GBO Demerland bundelt de bestaande GBO-krachten in de ELZ met outreachende acties en lokale accenten.

GBO, ELZ, IGS, IGCS, … kan iedereen nog volgen? Neen? Mogen we dan even uw aandacht?

We, dat zijn alle kernpartners van het nieuwe Geïntegreerd Breed Onthaal Demerland.

Geïntegreerd, want we integreren de bestaande GBO-projecten “/Scherpenheuvel-Zichem” en “”. We verenigen het beste uit de bestaande projecten en werken op die basis verder.

Breed, want we verbreden tot het niveau van Eerstelijnszone (ELZ) Demerland. , en Tielt-Winge komen aan boord. Hierdoor wordt het werkingsgebied van het GBO gelijk aan dat van de ELZ Demerland (Aarschot, Bekkevoort, Begijnendijk, Diest, Scherpenheuvel-Zichem, Tielt-Winge). Hiermee verdiepen we ook. We verankeren zorg en welzijn in een duidelijk kader van eenvormige werkingsprincipes. Hiermee verruimen we de facto ook, met belangrijke invloed op het achterliggend aanbod. Neem bijvoorbeeld het thema wonen, één van de grondrechten. Aarschot, Scherpenheuvel-Zichem en Diest trekken al jaren aan dezelfde kar via het intergemeentelijk samenwerkingsverband (IGS) “Wonen aan de Demer”, ondersteund door IGO en in samenwerking met alle woonactoren. Ook Begijnendijk wordt vanaf 2020 door IGO ondersteund. Tielt-Winge en Bekkevoort krijgen ondersteuning van “Hartje Hageland”, volgens dezelfde Vlaamse spelregels. Neem het thema culturele en maatschappelijke ontplooiing, een ander grondrecht. Aarschot, Begijnendijk, Tielt-Winge, Scherpenheuvel-Zichem vinden elkaar sinds 2003 in een intergemeentelijk cultureel samenwerkingsverband (IGCS), waartoe ook , en behoren. Aarschot trekt vanaf 2020 resoluut de kaart van Uitpas! met kansentarief voor doelgroepen. De deur staat open voor de andere besturen. Begijnendijk en Aarschot waren pioniers in Hageland voor “Bewegen Op Verwijzing” (BOV), met aandacht voor kansengroepen, ondertussen verruimd naar heel de eerstelijnszone. Iedere huisarts in de eerstelijnszone, door ons gesensibiliseerd over Bewegen Op Verwijzing, zal patiënten kunnen doorverwijzen naar een BOV-coach, waar die patiënten ook wonen.

Onthaal is waar alle kernpartners van ons samenwerkingsverband goed in zijn. Maar we gaan meer doen! We gaan niet alleen via dezelfde principes onthalen, we gaan halen! Op de vindplekken, aan de keukentafel en wars van gemeentegrenzen. Dat is de kern van deze projectaanvraag en dat is waaraan we de gevraagde middelen willen besteden: een outreachend GBO-medewerker voor heel de eerstelijnszone, die de hulpvraag oppakt, analyseert en daar legt waar ze het best beantwoord wordt. Niet omdat “outreach” trendy is, maar omdat het de fond is van maatschappelijk werk. We richten ons hierbij op iedere inwoner van de ELZ Demerland, met specifieke aandacht voor kwetsbare personen (volgens de definitie van BVR 28.06.2019, art. 1, 4°: “personen die om een of andere reden niet zelfredzaam zijn en daardoor onvoldoende kunnen participeren op een of meerdere levensdomeinen”) en specifieke doelgroepen die lokaal kunnen verschillen.

Uiteraard zullen concrete acties soms lokaal verschillen, omdat de lokale realiteiten verschillen. Niet in ieder deelgebied van de ELZ zijn dezelfde vindplaatsen aanwezig. Niet in ieder deelgebied bestaat het zelfde aanbod (woonzorgcentrum, ziekenhuis, jeugd- of cultuurcentrum, scholenaanbod, sociaal restaurant, …). Niet ieder deelgebied kent dezelfde vertegenwoordiging van specifieke doelgroepen. Maar de visie, het werkingskader, de principes en de methodieken, die zullen dezelfde zijn binnen de Eerstelijnszone en het Geïntegreerd Breed Onthaal Demerland.

Lees dus zeker verder.

1

Werkingsgebied en doelgroep Het werkingsgebied van het GBO is gelijk aan dat van de ELZ Demerland: Aarschot, Bekkevoort, Begijnendijk, Diest, Scherpenheuvel-Zichem, Tielt-Winge.

Qua doelgroep richten we ons op iedere inwoner van de ELZ Demerland, met specifieke aandacht voor kwetsbare personen (volgens de definitie van BVR 28.06.2019, art. 1, 4°: “personen die om een of andere reden niet zelfredzaam zijn en daardoor onvoldoende kunnen participeren op een of meerdere levensdomeinen”) en specifieke doelgroepen die lokaal kunnen verschillen.

Actie 1: GBO Demerland werkt een gezamenlijke visie uit met gemeenschappelijke doelstellingen en een uniform gedragen kader De stuurgroep GBO Demerland werkt een kader uit met gemeenschappelijke werkingsprincipes. Hierbij moet uiteraard niet van nul begonnen worden, het pilootproject GBO Diest/Scherpenheuvel- Zichem met zijn stuurgroep en GBO Aarschot met zijn stuurgroep hebben daar al een hele weg in afgelegd, eerst apart, en sinds een aantal maanden samen. Beide stuurgroepen werden samengevoegd en worden nu uitgebreid met de OCMW’s van Begijnendijk, Bekkevoort en Tielt-Winge. Hier werden reeds afspraken over gemaakt met alle betrokkenen. Doordat de coördinator van de eerstelijnszone deel uitmaakt van de GBO-stuurgroep en ook alle kernpartners van het GBO deel uitmaken van het bestuursorgaan van ELZ Demerland (6 lokale besturen, CAW Oost-Brabant en de DMW) is er een stevige verbinding tussen GBO en ELZ in regio Demerland. Hier werd bewust voor gekozen, want beide versterken elkaar.

Bij de uitwerking van de gedragen visie, doelstellingen en kader wordt uitgegaan van de principes van krachtgericht, participatief en outreachend werken: • Niet focussen op problemen maar samen met cliënten op ontdekking gaan. Wat zijn hun sterktes en mogelijkheden. Wat kunnen ze (nog wel) zelf? • De regie bij de cliënt laten. Die bepaalt zelf wat belangrijk is en wat hij/zij wil bereiken. • Zo weinig mogelijk overnemen, de cliënt aanspreken op eigenaarschap van het probleem én de oplossing. • Zoeken naar krachten in de sociale omgeving en in de gemeenschap waar mensen wonen. Streven naar de uitbouw van formele en informele netwerken.

We zetten krachtgericht werken in op cliënt- en organisatieniveau. We zorgen voor VTO om de krachtgerichte benadering eigen te maken bij hulpverleners en nemen deze basiskennis op in het kwaliteitskader.

Bij de casusbesprekingen (zie actie 2) hanteren we een methodiek die gericht is op krachtgericht werken. Dit kader mag een lokaal gedifferentieerde aanpak - op basis van lokale noden en opportuniteiten - niet in de weg staan. Vanuit de eerstelijnszone werd er een omgevingsanalyse gemaakt; deze zal als basis dienen voor het bepalen van eventuele accentverschillen per (deel)gemeente. De gegevens uit de omgevingsanalyse zullen aangevuld worden door de sterke praktijkkennis en -ervaring van de basiswerkers. Zij kennen hun werk, hun doelgroep en hun terrein.

Elk van de kernpartners zal het gemeenschappelijk kader herhaaldelijk uitdragen naar de eigen werkvloer, zodat de hele werking meegenomen wordt in de verbeterde samenwerking. Door die verbeterde samenwerking en de grotere kennis van mekaars werk is er immers ook een positief effect op de rechtstreekse aanmeldingen bij elk van de partners. Er wordt actief ingezet op netwerkvorming, ervaringsuitwisseling en kennisdeling (zie actie 3).

2

De stuurgroep werkt een samenwerkingsovereenkomst uit met concrete engagementen voor elk van de partners, te ondertekenen door de 6 lokale besturen, CAW en de DMW.

GBO Demerland wil in zijn samenwerkingsverband onderbescherming van burgers tegengaan, zet in op de rechtenmaximalisatie van kwetsbare groepen en wil de lokale hulp- en dienstverlening meer toegankelijk en bereikbaar maken voornamelijk voor deze kwetsbare personen. Onze visie past zodoende volledig in de doelstellingen en functies van het GBO: - hulpvragen van (kwetsbare) burgers beluisteren, verduidelijken en verhelderen - rechten van (kwetsbare) burgers verkennen, detecteren en realiseren - neutrale info verstrekken over het aanbod van lokale hulp- en dienstverlening - gepast, neutraal en niet onnodig doorverwijzen zodat het onthaal niet opnieuw gebeurt door een andere kernactor maar er verder wordt gebouwd op de acties van de kernactoren

Actie 2: Basiswerkers worden gefaciliteerd in hun samenwerking. Ze worden eenduidig aangestuurd om de werkingsprincipes te realiseren. GBO Demerland zorgt voor participatie van de basiswerkers. We bouwen een structuur uit waarbij casusoverleg tussen basiswerkers, over de grenzen van organisaties heen, een verankerd instrument is voor de bespreking van complexe dossiers. Complexe dossiers worden geanalyseerd: zijn alle noden in kaart gebracht, is de vraag voldoende duidelijk, welke diagnose kunnen we stellen, enz. Basiswerkers zijn de drijvende kracht achter het casusoverleg: ze brengen complexe dossiers aan voor bespreking en ze nemen een actieve rol op tijdens de besprekingen. - We beschikken over een duidelijk gemeenschappelijk kader en doelen voor de werking van het GBO, gebaseerd op de principes van krachtgericht, participatief en outreachend werken (zie acties 1 en 4). - Het GBO zorgt voor een informatieveilige manier van werken met een gezamenlijk intakedocument en verslag dat door alle deelnemende partners kan gebruikt worden bij de instroom en bespreking van nieuwe cliënten. - We beschikken over een hanteerbare methodiek. - We zorgen voor een beleidsmatige neerslag van de signalen die we detecteren uit de casussen. - We evalueren en sturen de eigen werking bij waar nodig op basis van knelpunten gedetecteerd bij de casusbesprekingen. - We betrekken de basiswerkers bij het uitwerken van het concept van de casusbesprekingen (wie neemt deel, wie zit in welke groep, frequentie, gehanteerde methodiek, …) en de evaluatie ervan.

We organiseren gezamenlijke praktijkgerichte opleidingen waarin de basiswerkers zich de werkingsprincipes eigen kunnen maken. - In het kader van een kwaliteitsvolle werking van het GBO bieden we de GBO-basiswerkers de mogelijkheid om minstens 1x per jaar deel te nemen aan een opleiding op grond van de werkingsprincipes van het GBO bv. outreachend en proactief werken, generalistische vraagverheldering, kwaliteitsvolle intake, krachtgerichte, participatieve en positieve hulpverlening. Dit sluit aan bij de principes geformuleerd in actie 1. - We zetten de opleidingen om in bruikbare processen, methodieken, tools, … - We betrekken de basiswerkers zijn betrokken bij de keuze van VTO en methodieken.

We ondersteunen basiswerkers in kwaliteitsvolle basisdienstverlening met gedeelde best practices over gemeentegrenzen heen.

3

- We werken volgens een gedeeld kwaliteitskader. - We leggen de gemeenschappelijk kwaliteitseisen voor de basisdienstverlening vast vanuit de goede praktijken van elke actor. - We betrekken de basiswerkers bij het opmaken van het kwaliteitskader.

We organiseren periodieke basiswerkersdagen waarbij input wordt gevraagd bij elke fase van het project. Minimum 1 keer per jaar is er een overlegmoment tussen de basiswerkers van de deelnemende partners gericht op: - netwerking: elkaar en elkaars werking leren kennen; - competentieversterking van de basiswerkers door ervaringsuitwisseling en het delen van werkmethodes; - samen nadenken over hoe men de kwetsbare doelgroepen beter kan bereiken; - samen concrete acties opzetten om kwetsbaarheid aan te pakken; - advies geven aan de stuurgroep; - input geven voor de opmaak van doelstellingen, actieplannen en concrete input geven over de noden die zich stellen bij de basiswerkers. Actie 3: Basiswerkers van GBO Demerland delen expertise met mekaar 1. De basiswerkers delen onderling expertise met mekaar We zoeken naar een manieren om breed expertise te delen tussen de basiswerkers. Dit gaat over specifieke thema’s en problematieken die over de grenzen van de gemeente gaan, bv. lezingen over pleegzorg, geestelijke gezondheidszorg, enz. We hanteren de reflex om elkaar uit te nodigen (intergemeentelijk en intersectoraal) op deze momenten en om sprekers en organisaties te introduceren bij de andere kernpartners en gemeenten. Waar zinvol leggen we hierbij verbindingen naar (minstens) de leden van het bestuursorgaan van ELZ Demerland zodat ook eerstelijnspartners die geen kernpartner zijn in het GBO betrokken worden.

Via casusoverleg tussen basiswerkers stimuleren we expertisedeling. De basiswerkers bespreken periodiek de complexe dossiers, over de grenzen van organisaties heen. Indien nodig worden ook andere eerstelijnsactoren betrokken (bv. sociale huisvestingmaatschappij) (zie actie 2).

We organiseren basiswerkersdagen om aan kennisdeling en expertiseverruiming te doen, ondersteuning te bieden in het gebruik van de instrumenten, om te reflecteren vanuit de gedeelde missie en visie, om methodieken uit te wisselen, … Minimum 1 keer per jaar is er zo’n overlegmoment tussen de basiswerkers van de deelnemende partners (zie actie 2).

We zorgen voor een actuele digitale portfolio (wie-is-wie boekje) van alle kernpartners in de ELZ als “gouden gids” voor professionele doorverwijzing tussen de kernpartners. Hierin worden de gegevens opgenomen van alle medewerkers van de sociale diensten van de OCMW’s van de zes lokale besturen; de diensten maatschappelijk werk van de mutualiteiten actief in de ELZ Demerland en het CAW. De basiswerkers gebruiken de portfolio om snel en eenvoudig de juiste contacten te kunnen leggen.

De kernpartners delen hun kennis en expertise via een periodieke stuurgroep. Hiervoor worden de bestaande stuurgroepen GBO Aarschot en GBO Diest/Scherpenheuvel-Zichem samengevoegd. Vertegenwoordigers van de lokale besturen Bekkevoort, Begijnendijk en Tielt-Winge worden toegevoegd aan de uitgebreide stuurgroep. Bij opstart komt de stuurgroep minstens maandelijks samen; op termijn kan de frequentie aangepast worden in functie van de noden. De coördinator van ELZ Demerland neemt deel aan de stuurgroep GBO Demerland, waardoor de band tussen de eerstelijnszone en het GBO erg nauw blijft.

4

2. De basiswerkers GBO en de andere eerstelijnsactoren in ELZ Demerland delen expertise en informatie Het delen van de expertise blijft niet beperkt tot de basiswerkers van het GBO. Hulpverleners van verschillende echelons en disciplines leren mekaar beter kennen via persoonlijke contacten en via een digitaal platform. We nemen deel aan regionale uitwisselmomenten GBO en ELZ om te leren van andere regio’s.

We onderzoeken hoe GBO en ELZ mekaar kunnen versterken. Verschillende kernpartners zijn nauw betrokken in zowel het GBO als de eerstelijnszone. We screenen het beleidsplan van de eerstelijnszone op aanknopingspunten. De bestuursvergaderingen van de eerstelijnszone worden aangegrepen om informatie over het GBO door te spelen aan andere eerstelijnsactoren. Via de algemene vergadering van ELZ Demerland bereiken we de brede groep van eerstelijnsactoren. We gebruiken deze kanalen om het opzet van het GBO kenbaar te maken, het digitale aanmeldingsformulier te verspreiden, enz.

Actie 4: We zorgen voor participatie van de doelgroep bij de uitwerking van de acties van GBO Demerland Via lokale participatie-initiatieven luisteren we naar de verschillende doelgroepen van het GBO en gaan we aan de slag met hun feedback.

Elke GBO partner brengt de mogelijke gesprekspartners in kaart die actief zijn op zijn grondgebied. Zo is bijvoorbeeld de verantwoordelijke van de sociale dienst van het OCMW van Aarschot geregeld aanwezig op de vrijwilligersvergadering van de voedselbedeling. In de actiegroep verzet tegen armoede zijn ervaringsdeskundigen vertegenwoordigd. Nogal wat acties vinden hun oorsprong in wat zij aanbrengen. In de actiegroep toegankelijkheid nemen mensen met een beperking het woord en bepalen zij mee de acties. Via zulke gesprekspartners zoeken we een antwoord op de vragen: wat verwachten hulpvragers van hulpverlening, wat is een goede hulpverlener. De partners van het GBO wisselen hieromtrent expertise en ervaringen uit.

We installeren een klankbordgroep die we betrekken bij de opmaak van onze jaaractieplannen, de acties en die ons inspireert tot nieuwe acties. We beseffen dat dit een moeilijke opgave is, omdat het net de uitdaging van het GBO is om mensen te bereiken die we nu nog niet bereiken. We doen beroep op een organisatie die ons hierin kan ondersteunen. We kunnen daarnaast putten uit eerdere ervaring, zoals de dialoogtafels in het kader van het project Budget InZicht (doelgroep: mensen met schuldenproblematiek).

Actie 5: We werken outreachende en proactieve acties uit om welomschreven kwetsbare doelgroepen te bereiken Outreach is niet nieuw. In essentie is outreach de kern van het individueel maatschappelijk werk, waarbij de hulpverlener sámen met de hulpvrager én in de leefwereld van de hulpvrager een vraag analyseert, aanpakt, oplost en indien nodig blijvend opvolgt. Met de jaren, in een steeds complexere samenleving, met steeds toenemende administratieve verplichtingen voor zowel hulpvragers als hulpverleners, is outreach in de vergeethoek geraakt en heeft het individueel maatschappelijk werk zich verlegd van de leefwereld van de hulpvrager naar de systeemwereld van de hulpverlening in regels, formulieren en hokjes.

Onderstaande acties moeten ervoor zorgen dat mensen meer en beter aansluiting vinden op het bestaande (achterliggend) aanbod en dat we mensen zullen bereiken die we nu in onvoldoende mate bereiken. Een belangrijk aandachtspunt hierbij is dat de systeemwereld van de hulpverlening ongezien ingewikkeld blijft, de administratieve verplichtingen er niet minder op worden, het achterliggend aanbod van de drie kernactoren aan het verzadigingsniveau zit en de wachtlijsten bij de partners langer

5 worden. Problemen opsporen om ze dan in de rij te zetten, zal de negatieve ervaringen die hulpvragers met zich mee dragen, immers enkel bevestigen.

De outreachende en proactieve acties situeren zich op verschillende niveaus, zowel wat betreft wie ze uitvoert als op wie ze gericht zijn.

1. Het GBO en haar werking bekend maken bij het gekende netwerk van toeleiders, uitgevoerd door alle kernpartners en door de GBO-medewerker. In ieder deelgebied bevinden zich toeleiders. Dit kunnen professionals zijn, vrijwilligers, mantelzorgers. Allemaal mensen die in contact (kunnen) komen met potentiële hulpvragers of die potentiële hulpvragen kunnen detecteren. Voor deze toeleiders mag het niet uitmaken bij welke kernpartner de hulpvraag gelegd wordt. We zoeken hen actief op en vertellen hen over de GBO-werkingsprincipes en het eenvormig aanmeldformulier dat er voor zorgt dat de vraag opgepikt wordt, verhelderd wordt én door de juiste kernpartner (of kernpartners) behandeld wordt. Indien nodig zorgt die kernpartner er voor dat het achterliggend aanbod geactiveerd wordt.

We maken dus actief werk van bekendmaking van het geïntegreerd breed onthaal in de 6 gemeenten van de eerstelijnszone met het aanmeldingsformulier als instrument. De toeleiders situeren zich zowel in de eerstelijnsgezondheidszorg (huisartsen, kinesisten, thuisverpleegkundigen, apothekers) als in de welzijnssector (uiteraard de kernpartners zelf, maar evenzeer de buurtwerking, het CLB, het huis van het Kind, het consultatiebureau van Kind en Gezin, jeugdwelzijnswerk, …). We richten ons zowel op professionals als op vrijwilligers (voedselbedelingspunten, vrijwilligers van DOMO- gezinsondersteuning, Auxilia-huiswerkbegeleiding, ouderenadviesraden, …) en mantelzorgers.

Via het gemeenschappelijke online aanmeldingsformulier kunnen de toeleiders kwetsbare personen aanmelden bij het GBO. In eerste instantie komt het aanmeldingsformulier terecht bij één van de betrokken OCMW’s (dispatching o.b.v. postcode), waarbij het OCMW verder oordeelt over de toewijzing van de aangemelde situatie aan één van de kernpartners GBO op basis van gemaakte afspraken. Op termijn moeten alle aanmeldingsformulieren terecht komen in een gedeelde digitale werkomgeving waartoe alle kernpartners toegang hebben. Via die gedeelde digitale omgeving moet er ruimte zijn om kennis en expertise te delen (zowel theoretisch inhoudelijk als m.b.t. specifiek casussen).

Op dit moment hebben we daarover al concrete afspraken gemaakt met een aantal LOK- verantwoordelijken (huisartsen) in de regio. We breiden dit systematisch uit naar andere toeleiders in de regio.

2. Het inventariseren van bestaande en aanboren van nieuwe vindplaatsen, uitgevoerd door de GBO-medewerker (en kernpartners) waar mogelijk De kernpartners zijn nog niet bij alle potentiële vindplaatsen kind aan huis. Hier en daar moet nog een deurtje open geduwd worden en er komen ook altijd (potentiële) vindplaatsen en actoren bij. De GBO- medewerker moet het overzicht actueel houden en, als spin in het web, alle potentiële touwtjes van toeleiding strak te houden. De GBO-medewerker wordt een vertrouwd gezicht op diverse, lokale warme vindplaatsen van welomschreven (kwetsbare) groepen.

Huidige vindplaatsen zijn (niet exhaustief): • Lokale dienstencentra (Tarsenaal, Orleanshof, Zonnedries) • Consultatiebureau’s Kind en Gezin • Peuterspeelpunten • CLB’s • Scholen • Arktos

6

• Inloopcentrum De zonnebloem CAW • Buurtrestaurants en buurthuizen (Beverbeekhuis, De Blokhut, Buurthuis Onder Ons, Huis Dievers, …) • Moeders helpen moeders • Voedselbedeling (SVC, Kommaraf, Den Tember) • Kringwinkels Hageland • Jeugdhuizen (Tijl, De Klinker, het Boemelke, ’t Perron, …) • Dienstencentrum Groenhoef • CC, gemeenschapscentra en ontmoetingscentra (Den Egger, Het Gasthuis, De Pelgrim, …) • Speelpleinwerkingen • Bibliotheken en taalpunten • Initiatieven en (tijdelijke) projecten gericht de doelgroep: taalbad, start to bike, kookateliers, Maak het Mee, … • Centrum Basiseducatie en CVO • Sociale economie initiatieven en initiatieven arbeidszorg (De Vlaspit,De Heerlyckheid, Beverbeekhuis, fietspunten Velo, vzw Wortels …) • Initiatieven gericht op vluchtelingen (vzw Bij Ons Thuis, Peeterskasteel) • …

Daarnaast kenmerkt de eerstelijnszone zich door een zeer rijk verenigingsleven en ontstaan steeds meer digitale vindplaatsen: facebookgroepen als “ge zé van…”, “bijna gratis…”, …

De GBO-medewerker moet vinger aan de pols houden. Als er nieuwe initiatieven in de regio ontstaan, maakt de GBO-medewerker daar de werking van het GBO bekend, zowel aan de initiatiefnemers als aan de mensen die er gebruik van maken.

3. Vraagverheldering na ontvangst van het aanmeldingsformulier, uitgevoerd door de GBO- medewerker Net zoals de samenleving zelf, zijn de problemen waarmee mensen kampen complex en niet langer éénduidig. Steeds meer worden hulpverleners geconfronteerd met hulpvragers in meervoudige probleemsituaties. Mensen die in dergelijke situaties terecht zijn gekomen, bevinden zich vaak in een vicieuze cirkel en zien de bomen door het probleembos niet meer. Zij zijn al te dikwijls doorverwezen, te vaak afgewezen en haken af. Zij stellen hun hulpvraag of hulpvragen niet meer of krijgen ze niet meer verwoord. Het eenvoudig aanmeldingsformulier, mits toestemming van de betrokken persoon ingevuld door welke toeleider ook, kan hier de startknop zijn.

De GBO-medewerker zet na de ontvangst van het aanmeldingsformulier proactief de eerste stap naar de cliënt om te vermijden dat mensen ongewild door de mazen van het net vallen, zoals bij klassieke doorverwijzing helaas wel soms het geval is. Het eerste vraagverhelderingsgesprek gebeurt op een plaats naar keuze van de cliënt. Bij de vraagverheldering zetten we maximaal in op rechtendetectie. Na de vraagverheldering stroomt de cliënt indien nodig door naar de achterliggende hulpverlening van de kernpartners en indien nodig betrekken we ook andere eerstelijnsactoren hierin.

4. Outreachende acties door kernpartners en lokale actoren gericht op welomschreven doelgroepen. Met hogergenoemde proactieve acties richten we ons op toeleiders en bestaande of te ontginnen vindplaatsen. Lokaal worden evenzeer outreachende acties ondernomen gericht op welomschreven doelgroepen. Deze acties kunnen verschillen naargelang de lokale realiteiten en mogelijkheden. We noemen er enkele: • 80-plussers worden bezocht door leden van de ouderenadviesraad • Een medewerker van het Sociaal Huis Aarschot is op regelmatige basis aanwezig op het voedselbedelingspunt.

7

• Een medewerker van het Sociaal Huis van verschillende lokale besturen is op regelmatige basis aanwezig op de peuterspeelpunten in de regio. • De JAC-medewerkers zijn actief aanwezig op de gekende hangplekken, in en rond de jeugdclubs, aan de stations. • Jaarlijks, naar aanleiding van bepaalde triggers (start zomerwerking jeugddienst, lancering Uitpas met kansentarieven …) trekken we met tal van diensten en organisaties (buurtwerk, jeugd, cultuur, sport, LOP, LDC, Open School, …) de sociale woonwijken in waar we van deur tot deur aan de mensen gaan vragen waarvoor ze buiten willen komen. De insteek is vrije tijd en betaalbaarheid, maar tegelijkertijd wordt nagegaan of er mogelijk andere zorg- of welzijnsnoden niet ingevuld zijn. • Samenlevingsopbouw, Wonen aan de Demer, OCMW, CAW trekken naar campings en woonwagenterreinen om de problematiek in kaart te brengen van de vaste verblijvers uit noodzaak, die zich niet kunnen inschrijven, rechten verliezen en vaak in erbarmelijke omstandigheden wonen. • Op signaal van andere partners verlegt de “intaker” van de sociale dienst zijn werkplek van de gespreksruimte naar de keukentafel. • De gezinshulp en thuishulp schoolt haar medewerkers in aandacht voor de bredere context van de cliënten en het opvangen van signalen van “onwelzijn” en kijkt op die manier ook twee deuren verder. Scholing gaat over het erkennen van signalen: ongeopende briefwisseling; medicijnen die op dezelfde plek blijven staan; mutualiteitsbriefjes die blijven liggen, … De thuisdiensten doen een ronde van de deelgemeenten, de thuisverzorgende belt ook eens aan bij de buren, … • …

Fasering De kernpartners GBO werken het beleidsplan uit in jaarlijkse actieplannen met indicatoren. Jaarlijkse actieplannen laten toe om flexibel in te spelen op veranderingen doorheen de jaren.

Voor 2020 maakten de kernpartners al een actieplan en indicatieve timing op (zie volgende bladzijde). Voor de opmaak van de actieplannen vanaf 2021 betrekken we zo veel als mogelijk mensen uit de doelgroepen (zie actie 4).

8

Actieplan GBO Demerland 2020 Jan Feb Maart April Mei Juni Juli Aug Sept Okt Nov Dec Actief deelnemen aan het forum en bestuursorgaan ELZ Demerland om netwerken ELZ en GBO te verbinden Intersectoraal en intergemeentelijk elkaar leren kennen binnen het werkingsgebied GBO Uitbreiding stuurgroep GBO met de lokale besturen Begijnendijk, Bekkevoort, Tielt-Winge Opmaken en ondertekenen van de samenwerkings- overeenkomst GBO kernpartners Gezamenlijk team kernpartners GBO Aarschot – toelichting Auxilia Uittesten concept aanmeldingsformulier in Diest en Scherpenheuvel-Zichem: • Bekendmaken bij huisartsen • Achterliggende flow uittesten (dispatching o.b.v. postcode, toewijzen aan CAW, DMW mutualiteit of OCMW voor vraagverduidelijking) • Evaluatie van het formulier en de achterliggende flow tijdens basiswerkersdag Diest-Scherpenheuvel-Zichem • Bij positieve evaluatie, voorstellen aan andere toeleiders in de ELZ Opmaken functieprofiel GBO-medewerker Vastleggen van gemeenschappelijke kwaliteitseisen voor de basisdienstverlening Opmaken en presenteren portfolio kernpartners GBO Aarschot Aanstellen van een partij die prospectie doet naar een gemeenschappelijk systeem voor dispatching van de aanmeldingen naar de GBO-medewerker en van de GBO- medewerker naar de hulpverlenende kernpartners Aanwervingsprocedure GBO-medewerker Start GBO-medewerker Uitwerken gezamenlijke methodiek onthaal en casusoverleg Basiswerkersdag ELZ breed

9

10