116 De voormalige Gemeente Cl)

B. Barelds Vrijheidslaan 126, 3621 HK

In dit artikel zullen twee onderwerpen aan de orde handelende artikelen (73 - 76) kenden aan de ge­ komen: ten eerste, op welke wijze de Gemeente meenten autonomie toe (art. 74). Iedere stad, dis­ Kockengen in de loop der jaren haar vorm heeft trict of dorp moest het eigen gemeentebestuur gekregen, en ten tweede, in welke onderkomens inrichten onder goedkeuring van het departementaal (secretarieën) de administratie van de Gemeente bestuur. De centralisatie was - althans op papier - Kockengen ondergebracht is geweest. verdwenen. De staatsregeling van 1805 was vrijwel gelijk Geschiedenis (algemeen) met betrekking aan haar voorgangster met betrekking tot de ge­ tot gemeenten meentebesturen. Het ontstaan van de Nederlandse gemeenten en In 1806 werd de Bataafse Republiek vervangen dus ook van de Gemeente Kockengen dateert feite­ door het Koninkrijk Holland. lijk uit de Franse Tijd. In 1810 werd ons land bij Frankrijk ingelijfd en Onder de Republiek der Verenigde Nederlanden op 1 maart 1811 werd hier de Franse gemeentewet had het platteland geen staatsrechtelijke bevoegd­ van kracht. Ingesteld werden een conseil municipal heid. Het werd aanvankelijk in de gewestelijke (gemeenteraad) en een maire (burgemeester). staten vertegenwoordigd door de ridderschap. Later Na de Franse Tijd maakten de grondwetten van werd dit recht zelfs door de staten aan de ridder­ 1814 en 1815 weer onderscheid tussen steden en schap ontzegd. Op de benoeming van de afgevaar­ platteland. De samenstelling en bevoegdheden van digden had het platteland geen enkele invloed. de gemeentebesturen werden geregeld bij regle­ In de staten van de gewesten hadden de steden ment. Voor de plattelandsgemeenten gold het regle­ overwicht op de andere leden of standen (ridder­ ment van 23 juli 1825. schap en geestelijkheid). Ze hadden het in feite in De grondwetswijziging van 1848 eiste regeling belangrijke mate voor het zeggen. bij de wet van samenstelling, inrichting en be­ De algemene landelijke zaken (voornamelijk fi­ voegdheden van de gemeentebesturen, rechtstreekse nanciën, buitenlandse zaken en het krijgswezen) be­ verkiezing, periodiek aftreden van de raadsleden en hoorden tot de competentie van de Staten-Generaal. gemeentelijke autonomie. De gemeentewet kwam Hierin had elk van de zeven gewesten één stem. in 1851 tot stand en geldt heden ten dage nog, Eenparigheid van stemmen was vereist bij belang­ al is deze wet uiteraard sindsdien diverse malen rijke besluiten. Eén gewest kon dus een beslissing gewijzigd. tegenhouden. Het zal duidelijk zijn, dat ook de gang van de landszaken in belangrijke mate door de Grondgebied van de Gemeente Kockengen steden werd beïnvloed. In de Vroege Middeleeuwen bestond het westen De stichting van de Bataafse Republiek (1795) van de provincie Utrecht uit uitgestrekte, moeilijk bracht een radicale ommekeer in deze toestand. toegankelijke, waterrijke veenwildernissen. Het Haar staatsregeling, die van 1798, werd opgebouwd dorp Kockengen was er toen nog niet. De ontgin­ op de beginselen van de Franse Revolutie. Een van ning van de veenwildernissen ten westen van de deze beginselen was "centralisatie". Voor het eerst Vecht en de Aa begon voor het einde van de 10de werd nu ook gesproken van gemeenten (municipali- eeuw.1 Oukoop was de eerste ontginning in dit teiten). Het vroegere verschil tussen steden en plat­ gebied, daarna het Maarssenerbroek en vervolgens teland verviel. De ver doorgevoerde centralisatie Otterspoorbroek en Bij de Aa (later Oud Aa ge­ degradeerde de gemeentebesturen tot "administra­ heten). De eerste slag van de ontginningen in onze tieve lichamen ondergeschikt en verantwoordelijk omgeving was hiermee voltooid. aan het uitvoerend bewind". Voor de steden was Daarna werd begonnen met de tweede slag, om­ deze overgang te groot. Gevolg: een nieuwe staats­ vattende drie gerechten ten westen van de Vecht: regeling (van 1801). De hierin over de gemeenten Kortrijk, Vijfhoeven en Gieltjesdorp, en twee ten

TIJDSCHRIFT HISTORISCHE KRING BREUKELEN, jrg. 14, nr. 3, 1999 117

:

:%Jz

«••H fü Afb. 1. Het gemeentehuis van Kockengen in 1915. V.l.n.r.: J. van Binsbergen (secretaris), John Plaizier (veldwachter), J. W. Kapper (ambtenaar ter secretarie), Piet Plaizier, B. Calissendorff (burgemeester), Mina Plaizier, mevrouw Plaizier.

westen van de Aa: -Ruwielsgerecht en 18de eeuw was sprake van Kockengen-van de Portengen-van den Poelgerecht (later Portengen- Haarsgerecht, Kockengen-Montfoortsgerecht, Kock- Nijenrodesgerecht genoemd)2. De derde slag van de engen-Lockhorstgerecht (in twee door Kockengen- ontginning bestond uit het gerecht Zuideinde van Montfoorts gescheiden delen), , Noordein­ Portengen en in de vierde slag ontstond tenslotte de van Portengen, Zuideinde van Portengen, Laag- in de loop van de 12de eeuw het gerecht Kockengen Nieuwkoop, Loefsgerecht van Ruwiel en Gieltjes- (oudste spelling Cockange, soms ook Kockangep dorp (zie Afbeelding 2a). Zoals hiervoor al ver­ Als gevolg van politieke twisten tussen het meld, kwam aan deze bestuurlijke eenheden een Graafschap Holland en het Bisdom Utrecht werden einde door het uitroepen van de Bataafse Republiek twee gescheiden afwateringskanalen gegraven, de op 18 januari 1795. In 1812 na de Franse Tijd vond Heycop en de Bijleveld. Deze kanalen hadden voor de definitieve vereniging van deze gerechten tot Kockengen eeuwenlang betekenis als vaarwater.4 twee gemeenten, Kockengen en Laag-Nieuwkoop, Bij het varen door Kockengen over de Bijleveld plaats; deze gerechten hadden reeds één gerechts- was het schippers verboden een zeil te gebruiken. of ambachtsheer en één secretaris. Een uitgezonde­ De Wagendijk was namelijk niet zo heel erg breed. ring was Noordeinde van Portengen (Portengen- Mensen zouden door de giek van de weg kunnen Ruwiels), dat tot 1964 deel uitmaakte van de Ge­ worden geveegd.5 Het gedeelte van de Bijleveld in meente Ruwiel. Portengen-Nijenrodesgerecht was het dorp werd nog niet zo lang geleden gedempt. van 1815 tot 1857 een zelfstandige Gemeente Voorjaar 1960 kregen de dempingswerken in de Portengen en werd daarna aan Breukelen-Nijenrode dorpskom hun beslag.6 toegevoegd.2 In het gebied van de uiteindelijke Gemeente Een wapen werd in 1816 aan de Gemeente Kockengen (1964 - 1988) bestonden eeuwenlang Kockengen verleend. Het bestond uit zes andries- verscheidene gerechten. Tegen het einde van de kruisen (staande 3, 2 en 1) op een blauw veld.

TIJDSCHRIFT HISTORISCHE KRING BREUKELEN, jrg. 14, nr. 3, 1999 118

Afb. 2. Kaarten van het gebied van de huidige Gemeente Breukelen, met de toen bestaande gerechtsheerlijkheden in 1795 (a), en gemeenten na 1812 (b), na 1857 (c), en sinds 1989 (d).

Afbeelding 2b toont de gemeentelijke indeling Onderkomens (secretarieën) voor het ge­ vóór 1857. In dat jaar vond een herindeling plaats. meentelijk apparaat Het gevolg hiervan is te zien in Afbeelding 2c. Het territoir van de Gemeente Kockengen bleef daarbij Gehuurde ruimte in de periode tot en met 1877 ongewijzigd. Met de huisvesting van het gemeentelijk appa­ In 1942 zijn de Gemeenten Kockengen en Laag- raat was het in het algemeen slecht gesteld. Kock­ Nieuwkoop opgeheven en samengevoegd tot een engen maakte daarop geen uitzondering. De verga­ nieuwe Gemeente Kockengen. Deze situatie bleef deringen van de gemeenteraad en het college van zo tot 1 april 1964. Toen werden de voormalige Ge­ burgemeester en wethouders vonden veelal plaats in meenten Ruwiel en opgesplitst tussen daartoe gehuurde lokaliteiten. De gemeenteraad van de Gemeenten Breukelen, Loenen en Kockengen. Kockengen vergaderde in een kamer van de boerde­ Per 1 januari 1989 gingen de oude Gemeenten rij welke volgens de gemeenterekening over het jaar Kockengen en Breukelen op in de huidige Gemeen­ 1869 werd gehuurd van Dirk Sloesarwij. Voor het te Breukelen (zie Afbeelding 2d).7 gebruik van deze lokaliteit als raadkamer werd over

TIJDSCHRIFT HISTORISCHE KRING BREUKELEN, jrg. 14, nr. 3, 1999 119 dat jaar ƒ 25,-- betaald. De jaren 1870 en 1871 werd tuin, mitsgaders het door de huurders ambtshalve dit gebruik gecontinueerd. De vergoeding voor het voor hunne rekening nemen van herstellingen en gebruik van deze kamer over de jaren 1872 tot en lasten, als boven". met 1877 werd uitbetaald aan Willem Sloesarwij. Het resultaat van de hierop volgende onderhan­ Al die jaren bleef het bedrag ongewijzigd. De boer­ delingen tussen de kerkelijke en de burgerlijke ge­ derij van Sloesarwij was gelegen aan de Wagendijk meente werd besproken in de vergadering van de achter de Hervormde pastorie. gemeenteraad van 9 april 1877. Ten aanzien van de Ook voor de secretarie werd ruimte gehuurd, en gewijzigde huurvoorwaarden besloot de raad "te wel een kamer van de boerderij "Dorpzicht", even­ kennen te geven dat de gemeente bereid is bij een eens gelegen aan de Wagendijk.8 In deze kamer was huur van vijftig jaren te geven ƒ 150,-- en bij een de gemeenschappelijke secretarie van de Gemeen­ huur van 25 jaren ƒ 130,- huur per jaar, behalve de ten Kockengen en Laag-Nieuwkoop gehuisvest. De overeengekomen voorwaarden van onderhoud en huur bedroeg ƒ 34,- per jaar. Het aandeel van de lasten". Gemeente Kockengen in de huur voor het secreta­ In de vergadering van 4 mei 1877 kwam de on­ rielokaal bedroeg 2/3 oftewel ƒ 22,67. De Gemeente derhavige kwestie wederom aan de orde en werd de Laag-Nieuwkoop betaalde V3 gedeelte, ƒ 11,33. De onderverhuur aan de Gemeente Laag-Nieuwkoop boerderij "Dorpzicht" was in de geraadpleegde ja­ besproken. Dit resulteerde in het volgende besluit: ren 1869 t/m 1877 eigendom van J. van Dijk. Dat huren was een verre van ideale toestand. Om hierin "Burgemeester en wethouders te machtigen te huren van de verbetering te brengen, nodigde de Commissaris Hervormde gemeente voor de tijd van 50 jaar een woonhuis, met erf en tuin, gediend hebbende tot pastorie van de Hervorm­ des Konings in de provincie Utrecht bij aanschrij­ de Gemeente van Kockengen, staande en gelegen aldaar, sectie ving van 30 januari 1858 de gemeentebesturen B no. 238 en 239. dringend uit hierin verandering te brengen.? Veel Te verhuren aan de gemeente Laag Nieuwkoop voor 50 mogelijkheden tot koop waren in Kockengen niet jaar ingaande 1 Juni 1877 een gedeelte, tegen '/3 van de huur aanwezig en nieuwbouw werd mogelijk te duur ge­ ad ƒ 150,— per jaar, alsmede '/3 gedeelte van alle kosten van acht. Bovendien waren de gemeentebesturen van herstellingen, lasten, meubilering, verlichting en verwarming van het gehuurde te verminderen met de inkomsten die hetzel­ Kockengen en Laag-Nieuwkoop nogal op elkaar ve aan de gemeente Kockengen zal opleveren." aangewezen. Het raadsbesluit van 4 mei 1877 werd bij brief Eigen gemeentehuis voor de periode 1878 -1939 d.d. 11 mei nr. 83/159 ter goedkeuring gezonden Het duurde tot 1877 voordat zich een gelegen­ aan Gedeputeerde Staten van Utrecht. Deze retour­ heid zou voordoen om werkruimte in eigendom te neerden het raadsbesluit bij brief van 19 mei 1877 verwerven.10 In dat jaar namelijk vertrok de Her­ nr. 22 onder mededeling dat zij "zoowel in het vormde predikant en de pastorie aan de Heycop zou belang uwer gemeente als in dat van de gemeente als zodanig niet meer worden gebruikt. In de verga­ Laagnieuwkoop, eene huur en verhuur voor vijftig dering van 14 maart 1877 deelde de voorzitter dit achtereenvolgende jaren niet raadzaam achten, ten­ aan de gemeenteraad mee en hij achtte dit "een zij daaraan de voorwaarde wordt verbonden dat de alleszins geschikte gelegenheid tot bekoming van wederzijdsche partijen het regt hebben deze verhuur doelmatige localiteit voor raadkamer, secretarie, se­ en huur elke drie jaren te doen eindigen, mits zes cretaris en veldwachterswoning". Hij deelde de raad maanden vooraf daarvan schriftelijk kennis geven­ voorts mee, dat de kerkvoogden van de Hervormde de. Voorts komt het Gedeputeerde Staten wensche- gemeente niet ongenegen waren de voormalige pas­ lijker voor dat worde bepaald dat de gemeente Laag­ torie met bijbehorende gronden aan de burgerlijke nieuwkoop een zeker bedrag als huur geeft, zonder gemeente te verhuren. De huur zou omvatten het de bepaling dat zij behalve V3 in de huur, nog 1/3 huis met erf en verdere aanhorigheden (prijs in de kosten van onderhoud enz. van het huis zal ƒ 120,—) en de omliggende tuin (prijs ƒ 50,-). moeten dragen. Tenslotte verzoeken Gedeputeerde Totale gevraagde huurprijs ƒ 170,- per jaar. Ten Staten met de inzending van een nader raadsbesluit laste van de gemeente zouden bovendien komen betreffende de onderwerpelijke zaak, daarbij over te "alle herstellingen en belastingen aan die panden te leggen het concept-contract met de gemeente Laag­ doen of van dezelfde te heffen". Hierop besloot de nieuwkoop te sluiten, waarin melding zal gemaakt raad, burgemeester en wethouders op te dragen met moeten worden dat de secretaris van die gemeente de kerkvoogden te onderhandelen "op den grond­ ook zitting zal mogen nemen in het bedoelde huis, slag van ƒ 120,— huur per jaar voor huis, erf en daar het mogelijk is dat door den Raad der gemeen-

TIJDSCHRIFT HISTORISCHE KRING BREUKELEN, jrg. 14, nr. 3, 1999 120 te Laagnieuwkoop later een persoon als secretaris bestemde gedeelte van de voormalige pastorie, te werd benoemd, die niet tevens tot secretaris der weten H. van Rooyen, voor een huur van ƒ 1,-- per gemeente Kockengen werd gekozen." week. Hiermee werd door de raad ingestemd. Waar In de raadsvergadering van 29 mei 1877 werd nog geen sprake kon zijn van een definitieve huur­ besloten welke gedeelten van het gehuurde zouden overeenkomst met de kerkvoogdij, werd besloten worden gebruikt voor de openbare dienst en tot het dat de voorzitter met laatstgenoemde overleg zou onderverhuren van het resterende gedeelte, zomede plegen alvast het betreffende perceelsgedeelte tijde­ van de tuin. Burgemeester en wethouders werden lijk in bewoning te geven aan Van Rooyen onder gemachtigd te onderhandelen met de daarvoor in bepaling dat indien de huur van het gebouw tot aanmerking komende personen. De voorzitter deel­ stand kwam de door Van Rooyen betaalde gelden de in deze vergadering mee, dat Gedeputeerde ten bate van de gemeente zouden komen. Staten bezwaren hadden tegen het huurbesluit, maar Gedeputeerde Staten van Utrecht bleven tegen dat bereids de gemaakte bedenkingen door burge­ de onderhandse verhuur aan de Gemeente Laag- meester en wethouders waren weerlegd. Nieuwkoop wegens strijdigheid met het belang van Dit had evenwel niet het gewenste resultaat, het­ die gemeente (gevreesde toekomstige geschillen). geen blijkt uit de brief van Gedeputeerde Staten d.d. In beide gemeenten werden de functies van burge­ 7 juni 1877 nr. 23 aan burgemeester en wethouders meester en van secretaris in één persoon verenigd. van de Gemeente Kockengen. Gedeputeerde Staten Bij opheffing van deze cumulatie zou Laag-Nieuw­ schrijven daarin het volgende: koop levering van het gehuurde kunnen vorderen. Het raadsbesluit van 4 mei 1877 werd dan ook door "Na kennis genomen te hebben van den inhoud uwer Gedeputeerde Staten niet goedgekeurd blijkens hun missive van den 23 Mei laatstleden no. 88/172, betreffende het daarbij andermaal ter goedkeuring ingezonden besluit van de besluit van 28 juni 1877 nr. 19. Dit besluit werd in Raad uwer gemeente, hebben wij de eer U mede te deelen, dat de raadsvergadering van 10 juli 1877 besproken. er bij ons geene bezwaren tegen bestaan, dat uwe gemeente Besloten werd Z.M. den Koning te vragen het be­ voor zich het bij het raadsbesluit in concept overlegd huur­ sluit van Gedeputeerde Staten te vernietigen en contract met het Kerkbestuur der Hervormde Gemeente sluite, alsnog goedkeuring te verlenen aan het raadsbesluit doch dat wij omtrent het raadsbesluit zelf, bij ons gevoelen blijven zooals dat is uitgedrukt in onze missive van 19 Mei van 4 mei. laatstleden no. 22. Dientengevolge zullen wij een nader raads­ De voorzitter deelde in de raadsvergadering van besluit ter goedkeuring van U tegemoet zien, waarin wordt 13 augustus 1877 mee dat hem - in zijn kwaliteit bepaald dat uwe gemeente aan de gemeente Laagnieuwkoop van burgemeester van Laag-Nieuwkoop - door een zal verhuren een gedeelte van het van Kerkvoogden der Hervormde gemeente gehuurde woonhuis voor het mede­ commissie uit Gedeputeerde Staten was medege­ gebruik van de secretarie en Raadzaal voor den tijd van drie deeld dat Gedeputeerde Staten het huurbesluit van jaren, welke verhuring voor eenen gelijken termijn zal kunnen de Gemeente Laag-Nieuwkoop ter vernietiging zou­ beschouwd worden te zijn verlengd, indien zes maanden vóór den voordragen aan de Koning. Zowel de Gemeente het eindigen der huurjaren geen schriftelijke opzegging heeft Kockengen als de Gemeente Laag-Nieuwkoop was plaats gehad, en wel voor eenen vasten huurprijs zonder verdere verrekening van baten of lasten. Tenslotte verzoeken verplicht te zorgen voor een gemeentehuis, waarin wij U, wanneer dit raadsbesluit aan ons wordt ingezonden ruimte voor vergaderingen, secretarie en archief­ daarbij over te leggen het concept-huurcontract." berging. Beide gemeenten zouden duurder uit zijn als zij daarin afzonderlijk zouden voorzien. Daarom Deze brief werd ter kennis gebracht van de raad nam de raad van Kockengen het volgende besluit: in zijn vergadering van 13 juni 1877. De raad was "aan gedeputeerde staten te kennen te geven, dat het niet eens met het verlangen van Gedeputeerde de raad vermeent bij herhaling duidelijk genoeg Staten aan deze verbintenis tussen beide gemeenten aangetoond te hebben, dat om in het bezit te komen de voorwaarde te verbinden van elke drie jaren te der bedoelde gelegenheid voor secretarie en ge­ kunnen opzeggen. Hierdoor zou een huur voor drie meentehuis, dit zonder financieel bezwaar voor jaren ontstaan en beide gemeenten achtten dit niet deze gemeente op geen andere wijze kan geschie­ raadzaam. Inmiddels had Laag-Nieuwkoop besloten den als nu voorgesteld is". haar gemeentehuis te vestigen in Kockengen. Bij brief d.d. 12 september 1877 nr. 73 werd de In deze vergadering deelde de voorzitter ook gemeenteraad van Kockengen door de secretaris mee overeenstemming te hebben bereikt met een van de Raad van State in de gelegenheid gesteld van de personen die in aanmerking kwam voor nadere memoriè'n en bewijsstukken voor 26 septem­ onderhuur van het niet voor de publieke dienst ber in te dienen met betrekking tot het ingestelde

TIJDSCHRIFT HISTORISCHE KRING BREUKELEN, jrg. 14, nr. 3, 1999 121

v wM

WgffW- *ffit

Afb. 3. Afscheidsfoto van het gemeentepersoneel bij het verlaten van het gemeentehuis aan de Heicop in 1938. V.l.n.r.: A. Vonk (veldwachter), G.J. de Hoest (ambtenaar ter secretarie), J. Blonk (veldwachter), G. Brunt (ontvanger van Laag-Nieuwkoop), B. Calissendorff (burgemeester), H.A. van Proosdij (ontvanger van Kockengen), J.C. Jongeneel (gemeentesecretaris), G. Vonk (ambtenaar ter secretarie), mevrouw Blonk, Koos Calissendorff en Zwaantje Blonk.

beroep tegen het niet goedkeuren door Gedeputeer­ oktober te elf uur ter behandeling van het beroep. de Staten van Utrecht van zijn besluit van 4 mei Deze oproeping werd in de vergadering van 17 ok­ 1877. De voorzitter lichtte de raad in de vergade­ tober 1877 ter kennis van de raad gebracht. ring van 20 september 1877 in omtrent de ontvan­ Bij brief d.d. 15 november 1877 zonden Ge­ gen brief van de Raad van State d.d. 12 september. deputeerde Staten het Koninklijk Besluit d.d. 30 Hij zei inzage te hebben genomen van de bij de oktober 1877 nr. 3, houdende goedkeuring van de Raad van State voorliggende stukken en achtte het onderhandse verhuring aan de Gemeente Laag- in het belang van de gemeente een nadere memorie Nieuwkoop. Na ontvangst van dit KB werden de bij de Raad van State in te dienen. De leden van de huurovereenkomsten met de Kerkvoogdij der Her­ raad konden zich met het ter tafel gebrachte ont­ vormde Gemeente en met de Gemeente Laag- werp verenigen. Voor dit ontwerp was rechtskundig Nieuwkoop gesloten. Hierbij werd notaris JJ. advies ingewonnen bij mr. A.S. van Hengelaar te Schalij te Breukelen-Nijenrode ingeschakeld. Deze Utrecht. Voor dit rechtskundige advies inzake be­ bracht "voor het opmaken concept huurcontract van roep bij den Koning was de gemeente ƒ 29,80 ver­ de door Kerkvoogden der Herv. gemeente te Kock­ schuldigd. engen aan de Burgerlijke gemeente aldaar verhuur­ Volgens een brief d.d. 4 oktober 1877 nr. 73 riep de pastorie; voor het opmaken van een gelijksoortig de Raad van State de gemeenteraad van Kockengen concept van het door de Burgerlijke gemeente te op te verschijnen in de vergadering van de afdeling Kockengen aan de gemeente Laagnieuwkoop onder­ voor de geschillen van bestuur op woensdag 10 verhuurde gedeelte van de voormalige pastorie;

TIJDSCHRIFT HISTORISCHE KRING BREUKELEN, jrg. 14, nr. 3, 1999 122 voor het in duplo op zegel schrijven van het eerst- 2 A.A. Manten, 1998. Portengen-Nijenrodesgerecht. Tijd­ vermelde concept, te zamen met verschot aan schrift Historische Kring Breukelen, jaargang 13, nr. 1, zegels, reg.regt en portos" ƒ 58,185 in rekening. blz. 20 - 28, in het bijzonder blz. 22. 3 A. Kroon, 1986. Cocagne - Kockengen: over een oeroude Een en ander werd in de vergadering d.d. 11 de­ klank in een vrij jonge naam. Tijdschrift Historische Kring cember 1877 ter kennis van de raad gebracht. Toen Breukelen, jaargang 1, nr. 3, blz. 107 - 109. kon ook worden overgegaan tot het verhuren van de 4 A.A. Manten, 1991. De Wagendijk te Kockengen in de niet voor de openbare dienst bestemde gedeelten 18de eeuw. Tijdschrift Historische Kring Breukelen, jaar­ van het pas gehuurde gemeentehuis, te weten: gang 6, nr. 1, blz. 20 - 27, in het bijzonder blz. 20. 5 K.J. Onderweegs, 1994. De gemeente Kockengen en haar (a) de noordwestelijke kamer met aangrenzende veldwachters, 1882 - 1891. Tijdschrift Historische Kring keuken en de noordelijke helft van de tuin aan Breukelen, jaargang 9, nr. 2, blz. 100 - 106, in het bijzonder Hendrik van Rooyen, timmermansknecht, alhier, blz. 103. Tevens het raadsbesluit van de Gemeente Kock­ voor ƒ 40,--per jaar; engen d.d. 26 oktober 1875 nr. 8, luidende: "De raad van (b) de noordoostelijke kamer, een keuken en het Kockengen; gelet op artikel 135 in verband met artikel 161 der wet van den 29sten Juny 1851 (Staatsblad nr. 85); zuidelijke gedeelte van de tuin aan de gemeente­ besluit: vast te stellen de navolgende Verordening op het veldwachter Daniël Merk voor ƒ 50,- per jaar; zeilvoeren op vaartuigen langs de watering Bijleveld in de (c) de oostelijke bovenkamer aan de heer Jan Daniël gemeente Kockengen. Art. 1. Geene schepen, schuiten of Faunay, zonder beroep, alhier, voor ƒ 40,— per jaar; andere vaartuigen, van welken aard ook mogen op eeniger- dit alles met ingang van 1878 en daarna telkens lei wijze zeilende de watering Bijleveld passeren vanaf de brug bij de hofstede, thans bewoond door Joh. Griffioen, tot voor drie maanden te verlengen, met betaling in aan de Spengensche Meent. Art. 2. Bij overtreding zullen vier driemaandse termijnen. de schippers of degenen, die het bestuur over het vaartuig Tot slot deelde de voorzitter in deze vergadering nog mee, dat alsnog voorzien moest worden in (ƒ 3,00) en gevangenisstraf van een tot drie dagen te zamen meubilair voor de raadkamer en de rest van het of afzonderlijk. Art. 3. Deze verordening treedt in werking nieuwe gemeentehuis. Burgemeester en wethouders dadelijk na hare afkondiging." In dezelfde vergadering besloot de raad de onderhavige verordening af te kondigen werden gemachtigd dit te regelen. op 27 oktober 1875 (brief Gedeputeerde Staten d.d. 11/13 Met betrekking tot de aanschaffing van het november 1875 nr. 25, houdende bericht van ontvangst van meubilair werd nog opgemerkt dat in de raads­ deze verordening). vergadering, gehouden op 17 mei 1878, het voorstel 6 Provinciale Almanak van Utrecht 1961, blz. 26. van het raadslid Massec was behandeld om het 7 A.G.W. Schapenk, 1989. De nieuwe gemeente Breukelen presentiegeld dat de raadsleden over 1877 toe­ in historisch perspectief. Tijdschrift Historische Kring Breukelen, jaargang 4, nr. 1, blz. 4 - 13. kwam, ten voordeel van de gemeente af te staan, 8 P.N. van der Paauw, 1992. Honderdnegentig jaren boerderij speciaal ter vermindering van het aandeel der Dorpzicht aan de Kockengense Wagendijk. Tijdschrift gemeente in de kosten van meubilering van de Historische Kring Breukelen, jaargang 7, nr. 1, blz. 30 - 37, raadkamer. in het bijzonder blz. 30. Terzake werd het volgende besluit genomen: 9 B. Barelds, 1987. De gemeente Breukelen en haar secreta­ "Ie. Met algemene stemmen zich met dat voorstel rieën. Tijdschrift Historische Kring Breukelen, jaargang 2, nr. 3, blz. 88 - 101, in het bijzonder blz. 91. De notulen van te vereenigen, terwijl door den voorzitter wordt te de gemeenteraad van Kockengen d.d. maandag 1 maart kennen gegeven, dat door hem voor hetzelfde doel 1858, agendapunt 4, vermelden terzake: "Gezien de aan­ zal worden bijgedragen voor een bedrag van schrijving van 's Konings commissaris in de provincie dd. veertien gulden. 30 Januari j.l. no. 3 A.Z. bij welke het daarstellen van af­ 2e. de goedkeuring van HH Gedeputeerde Staten te zonderlijke gemeentehuizen in overweging wordt gegeven, verzoeken op deze schenking aan de gemeente tot vermits het Zijne Hoog Edel Gestrenge bij de gedane rond­ reizen door de provincie is gebleken dat die niet in alle een bedrag van drie en zestig gulden (ƒ 63,-)." gemeenten gevonden wordt in weerwil dat daaraan behoef­ te bestaat - met uitnoodiging wijders om bij het opmaken Noten eener volgende begrooting daaraan de aandacht te wijden." 10 Notulenboek Gemeenteraad van Kockengen 6 oktober 1868 1 A.A. Manten, 1986. Gastarbeiders in Breukelen en om­ t/m 19 april 1880. Ingekomen stukken Gemeente Kock­ geving in de 10de tot 12de eeuw. Tijdschrift Historische engen 1876 - 1880. Verzamelstaat bevelschriften van de Kring Breukelen, jaargang 1, nr. 1, blz. 11 - 20, in het bij­ rekeningen van inkomsten en uitgaven over de dienstjaren zonder blz. 13. 1869 t/m 1878.

TIJDSCHRIFT HISTORISCHE KRING BREUKELEN, jrg. 14, nr. 3, 1999