2008-2009 architectuur theater dans muziek 2008-2009 BLAUWE ZAAL deSingel Desguinlei 25 / B-2018 Antwerpen ma vr 10 19 uur / za 16 19 uur deFilharmonie www.desingel.be olv. James MacMillan [email protected] T +32 (0)3 248 28 28 za 29 nov 2008 F +32 (0)3 248 28 00

deSingel is een kunstinstelling van de Vlaamse Gemeenschap en geniet de steun van hoofdsponsor mediasponsors 2008 - 2009 / Stravinsky Symfonisch vr 10 okt 2008 deFilharmonie olv. Edo de Waart za 29 nov 2008 deFilharmonie olv. James MacMillan za 31 jan 2009 deFilharmonie & Collegium Vocale Gent olv. Philippe Herreweghe vr 13 mrt 2009 WDR RundfunkOrchester Köln olv. Niklas Willén vr 27 mrt 2009 deFilharmonie olv. Jaap Van Zweden

inleiding door Stephan Weytjens, 19.15 uur, foyer de kunsthaven begin 20.00 uur pauze omstreeks 20.45 uur einde omstreeks 22.00 uur teksten programmaboekje Stephan Weytjens coördinatie programmaboekje deSingel deFilharmonie James MacMillan muzikale leiding Martin Roscoe Colin Currie percussie

Igor Stravinsky (1882-1971) in D 12’ Vivace Arioso: Andantino Rondo: Allegro

James MacMillan (°1959) Veni, veni, Emmanuel 26’ gelieve uw GSM uit te schakelen

pauze De inleidingen kan u achteraf beluisteren via www.desingel.be Selecteer hiervoor voorstelling/concert/tentoonstelling van uw keuze. Igor Stravinsky Op www.desingel.be kan u uw visie, opinie, commentaar, appreciatie, … Variations (Aldous Huxley in memoriam) 6’ reageer betreffende het programma van deSingel met andere toeschouwers delen. & win Selecteer hiervoor voorstelling/concert/tentoonstelling van uw keuze. Neemt u deel aan dit forum, dan maakt u meteen kans om tickets te winnen. James MacMillan The Berserking 33’ Bij elk concert worden cd’s te koop aangeboden door ’t KLAverVIER, Kasteeldreef 6, Schilde, 03 384 29 70 > www.tklavervier.be

foyer de kunsthaven enkel open bij avondvoorstellingen in rode en/of blauwe zaal open vanaf 18.40 uur kleine koude of warme gerechten te bestellen vóór 19.20 uur broodjes tot net vóór aanvang van de voorstellingen en tijdens pauzes

Hotel Ramada Plaza Antwerp (Desguinlei 94, achterzijde torengebouw ING) Restaurant HUGO’s at Ramada Plaza Antwerp open van 18.30 tot 22.30 uur gozo-bar open van 10 uur tot 1 uur, uitgebreide snacks tot 23 uur deSingelaanbod: tweede drankje gratis bij afgifte van uw toegangsticket Stravinsky in Amerika

Het was in 1939, op de vooravond van de Tweede Wereldoorlog, dat Igor Stravinsky zijn tweede thuisland Frankrijk vaarwel zegde om zijn geluk te gaan zoeken in de Verenigde Staten. Tot aan zijn dood in 1971 zou hij er blij- ven wonen, eerst in Los Angeles en later in New York. Stravinsky’s keuze voor de Nieuwe Wereld was niet enkel ingegeven door de toenemende politieke onrust in Europa, maar ook door de groeiende belangstelling voor zijn werk vanuit Amerika. Sinds de jaren 1920 en 1930 stroomden er gere- geld opdrachten binnen van over de oceaan. Toch zou Stravinsky Europa nooit loslaten. Toen hij zich goed en wel in Amerika gevestigd had, kwa- men er zelfs opnieuw opdrachten binnen vanuit Europa. De eerste van die opdrachten was afkomstig uit Zwitserland. In 1946 nodigde de Zwitserse dirigent Paul Sacher Stravinsky uit om een werk te schrijven naar aanlei- ding van het twintigjarig bestaan van het Basler Kammerorchester. Deze opdracht resulteerde in het Concerto in D. Het Concerto in D is een van Stravinsky’s laatste werken in de zoge- naamde neoclassicistische stijl, die kenmerkend was voor de meeste van zijn werken sedert de jaren 1920. Die neoclassicistische stijl werd in de eerste plaats getypeerd door verwijzingen naar (vooral) barokke en klassieke stijlkenmerken. De muziekgeschiedenis betekende in deze periode als het ware een soort imaginair museum voor de componist, waaruit hij naar hartelust elementen kon ontlenen om deze vervolgens in een nieuwe, eigentijdse muzikale context te plaatsen. Voor het Concerto in D liet Stravinsky zich vooral inspireren door het barokke concerto zoals we dat aantreffen bij een Antonio Vivaldi of Johann Sebastian Bach. Naar aloude traditie is Stravinsky’s concerto samengesteld uit drie bewegingen in de vaste opeenvolging snel-langzaam-snel. Na een opgewekte sonate- vorm (Vivace) volgen een lyrisch arioso (Arioso: Andantino) dat als traag middendeel dienstdoet en een pittig, ritmisch opzwepend rondo (Rondo: Allegro). Samen met het ballet ‘Apollon Musagète’ uit 1928 is het Concerto in D een van de zeldzame werken uit Stravinsky’s catalogus voor een pure strijkersbezetting. Het werk is niet als balletmuziek bedoeld maar heeft zo- als veel composities van Stravinsky wel een dansbaar karakter. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het New York City Ballet het strijkersconcerto reeds in 1951 in een balletchoreografie (The Cage, door Jerome Robbins) op de planken bracht. Tijdens zijn verblijf in Los Angeles liet Stravinsky zich omringen door schrij- vers, kunstenaars en intellectuelen, waarvan velen net als hij vanuit Europa geëmigreerd waren. Hij raakte er bevriend met Otto Klemperer, Thomas Mann, Franz Werfel, George Balanchine, Arthur Rubinstein en vele anderen. Met zijn buurman Arnold Schönberg vlotte het zoals bekend iets minder goed. In het bijzonder voelde Stravinsky zich aangetrokken door een aantal Karikatuur van Stravinsky door Walt Disney, Hollywood 1939 Britse schrijvers zoals W.H. Auden, Christopher Isherwood, Dylan Thomas en niet in de laatste ook plaats Aldous Huxley (1894-1963). Hoewel Stravinsky Going berserk met en Huxley elkaar al in 1925 ontmoet hadden, werden zij pas vanaf de jaren 1940 goede vrienden. Huxley, volgens Stravinsky “de meest aristocratische James MacMillan persoon die hij ooit ontmoet had”, bezocht de componist geregeld in zijn huis in Beverly Hills waar zij uitgebreid in het Frans converseerden. Huxley trad overigens ook op als Stravinsky’s literair adviseur. Zo was het op advies van Huxley dat Stravinsky W.A. Auden uitkoos als librettist voor zijn opera ‘The Rake’s Progress’. Hoewel de Schotse componist James MacMillan - tevens de dirigent Toen Aldous Huxley op 22 november 1963 overleed - overigens precies op tijdens dit concert - bij zijn eerste stappen als componist in de voetsporen dezelfde dag dat president Kennedy vermoord werd - besloot Stravinsky trad van de toenmalige experimentele muziek, nam zijn muzikale taal vanaf om een orkestwerk waar hij op dat moment aan werkte, aan zijn goede de jaren 1980 een heel nieuwe wending. De componist keerde zich af van vriend op te dragen. Vandaar de ondertitel van zijn ‘Variations: Aldous wat hij zelf omschrijft als het ‘ghetto’ van de nieuwe muziek, dat volgens Huxley in Memoriam’. Vergeleken met het Concerto in D maken we in de hem te veel gericht was op waardering vanuit de academische wereld en ‘Variations’ kennis met een heel andere muzikale taal. Sinds de jaren 1950 ontwikkelde een heel eigen stijl waarin ruwe emotie en krachtige energie toonde Stravinsky een grote belangstelling voor de twaalftoonsmuziek van verbonden werden met verwijzingen naar het Rooms Katholicisme en de de Tweede Weense School en dat is in de ‘Variations’ duidelijk te horen. Schotse volkstraditie. Stravinsky’s interesse in deze muziek werd onder meer gevoed door zijn vriendschap met zijn persoonlijke assistent Robert Craft, die zowel Vooral de ongebreidelde energie en de katholieke geloofsovertuiging de muziek van Stravinsky als die van Arnold Schönberg een warm hart van de componist staan centraal in het concerto voor percussie en toedroeg, maar ook door zijn kennismaking met de nieuwe muziek van de orkest, ‘Veni, veni, Emmanuel’. Dit concerto uit 1992 is tot op vandaag Europese avant-garde van die tijd. Jonge Europese componisten als Pierre MacMillans meest gespeelde werk en werd wereldwijd al meer dan vier- Boulez en Karlheinz Stockhausen lieten zich inspireren door de erfenis van honderd keer uitgevoerd door gerenommeerde toporkesten. De titel ver- de Tweede Weense School en meer bepaald door die van Schönbergs wijst naar het gelijknamige adventslied uit de vijftiende eeuw, dat bij ons leerling Anton Webern. beter bekend is onder de naam ‘O kom, o kom Immanuel’. De componist De titel ‘Variations’ duidt niet op de variatie van een duidelijk herkenbaar ontleedt het kerklied in al zijn melodische bestanddelen en laat deze snip- melodisch thema, maar op de variatie van een reeks van twaalf tonen. De pers als een rode draad lopen doorheen het hele concerto. Het volledige transformaties die deze tonenreeks ondergaat, hebben vooral betrekking basismateriaal van de compositie is op die manier uit het lied afgeleid. Met op het ritme en de orkestratie. Hoewel het werk nauwelijks een vijftal minu- name het refrein “Gaude, Gaude” (“Weest blij, weest blij”) speelt in het ten duurt, is het samengesteld uit elf verschillende secties. In drie daarvan muzikale verloop steeds weer een prominente rol. worden twaalf ritmisch verschillende partijen met elkaar gecombineerd. Het concerto kan als een abstract werk beluisterd worden, maar de Volgens Stravinsky was deze contrapuntische en polyritmische densiteit componist hecht groot belang aan de theologische boodschap die in het de belangrijkste vernieuwing van zijn compositie. Elk van deze drie hoofd- werk vervat zit, meer bepaald de adventsboodschap die de komst van secties heeft een andere orkestratie. In de eerste spelen twaalf violen sul de Messias aankondigt. De uitwerking van het steeds terugkerende ritme ponticello - “alsof er minuscule glasscherfjes worden rondgestrooid”, in van de lettergrepen ‘Gau-de’ heeft voor de componist bijvoorbeeld een de tweede spelen tien altviolen en twee contrabassen in een gelijkaardige symbolische betekenis. Het tweeledige ritme symboliseert het ritme van glinsterende textuur en in de derde worden de strijkers vervangen door de hartslag en vertegenwoordigt zo de menswording van Jezus Christus een groep van twaalf houtblazers. De overige bewegingen zijn opgevat als met Kerstmis. Ook het slot van het werk kan slechts ten volle begrepen vrije episodes, waar de muzikale ideeën eerder zigzag door elkaar gepre- worden vanuit de achterliggende religieuze symboliek. Omdat de verlos- senteerd worden. De ‘Variations’ vormen een uiterst compact werk dat wellicht niet tot de meest toegankelijke werken van Stravinsky behoort. De sing van de wereld door Christus pas echt in vervulling zal komen door zijn noodzaak om intensief te luisteren bracht volgens de componist een heel Verrijzenis, wordt op het einde van het werk vooruitgeblikt naar de Goede nieuwe tijdsbeleving met zich mee voor de toehoorder. Stravinsky sprak Week en de Paastijd. De strijkers citeren daarom het gregoriaanse gezang van een “uitdijing van de bewust beleefde tijd” die een typisch kenmerk ‘Ubi Caritas et amor’ uit de liturgie van Witte Donderdag en het concerto vormde van zijn latere werken. eindigt verrassend met de referentie aan de klokken van Pasen. Twee jaar voor ‘Veni, veni, Emmanuel’ componeerde MacMillan het piano- concerto ‘The Berserking’ (1990). Dit concerto staat niet in het teken van het katholieke geloof, maar verwijst veeleer naar de Schotse heiden- se traditie. Bij de oude Keltische stammen waren de Berserkers woeste krijgers, die zichzelf in extase brachten door het nuttigen van vliegen- zwammen gedrenkt in honingwijn om zich vervolgens vol overgave in de strijd te gooien. Hun roes bezorgde hen een vals gevoel van onkwetsbaar- heid want in hun bedwelmde toestand waren zij vaak gemakkelijke prooien voor sluipaanvallen van de vijand. De inspiratie achter het concerto ‘The Berserking’ was niet een nostalgie of een utopische kijk op het Schotse verleden. De componist werd naar eigen zeggen vooral aangesproken door de universaliteit en tijdloosheid van de thematiek van “misplaatste energie”. Dit thema resoneert volgens hem nog steeds in onze eigen tijd - bijvoorbeeld in het gedrag van voetbalteams of van hooliganeske suppor- ters. De Engelse uitdrukking “to go berserk” bestaat vandaag trouwens nog steeds en betekent zoveel als “helemaal doordraaien” of “in woede uitbarsten”. MacMillans pianoconcerto is geen echte programmamuziek, in de zin dat er geen verhaal verteld wordt. Veeleer kiest de componist hier voor een historisch concept dat hij in de muziek verwerkt, maar dan op een zodanige manier dat de muziek de bovenhand krijgt. Het concerto bestaat uit drie bewegingen die zonder onderbreking in elkaar overgaan. Tijdens de openingsbeweging verkeert de muziek in een continue staat van hyperactiviteit. De pianopartij tracht voortdurend het orkest te overtreffen en de wilde energie streeft naar een oplossing in een muzikale climax, die echter nergens bereikt wordt. De trage beweging die James MacMillan hierop volgt doet dienst als een reflecterend middendeel. De wilde uitbar- stingen uit het eerste deel maken hier plaats voor momenten van melo- dische schoonheid. In de laatste beweging wordt de muzikale zoektocht opnieuw opgenomen onder de vorm van een opeenvolging van doelloze climaxen die tevergeefs een oplossing trachten te bereiken. In plaats van uit te monden in de lang verwachte grootse apotheose komt het werk verrassend tot rust in een zachte, sfeervolle en schijnbaar tijdloze muziek. Eerder voorgestelde motieven, met echo’s van Schotse volksmuziek, ver- schijnen hier tot besluit in een nieuw timbre. deFilharmonie James MacMillan Als modern, stilistisch flexibel symfonieorkest bezit deFilharmonie (Royal James MacMillan is een van de meest succesvolle componisten van het Flemish Philharmonic) een artistieke souplesse die toelaat om meerdere ogenblik, maar is ook actief als dirigent. Zijn muzikale taal knipoogt naar stijlen - van klassiek tot en met hedendaags - op een historisch verant- zijn Schotse roots, zijn katholieke geloof, zijn sociale gevoeligheid en zijn woorde wijze te vertolken. Jaap van Zweden, die in 2008-2009 aangesteld interesse in Keltische volksmuziek. Daarnaast verweeft hij in zijn muziek werd als chefdirigent, staat in voor het grote orkestrepertoire. Met zijn invloeden van Oosterse, Scandinavische en Oost-Europese muziek. ruime orkestervaring, ondermeer als concertmeester van het Concert- James MacMillan deed internationaal van zich spreken met het bijzonder gebouworkest, draagt hij bij tot de vorming van het unieke karakter van aangrijpende orkestwerk ‘The Confession of Isobel Gowdie’, dat in 1990 deFilharmonie. Hij werkt daarvoor nauw samen met hoofddirigent Philippe op de BBC Proms bijzonder enthousiast onthaald werd. Sindsdien worden Herreweghe, die zich vanuit zijn specifieke achtergrond toespitst op de zijn composities wereldwijd uitgevoerd, wat hem tot een van de meest (pre)romantische muziek. Martyn Brabbins is eerste gastdirigent. Dankzij gespeelde hedendaagse componisten maakt. In zijn catalogus vinden we eigen concertreeksen in grote zalen bekleedt deFilharmonie een unieke werken als het slagwerkconcerto ‘Veni, Veni, Emmanuel’, een Cellocon- positie in Vlaanderen. De Koningin Elisabethzaal en deSingel in Antwer- certo (geschreven voor Mstislav Rostropovitsj), het orkestwerk met koor pen, het Paleis voor Schone Kunsten in Brussel, De Bijloke en het Brugse ‘Quickening’ en drie symfonieën. In 1990 werd hij aangesteld als Affiliate Concertgebouw behoren tot de vaste podia. Naast reguliere concerten Composer van het Scottish Chamber , en van 1992 tot 2002 was hecht deFilharmonie veel waarde aan de uitbouw van educatieve pro- hij artistiek directeur van het Philharmonia Orchestra’s Music of Today jecten, zoals de succesvolle KIDconcerten en de pedagogische OOR- Series. In 2005 was MacMillan de centrale componist op het BBC Symp- colleges, waarmee het orkest kinderen en jongeren doorheen de sym- hony’s Annual Composer Weekend in het Londense Barbican Centre, fonische klankenwereld gidst. Samen met uitgeverij Lannoo ontwikkelt waar hij orkesten als het BBC Philharmonic dirigeerde. James MacMillan is deFilharmonie een reeks luisterboekjes met originele orkestvertellingen inmiddels een veelgevraagd gastdirigent en werkte in het verleden samen voor kinderen. Bovendien werkt het orkest aan diverse sociale projecten, met orkesten en ensembles als het City of Birmingham Symphony Or- die mensen uit diverse culturen en met verschillende sociale achtergron- chestra, het Toronto Symphony Orchestra, het NHK Symphony Orchestra, den de kans geven om het symfonieorkest van dichtbij te leren kennen. het Los Angeles Philharmonic Orchestra en de Melbourne Symphony. Als In het buitenland werd deFilharmonie uitgenodigd door de belangrijkste artistiek adviseur verleende hij zijn samenwerking aan instellingen en fes- huizen: de Musikverein en het Konzerthaus in Wenen, het Festspielhaus tivals als Bridgewater Hall, BBC Proms, het Concertgebouw Amsterdam, in Salzburg, het Amsterdamse Concertgebouw, de Suntory Hall en de de Megaron van Athene, het Huddersfield Contemporary Music Festival. Bunka Kaikan Hall in Tokio, het Théâtre des Champs-Elysées in Parijs, Afgelopen seizoen dirigeerde MacMillan de wereldpremière van zijn opera de Philharmonie van Keulen en München, de Alte Oper in Frankfurt, het ‘’ (Welsh National Opera), op een libretto van de dichter Kunstenpaleis van Boedapest en het National Grand Theatre van Peking. Michael Symmons Roberts. Op zijn agenda staat de wereldpremière van Internationale concertreizen door diverse Europese landen en Japan vor- zijn ‘St John Passion’, die boven de doopvont gehouden wordt door het men bovendien een constante in de kalender. Behalve op de grote podia London Symphony Orchestra en Sir Colin Davis. Verdere engagementen in binnen- en buitenland treedt deFilharmonie ook op in culturele instel- dit seizoen brengen MacMillan tot het Baltimore Symphony Orchestra, lingen en centra verspreid over heel Vlaanderen. Regelmatig is het orkest het Rotterdams Philharmonisch Orkest, de London Philharmonic en de te horen in radio-uitzendingen van mediapartner Klara en is het te zien op Münchner Philharmoniker. James MacMillan dirigeerde eigen werk voor televisie. Recent sloot deFilharmonie een overeenkomst af voor meerdere opnamen voor de labels Chandos, BIS en BMG. Onder zijn recente opna- jaren met de digitale televisiezender EURO1080, waardoor diverse con- men bevindt zich een cd met zijn orgelconcerto ‘A scotch bestiary’ en zijn certen in high definition in gans Europa te zien zijn. Verschillende cd’s van Pianoconcerto. het orkest werden bekroond door de vakpers, zoals de recente opnamen van Beethovensymfonieën met hoofddirigent Philippe Herreweghe op het label PentaTone. Met chefdirigent Jaap van Zweden brengt deFilharmonie ondermeer symfonieën van Sjostakovitsj uit op het label Naïve. www.defilharmonie.be Martin Roscoe De Britse pianist Martin Roscoe is een veelzijdige muzikant die reeds sa- menwerkte met dirigenten als Sir Simon Rattle, Libor Pesek, Kent Nagano, Yuri Temirkanov, Luciano Berio, Yan Pascal Tortelier, Lü Jia, Andrew Litton en Mark Wigglesworth. Hij soleert met regelmaat met de Royal Liverpool Philharmonic, het BBC Philharmonic en het BBC National Orchestra van Wales. Martin Roscoe treedt elk seizoen op in de prestigieuze Wigmore Hall en vormt sinds kort een pianotrio met Peter Cropper en Moray Welsh. Op vlak van kamermuziek werkte hij reeds samen met muzikanten als Tasmin Little, Michael Collins, Steven Osborne, Emma Johnson en het Brodsky, Chilingirian, Endellion and Sorrel Quartet. Samen met pianist Peter Donohoe vormt hij een pianoduo en nam hij een gelauwerde cd op met muziek van George Gershwin. In zijn uitgebreide discografie vinden we opnamen van pianoconcerto’s van Brüll en Dohnanyi (Hyperion) en pianomuziek van Dohnanyi (ASV). Samen met Tasmin Little nam hij kamer- muziek van Arvo Pärt op voor EMI. Onlangs nam hij James MacMillans pia- noconcerto ‘The Berserking’ op (Chandos) en bereidt hij een cd voor met Bachtranscripties (Hyperion). Samen met Peter Cropper bereidt hij een integrale opname van Beethovens vioolsonates voor (Sanctuary Classics).

Colin Currie De Britse all round percussionist Colin Currie verzamelde een indrukwek- kende reeks composities die voor hem geschreven werden, waaronder het Slagwerkconcerto van Jennifer Higdon, dat in 2005 met het Phila- delphia Orchestra en Christoph Eschenbach boven de doopvont gehou- den werd. Daarnaast gaf hij in 2008 in de New Yorkse Carnegie Hall de wereldcreatie van Steve Mackey’s ‘Time release’. Eveneens in 2008 gaf hij de “staggering premiere” (Guardian Newspaper) van Simon Holts ‘A table of noises’. Hij treedt regelmatig op als solist in het slagwerkconcerto ‘Veni, Veni, Emmanuel’ van James MacMillan en ‘Der gerette Alberich’ van Christopher Rouse. Colin Currie werkte samen met muzikanten als Katia en Marielle Labeque, The Los Angeles Guitar Quartet, Pierre-Laurent Aimard, Joshua Bell en Hakan Hardenberger. Hij soleerde onder dirigenten als Marin Alsop, David Robertson, Osmo Vanska, Sir John Elliott Gardiner en Roberto Abbado. Recent voerde hij Stockhausens legendarische com- positie ‘Kontakte’ uit op de BBC Proms en speelde de premiere van Kurt Schwertsiks marimbaconcerto ‘Now you hear me, now you don’t’. Colin Currie combineert zijn concertactiviteiten met zijn werk als docent aan het conservatorium van Den Haag en aan The Royal Academy of Music van Londen. www.colincurrie.net deFilharmonie muzikale leiding James MacMillan

1ste viool altviool fluit Dimitri Ivanov Sander Geerts Aldo Baerten Mark Reynolds Eric Baeten Tahlia Petrosian Johny Grossard Peter Manouilov Ingrid Ceuppens Peter Verhoyen piano / celesta Yuko Kimura Wieslaw Chorosinski Dirk Herten Sihong Liang Pawel Krymer hobo Emiel Pieters Krzysztof Kubala Eric Speller harp Christophe Pochet Peter Swaan Sébastien Vanlerberghe Anne Le Roy Françoise Queguiner Bart Vanistendael Kristien Ceuppens Guido Van Dooren Simeon Kirkov percussie Martine Visée Marija Krumes klarinet Geert Verschraegen Vania Batchvarova Neil Leiter Nestor Janssens Gérard Caucheteux Claire Lechien Sylvain Séailles Wim Voet Ludo Cools Bart Lemmens Sabine Uytterhoeven Koen Wilmaers Asako Ogawa cello Marc Dufour Maartje Van Eggelen Marc Vossen fagot Eva Vermeeren Olivier Robe Graziano Moretto Birgitta Barrea Bruno Verrept 2de viool Dieter Schützhoff Tobias Knobloch Yorrick Troman Mieczyslaw Szynal Tamas Sandor Jan Willekens hoorn Frederic Van Hille Katarina Crichton Joost van der Elst Krystyna Bohacz Joost Cuypers Koenraad Cools Nana Hiraide Li Guo Gaston Coppye Jack Ooms Marlon Dek Morris Powell David Perry Lydia Seymortier contrabas trompet Annie Soukiassian Ioan Baranga Markus Mester Tijl Dufour Aykut Dursen Luc Van Gorp Ann Lafaille Tadeusz Bohuszewicz Steven Verhaert Ella Renard Julita Fasseva Christina Scripcariu Jeremiusz Trzaska Kirsten Uytterhoeven François Haag Bart Van Nieuwenhuyze Lode Leire Bob Van Der Strieckt Philippe Stepman Bernard Versavel binnenkort in desingel L’Esprit Messiaen I Solisti del Vento olv. Ivan Meylemans & Muziektheater Transparant za 6 dec 2008 vanaf 18 uur/ blauwe en rode zaal

€ 20 basis / €15 -25/65+ / €8 -19 jaar inleiding Jelle Dierickx / 17 uur / foyer de kunsthaven

18 uur / rode zaal Lien Haegeman mezzo Johan Bossers piano Caroline Petrick regie Harawi Liederen (1945) 19.30 uur / blauwe zaal I Solisti del Vento olv. Ivan Meylemans Frank Hendrickx dwarsfluit Jan Michiels piano Le merle noir voor dwarsfluit en piano (1952) Oiseaux exotiques voor piano en ensemble (1956) 20 uur / rode zaal Vlad Weverbergh klarinet Guido De Neve viool Jan Sciffer cello Luc Van Hove piano Quatuor pour la fin du temps (1941) 21.15 uur / blauwe zaal I Solisti del Vento & Studenten Conservatorium Antwerpen olv. Ivan Meylemans Et expecto resurrectionem mortuorum (1964)

Lecture recital ism. matrix Daan Vandewalle piano over de invloed van de ornithologie op het pianowerk van Messiaen. di 2 dec 2008 / 20 uur / kleine zaal € 5 / gratis tickethouders concert za 6 dec 2008 2008-2009 architectuur theater dans muziek 2008-2009 BLAUWE ZAAL deSingel Desguinlei 25 / B-2018 Antwerpen ma vr 10 19 uur / za 16 19 uur www.desingel.be [email protected] T +32 (0)3 248 28 28 F +32 (0)3 248 28 00

deSingel is een kunstinstelling van de Vlaamse Gemeenschap en geniet de steun van

hoofdsponsor mediasponsors