERANTWOORDELIJK: alle partners I. Doen 1. Prioriteit a. ACTIE: het stimuleren van de grensoverschrijdende samenwerking van de instanties die de economie stimuleren: 1. gemeenschappelijk strategie-paper (taken o.a.: uitwisseling van strategiedocumenten en studies, zorgen voor transparantie van de activiteiten, het identificeren van aanknopingspunten voor gemeen- schappelijke activiteiten, enz.) 2. het opzetten van een structurele samenwerking (taken o.a.: regelmatige uitwisseling) 3. het opstellen van een gemeenschappelijk positiedocument voor de toekomstige subsidieperiode van INTERREG VI VERANTWOORDELIJK: de instanties van Münster en de Duitse Kreise die de economie stimuleren, Oost NL en EUREGIO (het organiseren van een bijeen- komst van alle instanties die de economie stimuleren) b. ACTIE: samenwerking op het gebied van toerisme verder uitbouwen: - gezondheid (oudere generatie als doelgroep), - fietstoerisme, - toerisme gericht op paardrijden, - cultureel toerisme - het aanbieden van overnachtingsmogelijkheden - enzovoorts VERANTWOORDELIJK: EUREGIO c. ACTIE: breder opgezette informatie over cultuur- en structuurverschillen NL- NRW: een aanbod van cursussen en stages over en weer (voor bedrijven, overheid, organisaties) VERANTWOORDELIJK: alle partners (rekening houdend met het al bestaan- de aanbod) (Opmerking: sinds herfst 2018 kunnen cursussen al gemeenschappelijk worden gevolgd) 2. In de pipeline: - II. Streven 1. Prioriteit: - 2. In de pipeline a. ACTIE: ondersteuning bij het opzetten van D-NL-netwerken van ondernemers (zie: „doen“) alsmede het opzetten van gemeenschappelijke handelsrelaties VERANTWOORDELIJK: instanties die de economie stimuleren en hun be- sturen b. ACTIE: technologie-transfer verbeteren: coöperatie tussen bedrijfsleven en wetenschap grensoverschrijdend stimuleren door het laten uitvoeren van Bachelor- en Masterstudies in het buurland VERANTWOORDELIJK: alle partners, met name instanties die de economie stimuleren en onderwijsinstellingen III. Leren 1. Prioriteit: - 2. In de pipeline a. ACTIE: het uitwisselen van ervaringen met gemeenschappelijke handels- missies (ook naar Afrika en Azië) VERANTWOORDELIJK: instanties die de economie stimuleren alsmede het initiatief Go4Export“ D. Mobiliteit/infrastructuur I. Doen 1. Prioriteit a. ACTIE: fietssnelpaden grensoverschrijdend uitbouwen (Infrastructuur) VERANTWOORDELIJK: gemeentes, de Duitse Kreise, de deelstaat, de provincies b. ACTIE: grensoverschrijdend overleg bij het geven van concessies (looptijd) VERANTWOORDELIJK: de Duitse Kreise, regio’s, deelstaat, provincies 2. In de pipeline a. ACTIE: ondersteuning van de lopende initiatieven, toeristische fietspaden op elkaar aan te laten sluiten VERANTWOORDELIJK: gemeentes, regio’s en toerismebureaus b. ACTIE: reisinformatie in het openbaar vervoer ter beschikking stellen (real- time); ook als lobbythema („streven“) VERANTWOORDELIJK: alle partners (met name de Duitse Kreise en de provincies); lobby gericht op deelstaat/het Rijk alsmede vervoersbedrijven c. ACTIE: zorgen voor een innovatieve infrastructuur voor het verkeer (carpoo- len, fietsenstallingen, oplaadstations), met grensoverschrijdende comptabiliteit VERANTWOORDELIJK: steden, gemeentes, de Duitse Kreise, regio’s, deelstaat, provincies d. ACTIE: ondersteuning van het managen van bedrijfsmobiliteit VERANTWOORDELIJK: steden, gemeentes, de Duitse Kreise, regio‘s e. ACTIE: het implementeren van de resultaten van het lopende onderzoek „bereikbaarheid door de lucht“ VERANTWOORDELIJK: alle EUREGIO-partners II. Streven 1. Prioriteit a. ACTIE: het verder uitbouwen van grensoverschrijdende wegen: - ontwikkeling van de grensoverschrijdende trajecten van de B54/A35 - het uitbouwen van de infrastructuur N18 – Duitsland - het ondersteunen van het verder uitbouwen van de B64 en B51 – als onderdeel van een sterke oost-westverbinding - alsmede ondersteuning van de in LOI „bereikbaarheid“ (MONT) genoemde wegenbouwprojecten VERANTWOORDELIJK: alle partners; gericht op: deelstaat en provincies (ook ministeries/regionale overheden) b. ACTIE: grensoverschrijdende treinverbinding: - elektrificatie met name aan Duitse kant bespoedigen (met name de verbin- ding Zwolle-Münster alsmede (de al geplande) verbinding Bocholt-Wesel) - Verbetering van de treinverbinding door het aanleggen van inhaalsporen VERANTWOORDELIJK: alle partners; gericht op: de deelstaat/provincie c. ACTIE: het verbeteren van de mobiliteit/bereikbaarheid voor auto’s en open- baar vervoer, om de arbeidsmarkt grensoverschrijdend makkelijker toegan- kelijk te maken O.A.: het standaardiseren van tariefsystemen in het openbaar vervoer: gemeenschappelijk aanbod, lobby voor e-tarief inclusief Nederland VERANTWOORDELIJK: alle partners; gericht op: deelstaat, provincies, vervoersbedrijven . 2. In de pipeline: - III. Leren 1. Prioriteit a. ACTIE: innovatieve mobiliteitsconcepten (o.a. „Urban Air Mobility“, geautomatiseerd rijden, City Logistics) VERANTWOORDELIJK: alle partners 2. In de pipeline: - Advies nota Openbaar Ja Registratienummer 2018-000221 Voorstel Dagelijks Bestuur Datum vergadering 12 december 2018 Agendapunt B - 1 Domein, behandelend ambtenaar, tel. Leefomgeving, Rolien Nolte/Marion Vorkink, tel. 6756/6556 Onderwerp Marketingcommunicatieplan 2019 Vrijetijdseconomie Twente Voorstel 1. MarketingOost een subsidie van € 694.785,50 te verlenen voor uitvoering van het Marketingcommunicatieplan 2019 Vrijetijdseconomie Twente. Inleiding MarketingOost verzorgt sinds 2016 de marketingcommunicatie voor de vrijetijdseconomie van Twente. Dit gebeurt op basis van de lange termijn visie “Toerisme Twente visie 2022”. Hiervoor doet MarketingOost jaarlijks een subsidieaanvraag voor door haar geplande activiteiten in het betreffende kalenderjaar, op basis van een marketingcommunicatieplan. Uit het “marketingcommunicatieplan 2019 Vrijetijdseconomie Twente” blijkt dat de activiteiten de lijn volgen, die in 2017 en in 2018 is ingezet. Het betreft Branding, Binding en Borging, dat zich richt op marktpenetratie en productontwikkeling. Volgens de lange termijnvisie wordt eerst ingezet op behoud van bestaande doelgroepen door sterke positionering van het merk Twente en dit aan te vullen met productontwikkeling voor nieuwe doelgroepen. In het plan wordt onderscheid gemaakt in de nationale en de internationale markt volgens het leefstijlenmodel. De activiteiten en producten worden beschreven en de kosten zijn begroot. Beoogd effect Investeren in de marketingcommunicatie voor vrijetijdseconomie in Twente, waardoor het aantal overnachtingen, de hoeveelheid bestedingen en het aantal banen in de sector stijgt. Argumenten 1.1 Vervolg op marketingcommunicatieplan 2018 Het marketingcommunicatieplan 2019 is inhoudelijk een logisch vervolg op het huidige -in uitvoering zijnde- marketingcommunicatieplan 2018. In dit plan is ook de extra investering in binding opgenomen door te investeren in gebiedsadviseurs. Deze middelen zijn voor de laatste keer beschikbaar uit de Agenda van Twente. 1.2 Inhoudelijke aansluiting relevante partijen In het marketingcommunicatieplan 2019 zit een goede inhoudelijke aansluiting met Twente Branding enerzijds en met het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC) en Euregio anderzijds. 1.3 Uitwerking van de “Toerisme Twente visie 2022” Het marketingcommunicatieplan 2019 is een jaarlijkse uitwerking van de breed gedragen lange termijn visie “Toerisme Twente visie 2022”. Advies nota DB BC PHO Pagina 1 van 2 1.4 Goedgekeurd door Gastvrij Twente Het marketingcommunicatieplan 2019 is beoordeeld en goedgekeurd door de Raad van Advies Gastvrij Twente. 1.5 Positief advies portefeuillehoudersoverleg vrijetijdseconomie Het portefeuillehoudersoverleg vrijetijdseconomie heeft op 7 november 2018 ingestemd met het voorstel. Kanttekening 1.1 De mate van cofinanciering door ondernemers blijft een aandachtspunt Hoewel het aantal deelnemende ondernemers nog steeds stijgt, is de financiële doelstelling, op advies van Gastvrij Twente naar beneden bijgesteld t.o.v. 2018. Ondernemers dragen voldoende bij aan de ontwikkeling van de vrijetijdseconomie in Twente, maar de investeringen van de ondernemers zijn verdeeld over diverse partijen. Naast een partnerpakket bij Twente Marketing betaalt de ondernemer ook zijn lidmaatschap aan de lokale TTI/VVV. Aandachtspunt hierbij is de mogelijke concurrentiepositie tussen lokale TTI/VVV en Twente Marketing (een ondernemer kan zijn geld immers maar één keer uitgeven). Ook investeert de ondernemer in samenwerkingsverbanden zoals het Camping en Bungalow Overleg Twente (CBOT) of het Hotel Overleg Twente (HOT), de Koninklijke Horeca etc. en in zijn eigen marketingpromotie en productontwikkeling. 1.2 Incidentele middelen In 2019 wordt voor de laatste keer extra geïnvesteerd in binding, door middel van de investering in gebiedsadviseurs. Deze middelen zijn incidenteel en niet structureel beschikbaar. 1.3 Ketensamenwerking blijft een aandachtspunt De samenwerking in de keten blijft een aandachtspunt, waar de gemeenten een ondersteunende rol moeten vervullen. In het portefeuillehoudersoverleg vrijetijdseconomie moet dit geagendeerd worden. Kosten, baten , dekking Structurele dekking in de begroting van 1 euro per inwoner voor de marketing, zijnde € 628.048,- (peildatum 2019) en een eenmalige investering in gebiedsadviseurs van € 66.737,50 euro (restant Agenda van Twente). Communicatie n.v.t. Vervolg 1. Versturen beschikking aan MarketingOost; 2. In oktober 2019 volgt een voortgangsrapportage over de uitvoering van dit plan. Bijlage(n) Besluit Advies nota DB BC PHO Pagina 2 van 2 Advies nota Openbaar Ja Registratienummer 2018-000221 Voorstel voor Dagelijks bestuur Datum vergadering 12 december 2018 Agendapunt B - 2 Domein, behandelend ambtenaar, tel. Bedrijfsvoering, Jasper Droog, team P&O, 06 112 778 03 Onderwerp Verlengen Regeling Generatiepact Regio Twente 2017 Voorstel 1. De Regeling generatiepact Regio Twente 2017 voor de duur van 1 jaar te verlengen en te beperken tot variant 1 (80% werken/ 90% salaris/ 100% pensioenopbouw). 2. De doelstelling om de financiële ruimte exclusief in te zetten voor mensen met een leeftijd van 35 jaar of jonger te schrappen. 3. Opdracht te geven tot uitwerking van een toekomstbestendige vitaliteitsregeling. Inleiding Op 1 maart 2017 is de Regeling generatiepact Regio Twente 2017 van kracht geworden voor de duur van 2 jaar. Deze regeling eindigt op 28 februari 2019. Indertijd is met het Georganiseerd Overleg (GO) overeengekomen de regeling tijdig voor de afloop te evalueren en overleg te voeren over eventuele verlenging. Beoogd effect Het Generatiepact draagt bij aan de duurzame inzetbaarheid van medewerkers van 60 jaar en ouder. Met onderdeel 3 van dit voorstel (uitwerken vitaliteitsregeling) beogen we te komen tot een regeling die bijdraagt aan de duurzame inzetbaarheid van alle medewerkers, niet alleen van 60 jaar en ouder. Argumenten 1.1 De regeling past in het beleid Duurzame Inzetbaarheid van Regio Twente; Duurzame inzetbaarheid is één van de speerpunten van het P&O-beleid. Betere balans werk-privé, medewerkers optimaal inzetbaar houden tot aan pensioen, strategische personeelsplanning zijn thema’s die hieronder vallen. Het Generatiepact draagt met name bij aan een betere balans tussen werk en privé. 1.2 Deelnemers ervaren een betere werk-privé balans Het AenO fonds schrijft in een evaluatie: “Vooral medewerkers in een ruime regeling (bijv. 1 of 2 dagen minder werken) hebben meer tijd voor zaken naast hun werk. Dit vergroot –naar eigen zeggen- de vitaliteit van oudere medewerkers en helpt hen met plezier door te werken tot de pensioengerechtigde leeftijd”. Ook wordt een daling van het ziekteverzuim (en bijbehorende kosten) gemeld. 1.3 Het Generatiepact voorziet in een behoefte. Er is een deelname van meer dan 50% van het potentieel aantal medewerkers dat van de regeling gebruik kan maken. Het is een aantrekkelijke arbeidsvoorwaarde gebleken. 1.4 Alleen variant 1 blijft bestaan vanaf 1 maart 2019. Dit is verreweg de meest gekozen variant. De vervallen varianten 2 en 3 waren relatief duurder dan variant 1. Bovendien worden de administratieve lasten hierdoor beperkt Advies nota DB BC PHO Pagina 1 van 3 1.5 Verlenging met 1 jaar Dit biedt de mogelijkheid de vitaliteitsregeling samen te stellen en nieuwe initiatieven te onderzoeken en (ook financieel) uit te werken, zoals bijvoorbeeld die van de gemeente Den Haag 1.6 GO stemt in met voorgestelde verlenging Op 19 november 2018 heeft het GO ingestemd met de verlenging met 1 jaar onder de in dit voorstel opgenomen wijzigingen. 2.1 De doelstelling om de financiële ruimte exclusief in te zetten voor mensen met een leeftijd van 35 jaar of jonger te schrappen De oorspronkelijke doelstelling van de LOGA-partijen was de aanpak van Jeugdwerkloosheid. Sinds die tijd is de arbeidsmarkt sterk veranderd en komen jongeren sneller aan een baan. De noodzaak om specifiek jongeren aan te nemen door middel van een regeling is vervallen; 2.2 Regio Twente kent een gezonde instroom van jongeren In de afgelopen 18 maanden zijn 40 medewerkers onder de 35 jaar aangesteld. Deze instroom is slechts beperkt het gevolg van het Generatiepact. 2.3 Er is geen juridische grondslag meer voor herbezetting voor medewerkers jonger van 35 jaar Onderscheid maken op leeftijd is wettelijk niet toegestaan tenzij er objectieve redenen zijn. De oorspronkelijke regeling generatiepact sloot aan op de Aanpak Jeugdwerkloosheid uit de Rijksbegrotingswet SZW , waarin het werven van jongeren was opgenomen. Deze aanpak is door het kabinet niet verlengd en bestaat dus niet meer als grondslag voor de regeling; 2.4 Het herbezetten van vrijkomende ruimte als gevolg van deelname generatiepact met jongeren is slechts beperkt mogelijk Het één-op-één her bezetten van vrijkomende uren door jongeren is lastig. Gemiddeld gaan deelnemers aan het generatiepact 6,49 uur minder werken. Daarvoor wordt geen vacature opengesteld. Het is moeilijk om vrijvallende uren van uiteenlopende functies samen te voegen tot één vacature. Zowel op inhoud als tijdstip (verschillende startdata generatiepact) zijn er teveel verschillen. 2.5 Ingezet wordt op aanstellen trainees Regio Twente spant zich in om samen met de deelnemende gemeenten het bestaande trainee- programma uit te breiden van 1 groep per twee jaar naar elk jaar een nieuwe groep. Dit is een bewezen effectieve en aantrekkelijke manier gebleken om jongeren te binden aan onze organisatie, 2.6 De activiteiten vanuit het thema Duurzame Inzetbaarheid richten zich op alle medewerkers, Het gaat medewerkers van alle leeftijden, ook de jongeren. Vandaar dat we voorstellen een vitaliteitspact uit te werken dat zich richt op alle medewerkers (zie hierna). 3.1 Regio Twente kent verschillende regelingen en initiatieven die onderdeel zijn van en bijdragen aan strategische personeelsplanning en duurzame inzetbaarheid Het betreft: - Leeftijdsverlof; - Regelingen o.b.v. Wet Arbeid & Zorg (zorgverlof, ouderschapsverlof, etc.); - Generatiepact voor 60+ medewerkers; - Mantelzorg; - Thuiswerkregeling; - Loopbaanadvies, opleidingsbudget; - Arbobeleid en -budget; - Bedrijfsfitness en gezonde initiatieven m.b.t. voeding (kantine en fruit); Het overzicht en samenhang ontbreekt echter. We stellen voor bestaande regelingen en initiatieven te bundelen, eenduidig te presenteren en waar mogelijk uit te breiden; 3.2 In tegenstelling tot het generatiepact richt een vitaliteitsregeling zich op alle medewerkers Het gaat dus niet alleen op jongeren en 60+. De behoefte aan een gezonde balans tussen werk en privé en blijvend ‘fit-for-the-job’ zijn beperkt zich niet tot deze leeftijdsgroepen; Advies nota DB BC PHO Pagina 2 van 3 Kanttekening 1.1 Leeftijdsdiscriminatie Het generatiepact beperkt zich nu tot de doelgroep 60 jaar en ouder; duurzame inzetbaarheid zich niet zou moeten beperken tot één generatie. De uit te werken vitaliteitsregeling richt zich op alle leeftijden en generaties; 1.2. Het is soms lastig de vervallen uren her te bezetten. Financieel gezien zijn vrijgevallen uren niet 1-op-1 te vervangen. In de praktijk zien we echter dat managers verschillende oplossingen hebben gevonden. Kosten, baten, dekking Elk uur dat een medewerker minder gaat werken via het generatiepact levert gemiddeld € 848,61 per jaar op voor herbezetting. Gezien het totaal van 188,16 uren deelname is er ongeveer €160.000,00 vrijgekomen voor herbezetting. Dit is niet voldoende om alle vrijgevallen uren opnieuw in te vullen. De medewerker die deelneemt aan het generatiepact wordt relatief duurder gezien het percentage salarisbetaling en 100% pensioenopbouw. De integraal manager dient dit binnen zijn of haar begroting op te vangen. Communicatie 1. Medewerkers informeren via intranet 2. Leidinggevenden informeren per e-mail 3. Ondernemingsraad en Georganiseerd Overleg informeren over besluit dagelijks bestuur. Vervolg Uitwerken vitaliteitsregeling; eind 2019 besluitvorming: via CMT en GO naar dagelijks bestuur. Bijlage(n) Besluit Advies nota DB BC PHO Pagina 3 van 3 Reis- en verblijfkostenregeling conceptversie 0.4 d.d. 05/11/18 ter vervanging van de hoofdstukken A-22 en B-4 ART Hoofdstuk A-22 Reis- en verblijfkosten (lokaal) Deze reis- en verblijfkostenregeling is een uitwerking van de artikelen 3:21 en 3:22. Begripsomschrijvingen Artikel 22:1:1 Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: - ambtenaar: de werknemer zoals bedoeld in artikel 1:1, eerste lid en ieder ander die op verzoek van het dagelijks bestuur met enige werkzaamheid is belast, ongeacht de aard en de duur van de aanstelling, benoeming of overeenkomst; - woonplaats: het adres van de woning van de ambtenaar; - standplaats: het adres van de hoofdlocatie van Regio Twente of het adres van een nevenlocatie van Regio Twente waar de ambtenaar meestal zijn werkzaamheden verricht en die in zijn aanstellingsbesluit, benoemingsbesluit of overeenkomst is vermeld; - woon-werkverkeer: het vervoer tussen de woonplaats en de standplaats; - dienstreis: het naar het oordeel van het dagelijks bestuur noodzakelijke vervoer tot het vervullen van zijn dienstbetrekking op een ander adres dan de standplaats; meerdere aaneengesloten dienstreizen gelden als één dienstreis. - binnenlandse dienstreis: de dienstreis in Nederland en/of in het aan Nederland grenzende gebied binnen een straal van 100 kilometer gerekend vanaf de Nederlandse grens; - Reisregeling binnenland: de regeling behorend bij het Reisbesluit binnenland en zoals vastgesteld door de Minister van Binnenlandse Zaken; - NS-Business Card: een door NS verleend product waarmee de gebruiker op rekening kan reizen met de trein, bus, tram en metro, ongeacht de naamgeving van het product; Woon-werkverkeer Artikel 22:1:2 1. Voor reiskosten woon-werkverkeer ontvangt de ambtenaar geen vergoeding behoudens het in dit artikel bepaalde. 2. De ambtenaar die zijn woon-werkverkeer per fiets aflegt, ontvangt hiervoor een vergoeding van € 0,09 per kilometer. 3. De ambtenaar die voor zijn woon-werkverkeer (gedeeltelijk) per openbaar vervoer reist, ontvangt een vergoeding op basis van 50% van de reiskosten volgens het tarief tweede klasse maandabonnement en over een afstand per dag van maximaal 100 kilometer heen en terug (50 kilometer enkele reis). Hierop strekt in mindering de vaste maandelijkse vergoeding zoals bedoeld in lid 4 indien de ambtenaar deze ontvangt. 4. De ambtenaar met een mobiele functie zoals bedoeld in artikel 22:1:5 die naar het oordeel van het dagelijks bestuur noodzakelijk met een eigen auto reist, ontvangt voor zijn reiskosten woon- werkverkeer een vaste maandelijkse vergoeding van € 0,19 per kilometer en over een afstand per dag van maximaal 100 kilometer heen en terug (50 kilometer enkele reis). De voor een vaste maandelijkse vergoeding geldende fiscale voorwaarden zijn hierop van toepassing. 5. Het bepaalde in lid 4 is van overeenkomstige toepassing op de ambtenaar bedoeld in artikel 18:1:8. 6. De ambtenaar niet zijnde een ambtenaar met een mobiele functie zoals bedoeld in artikel 22:1:5 en die in het kader van een dienstreis naar het oordeel van het dagelijks bestuur noodzakelijk met een eigen auto reist, ontvangt voor zijn reiskosten woon-werkverkeer op die dag een vergoeding van € 0,19 per kilometer en over een afstand van maximaal 100 kilometer heen en terug (50 kilometer enkele reis). Dienstreizen binnenland Artikel 22:1:3 1. Voor een dienstreis met een afstand van 7,5 kilometer of korter maakt de ambtenaar gebruik van een dienstfiets. De ambtenaar ontvangt hiervoor geen vergoeding. Indien er geen dienstfiets beschikbaar is, dan gebruikt de ambtenaar zijn eigen fiets. Hieronder vallen ook elektrische fietsen, ook indien deze als scooter of bromfiets in de zin van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen moeten worden aangemerkt. Voor deze dienstreis ontvangt de ambtenaar een vergoeding van € 0,19 per kilometer. 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 maakt de ambtenaar voor een dienstreis met een afstand korter dan 7,5 kilometer vanaf de standplaats gebruik van een dienstauto indien reizen per fiets redelijkerwijs niet van hem kan worden verlangd. De ambtenaar ontvangt hiervoor geen vergoeding. Indien er geen dienstauto beschikbaar is, dan gebruikt de ambtenaar zijn eigen auto mits de direct leidinggevende hiervoor toestemming verleent. Hij ontvangt hiervoor een vergoeding van € 0,19 per kilometer. Artikel 22:1:4 1. Voor een dienstreis met een afstand langer dan 7,5 kilometer, maakt de ambtenaar gebruik van het openbaar vervoer door middel van een NS-Business Card die het dagelijks bestuur beschikbaar stelt. De ambtenaar ontvangt hiervoor geen vergoeding. Indien er geen NS-Business Card beschikbaar is, ontvangt de ambtenaar een vergoeding op basis van het tweede klasse tarief. 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 maakt de ambtenaar voor een dienstreis met een afstand langer dan 7,5 kilometer en waarbij openbaar vervoer ontbreekt of openbaar vervoer naar het oordeel van het dagelijks bestuur niet doelmatig is, gebruik van een dienstauto. De ambtenaar ontvangt hiervoor geen vergoeding. Indien er geen dienstauto beschikbaar is, dan gebruikt de ambtenaar zijn eigen auto mits de direct leidinggevende hiervoor toestemming verleent. Hij ontvangt hiervoor een vergoeding van € 0,19 per kilometer. 3. Een boete wegens verkeersovertreding en/of wegens niet in- of uitchecken met de NS-Business Card komt voor rekening van de ambtenaar. 4. Voor verblijfkosten tijdens een dienstreis ontvangt de ambtenaar een vergoeding van de werkelijke kosten tot maximaal de in artikel 5 van de Reisregeling binnenland genoemde bedragen. Mobiele functies Artikel 22:1:5 1. Tot de mobiele functies bedoeld in deze regeling worden gerekend: a. de in lid 2 genoemde functies; b. overige functies waarbij de ambtenaar zijn dienstbetrekking naar het oordeel van het dagelijks noodzakelijk meestal voor meer dan 80% van zijn werktijd buiten zijn standplaats vervult. 2. Tot de mobiele functies bedoeld in deze regeling worden in ieder geval gerekend: a. adviseur gezondheidsbevordering migranten (BP07010); b. assistent Jeugdgezondheidszorg (BI06004); c. doktersassistent Jeugdgezondheidszorg (BI06002); d. arts forensische geneeskunde (BO12002 en BO13003); e. inspecteur (BH09001); f. jeugdarts (BO12003); g. jeugdverpleegkundige (BO08001); h. pedagogisch culturele adviseur (BP07016); i. pedagogisch medewerker (BK09002); j. maatschappelijk werker Veilig Thuis (AK10001); k. crisismedewerker Veilig Thuis (AK10002); l. gedragswetenschapper Veilig Thuis (AC11005); m. vertrouwensarts Veilig Thuis (AO13002); n. orthopedagoog Veilig Thuis (AC12005). Algemene bepalingen Artikel 22:1:6 1. Het aantal te vergoeden kilometers bedoeld in deze regeling wordt berekend via de website www.routenet.nl, routeoptie ‘optimaal’, behoudens het hierna bepaalde. 2. Het aantal als dienstreis te vergoeden kilometers wordt berekend door het op een dag werkelijk aantal gereisde kilometers te verminderen met de werkelijke afstand tussen de woonplaats en de standplaats heen en terug. Het bepaalde in lid 1 is hierop van overeenkomstige toepassing. Artikel 22:1:7 Indien de ambtenaar met een eigen motorrijtuig in de zin van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen reist, kan dit vervoer alleen voor vergoeding in aanmerking komen indien voor het motorrijtuig een WA-verzekering is afgesloten. Dienstreizen buitenland Artikel 22:1:8 Over het maken en vergoeden van een buitenlandse dienstreis beslist het dagelijks bestuur. Declaraties Artikel 22:1:9 1. De ambtenaar ontvangt vergoeding van de kosten bedoeld in deze regeling na declaratie op een door het dagelijks bestuur voorgeschreven wijze. Hij voegt de bewijsstukken van de gemaakte openbaar vervoerskosten en de gemaakte verblijfkosten bij de declaraties. Bewijsstukken – in de vorm van (digitale) registraties – van de gedeclareerde kilometers gereisd met een eigen vervoermiddel bewaart hij tot en met vijf kalenderjaren na het jaar van de reis en toont hij het dagelijks bestuur op diens verzoek. 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 is voor de vaste maandelijkse vergoeding bedoeld in artikel 22:1:2 leden 4 en 5 geen declaratie noodzakelijk. Slotbepalingen Artikel 22:1:10 1. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2019. De tot dat moment geldende reis- en verblijfkostenregeling in de hoofdstukken A-22 en B-4 van de ART worden per die datum ingetrokken. 2. Deze regeling kan worden aangehaald als ‘Reis- en verblijfkostenregeling Regio Twente 2019’. Artikel 22:1:11 1. De ambtenaar wiens standplaats per 1 januari 2019 wijzigt van diens huisadres naar een vestigingsadres van Regio Twente, kan in aanmerking komen voor een aanvullende vergoeding. Deze aanvullende vergoeding treedt mede in de plaats van een eventuele vergoeding zoals bedoeld in hoofdstuk B-17 van de ART. 2. De berekeningsgrondslag van de aanvullende vergoeding is € 0,18 bruto vermenigvuldigd met het gemiddelde aantal gedeclareerde dienstreiskilometers per maand berekend over de kalenderjaren 2016, 2017 en 2018. De ambtenaar komt voor de aanvullende vergoeding in aanmerking onder de voorwaarde dat de berekeningsgrondslag ten minste € 30,00 per maand is. 3. De aanvullende vergoeding geldt afbouwend voor drie achtereenvolgende jaren en bedraagt: - in 2019 75% van de berekeningsgrondslag - in 2020 50% van de berekeningsgrondslag - in 2021 25% van de berekeningsgrondslag 4. Indien de ambtenaar hierom verzoekt, kan hij de aanvullende vergoeding ontvangen door betaling ineens van de volledige vergoeding. Artikel 22:1:12 1. Indien de toepassing van deze regeling voor de individuele ambtenaar tot een onvoorziene en onbillijke situatie leidt, kan het dagelijks bestuur hier op verzoek van de ambtenaar in een voor de ambtenaar gunstige zin van afwijken. 2. In gevallen waarin deze regeling niet of niet naar redelijkheid voorziet, beslist het dagelijks bestuur. Advies nota Openbaar Ja Registratienummer 2018-000221 Voorstel voor Dagelijks bestuur Datum vergadering 12 december 2018 Agendapunt B - 4 Domein, behandelend ambtenaar, tel. Directie, H.M. Bolhaar, 053 4876630 Onderwerp Brief burgemeester en wethouders van Almelo over het proces van totstandkoming van het besluit m.b.t. investering in Lithium Werks BV. Voorstel Het antwoord vast te stellen. Inleiding Het college van burgemeester en wethouders van Almelo heeft in een brief d.d. 8 oktober 2018 een aantal vragen gesteld over het proces van totstandkoming van het besluit over Lithium Werks BV (hierna Lithium) in het algemeen en de positie hierbij van de heer Braaksma in het bijzonder (bijlage 1). Naar aanleiding daarvan is bijgaand antwoord opgesteld (bijlage 2). Beoogd effect Burgemeester en wethouders van Almelo een helder beeld te schetsen van het proces zoals dat verlopen is en aan te geven dat er volgens uw bestuur geen sprake is geweest van de (schijn van) belangenverstrengeling. Argumenten 1.1. Beantwoording brief door dagelijks bestuur, mede namens de voorzitter en vicevoorzitter van de bestuurscommissie Agenda van Twente Aanleiding voor de brief van Almelo is een besluit van de bestuurscommissie Agenda van Twente van 26 september 2018. De brief is evenwel gestuurd aan uw bestuur met vragen die zowel u als de voorzitter en vicevoorzitter van de bestuurscommissie raken. Bestuurlijk overleg heeft geresulteerd in de afspraak dat de beantwoording van de brief geschiedt door uw bestuur, mede namens de voorzitter en vicevoorzitter van de bestuurscommissie. 1.2. Input van diverse actoren Met betrokkenen hebben diverse overleggen en consultaties plaatsgevonden. Ook hebben is het debat in provinciale staten afgewacht over de investering in Lithium gezien de samenhang van de investeringen uit het Innovatiefonds Overijssel en het Innovatiefonds Twente. 1.3.Context fondsbeheer en belangenverstrengeling geschetst Het betreft het fondsbeheer dat Oost NL namens de Twentse gemeenten uitoefent en kaders en spelregels t.a.v. belangenverstrengeling. 1.4 Geen sprake van (schijn van) belangenverstrengeling In het antwoord wordt uiteen gezet waarom er geen sprake is van de (schijn van) belangenverstrengeling. Advies nota DB BC PHO Pagina 1 van 2 Kanttekening 1.1. Zorgvuldigheid boven snelheid Almelo heeft verzocht om beantwoording van de vragen op zo kort mogelijke termijn. Bij de beantwoording is door de bestuurlijk betrokkenen gekozen voor zorgvuldigheid boven snelheid. Daarnaast speelt de vergaderfrequentie van uw bestuur een rol. Kosten, baten , dekking N.v.t. Communicatie N.v.t.; Vervolg Versturen antwoord aan burgemeester en wethouders van Almelo en een kopie daarvan aan de bestuurscommissie Agenda van Twente. Bijlage(n) 1. Brief burgemeester en wethouders van Almelo d.d. 8 oktober 2018. 2. Conceptantwoord aan burgemeester en wethouders van Almelo. Besluit Advies nota DB BC PHO Pagina 2 van 2 uemeeme M A, Regio Twente i Registratienummer: A -OOOD ] ( l ro ein: Domein: l.o / eco Para f Postadres: "SHtuni 9 OKI, old Gemeente Almelo i Postbus 5100 'Da elijks Bestuur F T Regioraad [_ 7600 GC Almelo Scan: Kopie: Bezoekadres: Haven Zuidzijde 30 J Het dagelijks bestuur van de Regio Twente 7607 EW Almelo Postbus 1400 Telefoon : (0546) 54 11 11 7500 BK Enschede e-mail : [email protected] internet : www.almelo.nl Uw kenmerk Ons kenmerk Datum 8 oktober 2018 Bijlage(n) Doorkiesnummer Inlichtingen bij (0546) 54 1111 Onderwerp Agenda van Twente Geacht bestuur, Op 26 september 2018 heeft de bestuurscommissie Agenda van Twente besloten in te stemmen met het afwijken van de investeringsinstructie van Innovatiefonds Twente BV ten behoeve van de door de fondsbeheerder Ontwikkelingsmaatschappij Oost Nederland NV (Oost NL) voorgenomen financiering ad € 2,5 miljoen uit het Innovatiefonds Twente in Lithium Werks BV (adviesnota 18002003). Deze investering maakt deel uit van een totaal pakket van € 7,5 miljoen aan overheidsinvesteringen. Wij onderkennen het grote economische belang dat realisatie van de R&D-campus van Lithium Werks BV op Technology Base Twente heeft en zijn onder de indruk van de bijdrage die Lithium Werks BV met de campus zegt te bieden aan de regionale arbeidsmarkt. Tegen die achtergrond, maar ook vanwege onze opvatting dat regionaal afgesproken vestigings- en investeringsprofielen uitzonderingen mogen lijden als het regionaal succes daarmee wordt versterkt, heeft onze vertegenwoordiger in de commissie namens ons ingestemd met het onder het besluit liggende voorstel. Tijdens de beraadslaging over het voorstel zijn diverse argumenten uitgewisseld, zowel voor als tegen het voorstel. Een van de gesprekspunten was de positie van de voorzitter van de Twente Board, de heer Geert Braaksma. De heer Braaksma heeft de commissie bij het begin van de behandeling van het voorstel meegedeeld dat hij adviseur is van Lithium Werks BV en daarom de vergadering wilde verlaten. Dat heeft hij ook gedaan. Daarna is in de commissie gesproken over het feit dat de heer Braaksma niet alleen naar eigen zeggen adviseur is van Lithium Werks BV, maar dat ook is komen vast te staan dat hij commissaris is bij Super B International Holding BV. Onze vertegenwoordiger heeft ingebracht te weten dat deze vennootschap deel uitmaakt van een conglomeraat van vennootschappen en eigendommen waarvan ook Lithium Werks BV deel uitmaakt. Dit conglomeraat staat in hoogste instantie onder de doorslaggevende beslissingsbevoegdheid van de heer Kees Kooien, die in alle van het concern deel uitmakende rechtspersonen indirect een 100% eigendom heeft. 1 01 0509.1 Door commissieleden is ongenoegen uitgesproken over het niet bekend zijn van deze situatie. In de commissie is ook de vraag gesteld of en in hoeverre de posities van de heer Braaksma als adviseur van Lithium Werks BV en commissaris bij de indirect aan Lithium Werks BV verwante Super B International Holding BV van invloed zijn geweest op het formuleren van het voorstel aan de bestuurscommissie, temeer omdat in dat voorstel gevraagd wordt in te stemmen met een investering van maar liefst € 2,5 miljoen in een onderneming waarin hij indirect is betrokken. Deze vraag is niet ondubbelzinnig beantwoord. Vanwege de noodzaak die dag tóch een besluit te nemen is door de commissie beantwoording van de vraag niet voorwaardelijk gemaakt aan instemming met het voorstel. In ons college hebben wij op de besluitvorming teruggeblikt. Mede naar aanleiding van twee nadere inzichten. Het eerste is dat de verwevenheid van de heer Braaksma met het concern nog groter is dan tijdens de commissievergadering bekend was, namelijk dat hij ook commissaris is bij een andere van het genoemde concern deel uitmakende vennootschap. Red Mul Unlimited BV. In de bijlage geven wij beknopt de onderlinge verhouding tussen de genoemde rechtspersonen weer, zoals die bij ons bekend zijn op basis van naslag in het Handelsregister. Daarin is ook een persoonlijke verwevenheid van de heren Braaksma, Kooien en Van der Ploeg te veronderstellen. Het tweede verdere inzicht is dat de heer Braaksma ook commissaris is bij Oost NL. Met dat inzicht wordt de kwestie nog complexer omdat Oost NL de rechtspersoon is die Innovatiefonds Twente BV beheert, de vennootschap die in Lithium Werks BV zal beleggen. De heer Braaksma is kortweg gezegd dus enerzijds toezichthouder bij de investeerder en anderzijds adviseur/toezichthouder in het concern aan wie de investering ten goede komt. Hij is bovendien voorzitter van de Twente Board, het orgaan dat zich politiek, bestuurlijk en maatschappelijk sterk maakt voor de Twentse regionale economie en dat zich lovend heeft uitgelaten over de vestiging van Lithium Werks BV op Technology Base Twente. Wij voelen onbehagen bij het feit dat de Twentse gemeenten via de bestuurscommissie Agenda van Twente gevraagd is verantwoordelijkheid te nemen voor een op zichzelf plausibele afwijking van een investeringsinstructie ten behoeve van een op zichzelf voor onze regio nuttig economisch initiatief, terwijl hun de combinatie van posities van de heer Braaksma (commissaris bij Oost NL, voorzitter Twenteboard én commissaris/adviseur bij drie vennootschappen van de heer Kooien, waaronder de vennootschap die rechtstreeks belang heeft bij de investering van Innovatiefonds Twente BV) onbekend was en die combinatie de vraag kon oproepen of bij de totstandkoming van het daartoe strekkende voorstel voldoende zakelijke objectiviteit is betracht. Wij richten ons tot u met een aantal vragen die naar aanleiding van het voorgaande bij ons zijn gerezen. 1. Waren de genoemde posities van de heer Braaksma bekend bij de ontstaan van het idee om met middelen van Innovatiefonds Twente BV te investeren in Lithium Werks BV? Zo nee, wanneer waren deze posities wel bekend en bij wie? 2. Waren de leden van uw dagelijks bestuur en de voorzitter en de vice-voorzitter van de bestuurscommissie Agenda van Twente bekend met de genoemde posities? Zo ja, wanneer? 3. Hebben de posities van de heer Braaksma een rol gespeeld bij de totstandkoming an de financieringsconstructie en het voorstel aan de bestuurscommissie? Zo ja, op welke onderdelen en op welke manier? 4. Waartoe worden de middelen uit de innovatiefondsen aangewend? Worden ze benut voor de verwerving van grond, erfpacht of vastgoed? 5. Is op enig moment overwogen dat door die posities een schijn van belangenverstrengeling kon worden opgeroepen? Indien ja, wanneer en door wie? Is dat besproken met de heer Braaksma? Zo ja, wanneer en door wie? En wat is toen de afweging ten aanzien van de handhaafbaarheid van het voorstel geweest? 2 6. Waarom is de bestuurscommissie Agenda van Twente niet actief geïnformeerd over de posities van de heer Braaksma? 7. Hoe beoordeelt u de gegeven situatie vanuit een oogpunt van good governance? Wat betekent deze situatie voor de toekomst? Op welke manier kunnen afwegingen over de besteding van middelen transparanter gemaakt worden en buiten een schijn van belangenverstrengeling gehouden worden? Wij zijn niet uit op het ter discussie stellen of beschadigen van personen. Tegelijk stellen wij vast dat wij niet degenen zijn geweest die deze in ieder geval door ons ervaren schijn van belangenverstrengeling hebben veroorzaakt. Wij verzoeken u dan ook onze vragen op zo kort mogelijke termijn te beantwoorden en daarna met ons en de andere Twentse gemeenten in een passende, wat ons betreft besloten setting het gesprek aan te gaan hoe situaties als hier besproken voorkomen kunnen worden. Hoogachtend, 3 1 02 05 09 BIJLAGE Beknopte concernverhouding (niet vermeld: enige tientallen andere BV s) Stichting Administratiekantoor Fou K (Eersel) Bestuurder: CPHM Kooien 100% Kransarend Investments BV (Eersel) Bestuurder: CPHM Kooien 100% Kransarend BV (Eersel) Bestuurder: WJM Dekkers-Theuws 100% Common Investments BV (Eersel) Bestuurder: WJM Dekkers-Theuws en (|MJ van der Ploe 100% Red Mul Unlimited BV (Hengelo) Bestuurder: CPHM Kooien Commissaris: KMJ van der Ploeg en G Braaksma'. 100% Lithium Investments Holding BV (Eersel) Bestuurder: Common Investments BV 100% Lithium Investments B\ (Eersel) Bestuurder: Lithium Investments Holding BV 100% Energy Investments BV (Eersel) Bestuurder: CPHM Kooien 100% Lithium Werks Group BV (Eersel) Bestuurder: CPHM Kooien 100% ffiiyfn Wer ks (Hen elo) Bestuurder: TJ Fisher III en [KMJ van der Ploeg 100% Super B Holding BV (Hengelo) Bestuurder: Lithium Investments BV 100% Super B International Holding BV (Hengelo) Bestuurder: CPHM Kooien Commissaris: ,KMJ van der Ploe en G Braaksma 100% Super B Lithium Power BV (Hengelo) Bestuurder: CPHM Kooien 4 College van burgemeester en wethouders van Almelo Postbus 5100 7600 GC Almelo UW KENMERK ONS KENMERK DATUM 12 december 2018 BEHANDELD DOOR H.M. Bolhaar/E.Smit E-MAIL [email protected] DOORKIESNR. 053 4876630 ONDERWERP Agenda voor Twente Geacht college, Uw college heeft in een brief d.d. 8 oktober 2018 een aantal vragen gesteld over het proces van totstandkoming van het besluit over Lithium Werks BV (hierna Lithium) in het algemeen en de positie hierbij van de heer Braaksma in het bijzonder. Wij beantwoorden deze brief mede namens de voorzitter en vicevoorzitter van de bestuurscommissie Agenda van Twente. Bij de beantwoording hebben wij gekozen voor zorgvuldigheid boven snelheid. Met betrokkenen hebben diverse overleggen en consultaties plaatsgevonden. Ook hebben wij het debat in provinciale staten afgewacht over de investering in Lithium gezien de samenhang van de investeringen uit het Innovatiefonds Overijssel en het Innovatiefonds Twente. Het besluit van de bestuurscommissie Agenda van Twente inzake het verstrekken van een lening aan Lithium door Oost NL, onze fondsbeheerder van het Innovatiefonds Twente, maakt onderdeel uit van het totaalpakket van 7,5 miljoen overheidsinvesteringen genoemd in uw brief. Allereerst hebben wij er behoefte aan enige context te geven over het fondsbeheer dat door Oost NL namens de Twentse gemeenten wordt uitgeoefend en gaan wij in algemene zin in op regels rond belangenverstrengeling. Vervolgens beantwoorden wij uw vragen. Fondsbeheer Oost NL Oost NL is opgericht om kansen te verzilveren die zich voordoen om de sociaaleconomische structuur in o.a. Twente te versterken. Daarvoor heeft Oost NL middelen vanuit het publiek domein ter beschikking gekregen, waaronder van Regio Twente via het Innovatiefonds Twente. Het beheer van dit fonds is bewust op afstand gezet en opgedragen aan Oost NL. Als fondsinvesteerder mogen wij ervan uit gaan dat Oost NL als fondsbeheerder investeert op zakelijke gronden en investeringsaanvragen zoals die van Lithium zorgvuldig en professioneel beoordeelt. Dit alles heeft geleid tot een succesvol traject met als uitkomst de realisering van een R&D campus naar Twente te halen. In uw brief erkent u ook de grote economische betekenis hiervan voor onze regio. De lening vanuit het Innovatiefonds Twente draagt bij aan de realisatie van de doelen van ons investeringsfonds. Deze investering en de hoogte daarvan vallen binnen het mandaat van Oost NL. Wij en ook de bestuurscommissie zijn normaal gesproken niet betrokken bij PAGINA 2/4 het verstrekken van individuele leningen, maar worden periodiek geïnformeerd over de fondsresultaten al dan niet via de bestuursrapportage. Oost NL heeft om een afwijking gevraagd van de investeringsinstructie zodat, zoals hierboven al aangegeven, vanuit drie fondsen gezamenlijk een totaalpakket kon worden aangeboden. Tegen deze achtergrond was een besluit van de bestuurscommissie Agenda van Twente nodig. Het ging dus niet om een oordeel over de investering zelf. De allerbelangrijkste waarborg hierbij heeft gelegen bij de onafhankelijke en deskundige beoordeling door het Investment Comitee Directe Investeringen. In de bestuurscommissie van 31 oktober 2018 heeft de heer Rhemrev, manager capital van Oost NL, een toelichting op het fonds en de besluitvormingsstructuur gegeven en daarbij ook aangegeven dat het hier een lening betreft en niet zoals in de media vermeld een subsidie. Kaders en spelregels t.a.v. belangenverstrengeling Voor het voorkomen van (de schijn van) belangenverstrengeling bestaan er kaders en spelregels vanuit verschillende bronnen. Het Burgerlijk Wetboek bevat waarborgen die commissarissen in acht moeten nemen waaronder volledige openbaarheid en transparantie. Nevenfuncties moeten actief openbaar worden gemaakt en zijn publiekelijk toegankelijk. Ook moeten commissarissen zich onthouden van beraadslagingen en tegenstrijdige belangen. Daarnaast kent Oost NL nog eigen gedragscodes. In de door de RvC van Oost NL opgestelde en met de algemene vergadering van aandeelhouders besproken profielschets voor de RvC zijn onafhankelijkheidseisen opgenomen waaraan de commissarissen van Oost NL dienen te voldoen. Alle commissarissen kunnen (en konden) als onafhankelijk worden aangemerkt in de zin van de Nederlandse Corporate Governance Code. Waar nodig zullen wij in de beantwoording naar het vorenstaande verwijzen. Vraag 1 Waren posities van de heer Braaksma bekend Het voorzitterschap van de heer Braaksma van de Twente Board en zijn adviseurschap van de bestuurscommissie worden als bekend verondersteld. De posities van de heer Braaksma waren bekend op het moment dat Oost NL als fondsbeheerder van het Innovatiefonds Twente met het project startte. Hij is hierover steeds vanaf het begin transparant geweest. Dat geldt ook voor zijn commissariaat bij Oost NL. Recent, op 11 april 2018, heeft de bestuurscommissie besloten hem voor herbenoeming voor te dragen. De overige relevante posities van de heer Braaksma zijn door Oost NL getoetst. M.b.t. het investeringsbesluit is dit ook een taak van Oost NL. Wij verwijzen verder naar de verklaring van Oost NL die bij deze brief is gevoegd. Vraag 2 Wanneer bekend bij leden dagelijks bestuur en voorzitter en vicevoorzitter bestuurscommissie Zowel wij als de voorzitter en vicevoorzitter van deze commissie waren op de hoogte van de posities van de heer Braaksma bij de Twente Board en als commissaris van Oost NL. De heer Braaksma was commissaris bij SuperB, maar niet bij Lithium Works. De leden van het dagelijks bestuur en de bestuurscommissie hebben dit niet actief eerder geweten dan toen Oost NL op de lijn kwam. De heer Braaksma heeft als adviseur Lithium aangedragen bij Oost NL. De posities van de heer Braaksma waren bij Oost NL bekend. Vraag 3 Hebben posities van de heer Braaksma rol gespeeld tot totstandkoming financieringsconstructie en voorstel Het dagelijks bestuur van Regio Twente heeft ten aanzien van besluitvorming over investeringen uit de Agenda van Twente geen bevoegdheden. Het heeft dus geen positie bij de besluitvorming over de investering voor Lithium. Die zijn in de Verordening op de bestuurscommissies toegekend aan de speciaal daarvoor ingestelde bestuurscommissie. Ook de posities van de heer Braaksma hebben geen rol gespeeld bij de totstandkoming van de financieringsconstructie en het voorstel. Zie hiervoor ook de verklaring van Oost NL. De RvC van Oost NL heeft bij de besluitvorming over de investering geen rol gehad. Het Investment Commitee Directe Investeringen heeft de directie positief geadviseerd waardoor PAGINA 3/4 er geen rol was weggelegd voor de RvC. De heer Braaksma heeft zich dus ook niet hoeven te onthouden van deelname aan de besluitvorming van de aan Lithium te verstrekken lening aangezien er geen besluitvorming heeft plaatsgevonden in de RvC. Vraag 4 Waartoe worden middelen investeringsfonds aangewend Regio Twente heeft voor het Innovatiefonds Twente een Investeringsinstructie vastgesteld waarnaar Oost NL handelt. Hierin staat dat het fonds is om te voorzien in de behoefte aan risicokapitaal in de vorm van aandelenkapitaal of hybride kapitaalinstrumenten en/of achtergestelde (converteerbare) leningen. Vraag 5 Is overwogen dat posities schijn van belangenverstrengeling kunnen oproepen Nee, dat is niet overwogen. Naast de algemene waarborgen uit het Burgerlijk Wetboek volgt Oost NL op het punt van belangenverstrengeling de Nederlandse Corporate Governance Code, welke op dit punt tevens is vastgelegd in het reglement van de RvC van Oost NL. Het risico van strijdige belangen of de schijn van belangenverstrengeling wordt gemitigeerd door over nevenfuncties transparant en duidelijk te zijn in het openbaar register van nevenfuncties dat wordt gepubliceerd in het jaarverslag. Daarnaast is de heer Braaksma steeds transparant geweest over zijn posities. Bij Oost NL zijn verder de geldende procedures gevolgd en de heer Braaksma is als adviseur zonder stemrecht aan de bestuurscommissie Agenda van Twente verbonden namens de Twente Board. Bij de beraadslaging en besluitvorming in de bestuurscommissie is hij niet aanwezig geweest. Vraag 6 Waarom bestuurscommissie niet actief geïnformeerd Wij zijn van mening dat actief informeren van de bestuurscommissie niet noodzakelijk was omdat de verschillende toezichthoudende functies op een of andere manier niet relevant zijn geweest voor de besluitvorming over de aan de bestuurscommissie voorgelegde vraag. Vraag 7 Hoe beoordeelt u gegeven situatie vanuit oogpunt good governance Naar onze mening heeft elke betrokkene te goeder trouw gehandeld en de beste bedoelingen voor Twente voor ogen gehad. Maar ondanks dit zijn wij van mening dat ook bij een melding vooraf de schijn kan ontstaan of opgeroepen worden. Een gedragscode good governance zoals deze ook geldt binnen Oost NL en ondernemende commissarissen die beschikken over een breed netwerk vechten allebei om voorrang. Er is echter wel geleerd van de ophef die blijkbaar is ontstaan. De voorzitter en vicevoorzitter van de bestuurscommissie hebben met de voorzitter van de Twente Board gesproken hoe de transparantie met betrekking tot de posities van de leden kan worden vergroot. Dit heeft er toe geleid dat de Twente Board een overzicht heeft opgesteld van de hoofd- en nevenfuncties van de leden. Dit overzicht wordt op de website van de Board geplaatst en is als bijlage bij deze brief gevoegd. Dat geldt ook voor de informatiebrief van gedeputeerde staten van Overijssel aan provinciale staten d.d. 18 oktober 2018. Naar aanleiding van het statendebat d.d. 7 november heeft gedeputeerde Van Hijum aangegeven in de aandeelhoudersvergadering van Oost NL het dilemma te willen inbrengen hoe verbindend en ondernemend commissarissen mogen zijn vanuit het oogpunt van good governance. Wij sluiten ons hierbij aan mits daarbij het uiteindelijke doel niet uit het oog wordt verloren: de economische structuurversterking in Oost Nederland en in ons geval in Twente. Inmiddels heeft de heer Braaksma laten weten te stoppen als commissaris bij Oost NL. De opzeggingsbrief treft u bijgaand aan. Het proces van zijn opvolging zal in de bestuurscommissie worden besproken. PAGINA 4/4 Met vriendelijke groeten, Dagelijks bestuur, secretaris, voorzitter, ir. G.H. Tamminga dr. G.O. van Veldhuizen Bijlage(n) 1. Brief d.d. 18 oktober 2018 met bijlage van gedeputeerde staten aan provinciale staten 2. Overzicht hoofd- en nevenfuncties leden Twente Board 3. Brief van de heer Braaksma d.d. 16 november 2018 aan Oost NL