gemeente Haarlemmermeer

raadsvoorstel

onderwerp Programmabegroting 2020 Vervoerregio

Portefeuillehouderdrs. Marja Ruigrok Steller Remco de Goederen Collegevergadering25 juni 2019

Raadsvergadering Raadsvoorstelnummer2019.0034555

1. Wat willen we bereiken? Wij werken op onderwerpen betreffende verkeer en vervoersamen in de Vervoerregio Amsterdam (VRA). Deze samenwerking op basis van een gemeenschappelijke regeling wordt gefinancierd met middelen vanuit de Brede Doel Uitkering (BDU) van het rijk. De middelen worden rechtstreeks vanuit het Rijk aan VRA ter beschikking gesteld.

Op 13 juni heeft het Dagelijks Bestuur van de VRA Programmabegroting 2020 en Investeringsagenda Mobiliteit vrij gegeven voor zienswijzen. Na het zomerreces worden de finale producten en de beantwoording op de zienswijzen opnieuw voorgelegd aan het bestuur en vaststelling van beide producten wordt geagendeerd in de regioraad van 15 oktober 2019. Beide producten zijn als bijlage bijgesloten bij dit voorstel.

Op grond van artikel 35 van de wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) stelt de VRA de raad in de gelegenheid een zienswijze over deze begroting naar voren te brengen. De ingezonden zienswijzen van de deelnemende gemeenten worden geagendeerd voor de Regioraad. De ontwerpbegrotingwordt in de Regioraad besproken ter vaststelling.

Wat gaan ive daarvoor doen? De VRA heeft een concept Investeringsagenda Mobiliteit opgesteld in samenhang met de VRA- programmabegroting. De programmabegrotingtoont de beschikbare budgetten, de Investeringsagenda geeft beeld aan de totale ambitie. De oude investeringsagenda's voor fiets, openbaar vervoer, weg en verkeersveiligheid komen daarmee te vervallen. Voor Haarlemmermeer is een aantal belangrijke projecten opgenomen in de programmabegroting. Dit geldt voor onder andere hoogwaardig openbaar vervoer verbindingen, vervanging Sloterbrug, snelfietsroute, en tal van andere verbindingen. Wij hebben geen nieuwe aanvragen gedaan bij de VRA en er zijn geen projecten geschrapt uit Programmabegroting 2020 van de VRA. Projecten voor en in Haarlemmermeerzijn hiermee voldoende benoemd en opgenomen in de programmabegroting. Programma begroting Vervoerregio Amsterdam pagina 2

Het overzicht van projecten in de Programmabegroting 2020 waarvoor de VRA een financiële bijdrage levert of reserveert is opgenomen in bijlage 4 (Programma IA Mobiliteit).

Er is geen aanleiding om een zienswijze in te dienen op de concept Programmabegroting 2020 van de VRA.

M/of mag het kosten? De begroting van de VRA wordt gedekt door de rijksbijdrage vanuit de Brede Doeluitkeringen en vergt geen financiële bijdrage van de gemeente. Binnen onze gemeente wordt per project de financiële bijdrage van de verschillende partners overeengekomen.

Wat betekent dit voor de Metropoolregio Amsterdam (MRA)?

Wie is daarvoor verantwoordelijk? De Programmabegroting 2020 van VRA is de verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur van de VRA en wordt getoetst door de Regioraad. Een afvaardiging van onze raad heeft zitting in de Regioraad. Onze raad is verantwoordelijk voor het eventueel indienen van zienswijzen.

Wanneer en hoe zal de raad over de voortgang worden geïnformeerd? De VRA rapporteert aan zowel de Regioraad als de individuelegemeenten via haar vaste planning en control cyclus.

Gevolgen in verband met de vorming van de nieuwe gemeente Haarlemmermeer (Preventief toezicht) De beslispunten van dit voorstel vallen niet onder het preventief toezicht in het kader van de samenvoeging, omdat met er geen financiële gevolgen zijn voor de gemeente Haarlemmermeer.

2. Voorstel Op grond van het voorgaande besluit het college de raad voor te stellen om: 1. geen zienswijze in te dienen op de Programmabegroting 2020 van Vervoerregio Amsterdam.

1. Eerste concepten Programmabegroting en Invetseringsagenda Mobiliteit Werkgroep Verkeer en Vervoer 2. Begroting 2020 Meerjarenraming 2021-2023 B.lnvesteringsagenda Mobiliteit 4. Programma Investeringsagenda Mobiliteit totaalbestand WERKGROEP VERKEER & VERVOER

Vergaderdatum Werkgroep Verkeer en Vervoer (28-05-2019)

Agendapunt C 9

Onderwerp Eerste concepten Programmabegroting en Investeringsagenda Mobiliteit

Portefeuillehouder Ruigrok/Slegers

Behandelend ambtenaar Bart De Smedt / Shirley te Roller / Martijn Sargentini

Van de Werkgroep Verkeer & Vervoer wordt gevraagd:

1 Kennis te nemen van de concept Programmabegroting en Investeringsagenda Mobiliteit.

2 Kennis te nemen dat beide producten besproken worden in de voorsessie van de Regioraad op 9 juli 2019.

3 Kennis nemen dat een zienswijze door de gemeenten (vrij te geven door het Dagelijks Bestuur van 13 juni) op beide producten van toepassing is.

4 Kennis nemen dat beide producten worden vastgesteld (na zienswijzen) in de Regioraad van 15 oktober 2019.

5 In te stemmen met de agendering van deze stukken in het Portefeuillehoudersoverleg Verkeer van 6 juni 2019.

Samenvatting

De Vervoerregio heeft de programmabegroting en de Investeringsagenda Mobiliteit dit jaar gelijktijdig en in nauwe samenhang opgesteld. De vier aparte investeringsagenda’s voor fiets, OV, weg en verkeersveiligheid zijn daarbij samengevoegd tot één programma. De eerste concepten liggen nu klaar om te worden besproken. Besluitvorming vindt – na een uitgebreide gemeentelijke consultatie – plaats in de Regioraad van 15 oktober.

Meegezonden stukken

1 Conceptbegroting Vervoerregio Amsterdam 2020-2023

2 Concept Investeringsagenda Mobiliteit (tekst + programmatabel)

Voorstel Werkgroep Verkeer & Vervoer BBV/2019/7288 pagina 1 van 5 WERKGROEP VERKEER & VERVOER

Inleiding

Voorgeschiedenis Nadat de Regioraad op 21 mei de kadernota heeft vastgesteld, volgt in de regioraad van 9 juli de behandeling van de begroting 2020. Deze volgorde is in lijn met onze P&C cyclus: hiermee leggen we verantwoording af over hoe de Vervoerregio haar middelen wil besteden.

Met de begroting geeft de Regioraad aan het dagelijks bestuur de opdracht om binnen de kaders van de afgesproken begroting uitgaven te kunnen doen. Naast de financiële kaders schetst het ook de beleidsmatige: de voorgenomen uitgaven moeten zo optimaal mogelijk bijdragen aan de doelen van het beleidskader van de Vervoerregio. De nadere uitwerking daarvan wordt beschreven in de Investeringsagenda Mobiliteit, waarin we via een programmaoverzicht de projecten en ambities van de Vervoerregio tonen. Dit doen we om te laten zien waar de Vervoerregio samen met haar gemeenten in investeert, wanneer dat gebeurt en wat dat oplevert.

We presenteren deze Investeringsagenda Mobiliteit nu direct samen met de programmabegroting, waarbij de begroting vooral de beschikbare budgetten toont en de Investeringsagenda de totale ambitie. De oude investeringsagenda’s voor fiets, ov, weg en verkeersveiligheid komen daarmee te vervallen.

De conceptbegroting is, na de ervaringen van vorig jaar, al in vroegtijdig stadium een keer ambtelijk met de gemeenten besproken.

Wat is er aan de hand? De Investeringsagenda Mobiliteit geeft inzicht in de totale ambities die we als Vervoerregio en gemeenten voor de komende jaren hebben. Hierin staan dus, naast alle projecten waarvoor we al financiële verplichtingen zijn aangegaan, ook de initiatieven opgenomen. De genoemde bedragen in deze Investeringsagenda wijken daarmee logischerwijs af van die in de begroting: de omvang van de totale ambitie is hoger dan ons beschikbare budget voor investeringen. Het doel van de Investeringsagenda is dan ook om inzicht te geven in alle (regionale) opgaven die per gemeente spelen, met een indicatie van het benodigde budget voor de komende jaren.

De programmabegroting 2020-2023 bestaat uit een abstractie van de verwachte uitgaven voor de komende jaren. De uitgaven binnen de programmabegroting richten zich niet alleen op projecten. Ook sub-programma’s zoals Beheer & Onderhoud Railinfrastructuur, de openbaar vervoersconcessies, Investeringen in Activa, Duurzaam & Slim en Onderzoek, Studie en Samenwerking maken hier deel van uit. De Investeringsagenda Mobiliteit verschilt van deze sub-programma’s, doordat het geheel van deze agenda bestaat uit honderden individuele projecten, van klein naar groot en door de gehele regio. Daarom wordt ervoor gekozen om de Investeringsagenda Mobiliteit in samenhang met de begroting te presenteren.

Het sub-programma Investeringsagenda Mobiliteit komt o.a. tot stand door de inzichten die we hebben in de financiële verplichtingen die zijn aangegaan (projecten in realisatiefase) of waarvoor we die binnenkort verwachten (planuitwerkingsfase). Hierbij houden we rekening met overplanning/onderplanning van

Voorstel Werkgroep Verkeer & Vervoer BBV/2019/7288 pagina 2 van 5 WERKGROEP VERKEER & VERVOER

opgaven die vervroegd of juist vertraagd uitgevoerd worden. Door steeds scherper te programmeren en ervaringen van eerdere jaren erbij te betrekken, denken we tot een goede inschatting van het benodigde budget te zijn gekomen.

De (concept) begroting toont aan dat de Vervoerregio tot en met 2022 weinig tot geen vrije ruimte heeft voor nieuw beleid. Het BDU-saldo welke voorheen vrij hoog was, daalt ook sterk. In de begroting wordt ook voor het eerst rekening gehouden met het aangaan van een lening. Het betreft het tegenlenen van nog uitstaande bedragen voor verstrekte bussenleningen. Deze werden in het verleden vanuit de BDU gefinancierd. De (concept) jaarcijfers 2018 en de (concept) cijfers uit de eerste bestuursrapportage 2019 zijn reeds opgenomen in de (concept) cijfers voor de begroting 2020.

Ambitie versus beschikbaar budget De begroting laat zien dat er binnen de periode 2020-2022 druk zit op de BDU-gelden. Onze ambities en de beschikbare middelen zijn niet in evenwicht. Dit heeft als gevolg dat de eerder gespaarde BDU-gelden in 2020 volledig benut zijn. Om goed onderbouwde keuzes te kunnen maken bij de opgaven die we eerst willen realiseren, is daarom al in 2018 een prioriteringsmethodiek opgesteld. De methodiek legt opgaven langs de lat van het maatschappelijk resultaat: de bijdrage aan de vijf strategische opgaven uit het Beleidskader Mobiliteit en de kosteneffectiviteit. Bij nieuwe initiatieven en promotiebesluiten wordt het maatschappelijk resultaat inzichtelijk gemaakt, zodat we aan de voorkant al scherp zijn in de projecten die we opnemen. Mocht het alsnog nodig zijn om keuzes te maken, dan kan de methodiek helpen bij het onderbouwen van die keuzes. Zo denken we tot een programma van investeringsopgaven te komen dat goed aansluit bij onze beleidsdoelen en bij onze beschikbare middelen. Samen met de partners kijken we intussen ook naar het vergroten van de rijksbijdragen en andere inkomstenbronnen, en het aangaan van een overeenkomst met het rijk om bijdragen eerder te laten uitkeren of later af te kunnen lossen. Om ervoor te zorgen dat er op een adequate manier wordt omgegaan met de beschikbare middelen, treedt de Vervoerregio, waar nodig, in gesprek met de deelnemende gemeenten. Binnen de huidige begroting heeft geen prioritering plaatsgevonden op bereikbaarheidsmaatregelen. Echter laat de begroting zien dat de behoefte om goede keuzes te maken zich opdringt. Hierover gaat de Vervoerregio in overleg met de gemeenten en andere partners, om zo tot gedragen resultaten te komen.

Essentie

Wat willen we bereiken? Een juiste, tijdige en integrale informatievoorziening aan het bestuur, waarbij haar kaderstellende en controlerende rol kan worden ingevuld en de gemeenten worden betrokken. De kadernota (vastgesteld in de regioraad van 21 mei), de programmabegroting en de Investeringsagenda Mobiliteit zijn daarbij belangrijke instrumenten.

Argumentatie

Hoe gaan we dit doen? Betrokkenheid van de gemeenten krijgt vorm via de mogelijkheid om zienswijzen naar voren te brengen en door de participatie in het Portefeuillehoudersoverleg, de Rekeningencommissie en de Regioraad. Na

Voorstel Werkgroep Verkeer & Vervoer BBV/2019/7288 pagina 3 van 5 WERKGROEP VERKEER & VERVOER

vaststelling van de programmabegroting in de Regioraad (15 oktober) heeft het dagelijks bestuur een financieel kader voor 2020. Door middel van bestuursrapportages en de jaarstukken kan het bestuur haar controlerende rol invullen.

Uitvoering

Hoe past dit binnen beleid en regelgeving? De programmabegroting is opgesteld conform geldende wet – en regelgeving en het Besluit begroting verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en vormt de grondslag voor de geplande activiteiten en projecten de daarvoor in te zetten middelen in 2020. De programmabegroting is daarmee het uitgangspunt voor tussentijdse monitoring en verantwoording in de twee bestuursrapportages, respectievelijk jaarstukken.

Met het aanbieden van de programmabegroting aan de Regioraad voldoet het Dagelijks Bestuur aan de financiële verordening van de Vervoerregio. In artikel 4 van deze verordening is opgenomen dat het Dagelijks Bestuur voorafgaand aan het begrotingsjaar een begroting opstelt.

Gezien het feit dat de deelnemende gemeenten in hun begroting geen rekening hoeven te houden met een verplichte bijdrage aan de Vervoerregio, wordt dit jaar met instemming van de provincie Noord-Holland, afgeweken van art.34 uit de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) om een begroting voor 1 augustus aan te leveren. De planning is thans erop gericht om, conform de gewijzigde afspraak met de provincie, de begroting uiterlijk 15 november 2019 aan te bieden.

Welke (mogelijke) gevolgen zijn er?

Financiële gevolgen Het negatieve programmaresultaat voor 2020 wordt verrekend met de vooruit ontvangen BDU. Daarmee komt het BDU-saldo eind 2020 uit op een omvang van € 5,9 miljoen. De programmabegroting en het meerjarenbeeld toont aan dat binnen de periode 2020-2022 weinig tot geen vrije ruimte beschikbaar is voor nieuw beleid. De programmabegroting geeft ook inzicht in de totale vrije ruimte die wel meerjarig beschikbaar is. Hoe deze vrije ruimte zich verhoudt ten opzichte van de totale ambities zal ook in komende P&C-producten meer naar voren komen.

Juridische gevolgen De programmabegroting is opgesteld conform geldende wet – en regelgeving en het BBV en vormt de grondslag voor de uitvoering van de geplande activiteiten en projecten, en de daarvoor in te zetten middelen in 2020.

Maatschappelijke gevolgen Met de investeringen en uitgaven vanuit de begroting en Investeringsagenda werken we aan een prettige, veilige, vlotte en schone bereikbaarheid in de Amsterdamse regio.

Voorstel Werkgroep Verkeer & Vervoer BBV/2019/7288 pagina 4 van 5 WERKGROEP VERKEER & VERVOER

Wie en wat hebben we hiervoor nodig? De kaderstelling voor de activiteiten van de Vervoerregio door het bestuur is gebaat bij de betrokkenheid van de deelnemende gemeenten. Naast de consultatie van gemeenten wordt de begroting in zowel de aanloop naar de zienswijze, als naar het proces van vaststelling, besproken met de werkgroep Verkeer & Vervoer, het Portefeuillehoudersoverleg en de rekeningencommissie.

Hoe gaan we communiceren De concept programmabegroting is voorgelegd aan de gemeenten. Communicatie over de besluitvorming van de Regioraad vindt plaats via de nieuwsbrief bestuursinformatie.

Besluitvormingsproces

De Investeringsagenda Mobiliteit en de programmabegroting worden besproken in de volgende gremia. • Staf Ruigrok: 27 mei 2019 • Werkgroep Verkeer & Vervoer : 28 mei 2019 • Portefeuilehoudersoverleg Verkeer & Vervoer : 6 juni 2019 • Rekeningencomissie: 11 juni 2019 • Dagelijks Bestuur: 13 juni 2019 • Voorsessie Regioraad: 9 juli 2019 Op 13 juni wordt aan het DB gevraagd om beide producten vrij te geven voor zienswijzen. Na het zomerreces worden de finale producten en de beantwoording op de zienswijzen opnieuw voorgelegd aan het bestuur en vaststelling van beide producten wordt geagendeerd in de regioraad van 15 oktober 2019.

Voorstel Werkgroep Verkeer & Vervoer BBV/2019/7288 pagina 5 van 5

BEGROTING 2020 EN MEERJAREN RAMING 2021-2023

5 juli 2019

INHOUD

Inleiding 5

ALGEMEEN 5

BELEIDSBEGROTING 10

Programma verkeer en vervoer 10

Investeringsagenda Mobiliteit 10

Amsteltram 12

Concessies 13

Beheer en Onderhoud Rail Infrastructuur 14

Activa GVB 15

Duurzaam en Slim 17

Onderzoek, studie en Samenwerking 19

Overhead en algemene dekkingsmiddelen 22

Overhead 22

Algemene dekkingsmiddelen 22

Paragrafen 24

Financiering 24

Weerstandsvermogen en risicobeheersing 26

Bedrijfsvoering 31

Verbonden partijen 31

FINANCIËLE BEGROTING 31

Overzicht Baten en Lasten 2020 32

Overzicht incidentele baten en lasten 32

Ontwikkeling BDU-saldo 2020-2023 33

Meerjarenoverzicht 2024-2029 34

pagina 2 van 43

Overzicht baten en lasten per taakveld 34

Uiteenzetting financiële positie 35

Reserves 2018-2023 37

Bijlagen 38

Bijlage 1 : Indicatoren 39

Bijlage 2 : Overzicht achtergrondinformatie 40

Bijlage 3 : Grafische weergave programmabegroting 2020-2023 (incl. Meerjarenbeeld) 42

Bijlage 4 : Cijfers bij grafische weergave 43

pagina 3 van 43

BEGROTING 2020 EN MEERJARENBEELD pagina 4 van 43

INLEIDING

Voor u ligt de programmabegroting 2020 van de Vervoerregio.

Met deze beknopte, informatierijke programmabegroting brengt de Vervoerregio de lezer snel op de hoogte van haar activiteiten, de kosten die hiermee gemoeid zijn en de eventuele uitdagingen die de Vervoerregio kent. De programmabegroting bestaat uit een deel algemeen, het programma, de paragrafen, de bijlagen en het besluit.

Het deel Algemeen gaat in op de algemene beleidsontwikkelingen die betrekking hebben op het totale programma en de financiële ontwikkelingen van de Vervoerregio. Verder worden de prioriteringsmethodiek en de consequenties hiervan op de voorliggende begroting toegelicht.

Het beleidsmatige deel van de begroting is terug te vinden in het programma, dat onderverdeeld is in diverse sub- programma’s (of activiteiten). Binnen het sub-programma wordt aangegeven wat de Vervoerregio gaat doen en hoeveel het mag kosten.

In de financiële begroting worden meer details gegeven over de cijfermatige kant van de begroting. Hier wordt ook ingegaan op de financiële ontwikkeling van de Vervoerregio. In de tabellen in deze begroting worden ook (voorlopige) jaarcijfers 2018 (aangeduid met *) en de cijfers ten aanzien van de eerste bestuursrapportage 2019 (BURAP) (aangeduid met **) meegenomen.

De paragrafen zijn verplichte onderdelen, conform het Besluit begroten en verantwoording provincies en gemeenten (BBV).

Als bijlagen bij de programmabegroting worden uitgebreide(re) financiële tabellen opgenomen, alsook een grafische weergave van de programmabegroting en de 10-jarige doorkijk.

ALGEMEEN

BESTUURLIJKE SPEERPUNTEN De Amsterdamse regio is een van de pijlers van de Nederlandse economie en maakt een forse groei door. De verwachting is dat de komende jaren meer mensen zich zullen vestigen in deze regio, dat er meer arbeidsplaatsen zullen worden gecreëerd en dat het toerisme in deze regio ook een behoorlijke groei zal meemaken. Al met al een dynamische regio met veel kansen voor de economie, maar ook met veel vraagstukken en uitdagingen op het gebied van bereikbaarheid en leefbaarheid.

Het huidige mobiliteitssysteem staat steeds meer onder druk en, wanneer we niets doen, misschien wel binnen afzienbare tijd zijn grenzen bereiken. De regio staat dus voor een forse bereikbaarheidsopgave. Deze vraagt om een organisatie die de diverse partners verbindt om deze mobiliteitsvraagstukken aan te pakken. Ook wat betreft duurzaamheid en energie moeten de partners nauw samenwerken. De Vervoerregio is de verbindende organisatie die de partners samen brengt. Het einddoel een bereikbare regio die voorbereid is op zijn toekomst..

Vanuit de verschillende vraagstukken heeft de Vervoerregio haar visie bepaald en verder uitgewerkt in het Beleidskader Mobiliteit. Vanuit het Beleidskader, en de daarin genoemde strategische opgaven, heeft de Vervoerregio speerpunten benoemd voor 2020. Deze zijn grotendeels in lijn met de speerpunten van de begroting 2019.

BEGROTING 2020 EN MEERJARENBEELD pagina 5 van 43

• Financieel perspectief: De Vervoerregio heeft in de komende jaren een opgave om de ambities in lijn te brengen met de beschikbare middelen. Deze opgave die ze samen met haar partners oppakt, zal tot specifieke keuzes leiden. In het verleden werden de hoge(re) ambities opgevangen door de vooruit ontvangen BDU, maar werd er wel gewaarschuwd voor een kantelmoment tussen middelen en ambities. Dat kantelmoment komt er nu aan. Door een gedegen financieel beleid, een goede agendering en prioritering, en openheid naar de partners, zal de Vervoerregio zorgdragen dat de beschikbare middelen op een efficiënte en effectieve manier worden ingezet. • Werken aan verkeersveiligheid De afname van het aantal verkeersdoden stagneert. Het aantal ligt in de Vervoerregio al jaren rond de 30 verkeersdoden per jaar. Het aantal ernstige verkeersgewonden fluctueert en de laatste tijd is hier helaas weer sprake van een toename. De meeste ernstig gewonden vallen onder fietsers en gemotoriseerde tweewielers. Daarom is blijvende aandacht voor verkeersveiligheid nodig. De Vervoerregio streeft naar een reductie van het aantal verkeersdoden en ernstig verkeersgewonden van 25% van het absolute aantal in 2020, ten opzichte van 2010. Dit streven wordt aangevuld met een strategie op langere termijn om ernstig verkeersslachtoffers te voorkomen. De verkeersveiligheid vergroten kan onder andere door het verbeteren van de infrastructuur (‘duurzaam veilig’). We financieren projecten in de regio, zoals schoolzones, drempels en verkeerslichten, 30km zones en veilige oversteekplekken. Ook verkeerseducatie en gedragsbeïnvloeding leveren een bijdrage aan een verkeersveilige regio. Bij deze maatregelen heeft de Vervoerregio een rol als financier en regisseur. • Samen Bouwen aan Bereikbaarheid De Vervoerregio heeft een actieve sturende rol in het programma Samen Bouwen aan Bereikbaarheid van de MRA-partijen en het rijk om de bereikbaarheid van, naar en in de Metropoolregio Amsterdam (MRA) te verbeteren. De partners werken aan een gemeenschappelijk beeld van de bereikbaarheidsopgave. De oplossingsrichtingen worden verkend door naar het gehele gebied te kijken en daarbij alle ontwikkelingen mee te nemen. Het programma is tweeledig: met de deelprogramma’s ‘Stedelijke Bereikbaarheid’ en ‘Slimme en Duurzame Mobiliteit’ worden korte termijnmaatregelen getroffen zoals het verbeteren van toe- en afritten, een fietsaanpak op Schiphol, slimme logistiek en de samenwerking met werkgevers. Tegelijk worden de opgaven waar we op de langere termijn voor staan samen in beeld gebracht, zoals met het toekomstbeeld voor het openbaar vervoer. In omvangrijke Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT)-studies is aandacht voor de bereikbaarheid op corridors zoals Amsterdam-Hoorn of die tussen Schiphol en Amsterdam-Zuid. • Zero-Emissie Mobiliteit Met het programma Zero-Emissie Mobiliteit stimuleert de Vervoerregio de overgang naar de mobiliteit van de toekomst. We verminderen de uitstoot van schadelijke stoffen en werken aan schonere lucht en stiller verkeer. De Vervoerregio is opdrachtgever van het regionale en stedelijke openbaar vervoer in vijftien gemeenten en heeft hiermee direct invloed op het verduurzamen van het openbaar vervoersysteem (bus, tram en metro). Op de korte termijn zorgen we voor de inzet van emissievrije voertuigen in de vervoerconcessies en onderzoeken we hoe de laadinfrastructuur een plek krijgt. • Smart Mobility Met onderzoeken, experimenten en projecten op het gebied van Smart Mobility in de vijftien gemeenten van de Vervoerregio krijgen we zicht op digitale ontwikkelingen en innovaties, en wat deze kunnen bijdragen aan onze beleidsdoelstellingen. Daarmee komen mogelijke ongewenste ontwikkelingen in beeld, zodat we op tijd kunnen bijsturen. • Inclusieve Mobiliteit De Vervoerregio stelt het Beleidskader Inclusieve Mobiliteit (BIM) op met daarin ambities om het mobiliteitssysteem inclusiever te maken. De ambities in het BIM worden vertaald naar een concreet uitvoeringsprogramma voor de komende jaren. De activiteiten in dit programma zorgen ervoor dat het mobiliteitssysteem toegankelijker wordt voor reizigers. Meer reizigers kunnen op deze manier zelfstandig

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 6 van 43

gebruik maken van het mobiliteitssysteem. Daarnaast biedt het BIM de mogelijkheid om de samenwerking tussen het openbaar vervoer en het doelgroepenvervoer te stimuleren. Nader onderzoek is nodig om deze complexe samenwerking mogelijk te maken in de toekomst.

PRIORITERING

De Vervoerregio ontvangt vanuit het rijk middelen volgens de Wet BDU verkeer en vervoer. Deze middelen fluctueren rond de € 400 miljoen per jaar (incidentele baten niet meegerekend). Met deze middelen dient de Vervoerregio haar wettelijke verplichtingen te vervullen (wet lokaal spoor , Wet Personenvervoer en wet BDU verkeer en vervoer). De Vervoerregio is zich ervan bewust dat er geïnvesteerd moet blijven worden in infrastructurele projecten. In combinatie met de hoge(re) uitgaven voor beheer en onderhoud van Railinfrastructuur en de beoogde uitgaven voor (Zero- Emissie) vervangingsinvesteringen zorgt dit voor de nodige uitdagingen op het gebied van de beschikbare middelen. Daar staat tegenover dat het voor de Vervoerregio een uitdaging is om de uitgaven voor infrastructurele projecten per jaar goed in te schatten. We zien dat grote projecten later dan gepland worden uitgevoerd, daarnaast is de Vervoerregio afhankelijk van de opdracht gevende partijen wat betreft informatie inzake planning (en dus kasritmes).

Onze betrokkenheid start steeds vroeger in het planvormingsproces van een opgave of bereikbaarheidsmaatregel. Die vroege betrokkenheid zorgt niet direct voor een hard beslag op de middelen, maar houdt er wel rekening mee dat uitgaven ooit gedaan moeten worden. De kosten van de totale ambitie komt zo in beeld. Wanneer al deze ambitie wordt afgezet tegen de beschikbare structurele financiële middelen (BDU-uitkering) geeft dit duidelijk weer dat de Vervoerregio keuzes zal moeten maken of een oplossing moet zoeken om de baten te vergroten.

Om de keuzes te kunnen onderbouwen is een prioriteringsmethodiek ontwikkeld. De methodiek is een hulpmiddel om de verschillende maatregelen met elkaar te vergelijken op basis van maatschappelijk resultaat, kosteneffectiviteit, noodzaak en draagvlak. Het streven is om zo breed mogelijk te prioriteren: van infrastructurele maatregelen tot bijvoorbeeld verkeerscampagnes en de aanschaf van nieuwe trams en metro’s. Projecten in de realisatiefase worden hierbij niet meegenomen, daarover zijn al harde financiële afspraken met gemeenten gemaakt. Met de prioriteringsmethodiek kan de Vervoerregio keuzes voorleggen aan de Regioraad. Dit gebeurt op basis van een objectieve beoordeling ten aanzien van het beleidskader. Daar waar de prioritering van bereikbaarheidsmaatregelen een effect heeft op de eventuele bijdrage van de Vervoerregio wordt dit met de partners besproken. Dit is een apart proces naast het tot stand komen van de begroting.

FINANCIEEL PERSPECTIEF

De BDU-bijdrage vanuit het rijk stijgt niet en er zijn geen directe signalen dat deze in de komende periode gaat stijgen. Door in het verleden op een goede manier beschikbare BDU te besteden aan de grote investeringen voor activa voor van het openbaar vervoer, heeft de Vervoerregio een mooie besparing op rentekosten gemaakt. Maar in een wereld met alsmaar meer reizigers en een toenemende druk op de capaciteit, is deze besparing al snel weer uitgegeven aan diverse bereikbaarheidsmaatregelen.

Net zoals in vorige jaren blijft de Vervoerregio investeren in de bereikbaarheid van deze regio. Door het in stand houden en uitbreiden van het OV-netwerk via investeringen in infrastructuur, beheer en onderhoud en activa, maar ook door investeringen in diverse kleine en grote infrastructurele projecten. In de Investeringsagenda geeft hier meer inzicht in.

Voor de Vervoerregio staat het als een paal boven water dat er vooral moet worden ingezet op goed openbaar vervoer. Dat zorgt er namelijk voor dat zoveel mogelijk reizigers op een zo snel mogelijke manier op hun bestemming komen. Daarnaast wil de Vervoerregio fietsnetwerken optimaliseren, waarbij veiligheid ook een grote rol speelt. Het faciliteren van de auto via diverse investeringen is nog steeds van essentieel belang, maar wijzigt ook door het

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 7 van 43

toenemend gebruik van elektrische voertuigen. Dit vraagt om een ander soort beleid met meer aandacht voor het faciliteren en vergroten van het elektrische wagenpark.

De activiteiten die volgen uit de ambities & opgaven moeten passen in het meerjarenperspectief van de Vervoerregio. Met de huidige BDU-middelen zal de Vervoerregio keuzes moeten maken. Waar dient het zwaartepunt van de bijdragen te liggen en hoe verhoudt zich dat tot de diverse wensen van de 15 deelnemende gemeenten binnen de Vervoerregio?

Met betrekking tot de vrij besteedbare ruimte geeft de 10-jarige doorkijk aan dat er slechts vanaf 2023 zicht is op vrije ruimte binnen de begroting. Een groot deel van de te besteden bedragen tot en met 2023 (en ook 2024) ligt vast via afgegeven beschikkingen voor projecten in realisatie, convenanten van BORI/MVP, beschikkingen ten aanzien van investeringen activa (15G en M7), en de concessies die al verleend zijn. In deze rubrieken is er weinig tot geen ruimte om het voor minder te doen. Om inzichtelijk te maken hoeveel vrije ruimte er is in een bepaald begrotingsjaar, is een aparte regel toegevoegd aan het meerjarenbeeld. Door het expliciet maken van deze vrije ruimte in de begroting is duidelijk dat de Vervoerregio tot 2023 weinig tot geen vrije ruimte heeft.

In het sub-programma Investeringsagenda (IA) Mobiliteit wijzigt het beeld van de vrije ruimte naargelang de voortgang van projecten. Op peildatum 2 mei heeft de Vervoerregio een totaal van € 321 miljoen aan projecten in de realisatiefase tussen 2019 en 2023. De Vervoerregio heeft in jaarschijven 2019 tot en met 2023 een totaal van € 588 miljoen begroot. Het verschil wordt ingevuld door projecten die in de komende jaren promoveren vanuit diverse fases richting de realisatiefase.

Met alle ontwikkelingen op het gebied van verstedelijking, technologie en mobiliteit blijft het in kaart brengen van de totale ambities in de komende 10 jaar een uitdagende opgave.

Tabel 1 Saldo Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

Programma’s JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Verkeer & Vervoer (404.001) (502.182) (471.850) (388.750) (386.641) (363.806) Overhead (6.218) (8.895) (9.129) (9.209) (9.259) (9.209) Algemene dekkingsmiddelen 429.468 396.264 395.117 395.117 395.117 395.117 Toevoeging/onttrekking (60) (1.460) 1.340 (60) (60) (60) reserves (Programmaresultaat) 19.189 (116.273) (84.522) (2.901) (843) 22.043 Verrekening met BDU

Tabel 2 Ontwikkeling fonds BDU (bedragen in € 1.000)

Ontwikkeling BDU-fonds JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Beginstand 188.330 207.497 91.224 6.702 3.800 2.957 Beschikte jaarbijdrage 406.372 416.741 412.331 403.299 403.299 395.117 Totaal Beschikbare BDU 594.702 624.238 503.555 410.000 407.099 398.075 Inzet BDU (387.206) (533.014) (496.853) (406.200) (404.142) (373.075) Eindstand fonds BDU 207.497 91.224 6.702 3.800 2.957 25.000 (Programmaresultaat) (116.273) (84.522) (2.901) (843) 22.043

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 8 van 43

Verrekening met BDU

De programmabegroting laat een negatief programmaresultaat van 2020 tot en met 2022 zien, dat ten laste komt van het vooruit ontvangen BDU-fonds. Dit fonds daalt aanzienlijk in deze jaren. Het onttrekken van gelden uit het fonds voor de exploitatie, is waar het fonds voor bedoeld is en kan zolang het saldo positief is. Dit BDU-saldo zal, wanneer de Vervoerregio geen lening aangaat voor de uitstaande bussenleningen, negatief worden. Dit heeft dan tot gevolg dat de Vervoerregio keuzes in het programma Verkeer & Vervoer zal moet gaan maken.

In de uitwerking van de begroting wordt per (sub) programma’s een verdere specificatie van de baten & lasten gepresenteerd. In de financiële begroting zijn de baten en lasten toegelicht.

Tabel 3 Liquiditeitsprognose 2019-2023 (bedragen in € 1.000)

Liquiditeitsprognose JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Beginstand Liquide Middelen 186.977 22.777 4.215 1.773 990 Kasstroom uit financieringsactiviteiten 71.000 7.300 (30.700) 9.000 9.000 Kasstroom uit exploitatie-activiteiten (235.200) (85.862) (2.841) (783) 22.103 Kasstroom uit aangegane leningen 0 60.000 31.100 (9.000) (9.000) Eindstand Liquide Middelen bij 186.977 22.777 4.215 1.773 990 23.093 financiering

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 9 van 43

BELEIDSBEGROTING

De Vervoerregio kent drie programma’s: Het programma Verkeer & Vervoer, Overhead en Algemene Dekkingsmiddelen. Binnen het programma Verkeer & Vervoer onderscheidt de Vervoerregio diverse sub- programma’s. Deze dragen allen bij aan de strategische doelstellingen die beschreven staan in het beleidskader

Mobiliteit. Figuur 1 Ambities Vervoerregio

De strategische opgaven van de Vervoerregio zijn:

 Van modaliteit naar mobiliteit: een betere integratie van bestaande vervoerbewijzen

 Naar een CO2-neutraal mobiliteitssysteem: meer aandacht voor duurzaamheid en leefbaarheid  Veilig en prettig van deur tot deur : meer aandacht voor comfort, beleving, veiligheid en informatie  Mobiliteit en omgeving passen bij elkaar: meer aandacht voor inpassing en ruimtelijke kwaliteit  Nabijheid van dagelijkse activiteiten: ondersteuning van verdichtingsopgaven

De strategische opgaven en de daarbij horende beleidsuitgangspunten worden in samenhang vertaald naar maatregelen en projecten. De beleidsuitgangspunten bieden de basis voor

 De nieuwe openbaar vervoerconcessies, waarbij aandacht is voor de hele reis en de duurzaamheidsopgave  De nieuwe investeringsagenda’s of gebiedsagenda’s, waar maatregelen in samenhang bekeken worden;  Het toepassen van de prioriteringsmethodiek

PROGRAMMA VERKEER EN VERVOER

Het programma Verkeer & Vervoer bestaat uit diverse sub-programma’s en de daarbij horende apparaatskosten. Volgend op de Wettelijke regels begroting (BBV) worden de apparaatskosten als een separate rubriek opgenomen. Per sub-programma wordt uitgelegd wat de Vervoerregio wil bereiken en wat ze daarvoor gaat doen. Hoeveel het gaat kosten en wat de (incidentele) baten zijn worden tevens per sub-programma aangegeven.

INVESTERINGSAGENDA MOBILITEIT De Vervoerregio verlegt de aandacht steeds meer van modaliteit naar mobiliteit. Dat doen we om beter in te kunnen spelen op de grote ruimtelijke ontwikkelingen in onze gemeenten: meer vanuit de behoefte aan bereikbaarheid van een gebied in plaats van apart vanuit ov, weg of fiets. In 2019 bundelen we de aparte investeringsagenda’s tot één samenhangende Investeringsagenda Mobiliteit. Deze Investeringsagenda is de nadere uitwerking van het Beleidskader Mobiliteit van de Vervoerregio Amsterdam. Hierin stellen we als doel om de financiële middelen zo optimaal mogelijk te benutten. We laten zien waarin de Vervoerregio investeert, wanneer dat gebeurt en wat dat oplevert. De Investeringsagenda Mobiliteit wordt jaarlijks samen met gemeenten en andere uitvoerende partijen bijgesteld en tegelijk met de programmabegroting aan de Regioraad ter besluitvorming voorgelegd.

Met de Investeringsagenda Mobiliteit zetten we de projecten en maatregelen uit de oude Investeringsagenda’s Weg, OV, Fiets en Verkeersveiligheid voort, en vertalen we nieuwe beleidsopgaven in nieuwe initiatieven. We werken en betalen mee aan de verbeteringen in de doorstroming van het OV, het verkeersveiliger maken van onze wegen, hoogwaardige fietsroutes en -stallingen bij stations en bij het verhelpen van knelpunten in het wegennet. We doen dit meer en meer in samenhang van opgaven. Binnen de investeringsagenda verzorgt de Vervoerregio het programmamanagement en start samen met de partners nieuwe projecten. De Vervoerregio voert ook zelf verkenningen en planstudies uit.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 10 van 43

De bereikbaarheidsmaatregelen worden in samenhang afgewogen om niet de modaliteit, maar de mobiliteit (de reis van deur tot deur) centraal te stellen. Bij het beoordelen van de juiste oplossingen kijken we nadrukkelijk naar de CO2- balans, de aangename beleving van de reis en naar hoe een vervoerswijze passend is bij de omgeving. We gebruiken het Beleidskader Mobiliteit daarbij niet als blauwdruk, wel als kompas: het geeft richting aan onze huidige en toekomstige activiteiten en investeringen. We blijven dus investeren in een goede bereikbaarheid, en respecteren daarbij de afspraken met onze partners over de lopende projecten. Met deze nieuwe koers houden we de regio Amsterdam economisch sterk en aantrekkelijk voor haar inwoners en bezoekers.

Wat gaan we daarvoor doen in 2020

De Investeringsagenda Mobiliteit bevat een brede en omvangrijke lijst met initiatieven, projecten en maatregelen die per gemeente zijn gerangschikt en optellen tot een investeringsvolume van meer dan €100 miljoen per jaar in de periode tot en met 2023. Veel van de belangrijke projecten die nu en in de komende tijd in uitvoer gaan zijn mobiliteitsprojecten die zowel de doorstroming van het OV en/of de weg verbeteren, verbeteringen voor de fiets (zoals tunnels en fietsparkeervoorzieningen) en verkeersveiligheidsmaatregelen bevatten. Dit zien we bijvoorbeeld bij de aanleg van het HOVASZ-project waarbij een busbaan en snelfietsroute tegelijk worden gerealiseerd en de verkeersveiligheid bij oversteken wordt aangepakt. Maar ook bij de ongelijkvloerse oplossingen bij het spoor in en Zaanstad (Guisweg) en op knooppunten zoals het recent opgeleverde Amstelstation of het busstation in Amstelveen.

Het vergroten van de verkeersveiligheid kan onder meer door het verbeteren van de infrastructuur (Duurzaam Veilig). Dat doen we door het financieren van projecten in de regio. Denk daarbij aan schoolzones, drempels en verkeerslichten, 30km zones en veilige oversteekplekken. Ook verkeerseducatie en gedragsbeïnvloeding leveren een bijdrage aan een verkeersveilige regio.

In het programma ‘Samen Bouwen aan Bereikbaarheid’ werken we samen met het rijk aan bereikbaarheidsmaatregelen in de Metropoolregio Amsterdam (MRA). Achtergrond hierbij is de verdere groei met ruim 250.000 woningen tot 2040. Die maatregelen die hiervoor nodig zijn, krijgen hun plek in de Investeringsagenda.

De Voerregio draagt ook actief bij aan kosten voor projectenstudies. Deze vallen onder de investeringsagenda mobiliteit. Het kan daarbij gaan om bijdragen van de Vervoerregio aan studies waarvoor het opdrachtgeverschap ligt bij één van onze partners of waarvoor het opdrachtgeverschap bij de Vervoerregio ligt.

Ramingswijze Investeringsagenda Mobiliteit

In de Investeringsagenda Mobiliteit staan alle mobiliteitsprojecten waaraan de Vervoerregio wil gaan bijdragen, of al aan bijdraagt, opgenomen. Deze agenda is een gezamenlijk product van de Vervoerregio en de gemeenten. De Investeringsagenda presenteert daarmee de totale ambitie, waarbij de begroting vooral de beschikbare budgetten weergeeft.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 11 van 43

In de cijfers opgenomen in de begroting 2020, is uitgegaan van scenario III uit de kadernota 2020. Dit wil zeggen dat de Vervoerregio voor kleine projecten en mutaties (< € 5 miljoen) een budget raamt van € 30 miljoen en voor projectstudies in verkenningen of planstudiefase € 4 miljoen. Deze zijn gebaseerd op ervaringscijfers over de afgelopen jaren. Voor de overige bedragen is gekeken naar de projecten uit de Investeringsagenda Mobiliteit die in 2020 naar onze inschatting een beslag kunnen leggen op de beschikbare middelen van de Vervoerregio. Dit zijn projecten die nu of in de komende maanden via een promotiebesluit in de realisatiefase terechtkomen. In de raming van de begroting is binnen de post ‘Investeringsagenda Mobiliteit’ rekening gehouden met een bepaalde mate van over- en onderbesteding. Deze keuze is ook gemaakt op basis van eerdere ervaringen. Hierdoor we weten dat niet alle projecten binnen de vooraf gestelde planning en budgetten uitgevoerd zullen worden. Het is een saldo van projecten die sneller worden uitgevoerd dan verwacht en projecten die tussentijds sneuvelen, waardoor eerder gereserveerde middelen vrijkomen.

De totale omvang van de ambitie en daarbij horende investeringen in deze investeringsagenda laat zien dat de Vervoerregio keuzes moet maken ten aanzien van het beschikbare budget. Het kan ertoe leiden dat we sommige opgaven later in de tijd moeten uitvoeren. Het toepassen van de prioriteringsmethodiek helpt hierbij. Samen met de partners kijken we intussen ook naar het vergroten van de rijksbijdragen en andere inkomstenbronnen, en het aangaan van een overeenkomst met het rijk om bijdragen eerder te laten uitkeren of later af te kunnen lossen. Om ervoor te zorgen dat er op een adequate manier wordt omgegaan met de beschikbare middelen, treedt de Vervoerregio, waar nodig, in gesprek met de deelnemende gemeenten.

Wat mag dat kosten?

Tabel 4 IA Mobiliteit | Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

IA Mobiliteit JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 IA Uitvoeringsbudgetten 83.434 124.310 136.000 116.000 96.000 96.000 IA Studies 0 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 Totaal Lasten IA Mobiliteit 83.434 128.310 140.000 120.000 100.000 100.000 Bijdragen 3’den BDU Absoluut 8.489 21.443 17.214 8.181 8.181 0 Totaal Baten IA Mobiliteit 8.489 21.443 17.214 8.181 8.181 0 Saldo IA Mobiliteit (74.945) (106.867) (122.786) (111.819) (91.819) (100.000)

AMSTELTRAM De Vervoerregio is opdrachtgever voor de uitwerking en de realisatie van de Amsteltram: de ombouw van de Amstelveenlijn en de verlenging naar Uithoorn (Uithoornlijn). De Amsteltram zorgt voor kortere reistijden van deur tot deur. Het versterken van het OV-netwerk levert een bijdrage aan het reduceren van de CO2-uitstoot. Aandacht is er voor beleving en inpassing in de omgeving. De Amsteltram vergroot de nabijheid van het Zuiden van de regio en zorgt voor een kosten efficiënter mobiliteitssysteem.

Wat gaan we doen in 2020

Amstelveenlijn:

In maart 2019 is conform de planning lijn 51 definitief uit dienst gehaald en ging de aannemer langs het gehele zuidelijke tracé (Amstelveen Centrum - Westwijk) aan de slag met de ombouw. Wanneer de overige geplande

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 12 van 43

buitendienststellingen (TBGN) van lijn 51 in 2019 volgens planning verloopt zal in het 1e kwartaal 2020 een groot deel van de ombouw van de infra gereed zijn. De realisatie van het opstelterrein is door een grote planwijziging 4 maanden opgeschoven (oplevering verwacht mei 2020) waardoor pas medio 2020 het test- en proefbedrijf (OTO) van GVB kan starten. Ondanks de vertraging bij het opstelterrein is de verwachting nog steeds dat in 4e kwartaal 2020 de Amstelveenlijn in exploitatie kan gaan. In het 1e kwartaal 2021 zal het overdrachtsdossier gereed worden gemaakt en zal na financiële afwikkeling van alle werkzaamheden decharge voor de projectorganisatie van de Amstelveenlijn plaatsvinden. Een deel van de projectorganisatie gaat daarna door met de realisatie van de verlenging naar Uithoorn.

Uithoornlijn:

Conform planning wordt in 2019 het aanbestedingsdossier opgesteld en vindt de aanbesteding plaats, waarna in het eerste kwartaal van 2020 wordt het hoofdcontract gegund. Na gunning zullen de ontwerpwerkzaamheden van de aannemer starten. De uitvoeringswerkzaamheden zullen, zoals nu gepland, duren tot het vierde kwartaal van 2023. De verwachte start van de exploitatie is in de zomer van 2024.

Wat mag dat kosten?

Tabel 5 Amsteltram | Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

AMSTELTRAM JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Amstelveenlijn 18.052 109.981 81.796 7.220 62.424 0 Uithoornlijn 1.073 3.000 7.000 24.000 24.000 10.331 Totaal Lasten 19.126 112.981 88.796 31.220 86.424 10.331 Bijdragen 3’den (9.654) 25.673 15.404 0 25.673 3.064 BDU Absoluut Totaal Baten (9.654) 25.673 15.404 0 25.673 3.064 Saldo (28.779) (87.308) (73.392) (31.220) (60.751) (7.267)

CONCESSIES De Vervoerregio is opdrachtgever van het stad-en streekvervoer in de vijftien vervoerregiogemeenten. Hiervoor verleent de Vervoerregio concessies aan vervoerbedrijven en subsidie voor de exploitatie van het openbaar vervoer. Het gaat om openbaar vervoer per bus, tram en metro. De Vervoerregio kent 4 concessiegebieden: Amsterdam, Amstelland-Meerlanden, Waterland en Zaanstreek. De concessies worden op basis van de Wet Personenvervoer aanbesteed, met uitzondering van Amsterdam. Deze wordt onderhands gegund. Het openbaar vervoer moet voldoen aan bepaalde kwaliteitseisen, die per concessie worden vastgesteld in programma’s van eisen. De Vervoerregio streeft naar een groei van het aantal reizigerskilometers en klantwaardering van haar vervoerders van een 7,8 of hoger en in Amsterdam een 7,5. De klantwaardering wordt gemeten via de landelijk jaarlijkse klantenbarometer.

Wat gaan we daarvoor doen in 2020

▪ De Vervoerregio monitort of de vervoerders zich houden aan de afspraken die in de concessiedocumenten zijn vervat. Er worden boetes opgelegd of bonussen toegekend als hier aanleiding voor is. Ook toetst de Vervoerregio de voorstellen van vervoerders voor wijzigingen in het lijnennet, aan de vervoerkundige eisen voor de concessies, de wensen van de gemeenten en van het dagelijks bestuur van de Vervoerregio;

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 13 van 43

▪ Binnen de concessies zorgt de Vervoerregio voor de uitrol van Zero-Emissie-bussen en de daarbij horende laadinfrastructuur. Het regionale bestuursakkoord Zero-Emissie schetst hiervoor de nodige kaders. De Vervoerregio treedt hier voornamelijk op als regisseur en financier. ▪ Na de grote wijzigingen in het lijnennet 2018 (bij de start van de Noord-Zuidlijn) zijn er in 2020 geen vergelijkbare grote wijzigingen te verwachten. Wel zijn relatief beperkte wijzigingen mogelijk, zodat het openbaar vervoer goed blijft aansluiten op de wensen van de reizigers en de vervoergroei. De vervoerbedrijven presenteren jaarlijks hun voorstellen voor wijzigingen in vervoerplannen. Deze vervoerplannen worden daarna uitgewerkt in concrete dienstregeling. ▪ Voor de concessie Amstelland-Meerlanden is eind 2020 de instroom van een tweede tranche elektrische bussen voorzien. Omdat elektrische bussen minder flexibel kunnen worden ingezet dan dieselbussen, zal Connexxion naar verwachting bij ingang van het dienstregelingsjaar 2021 (december 2020) met voorstellen komen die meer impact hebben op het lijnennet dan gebruikelijk. ▪ Met betrekking tot de aanbesteding Zaanstreek-Waterland wordt in 2020 de inschrijvingsperiode gesloten en start de beoordeling en gunning van de concessie (gunning voorzien eind juni 2020). Daarna zal de implementatieperiode van start gaat.

Wat mag dat kosten?

Tabel 6 Concessies | Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

CONCESSIES JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Amsterdam (Exploitatie) 48.463 30.260 21.503 17.163 9.741 5.598 Amstelland Meerlanden 44.612 45.557 45.360 45.360 45.360 44.818 Waterland 20.166 19.332 19.432 19.536 19.536 19.536 Zaanstreek 12.331 12.628 12.628 12.628 12.628 12.628 Buurtbussen 244 221 221 221 221 221 Innovatiefonds 466 1.000 1.000 934 0 0 Kosten Reizigersadviesraad 55 0 0 0 0 0 Proefrijden NZL en AVL 9.730 0 0 0 0 0 R-net Uitvoeringskosten 165 1.100 1.100 1.100 1.100 0 Totaal Lasten 136.232 110.098 101.244 96.942 88.586 82.801 Bijdragen 3’den 14.922 6.035 6.035 5.035 5.035 5.035 BDU Absoluut Totaal Baten 14.922 6.035 6.035 5.035 5.035 5.035 Saldo (121.310) (104.063) (95.209) (91.907) (83.551) (77.766)

BEHEER EN ONDERHOUD RAIL INFRASTRUCTUUR De beschikbaarheid van goede, functionele en veilige infrastructuur voor metro en tram is essentieel voor het vervoer van reizigers. Het beheer en onderhoud van de metro – en tram infrastructuur wordt gesubsidieerd door de Vervoerregio en geregisseerd door de gemeente Amsterdam. De prestaties van het metro – en tramnetwerk zijn goed, de bijhorende kosten zijn echter hoog. Aandacht voor dit systeem en de betaalbaarheid ervan is de komende jaren daarom cruciaal. Voor het beheer en onderhoud rail infrastructuur (BORI) en het Meerjaren Vervangingsprogramma Metro (MVP) zijn convenant afspraken gemaakt ten aanzien van het totale programma. Het convenant BORI loopt af in 2024 en het MVP-convenant in 2032.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 14 van 43

Wat gaan we daarvoor doen in 2020

Op basis van de aanbevelingen uit een onderzoek uit 2018 over de verhouding tussen de kosten en de geleverde prestaties maakt de Vervoerregio afspraken met de gemeente Amsterdam. Dit vanuit haar rol als beheerder over verbetering op het gebied van effectiviteit, financiële beheersing, transparantie en sturingsmogelijkheden. Daarnaast is de Vervoerregio met de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) aan het verkennen wat we van elkaar kunnen leren op het gebied van beheer & onderhoud. Samen met de gemeente Amsterdam en GVB werken we verder aan de verbetering van de prestatie indicatoren over beschikbaarheid, functionaliteit, veiligheid en financiën.

Wat mag dat kosten?

Tabel 7 BORI/MVP | Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

BORI/MVP JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Beheer & Onderhoud 80.000 91.265 87.955 86.441 85.770 85.804 Meerjaren 69.233 82.121 55.271 27.159 23.470 22.909 Vervangingsprogramma Metro Totaal Lasten 149.233 173.386 143.226 113.600 109.240 108.713 Bijdragen 3’den BDU Absoluut Totaal Baten Saldo (149.233) (173.386) (143.226) (113.600) (109.240) (108.713)

ACTIVA GVB De reizigersaantallen in het Amsterdamse OV groeit de laatste jaren gestaag. Hierdoor loopt het OV-systeem op steeds meer plekken tegen capaciteitsgrenzen aan. Bij voortzetting van het bestaand beleid blijven reizigersaantallen toenemen. Daarnaast staat er voor de komende jaren een aantal ontwikkelingen op stapel in de vorm van nieuwe lijnen (Amstelveenlijn en Uithoornlijn), en zijn er toekomstige woningbouwlocaties (Havenstad) en liggen er diverse ontwikkelingen in de stad in het verschiet (autoluwe binnenstad). Ook zal de transitie naar elektrisch vervoer grote impact hebben op het busvervoer: voor elektrische bussen zijn extra investeringen in materieel en laadinfrastructuur nodig.

De beschreven ontwikkelingen zijn bepalend voor de materieelbehoefte in de komende 10 jaar. Verwacht mag worden dat de behoefte aan nieuw materieel toeneemt: met name meer en grotere railvoertuigen en elektrische bussen. De Vervoerregio draagt bij aan de investeringen die GVB doet vanuit de Activa BV. Het gaat om bedragen die variëren van tientallen tot honderden miljoenen die in het verleden rechtstreeks via kapitaallastenvergoeding beschikbaar werden gesteld.

Wat gaan we daarvoor doen in 2020

Toekomstplannen GVB Activa BV

GVB Activa BV stelt jaarlijks een meerjarenplan (MJP) op waaruit de materieelbehoefte voor de komende tien jaar blijkt. In 2018 heeft het Dagelijks Bestuur het meerjarenplan afgewezen en GVB gevraagd een verbeterd plan te maken, en hierbij de Vervoerregio te betrekken. Dit traject is inmiddels gestart en moet leiden tot een levering van een verbeterd meerjarenplan vlak voor de zomer 2019.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 15 van 43

Bestaande plannen GVB Activa BV

Op dit moment zijn binnen het activa domein de bestellingen voor het nieuwe M7 en 15G materieel lopende zaken en het meest in het oog springend. Hiervan zijn er 30 resp. 63 besteld. Het traject om de optie-aantallen te bepalen loopt op dit moment met GVB. Dit betreft maximaal 30 (M7) respectievelijk 60 stuks (15G).

Naar verwachting zal Amsterdam zich de komende jaren verder ontwikkelen. Het aantal inwoners, arbeidsplaatsen en het toerisme groeit en zal leiden tot extra mobiliteit. Ook beleidskeuzes, zoals Autoluw, hebben een impact op de totale mobiliteit in Amsterdam en de omliggende regio. Het openbaar vervoer is een van de mogelijke middelen die ingezet kan worden om deze groei in mobiliteit op te vangen. In de ontsluiting van nieuwbouwwijken speelt het openbaar vervoer, samen met de fiets, een steeds belangrijkere rol.

Om deze rol waar te maken is voldoende capaciteit nodig. GVB onderzoekt op dit moment specifiek voor de tramlijnen in hoeverre er extra voertuigen nodig zijn om naast de huidige exploitatie, netwerkuitbreidingen te kunnen uitvoeren. Voor deze extra voertuigen die uit de optie besteld kunnen worden, moet aanvullende financiering gevonden worden. Naar verwachting rond GVB het onderzoek de komende maanden (2019) af. Uit het resultaat moet blijken of er aanvullende voertuigen nodig zijn en als dat het geval is, hoeveel voertuigen geadviseerd wordt uit de optie te bestellen.

Wat mag dat kosten?

De onderstaande bedragen betreffen de kapitaallasten (vergoeding voor afschrijving – en rentekosten) van de verwachte investeringen. De kapitaalasten vangen aan zodra de voertuigen in bedrijf zijn genomen.

Tabel 8 Investeringen Activa | Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

Activa GVB JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Strategische Activa 0 0 0 0 0 15G trams incl. havenstraat 11.600 5.000 5.000 13.935 17.424 M5/M6 Metro's 0 0 0 0 0 M7 Metro's 2.410 2.615 4.918 2.202 2.402 Overige strategische activa 153 431 2.347 3.385 4.414 Totaal Lasten 18.791 14.163 8.046 12.265 19.522 24.240 Bijdragen 3’den BDU Absoluut Totaal Baten Saldo (18.791) (14.163) (8.046) (12.265) (19.522) (24.240)

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 16 van 43

DUURZAAM EN SLIM Het sub-programma Duurzaam & Slim bestaat uit vier onderdelen: de Investeringsagenda Smart Mobility, het MRA- programma Smart Mobility, Programma Zero-Emissie Mobiliteit en de OV-coach als onderdeel van het beleidsterrein inclusieve mobiliteit. Dit sub-programma is gericht op innovatieve en duurzame oplossingen voor de bereikbaarheidsmaatregelen in de vervoerregio Amsterdam.

Wat gaan we daarvoor doen?

Investeringsagenda Smart Mobility

De Investeringsagenda Smart Mobility is erop gericht onderzoeken, pilots en projecten op het gebied van Smart Mobility mogelijk te maken in de vijftien vervoerregiogemeenten. Via de investeringsagenda Smart Mobility willen we zicht krijgen op de technologische ontwikkelingen en wat deze kunnen bijdragen aan onze beleidsdoelstellingen. We vergroten onze kennis op het gebied van Smart Mobility en zijn daarmee in staat om onze gemeenten te faciliteren en te ondersteunen. Niet alleen met financiële middelen, maar ook met kennis en door te leren van elkaar. Hierbij houden we scherp voor ogen dat Smart Mobility geen doel op zich is, maar moet bijdragen aan de vijf strategische opgaven, ambities en doelstellingen van de Vervoerregio. Er wordt nauw samengewerkt met het programmateam van het MRA- programma Smart Mobility.

Een greep uit de projecten voor 2020

- Mobility as a Servise (MaaS) pilot Zuidas: Pilot in combinatie met gemeente Amsterdam en het ministerie IenW, waarbij reizigers van en naar de Zuidas worden verleid andere keuzen te maken dan het nemen van de auto tijdens de werkzaamheden rondom Zuidasdok. - MaaS Pilot Bewoners: Pilot waarbij in samenwerking met inwoners wordt gewerkt aan het vormgeven van een MaaS-dienst op basis van hun wensen - GALA-lab: drietal logistieke living labs in de regio Amsterdam, waarbij wordt ingezet op het koppelen van logistieke stromen en innovatief gebruik van data. - Smart Mobility in Gebiedsontwikkeling: Inbedding van de leidraad Gebiedsontwikkeling uit het MRA- programma Smart Mobility bij gebiedsontwikkelingen in vervoerregiogemeenten aan de hand van een paar concrete toepassingen. - Databeleid Vervoerregio: om goed grip te houden op het sterk veranderende datalandschap in de mobiliteitssector en voorbereid te zijn op de toekomst, werkt de Vervoerregio haar (open) databeleid opnieuw uit. - Regionaal dataplatform mobiliteitsdata: Vervoerregio, gemeente Amsterdam en provincie Noord-Holland werken samen aan het vormgeven van een regionaal dataplatform voor mobiliteitsdata, die data uitwisseling tussen publieke partners vergemakkelijkt. MRA-programma Smart Mobility

De essentie van het MRA-programma Smart Mobility is het aanjagen van kansrijke Smart Mobility toepassingen die bijdragen aan onze beleidsdoelstellingen, onder andere de vijf strategische opgaven van de Vervoerregio. Dit doen we door overzicht te creëren van wat er speelt aan pilots, projecten en experimenten, kennisontwikkeling, leren van elkaar en randvoorwaarden scheppen. Een voorbeeld van een randvoorwaarde scheppen is de ontwikkeling van de leidraad Gebiedsontwikkeling en Smart Mobility. De leidraad helpt projectmanagers van gebiedsontwikkeling om handen en voeten te geven aan Smart Mobility toepassingen bij gebiedsontwikkelingsprojecten. Een voorbeeld van kennisoverdracht is het symposium op 1 november 2018, die in het teken stond van kennis delen met elkaar en elkaar leren kennen. Er waren ruim 280 mensen aanwezig en het symposium werd positief gewaardeerd door de deelnemers. Binnen de MRA heeft het MRA-programma Smart Mobility de rol om te zorgen dat de ontwikkelde kennis

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 17 van 43

gedeeld wordt en kansrijke projecten en initiatieven worden aangejaagd. Hiervoor heeft het programma jaarlijks een budget van €900.000 waaraan de Vervoerregio €450.000 bijdraagt.

Zero-Emissie Mobiliteit

Met dit programma geven we invulling aan strategische opgave twee van het beleidskader Mobiliteit: “Naar een CO2 neutraal mobiliteitssysteem”. Gestart in 2017 met de focus op Zero-Emissie bus, staat 2019 en verder, in het teken van verbreding van het programma om het gehele mobiliteitssysteem te verduurzamen. Wij onderzoeken nu de mogelijkheden voor maatregelen om een CO2 neutraal mobiliteitssysteem aan te jagen, al valt dit minder in onze primaire invloedssfeer dan het OV-systeem. Hiervoor moeten we de samenwerking met andere overheden opzoeken en ambities afstemmen, waarbij het de intentie is dat de Vervoerregio de regierol op zich neemt om namens de concessiegemeenten deze gesprekken te coördineren.

Focus 2020 en verder De focus voor 2020 en verder ligt op de uitrol en van de Zero-Emissie Bus projecten in Amsterdam (2019-2025), Zaanstreek/Waterland (2019-2021) en Amstelland-Meerlanden (compleet in 2020), en op het vormen van het duurzame mobiliteitsbeleid. Met dat beleid willen we vorm geven aan onze ambities om in 2050 een CO2 neutraal mobiliteitssysteem te hebben.

De Vervoerregio gaat in 2020 ook aan de slag met diverse partijen om het infrastructurele gedeelte met betrekking tot laadpalen voor elektrische bussen in de gemeente Amsterdam, en de nieuwe concessie Zaanstreek-Waterland vorm te geven. Hiervoor is het bestuursakkoord Zero-Emissie Mobiliteit leidend. De investeringskosten van de ondergrondse infrastructuur in Zaanstreek-Waterland moet terugverdiend worden via de gereserveerde subsidie in de nieuwe concessie.

OV-Coach

De OV-coach is een project vanuit de gemeente Amsterdam waarbij reizigers met een mobiliteitsbeperking met hulp van een OV-coach zelfstandig leren reizen met het OV. Het doel van de OV-coach is om de zelfredzaamheid van reizigers met een mobiliteitsbeperking te vergroten en daarmee een inclusieve samenleving na te streven. Het project loopt eind 2019 af. Het dagelijks bestuur heeft toegezegd het project voort te willen zetten en te onderzoeken hoe dit uit te breiden in de regiogemeenten. Het voortzetten en uitbreiden van het project zal naar eerste inschatting leiden tot een financiële bijdrage van één euro miljoen in 2020. Met dit budget wordt de organisatie van het project voortgezet in Amsterdam, en wordt de OV-coach ook in de regiogemeenten geïntroduceerd, waardoor meer reizigers gebruik kunnen maken van de OV-coach. De financiële dekking voor de eerste jaarschijf (2020) komt uit de opgelegde boetes 2017 uit de concessies. De budgetten hiervoor werden in 2019 (via BURAP) gereserveerd. Ook de toekomstige uitgaven kunnen mogelijk gedaan worden uit het boetefonds. Als er geen boetes zijn dan moet dekking vanuit de Algemene Dekkingsmiddelen komen. Omdat er bij het opmaken van de begroting nog geen besluitvorming over nieuwe boetes (2018 en verder) is geweest, wordt er in de begroting wel rekening gehouden met de mogelijke lasten, maar niet met mogelijke baten.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 18 van 43

Wat mag dat kosten?

Tabel 9 Duurzaam & Slim | Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

Duurzaam & Slim JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 MRA Smart Mobility 810 900 900 900 900 900 IA Smart Mobility - 1.320 1.470 1.120 1.120 1.120 Zero - Emissie - - 11.000 10.000 3.900 3.300 OV-Coach - - 1.000 1.000 1.000 - Totaal Lasten 810 2.220 14.370 13.020 6.920 5.320 Bijdragen 3’den - 450 450 450 450 450 BDU Absoluut Totaal Baten - 450 450 450 450 450 Saldo (810) (1.770) (13.920) (12.570) (6.470) (4.870)

ONDERZOEK, STUDIE EN SAMENWERKING Voor de uitvoering van onze wettelijke taken, de uitwerking van onze strategische opgaven en het behalen van onze ambities heeft de Vervoerregio (beslis)informatie nodig. Hiervoor verzamelen en ontsluiten we gegevens, ontwikkelen en beheren we instrumenten en voeren we (monitorings)onderzoeken en (evaluatie)studies uit. Dit doen we in bepaalde gevallen zelfstandig maar in de meeste gevallen samen met onze partners in de regio of daarbuiten. De Vervoerregio treedt daarbij op als regisseur, financier, belangenbehartiger en/of facilitator.

Wat gaan we daarvoor doen in 2020?

Om te beginnen nemen we actief deel aan doorlopende samenwerkingen en lidmaatschappen op het gebied van onderzoek, data (verzameling & ontsluiting), kennis en instrumenten. Voorbeelden zijn het Kennisplatform Verkeer en Vervoer (KpVV), het Samenwerkingsverband van Decentrale Overheden (DOVA/NDOV), de Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW) en het regionale verkeersmodel voor de Metropoolregio Amsterdam (VENOM). Daarnaast trekken we of werken we samen in (gebiedsgerichte) programma’s zoals Samen Bouwen aan Bereikbaarheid, het MIRT-onderzoek Zuidwestkant Amsterdam / Schiphol (ZWASH), Verkeer & Meer en de MRA Ontwikkelagenda Spoor. Tot slot laten we onderzoek doen voor ons beleid en inzet rondom nieuwe(re) thema’s zoals Zero-Emissie (Mobiliteit), Beleving, Inclusieve Mobiliteit en Smart Mobility.

Wat mag dat kosten?

Tabel 10 Onderzoek, studie en samenwerking | Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

Onderzoek, studie en JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Samenwerking VENOM 343 504 517 525 525 525 Samen bouwen aan - 1.136 1.136 1.550 1.550 1.343 bereikbaarheid NDOV/NDW 1.311 1.300 1.300 1.300 1.300 1.300 KPVV 900 900 900 900 900 900 Spoordossier MRA 286 250 250 250 250 250 Overige 2.080 4.064 4.073 3.906 3.906 3.976

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 19 van 43

Totaal Lasten 4.918 8.154 8.176 8.431 8.431 8.294 Bijdragen 3’den 1.937 1.228 1.250 1.505 1.505 1.368 BDU Absoluut Totaal Baten 1.937 1.228 1.250 1.505 1.505 1.368 Saldo (2.982) (6.926) (6.926) (6.926) (6.926) (6.926)

Apparaatskosten

De apparaatskosten betreffen de directe salarislasten van de vaste formatie met betrekking tot het primaire proces en de inhuur ter ondersteuning van de vaste formatie. De overhead functies (secundair proces) zijn hierin niet opgenomen. Hiervoor wordt verwezen naar de overhead paragraaf. Een verdere toelichting van deze kosten is opgenomen in de paragraaf bedrijfsvoering.

Wat mag dat kosten?

Tabel 11 Apparaatskosten | Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

Apparaatskosten JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Directe Personeelslasten 5.233 5.237 5.190 5.226 5.226 5.208 Inhuur 1.919 2.767 3.460 3.318 3.237 3.237 Totaal Lasten Apparaatsk. 7.152 8.005 8.651 8.544 8.464 8.445 Bijdragen 3’den 305 306 101 101 101 BDU Absoluut 0 0 0 0 0 0

Totaal Baten Apparaatsk. 0 305 306 101 101 101

Saldo Apparaatskosten (7.152) (7.700) (8.345) (8.443) (8.363) (8.344)

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 20 van 43

WAT GAAT HET PROGRAMMA VERKEER & VERVOER KOSTEN? Het onderstaande globale overzicht geeft inzicht in de kosten voor de uitvoering van het programma Verkeer & Vervoer.

Tabel 12 Programma Verkeer & Vervoer Baten & Lasten (bedragen in € 1.000))

Programma JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 ▪ De IA mobiliteit betreft een raming op basis van de huidige inzichten in projecten in de diverse fasen (verkenning tot realisatie). IA Mobiliteit 83.434 128.310 140.000 120.000 100.000 100.000 ▪ Vergeleken met de bedragen opgenomen in de kadernota 2020 zijn de grootste Amsteltram 19.126 112.981 88.796 31.220 86.424 10.331 aanpassingen te vinden in het sub-programma Duurzaam & Slim, waar bedragen voor het installeren van laadinfrastructuur voor de Zero-Emissie bussen in Zaanstreek- Concessies 136.232 110.098 101.244 96.942 88.586 82.801 Waterland en in de gemeente Amsterdam zorgen voor een significante bijdrage van de BORI/MVP 149.233 173.386 143.226 113.600 109.240 108.713 Vervoerregio. De eventuele baten door verlaging van de exploitatiesubsidie zijn Lasten Activa GVB 18.791 14.163 8.046 12.265 19.522 24.240 gegeven het voorzichtigheidsprincipe nog niet meegenomen; ▪ De inkomsten (BDU) zijn opgenomen ten aanzien van het voorcalculatorische prijspeil Duurzaam & Slim 810 2.220 14.370 13.020 6.920 5.320 2019; Onderzoek, studie 4.918 8.154 8.176 8.431 8.431 8.294 ▪ De bedragen opgenomen voor BORI/MVP zijn gebaseerd op de prognose van MET; & Samenwerking ▪ Amsteltram omvat de projecten Amstelveenlijn en Uithoornlijn. Deze projecten voert Apparaatslasten 7.152 8.005 8.651 8.544 8.464 8.445 de Vervoerregio uit in eigen beheer en de uitgaven zoals geprognotiseerd zijn in lijn Vrij te met de huidige inzichten in de uitvoering van de projecten waarbij de laatste uitgaven 25.679 programmeren geprognotiseerd zijn in 2023. Totaal Lasten 419.696 557.317 512.509 404.022 427.587 373.823 ▪ De concessies betreft de 4 concessies. Hierin is de invoering van de Noord/Zuidlijn (NZL) opgenomen. Door het opnemen van de positieve businesscase van de exploitatie Baten Bijdragen 3’den 7.205 33.691 23.445 7.091 32.764 10.018 van de Noord-Zuidlijn lopen de uitgaven voor de concessie Amsterdam structureel naar BDU Absoluut 8.489 21.443 17.214 8.181 8.181 0 beneden. Totaal Baten 15.694 55.134 40.659 15.272 40.945 10.018 ▪ Investeringen Activa gaat over de bijdrage van de Vervoerregio aan activa GVB. Specifiek de 15G, M7 en de Zero-Emissie bussen en de daartoe horende kapitaallasten. De geprognotiseerde bijdrage loopt dus op in komende jaren en dit voor de looptijd van de voorziene technische levensduur van het desbetreffende activum. De optie 15G is hierin niet opgenomen maar valt ook niet binnen de termijnen van de Saldo (404.001) (502.182) (471.850) (388.750) (386.641) (363.806) vastgestelde begroting. Hierover vindt nog nadere besluitvorming plaats. ▪ Het Saldo komt ten laste van de Algemene Dekkingsmiddelen

BEGROTING 2020 EN MEERJARENBEELD pagina 21 van 43

OVERHEAD EN ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN

OVERHEAD In onderstaand overzicht wordt het personeel opgenomen dat niet rechtstreeks werkzaam is in het primaire proces. (Volgend op een wijziging in het Besluit Begroting en Verantwoording). Voor de Vervoerregio betekent dit volgende functies:

• Alle functies binnen het team financiën, team strategie, bestuur en communicatie en team bedrijfsvoering; • Alle managementfuncties: teammanagers van de diverse teams, secretaris-directeur en beide adjunct- directeuren.

Onder overhead vallen de activiteiten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de activiteiten en medewerkers in het primaire proces. Het hoofdprogramma (overhead) bevat de volgende onderdelen: bestuur en ondersteuning, communicatie, bedrijfsvoering, financiën en apparaatslasten.

Wat mag dat kosten?

Tabel 13 Overhead Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

Overhead JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Bestuur & Ondersteuning 41 107 107 107 107 107 Communicatie 134 165 165 165 215 165 Bedrijfsvoering 2.198 2.278 2.353 2.353 2.353 2.353 Financiën 118 222 106 106 106 106 Directe Personele Lasten 2.795 4.440 4.946 4.946 4.946 4.946 Personeel van derden 1.020 1.784 1.533 1.533 1.533 1.533 Totaal Lasten 6.307 8.995 9.209 9.209 9.259 9.209 Baten Overhead 89 100 80 0 0 0 Totaal Baten Overhead 89 100 80 0 0 0 Saldo Overhead (6.218) (8.895) (9.129) (9.209) (9.259) (9.209)

De directe personele lasten zijn begroot op basis van de formatie 2020. Een verdere specificatie van het aantal werknemers en de totale apparaatslasten is opgenomen in de paragraaf bedrijfsvoering.

ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN De algemene structurele inkomsten ontvangt de Vervoerregio via het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (conform de uitvoeringsregeling BDU Verkeer & Vervoer). Specifieke baten (additionele bijdrage(n)) worden niet binnen de Algemene dekkingsmiddelen opgenomen, maar rechtstreeks in het programma. Het totaal van baten en lasten wordt verrekend met het saldo BDU.

De rentebaten betreft de baten ten aanzien van al eerder verstrekte bussenleningen. Als er nieuwe bussenleningen worden uitgegeven zal de Vervoerregio hier ook externe financiering voor aantrekken. Aangezien de Vervoerregio geen rentevisie mag hebben, wordt er uitgegaan van renteneutraliteit. Daarom zijn eventuele rentebaten voor nieuwe leningen nog niet opgenomen. In onderstaande tabel zijn de geraamde te ontvangen jaarbedragen binnen de kaders van deze begroting opgenomen.

BEGROTING 2020 EN MEERJARENBEELD pagina 22 van 43

Tabel 14 Algemene dekkingsmiddelen (bedragen in € 1.000)

Algemene dekkingsmiddelen JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 BDU-Jaarbijdrage 397.883 395.298 395.117 395.117 395.117 395.117 Rentebaten 1.061 966 798 691 566 522 Doorbelastingen Overige baten voorgaande jaren 28.246 0 0 0 0 0 Totaal Baten Algemene 427.191 396.264 395.915 395.809 395.684 395.640 Dekkingsmiddelen Rentelasten 798 691 566 522 Totaal Lasten Algemene 0 0 798 691 566 522 Dekkingsmiddelen Saldo Algemene Dekkingsmiddelen 427.191 396.264 395.117 395.117 395.117 395.117

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 23 van 43

PARAGRAFEN

Beheerstaken zoals bedrijfsvoering en financiering horen tot de bevoegdheid van het dagelijks bestuur. Om de regioraad zeggenschap te geven over het beleid dat het dagelijks bestuur voert bij deze beheerstaken heeft het BBV voorgeschreven dat aparte paragrafen dienen opgenomen te worden in de begroting. Deze paragrafen bevatten de beleidsuitgangspunten die het dagelijks bestuur bij de uitvoering in acht moet nemen.

Het aantal relevante paragrafen voor de Vervoerregio beperkt zich tot de paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing en de paragraaf Financiering. De paragraaf lokale heffingen is niet van toepassing omdat de Vervoerregio geen belastingen oplegt en geen gemeentelijke bijdragen ontvangt. Ook heeft de Vervoerregio geen verbonden partijen. De paragraaf grondbeleid is, doordat de Vervoerregio geen gronden exploiteert, ook niet van toepassing.

FINANCIERING De Vervoerregio ontvangt middelen van het rijk, met de Brede Doel Uitkering (BDU) Verkeer en Vervoer als belangrijkste inkomstenbron. Deze inkomsten worden gebruikt om middelen uit te keren aan openbaarvervoerbedrijven en aan wegbeheerders die infrastructuur aanleggen. De wet-BDU biedt de mogelijkheid de jaarlijks niet bestede middelen te sparen voor toekomstige uitgaven. Deze niet-bestede middelen hoeven dus niet terugbetaald te worden aan het rijk maar worden doorgeschoven naar latere jaren. Op de balans is het nog niet bestede deel van de BDU opgenomen als vooruit ontvangen doeluitkering

Met de BDU als belangrijkste inkomstenbron worden alle niet-uitgegeven middelen als vooruit ontvangen middelen geadministreerd en heeft de Vervoerregio geen directe eigen (liquide) middelen tot haar beschikking. De solvabiliteit van de Vervoerregio zal zonder mogelijkheden tot vermogensvorming laag zijn en eventueel naar nul gaan.

Uitganspunten Treasuryfunctie en beleid.

Het doel van het treasurybeleid is het beheersen, sturen, verantwoorden en toezichthouden op de financiële vermogenswaarden, geldstromen en posities en de hieraan verbonden risico’s. De wettelijke kaders voor de uitvoering van de treasryfunctie ligt vast in de Wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO) en de daarbij horende ministeriële regelingen. Het beleid van de Vervoerregio voor de treasury functie is vastgelegd in het treasurystatuut.

Een randvoorwaarde dat uit de wettelijke kaders vloeit is het schatkistbankieren. Dit betekent dat de lagere overheden hun overtollige liquide middelen verplicht bij het rijk moeten plaatsen. Daarbij moeten de lopende externe beleggingen vóór 2020 zijn afgewikkeld. De Vervoerregio kent geen externe beleggingen meer in 2020.

Bussenlening

De Vervoerregio kent sinds april 2015 de Verordening op de subsidieverstrekking voor bussenlening. De subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor de financiering van het verwerven van bussen of de herfinanciering van al aangeschafte bussen waarmee OV wordt uitgevoerd. De bussenlening draagt bij aan het verduurzamen van het openbaar vervoer én biedt de mogelijkheid voor een gemakkelijke overdracht van de voortuigen naar een andere vervoerder bij afloop van de concessie. De Vervoerregio kent vrijwel alleen inkomsten verstrekt vanuit de BDU. De bussenleningen worden verstrekt vanuit de beschikbare BDU-gelden en tot nu toe heeft de Vervoerregio geen tegenleningen aangegaan ter compensatie van de verstrekte leningen. De Vervoerregio voorziet echter een toename in aanvragen vanuit concessiehouders, dit voornamelijk door de transitie naar Zero-Emissie voertuigen. Daarom zal de Vervoerregio externe financiering moeten aantrekken om te kunnen voldoen aan deze aanvragen. (zie oplossingsrichting externe financiering). De rentelasten en rentebaten die hiermee samenhangen zijn verwerkt in de begroting 2020 onder de Algemene Dekkingsmiddelen.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 24 van 43

Bedragen hieronder vermeld bevatten het totale uitstaande bedrag aan bussenleningen, zonder splitsing in kortlopend (< 1 jaar) of langlopend (> 1 jaar). Bedragen in x € 1.000

Tabel 15 Verstrekte bussenleningen

Aanvrager Bedrag Start Eind JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023

EBS 30.745 24-04-15 15-05-21 15.037 10.190 5.531 - - - Connexxion 61.955 18-12-17 12-12-32 57.595 53.465 49.335 45.204 41.074 36.944 EBS Zero- 6.470 31-08-18 12-12-21 6.368 6.022 5.557 - - - Emissie Totaal 99.170 79.000 69.677 60.432 45.204 41.074 36.944

Financiering Activa GVB

GVB verwerft voor de financiering van de 15G, M7 en Zero-Emissie bussen leningen bij externe financiers. Op het tijdstip van schrijven van de begroting zijn de gesprekken met de financiers nog in volle gang. De Vervoerregio subsidieert aan GVB Activa B.V. de kapitaallasten (afschrijvings- en rentekosten) van de voertuigen. Hiermee wordt GVB in staat gesteld om aan de aflossing- en renteverplichtingen ten aanzien van de financiële instellingen te kunnen voldoen. De Vervoerregio staat garant voor de betalingen van deze verplichtingen, maar niet voor de hoofdsom van de lening. Door deze garantstelling is de rente die de financiële instellingen in rekeningen brengen mogelijk lager. Dit heeft als positief gevolg dat er meer BDU-geld beschikbaar blijft voor de overige Verkeer & Vervoer opgaven.

Liquiditeitsprognose

De Vervoerregio hanteert voor het presenteren van financiële cijfers het stelsel van baten en lasten. Daarnaast biedt de Vervoerregio subsidies aan in de vorm van bussenleningen en verstrekt zij bij uitzondering voorschotten voor activa. Deze drie elementen maken dat de Vervoerregio ook te maken heeft met een effect op de kasstromen (liquiditeiten). Daarnaast geldt ook dat een project in eigen beheer, zoals Amsteltram, zorgt voor een effect op de liquiditeiten van de Vervoerregio.

Op basis van onderstaande tabel is duidelijk dat de Vervoerregio in 2020 moet gaan lenen om de bijdragen met betrekking tot het programma Verkeer & Vervoer te kunnen honoreren. De trigger om te gaan lenen wordt voornamelijk veroorzaakt door de verstrekte bussenleningen en de nog niet uitgekeerde kosten voor Beheer & Onderhoud Railinfra uit 2017. Maar ook de hoge aanvragen 2019 en prognose 2020 met betrekking tot BORI/MVP hebben een grote impact. Door een lening aan te gaan voor (ongeveer) het bedrag van de uitstaande bussenlening wordt het liquiditeitstekort grotendeels opgelost. De liquiditeitspositie van de Vervoerregio wordt ook bepaald door het betalen van de bijdragen met betrekking tot infrastructurele projecten. De betaling hiervan vindt slechts plaats na volledige afhandeling van de ontvangen stukken. Bij het opmaken van de begroting 2020 wordt uitgegaan van de meest reële inschattingen. De Vervoerregio focust op haar liquiditeiten en zal slechts gaan lenen als dit blijkt uit de op maandbasis opgemaakte liquiditeitsprognose.

Tabel 16 Liquiditeitsprognose (bedragen in € 1.000)

Liquiditeitsprognose JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023

Beginstand Liquide Middelen 186.977 22.777 4.215 1.773 990

Kasstroom uit 71.000 7.300 (30.700) 9.000 9.000 financieringsactiviteiten

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 25 van 43

Kasstroom uit exploitatie- (235.200) (85.862) (2.841) (783) 22.103 activiteiten Kasstroom uit aangegane 0 60.000 31.100 (9.000) (9.000) financiering Eindstand Liquide Middelen bij 186.977 22.777 4.215 1.773 990 23.093 financiering

De Vervoerregio heeft in het verleden aangegeven niet te gaan lenen ten behoeve van de verstrekte bussenleningen. Dit zorgt ervoor dat, rekening houdende met de reële inschattingen op begrotingscijfers, de geraamde liquiditeiten in 2020 negatief zullen komen. De Vervoerregio heeft al in eerdere stukken aangegeven, een lening aan te gaan voor de bussenleningen, als dit noodzakelijk blijkt. Deze nog te concretiseren leningen zijn al verwerkt in tabel 14. Ook voor de nieuw uit te geven leningen zal de Vervoerregio gaan lenen. In het geval de Vervoerregio deze constructie (lenen voor lening) niet hanteert (en ook niet retroactief repareert) zullen andere keuzes binnen het programma Verkeer & Vervoer gemaakt moeten worden. Deze optie ziet de Vervoerregio niet als toegevoegde waarde. De rentelasten voor de aan te trekken lening zijn verwerkt in de lasten bij de Algemene Dekkingsmiddelen.

Renterisiconorm en kasgeldlimiet

Het percentage kasgeldlimiet voor 2020 is vastgesteld door ministerieel besluit op 8,2% ten aanzien van de lastenkant van de begroting. Het geeft de ruimte voor korte financiering aan bij aanvang van het begrotingsjaar. Voor de Vervoerregio bedraagt het kasgeldlimiet € 43 miljoen.

Tot op heden heeft de Vervoerregio geen externe financiering aangetrokken. Als er leningen worden aangetrokken om bussenleningen te verstrekken (zie financiering), dan worden deze leningen in dezelfde ordegrootte, maar met een risico-opslag, doorgezet naar de aanvrager. Omdat deze methodiek ervoor zorgt dat de karakteristieken van de aangetrokken, en de uitgegeven lening (looptijden/leningsvorm) gelijk blijven, is er voor de Vervoerregio geen renterisico aanwezig.

WEERSTANDSVERMOGEN EN RISICOBEHEERSING Weerstandsvermogen

Het financieel weerstandsvermogen van de Vervoerregio is het vermogen om niet-structurele financiële risico’s op te vangen zonder dat de uitvoering van de taken in het gedrang komt. Het weerstandsvermogen is de relatie tussen de weerstandscapaciteit en de bekende risico’s waarvoor geen afdoende stuur-en beheersmaatregelen kunnen worden getroffen of waarvoor geen voorzieningen bestaan.

Risicobeheersing

Voor de Vervoerregio staan de risicostrategie en gekozen maatregelen centraal. Het BBV stelt dat het een uitdaging is om deze paragraaf bij het opstellen van de begroting niet te laten uitmonden in een voornamelijk (reken)technische operatie (Staatsblad 2013-267 pagina 9). In een beschrijving van de risico’s die mogelijkerwijs gedurende de begrotingsperiode kunnen optreden en welke beheersmaatregelen daarbij worden toegepast, probeert de Vervoerregio te voldoen aan de eisen van het BBV.

De mogelijke maatregelen om risico’s te beheersen en/of financieel af te dekken zijn:

• Risico’s onder controle houden door stuur-en beheersmaatregelen. Het afsluiten van verzekeringen of aanscherpen van regelgeving als voorbeeld. • Risico’s kunnen financieel worden afgedekt door het instellen van voorzieningen voor risico’s die kunnen worden gekwantificeerd en het instellen van een weerstandsvermogen voor risico’s die niet financieel kunnen worden gekwantificeerd.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 26 van 43

Normale bedrijfsrisico’s doen zich regelmatig voor en zijn daarom vrij goed meetbaar. Hierdoor kunnen ze worden gedekt door beheersmaatregelen of het afsluiten van verzekeringen. Het gaat dan bijvoorbeeld om brand, wateroverlast of uitval van ICT.

Toch blijven er, ook voor de Vervoerregio, nog enkele risico’s over. Per risico maakt de Vervoerregio de kans & de beheersmaatregel inzichtelijk. De kans is opgedeeld in drie categorieën (zie tabel 17). Een omschrijving van de risico’s wordt verder weergegeven in het vervolg van deze paragraaf.

Tabel 17 Kans % risicobeheer

Klasse Kans van Laag Hoog Kleur optreden 1 Laag ≥1% <15% 2 Midden ≥15% <30% 3 Hoog ≥30%

A FINANCIERINGSWIJZE VERVOERREGIO Het verkeer-en vervoerbeleid wordt gefinancierd vanuit de Brede Doel Uitkering (BDU). Deze regeling stelt dat gelden die via deze weg zijn beschikt daadwerkelijk ook aan de gestelde taken wordt uitgegeven. In het geval dat de ambities van de Vervoerregio groter zijn dan de bijdrage uit het BDU dient de Vervoerregio maatregelen te nemen Kans Beheersmaatregel(en) Gezien de economische ontwikkelingen en het De Vervoerregio hanteert een prioriteringsmethodiek, met als toekomstbeeld binnen de regio achten we de kans dat doelstelling dat bereikbaarheidsmaatregelen die veel toevoegen dit zich voordoet hoog aan het realiseren van de beleidsdoelstellingen van de Vervoerregio hoge prioriteit krijgen met de daarbij horende budgetten. Daarnaast onderzoekt de Vervoerregio, samen met onder andere de MRDH, de mogelijkheid om de BDU in de toekomst te verhogen en andere inkomstenbronnen aan te boren. Hiervoor is zij in gesprek met het rijk. B FAILLIET GAAN VAN VERVOERDER Er bestaat altijd een mogelijkheid dat een vervoerbedrijf, dat binnen de regio het openbaar vervoer verzorgt, failliet gaat. De mogelijke gevolgen kunnen zijn dat de bediening op straat in de betreffende concessie (tijdelijk) komt stil te vallen. Kans Beheersmaatregel(en) Het risico dat de aandeelhouder gemeente Amsterdam De Vervoerregio heeft op alle activa van GVB (Concessie het GVB failliet laat gaan, wordt verwaarloosbaar Amsterdam) en EBS (Concessie Waterland) en op een gedeelte van geacht. Voor het streekvervoer is dit echter anders, de activa van Connexxion (Amstelland Meerlanden) pandrecht. maar de kans dat een van de vervoerders failliet zal gaan Samen met de wettelijke bescherming van het personeel door de wordt zeer klein geacht. Wet Personenvervoer is een herstart bij faillissement mogelijk. Tevens monitort de Vervoerregio jaarlijks de faillissement ratio’s (versterkt door Dun & Bradstreet) van beide streekvervoerbedrijven, om wanneer nodig, actie te ondernemen. Als deze ratio’s aanleiding geven om te twijfelen aan de continuïteit van de bedrijfsvoering van de concessiehouder biedt de overeenkomst de mogelijkheid om eventueel de bevoorschotting aan te kunnen passen naar maandelijkse bevoorschotting (i.p.v. kwartaalbevoorschotting). Hiermee is het financieel risico dan beperkt tot minimaal een maand bevoorschotting. Voor het geval het risico zich voordoet heeft de Vervoerregio een calamiteitenplan om de dienstregeling te garanderen. De kosten van dit calamiteitenplan zullen gedekt worden uit de nog niet betaalde termijnen richting de failliete vervoerder. C BEZUINIGINGEN IN DE BDU TEN AANZIEN VAN CONCESSIES In het geval er bezuinigd wordt op de BDU, dan kan het huidige dienstverleningsniveau binnen de concessies niet op peil gehouden worden.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 27 van 43

Kans Beheersmaatregel(en) Ondanks de druk op de rijksbudgetten, acht de In de overeenkomsten met de vervoerders is vastgelegd dat de Vervoerregio, rekening houdende met de economische Vervoerregio de subsidiebijdrage kan verlagen wanneer er minder vooruitzichten van dit moment, de kans op inkomsten uit de BDU zijn. In dat geval worden met de vervoerder bezuinigingen in de BDU als laag. afspraken gemaakt over aanpassing van het aanbod van de vervoerder. Het verlagen van de frequenties in de dienstregeling is een voorbeeld hiervan. D ONVOLDOENDE PRIJSCOMPENSATIE IN DE BDU-CONCESSIES Mocht er in de BDU onvoldoende prijscompensatie worden opgenomen dan kan de Vervoerregio de vervoerders niet volledig compenseren voor loon -en prijsstijgingen, zodat het aanbod van vervoer in stand kan blijven. Kans Beheersmaatregel(en) Ondanks de druk op de rijksbudgetten, acht de In de overeenkomsten met de vervoerders is vastgelegd dat de Vervoerregio, rekening houdende met de economische Vervoerregio de subsidiebijdrage kan verlagen wanneer er minder vooruitzichten van dit moment, de kans op inkomsten uit de BDU zijn. In dat geval worden met de vervoerder bezuinigingen in de BDU als laag. afspraken gemaakt over aanpassing van het aanbod van de vervoerder. Het verlagen van de frequenties in de dienstregeling is een voorbeeld hiervan. In de begroting van 2019 werd nier nog een risicovoorziening voor opgenomen, echter door de lage kans hiervan is besloten deze voorziening (binnen het sub-programma concessies) te laten vrijvallen ten behoeve van de algemene middelen. E FINANCIERING ROLLEND MATERIEEL De Vervoerregio verstrekt leningen aan de concessiehouders voor bussen. Als de concessiehouder deze lening niet kan aflossen loopt de Vervoerregio een financieel risico. Kans Beheersmaatregel(en) Klein De Vervoerregio heeft pandrecht gevestigd op het gefinancierde materiaal. De financiering van dit materieel heeft plaatsgevonden uit eigen middelen van de Vervoerregio. Het pandrecht is gevestigd om zo de continuïteit van de dienstverlening te waarborgen. De rente en aflossing van de lening geschiedt door inhouding op de exploitatiesubsidie die de Vervoerregio verstrekt aan de concessiehouder. Hiermee is het financiële risico afgedekt. F GARANTSTELLINGEN FINANCIERING ROLLEND MATERIEEL De Vervoerregio staat garant voor leningen die de Vervoerder nodig heeft voor de aanschaf/vervanging van materieel ten behoeve van de concessie. Als de concessiehouder niet meer voldoet aan zijn betalingsverplichting loopt de Vervoerregio een financieel risico. Kans Beheersmaatregel(en) De kans dat de concessiehouder niet meer voldoet aan De Vervoerregio is bij garantstellingen alleen risicodragend voor zijn betalingsverplichting wordt klein geacht. Zie ook de kapitaallasten en afschrijvingen en niet voor de totale som van risico B de lening. Daardoor is het financiële risico beperkt. Verder zal in de afspraken met de financiële instelling worden opgenomen dat de Vervoerregio, in het geval van niet meer voldoen aan de betalingsverplichting door de Vervoerder, de betalingsverplichting van de maandelijkse lasten van de concessiehouder inzake de desbetreffende lening overneemt. Doordat de Vervoerregio heeft bepaald dat bevoorschotting maandelijks kan plaatsvinden, zal het risico zich beperken tot 1 maand. De ingeschatte kosten van deze maand zijn € 2 miljoen. Voor dit risico wordt een voorziening gecreëerd vanuit een risico-opslag op het rentepercentage. Wanneer het risico zich voordoet zullen de financiële gevolgen gedekt worden uit deze voorziening. G BEZUINIGINGEN IN DE BDU TEN AANZIEN VAN PROJECTEN Mocht er worden bezuinigd op de BDU dan bestaat de kans dat niet alle beschikte projecten binnen de afgesproken termijn(en) uitgekeerd worden. Kans Beheersmaatregel(en)

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 28 van 43

Ondanks de druk op de rijksbudgetten, acht de In de subsidieverordening is een begrotingsvoorbehoud Vervoerregio, rekening houdende met de economische opgenomen. De subsidie wordt toegekend onder voorwaarde dat vooruitzichten van dit moment, de kans op de Vervoerregio voldoende beschikbare middelen heeft. Tevens bezuinigingen in de BDU als laag. heeft de Vervoerregio de mogelijkheid om reeds beschikte subsidies later uit te keren. H OVERSCHRIJDINGEN BIJ EEN INFRASTRUCTUUR PROJECT niet in eigen beheer De Vervoerregio subsidieert infrastructuurprojecten die door wegbeheerders worden uitgevoerd. Alle projectrisico’s worden gedragen door de subsidieaanvragers. Wanneer de subsidieaanvrager echter geconfronteerd wordt met niet verwijtbare overschrijdingen, dan is er een grote waarschijnlijkheid dat de subsidieaanvrager een aanvullende bijdrage van de Vervoerregio zal vragen. Kans Beheersmaatregel(en) Ondanks dat de kans groot is dat subsidieaanvragers (1) De Vervoerregio heeft in zijn oorspronkelijke beschikking additionele bijdragen zullen gaan vragen voor projecten rekening gehouden met een post onvoorzien. Wanneer deze is het risico voor de Vervoerregio laag. niet voldoende is voor het project heeft de Vervoerregio een maximale bijdrage bepaald, daarom zal er geen verplichting

tot verhoging van de bijdrage zijn. (2) De Vervoerregio zal de aanvullende aanvraag opnieuw beoordelen. De Vervoerregio heeft de mogelijkheid om de aanvraag voor het dekken van de overschrijdingen niet toe te kennen;

I OVERSCHRIJDINGEN BIJ AMSTELTRAM De Vervoerregio voert het project Amsteltram uit in eigen beheer. Dit wil op het gebied van risicomanagement zeggen dat de Vervoerregio zelf het risico draagt ten aanzien van de overschrijdingen. Kans Beheersmaatregel(en) De Vervoerregio hanteert voor deze projecten een Er wordt op drie niveaus aan risicobeheersing gedaan namelijk: risicovoorziening die gebaseerd is op de uitkomsten van ▪ Niveau 1: Opdrachtgever (Vervoerregio) diverse risico-sessies. De kans dat het project De risico’s van het werkend vervoersysteem (de succesvolle Amsteltram meer middelen nodig heeft dan waarmee in ingebruikname van de lijn) de begroting rekening gehouden is, wordt middelmatig - In het ambtelijke coördinatie overleg met alle stakeholders ingeschat. Niet laag, omdat het bij een project nog niet (samenwerkende partijen) worden alle risico’s op de piek van de uitvoering zit. geïnventariseerd en gekwantificeerd; - De risico’s worden in de interne Kwartaalrapportage door de Ambtelijke opdrachtgever (AOG) gedeeld met de directie van de Vervoerregio en daarna in staf portefeuillehouder(s) ▪ Niveau 2: Projectmanagement De endogene risico’s behorende bij de verschillende deelprojecten en daartussen (infra, materieel, nevencontracten, raakvlakprojecten etc). Deze worden beheerst via de projectorganisatie die zorgt voor inventarisering en kwantificering. ▪ Niveau 3: Contracten De risico’s die gerelateerd zijn aan de uitvoering van de contracten waarbij de opdrachtnemer een risicodossier maakt en bespreekt met de projectorganisatie. Om de risico’s te dekken, is er een reservering opgenomen in het projectbudget. Uit analyse en (externe) second opinion blijkt dat de reservering voldoende is. Deze reservering wordt vanuit het project op verschillende momenten bekeken of deze nog voldoende is om de dan bekende risico’s af te dekken. Financiële kengetallen

In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is voorgeschreven dat decentrale overheden kengetallen over hun financiële weerstand moeten opnemen die vergelijking met de andere decentrale overheden mogelijk maken

Voor de Vervoerregio zijn dit de volgende:

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 29 van 43

Tabel 18 Financiële kengetallen

Kengetallen Rekening Begroting* Begroting 2017 2018 2019 2020 Netto schuldquote 14,1% 15,9% 13% 8,7% Netto schuldquote gecorrigeerd 19,3% 26,1% 26,1% 18,2% voor leningen Solvabiliteitsratio 0,4% 1% 0,4% 0,6% Structurele exploitatieruimte 0,2% 0% 0% 0%

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 30 van 43

BEDRIJFSVOERING Het organigram toont de wijze waarop de Vervoerregio is georganiseerd. Onder leiding van de secretaris-directeur en de adjunct-directeuren voert de ambtelijke organisatie de taken die bij de Vervoerregio zijn belegd uit. De begrote personele formatie is als volgt:

Tabel 19 Formatie Vervoerregio

Formatie Apparaatslasten Overhead Totaal Totaal 2019 2020 2019 2020 2019 2020 Directie 3 3 3 3 Strategie, Bestuur & Communicatie 11 11 11 11 Financiën 16 16 16 16 Bedrijfsvoering 13 15 13 13 Kennis & Onderzoek 5 5 1 1 6 6 Beleid 8 8 1 1 9 9 Projecten 11 11 1 1 12 12 Projectbegeleiding 10 10 1 1 11 11 Gebieden & Programma’s 6 6 1 1 7 7 Concessieverlening 3 3 1 1 4 4 Beheer, Concessies & Contracten 13 12 1 1 14 14 Vacatureruimte 1 0 0 0 1 0 Totaal 57 55 50 52 107 107 In de bijlage indicatoren worden de verplichte indicatoren ten aanzien van bedrijfsvoering opgenomen.

Externe inhuur

Naast de vaste formatie huurt de Vervoerregio ook externe expertise in om de ambtelijke organisatie te ondersteunen en niet-structurele taken op te pakken. De Vervoerregio speelt in op nieuwe ontwikkelingen, neemt gevraagd en ongevraagd initiatief en is wendbaar. Een aanzienlijk deel van de apparaatslasten is toe te schrijven aan de (tijdelijke) inhuur. Om de personele bezetting mee te laten bewegen met de benodigde capaciteit is flexibiliteit in de bedrijfsvoering nodig. We verkennen nieuwe vormen van flexibiliteit door deze niet alleen af te meten aan de duur van de contracten maar door samenwerking met externe partijen en de flexibele inzet van medewerkers te bevorderen via innovaties in HRM-beleid. Een voorbeeld hiervan zijn de tijdelijke contracten.

VERBONDEN PARTIJEN Verbonden partijen zijn privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisaties waarin de Vervoerregio een bestuurlijk én een financieel belang hoort te hebben. Het kan gaan om gemeenschappelijke regelingen, deelnemingen, stichtingen en verenigingen. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan: een zetel in het bestuur of het hebben van stemrecht.

Er is sprake van een financieel belang wanneer de Vervoerregio een ter beschikking gesteld bedrag niet kan verhalen als de verbonden partij failliet gaat of als de Vervoerregio aansprakelijk kan gesteld worden door derde, als de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt.

De Vervoerregio kent, op basis van de hierboven vermelde voorwaarden, geen verbonden partijen.

FINANCIËLE BEGROTING

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 31 van 43

Het financieel perspectief heeft de volgende grondslag

▪ ▪ De actviteiten van de Vervoerregio worden uitsluitend Voor infrastructuurprojecten wordt uitgegaan van een gefinancierd vanuit de BDU-bijdrage nieuwe investeringsraming conform scenario II in de kadernota 2020 ▪ Het rijk kan verstrekte BDU-middelen voor ▪ Bij een beschikking zijn bestuurlijke afspraken toekomstige uitgaven reserveren. Daarnaast is er ook sprake van ‘gedwongen sparen’ als subsidieaanvragers vastgelegd over de te realiseren mijlpalen en de financiële bijdragen. Hierbij moet helder zijn dat de niet de geplande voortgang in infrastructuurprojecten Vervoerregio in staat is om, wanneer volgens afspraak kunnen realiseren; de prestatie wordt geleverd, tot uitbetaling kan komen.

De begroting en liquiditeitsoverzicht toont aan dat dit het geval is en de Vervoerregio in control is en hier beperkt risico loopt.

OVERZICHT BATEN EN LASTEN 2020

Tabel 20 Overzicht baten & lasten

Lasten JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Verkeer & Vervoer 419.696 557.317 512.509 404.022 427.587 373.823 Overzicht Overhead 6.307 8.995 9.209 9.209 9.259 9.209 Algemene Dekkingsmiddelen 0 0 798 691 566 522 Totale Lasten 426.002 566.311 522.516 413.922 437.412 383.555

Baten JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Verkeer & Vervoer 15.694 55.134 40.659 15.272 40.945 10.018 Overzicht Overhead 89 100 80 0 0 0 Algemene Dekkingsmiddelen 429.468 396.264 395.915 395.809 395.684 395.640 Totale Baten 445.251 451.498 436.654 411.081 436.629 405.657

Saldo JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Verkeer & Vervoer (404.001) (502.182) (471.850) (388.750) (386.641) (363.806) Overzicht Overhead (6.218) (8.895) (9.129) (9.209) (9.259) (9.209) Algemene Dekkingsmiddelen 429.468 396.264 395.117 395.117 395.117 395.117 Totaal Saldo 19.249 (114.813) (85.862) (2.841) (783) 22.103

Reserves JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023

Toevoeging/onttrekking Reserves (60) (1.460) 1.340 (60) (60) (60)

Verrekening met Spaarsaldo JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Verkeer & Vervoer 19.189 (116.273) (84.522) (2.901) (843) 22.043

SALDO JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Verkeer & Vervoer 0 0 0 0 0 0

OVERZICHT INCIDENTELE BATEN EN LASTEN Het overzicht incidentele baten en lasten laat zien of er een structureel evenwicht is. Wanneer structurele lasten gedekt worden door structurele baten is er sprake van een structureel evenwicht. Inzicht of begrotingsramingen een structureel of incidenteel karakter hebben is hierbij van groot belang.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 32 van 43

Op basis van de BBV-nota incidentele baten en lasten, is duidelijk dat de BDU-ontvangsten van structurele aard zijn. De lasten die hierdoor gedekt worden, zijn dus ook structurele lasten. Desalniettemin telt een project (voornamelijk bij de IA Mobiliteit) dat een incidenteel karakter heeft, wel mee als structureel in voorliggende overzichten. Wanneer een bepaald project additionele bijdragen (van derden of vanuit het BDU) kent (de absolute tabel BDU) dan wordt deze wel als incidenteel beschouwd.

Tabel 21 Incidentele Baten & Lasten (bedragen in € 1.000)

Incidentele baten en lasten JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 BATEN Amsteltram 1.100 25.673 15.403 0 25.673 3.064 Absolute BDU 8.489 21.443 17.214 8.181 8.181 Bijdragen 3den Overhead LASTEN Amsteltram 1.100 25.673 14.403 0 25.673 3.064 IA Mobiliteit 8.489 21.443 17.214 7.885 7.466 SALDO 0 0 0 0 0 0 • Amsteltram: Voor het Amsteltram project ontvangt de Vervoerregio incidentele bijdragen vanuit het rijk en gemeenten (Amstelveen en Uithoorn). • IA Mobiliteit: Voor diverse projecten/initiatieven ontvangt de Vervoerregio incidentele bijdragen via de absolute tabel BDU. Het betreft volgende zaken:

Tabel 22 BDU Absolute tabel (bedragen in € 1.000)

IA Mobiliteit JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Incidentele Baten Beter benutten 4.409 Actie Programma OV 9.033 9.033 Toezegging G3 8.181 8.181 8.181 8.181 Totaal Incidentele Baten 8.489 21.443 17.214 8.181 8.181 8.181

ONTWIKKELING BDU-SALDO 2020-2023

Tabel 23 Ontwikkeling fonds BDU (bedragen in € 1.000)

Programma’s JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Beginstand 188.330 207.497 91.224 6.702 3.800 2.957 Beschikte jaarbijdrage 406.372 416.741 412.331 403.299 403.299 395.117 Totaal Beschikbare BDU 594.702 624.238 503.555 410.000 407.099 398.075

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 33 van 43

Inzet BDU (387.206) (533.014) (496.853) (406.200) (404.142) (373.075) Eindstand fonds BDU 207.497 91.224 6.702 3.800 2.957 25.000

Het BDU-saldo loopt, rekening houdende met de verwachte lasten tot en met 2022 behoorlijk terug. Het BDU-saldo wordt aangewend om de ambities binnen de diverse programma’s te realiseren.

MEERJARENOVERZICHT 2024-2029 De Vervoerregio hanteert in haar begroting een 10-jarige doorkijk. Het meerjarenoverzicht geeft een inzicht in de vertaling tussen ambities & beschikbare middelen tot en met 2019. De meerjarenbegroting heeft betrekking op begrotingsjaar 2020 en meerjarenbegroting 2021-2023. De in dit overzicht gepresenteerde additionele jaren geven een doorkijk op basis van de huidige actualiteit op basis van bestaande besluitvorming. Het overzicht geeft daarmee alleen effecten weer, zodat hierop jaarlijks bij de kadernota en begroting kan worden geanticipeerd. De getoonde programmeerbare ruimte zal in latere jaren dan ook worden ge-herijkt en worden geprogrammeerd voor de vier jaren die binnen de scope van de programmabegroting vallen. Een 10-jarige doorkijk, biedt voldoende inzichten in de problematiek van beschikbare middelen ten opzichte van de ambities, ook al is het nog niet duidelijk wat de effecten van het toevoegen van nieuw beleid kan betekenen. Het meerjarenoverzicht 2019-2029 is te vinden in bijlage 3 (grafisch) en 4 (cijfers). De volgende aannames zijn opgenomen in deze meerjarenraming:

• Voor de presentatie van de 10-jarige doorkijk zijn de bedragen waarvoor nog geen contracten en/of convenanten zijn afgesloten aangeduid in het blauw. Volgende uitgangspunten worden gehanteerd: o Voor de Investeringsagenda Mobiliteit wordt uitgegaan van een hoogte van € 100 miljoen vanaf 2022. Tot 2020 is deze agenda gevuld met projecten in de planuitwerking en realisatiefase en geeft het totaal beeld (van initiatief tot realisatie) binnen het programma aan dat een bedrag van € 100 miljoen een reële inschatting is. Deze inschatting wijkt af van de inschatting uit het meerjarenbeeld uit de begroting 2019 (waar € 80 gehanteerd werd). Aan dit bedrag kunnen geen rechten ontleend worden. Samen met de gemeenten moet verder gekeken worden naar het ambitieniveau in relatie tot de beschikbare middelen. Het prioriteren van projecten op (lange) termijn maakt hier onderdeel vanuit; o Daar waar contracten voor BORI, MVP en concessies aflopen wordt een nieuwe lijn toegevoegd. Het gaat om wettelijke taken waarvan het benodigde budget nog niet is vastgesteld. Voor de meerjarenraming wordt voor de hoogte uitgegaan van de laatst bekende jaarschijf van het lopende convenant/contract; o De nog te programmeren ruimte is het restbedrag na inschatting op de diverse sub-programma’s. Het geeft een indicatie hoeveel ruimte er is voor nieuw beleid/maatregelen;

Het 10-jaren beeld geeft weer dat er tot 2023 weinig tot geen nieuw beleid gevoerd kan worden zonder dat dit een gevolg heeft voor andere activiteiten. Door dit inzicht te geven kan de Vervoerregio samen met haar partners nadenken over het bestaande beleid en de focus richting de toekomst.

OVERZICHT BATEN EN LASTEN PER TAAKVELD

Tabel 24 Overzicht baten en lasten per taakveld (bedragen in € 1.000)

Begroting per taakveld JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023

2.1. Verkeer en Vervoer 115.440 259.670 259.993 181.215 210.239 158.069 2.5. Openbaar Vervoer 304.256 297.647 252.516 222.807 217.348 215.754 0.5. Treasury 0 0 798 691 566 522 0.4. Overhead 6.307 8.995 9.209 9.209 9.259 9.209

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 34 van 43

Totaal Lasten 2.1. Verkeer en Vervoer 426.002 566.311 522.516 413.922 437.412 383.555 2.5. Openbaar Vervoer 114.319 257.243 261.333 181.155 210.178 158.010 0.5. Treasury 304.256 297.647 252.516 222.807 217.348 215.754 0.4. Overhead 1.061 966 798 691 566 522 Totaal Baten 1 6.307 8.995 9.209 9.209 9.259 9.209 Resultaat 60 1.460 (1.340) 60 60 60 0.10 Onttrekking/toevoeging (60) (1.460) 1.340 (60) (60) (60) aan reserves Resultaat 0 0 0 0 0 0

UITEENZETTING FINANCIËLE POSITIE Geprognotiseerde balans

In het Besluit Begroting en Verantwoording is de verplichting vastgesteld dat een geprognotiseerde begin- en eindbalans van de begrotingsjaren opgenomen moet worden onder de uiteenzetting van de financiële positie. Om de ontwikkelingen van de belangrijkste activa en passiva inzichtelijk te maken, wordt in de begroting een meerjarige geprognotiseerde balans voorgeschreven. De geprognotiseerde balans geeft inzicht in de gezondheid van de financiële positie van de Vervoerregio en de ontwikkelingsrichting hiervan.

ACTIVA JR 2018* 2019** 2020 A1 Vaste Activa

1 De onttrekking uit de BDU wordt in deze tabel als ‘Baten’ opgenomen.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 35 van 43

A1331a Leningen aan openbare lichamen 68.401 59.078 41.474 A1332C Overige uitzettingen looptijd ≥ 1 jaar 12.417 0 0 Totaal vaste activa 80.818 59.078 41.474 A2 Vlottende Activa A 221 Vorderingen op openbare lichamen 991 0 0 A 223a R/C verhouding met het rijk 183.579 18.491 2.084 A223b R/C verhouding overige niet-financiële instellingen (143) 0 0 A224 Overige Vorderingen 5.958 519 2.846 A225c Overige uiteenzettingen met looptijd ≤ 1 jaar 62.599 10.599 18.958 A23 Liquide middelen (kas – en banksaldi) 3.398 3.000 767 A29c Nog te ontvangen bijdragen van overige overheid 337 0 0 A29d Overige overlopende activa 173 0 0 Totaal Vlottende Activa 256.892 32.609 24.655 Totaal Activa 337.710 91.687 66.129 PASSIVA JR 2018* 2019** 2020 P1 Vaste Passiva P112 Bestemmingsreserve 796 328 388 P133 – Onderhandse leningen van binnenlandse banken 0 60.000 Totaal Vaste Passiva 796 328 60.388 P2 Vlottende Passiva P213 Overige vlottende schulden 30.015 0 0 P29b Vooruit ontvangen bijdragen van het rijk 207.538 91.359 5.741 P29c Vooruit ontvangen bijdragen van overige overheid 988 0 0 P29d Overige Overlopende passiva 98.373 0 0 Totaal Vlottende Passiva 336.914 91.359 5.741 Totaal Passiva 337.310 91.687 66.129

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 36 van 43

RESERVES 2018-2023

Onderstaande tabel geeft het saldo van de reserves per jaarschijf weer. De Vervoerregio heeft per 1 januari 2020 alleen nog een bestemmingsreserve voor ICT-materiaal.

Omschrijving JR 2018* 2019** 2020 2021 2022 2023 Koersverschillen kapit.Markt. 528 0 0 0 0 0 Bestemmingsreserve ICT 268 328 388 448 508 568 Bestemmingsreserve 1.400 (1.400) boetegelden Totaal Reserves 796 1.728 388 448 508 568

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 37 van 43

BIJLAGEN

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 38 van 43

BIJLAGE 1 : INDICATOREN

Op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) zijn gemeenten gehouden in de programma’s in de begroting (artikel 8 BBV) en in de programmaverantwoording in het jaarverslag (artikel 25 BBV) de beoogde en gerealiseerde maatschappelijke effecten van de verschillende programma’s toe te lichten aan de hand van zogenaamde beleidsindicatoren. Deze zijn ook van toepassing op de Vervoerregio via de Wet gemeenschappelijke Regeling (Wgr)

Voor de Vervoerregio betekent dit, na het vervallen van de indicatoren voor het taakveld Verkeer & Vervoer, dat alleen de verplichte indicatoren met betrekking tot het taakveld Bestuur en Ondersteuning opgenomen te moeten worden.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de voor de Vervoerregio relevante indicatoren

Tabel x geeft de gegevens weer die gebruikt worden om tot de uitkomsten van de indicatoren te komen.

Gegeven Bron 2019 2020 Formatie Eigen gegevens 107 FTE 107FTE Bezetting Eigen gegevens 96,17 FTE 96,17FTE Inwoners2 CBS 1.553.774 1.553.774 Apparaatskosten3 Begroting € 14.228.234 € 15.129.709 Totale loonsom Begroting € 9.677.263 € 10.136.230 Totale Overhead Begroting € 8.994.890 € 9.209.225 Totale inhuur Begroting € 4.550.971 € 4.993.479 Totale Lasten Begroting € 566.311.486 € 522.515.831

Indicator Meting 2019 2020 Formatie Fte per 1.000 inwoners 0,0689 0,0689 Bezetting Fte per 1.000 inwoners 0,0619 0,0619 Apparaatskosten Kosten per inwoner € 9,10 € 9,74 Externe Inhuur Kosten als % van totale loonsom + totale inhuur 35% 35% externen Overhead % van de totale lasten 1,56% 1,76%

2 Informatie inwonersaantallen per 31.12.2018 vanaf CBS statistieken. Wanneer cijfers beschikbaar komen voor 2019 worden deze aangepast in de definitieve versie van de programmabegroting. In het totaal aantal inwoners zijn ook de inwonersaantallen van de gemeente Haarlemmerliede/Spaarnwoude (toegevoegd bij gemeente Haarlemmermeer) reeds opgenomen.

3 Onder Apparaatslasten worden zowel de personele als de materiele apparaatslasten verstaan van het programma Verkeer & Vervoer, alsook van de overhead. Dit conform de bepalingen in het BBV.

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 39 van 43

BIJLAGE 2 : OVERZICHT ACHTERGRONDINFORMATIE

Beleidskader Mobiliteit

Investeringsagenda Verkeer & Vervoer

Concessie Amsterdam

Concessie Amstelland-Meerlanden

Concessie Waterland

Concessie Zaanstreek

Convenant Beheer en Onderhoud Railinfrastructuur

Convenant MVP-metro (Meerjaren Vervangingsprogramma)

Amsteltram

Investeringsagenda Smart Mobility

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 40 van 43

BIJLAGE 3 : AFKORTINGEN EN BEGRIPPEN LIJST

BIM : Beleidskader Inclusieve Mobiliteit

BDU: Brede Doel Uitkering

BURAP: Bestuursrapportage

BORI: Beheer & Onderhoud Rail Infrastructuur

BBV: Besluit Begroting en Verantwoording

DOVA/NDOV: Samenwerkingsverband van Decentrale Overheden

DB: Dagelijks Bestuur

FIDO: Wet Financiering Decentrale Overheden

HOVASZ: Hoogwaardig Openbaar Vervoersverbinding Aalsmeer en Schiphol-Zuid

IA : Investeringsagenda

KPVV: Kennisplatform Verkeer & Vervoer

Maas: Mobility as a Service

M7: Het metromateriaal M7 is een toekomstige serie metrotreinstellen voor de Amsterdamse metro

MRA : Metropoolregio Amsterdam

MRDH: Metropoolregio Rotterdam Den Haag

MIRT: Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport

MVP: Meerjaren Vervangingsprogramma Metro

NDW: Nationale Databank Wegverkeersgegevens

OV: Openbaar Vervoer

TBGN: Tijdelijke Buitengebruikname

VENOM: Regionale verkeersmodel voor de Metropoolregio Amsterdam

V&V : Verkeer en Vervoer

Wgr: Wet Gemeenschappelijke Regeling

ZAWA: Zaanstreek Waterland

ZWASH: Programma Zuidwest Amsterdam – Schiphol – Hoofddorp

15G: Tramserie 15G is een serie trammaterieel in aflevering voor de Amsterdamse tram

Programmabegroting 2020 , Vervoerregio Amsterdam pagina 41 van 43

BIJLAGE 3 : GRAFISCHE WEERGAVE PROGRAMMABEGROTING 2020-2023 (INCL. MEERJARENBEELD)

BEGROTING 2020 EN MEERJARENBEELD pagina 42 van 43

BIJLAGE 4 : CIJFERS BIJ GRAFISCHE WEERGAVE

Beginsaldo BDU 207.497 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 Inkomsten (BDU + bijdragen) 451.498 436.654 411.081 436.629 405.657 402.529 402.475 402.421 402.367 402.313 402.258 IA Mobiliteit: Realisatie 106.991 87.192 69.328 33.814 23.439 20.715 2.696 7.176 671 23.548 IA Mobiliteit : Planuitwerking 17.319 48.808 46.672 62.186 49.037 38.280 28.845 20.000 20.000 7.500 IA Mobiliteit : Verkenning/Planstudie 0 0 0 0 23.524 37.005 64.459 68.824 75.329 64.952 96.000 IA Mobiliteit: Studies 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 Amsteltram 112.981 88.796 31.220 86.424 10.331 0 0 0 0 0 0 Concessie AML 2017-2027 45.557 45.360 45.360 45.360 44.818 44.818 44.818 44.818 44.818 Concessie AML vanaf 2028 44.818 44.818 Concessie Amsterdam 2012-2024 30.260 21.503 17.163 9.741 5.598 1.044 Concessie Amsterdam vanaf 2025 -1.956 -4.956 -7.956 -10.956 -13.956 Concessie Waterland 2012-2021 19.332 19.432 19.536 Concessie Zaanstreek 2011-2021 12.628 12.628 12.628 Concessie ZaWa vanaf 2022 32.164 32.164 32.164 32.164 32.164 32.164 32.164 32.164 Concessie - Overige 2.321 2.321 2.255 1.321 221 221 221 221 221 221 221 Beheer & Onderhoud 2015-2024 91.265 87.955 86.441 85.770 85.804 84.330 Beheer & Onderhoud vanaf 2025 84.330 84.330 84.713 84.330 84.330 Meerjaren Vervaningsprogramma 82.121 55.271 27.159 23.470 22.909 20.944 18.327 26.046 39.618 28.097 19.682 Activa GVB 14.163 8.046 12.265 19.522 24.240 27.552 41.228 36.021 35.715 40.408 52.601 Duurzaam & Slim 2.220 14.370 13.020 6.920 5.320 900 900 900 900 900 900 Onderzoek, studie en Samenwerking 8.154 8.176 8.431 8.431 8.294 8.294 8.294 8.294 8.294 8.294 8.294 Additionele vrije ruimte 25.679 87.243 56.041 56.579 45.930 56.141 55.313 Apparaatskosten 8.005 8.651 8.544 8.464 8.445 8.445 8.445 8.445 8.445 8.445 8.445 Totale Lasten Programma V&V 557.317 512.509 404.022 427.587 373.823 415.955 392.812 392.862 392.862 392.862 392.812 Overhead incl.rentelasten en res.bestemming 10.455 8.667 9.961 9.886 9.791 9.727 9.723 9.619 9.564 9.510 9.506 Totale Lasten Overhead + rentelasten 10.455 8.667 9.961 9.886 9.791 9.727 9.723 9.619 9.564 9.510 9.506 Exploitatiesaldo (Baten - Lasten) -116.273 -84.522 -2.901 -843 22.043 -23.153 -60 -60 -60 -60 -60 BDU Saldo 91.224 6.702 3.800 2.957 25.000 1.847 1.787 1.727 1.667 1.607 1.547

Liquiditeitsaldo 22.777 4.215 1.773 990 23.093 0 0 0 0 0 0

BEGROTING 2020 EN MEERJARENBEELD pagina 43 van 43 1

Investeringsagenda Mobiliteit

Planning:

Programma bijstellen: 1 Maart tot 20 april ‘19 rondgang gemeenten en toepassing prioriteren Hoofdlijnen 1 maart ‘19 1 mei ‘19 20/5/19 06/06/19 13/06/19 9/07/19 programma- prognose ’20-’23 Jaarstukken, 1 mei ‘19 20/5/19 06/06/19 13/06/19 Alleen BURAP BURAP- gaat naar 01programma 9/07/19 begroting ’20-‘23

Definitief programma IA Schrijven 10 juli- 20 aug, eindopmaak begin september Mobiliteit 2020 VASTSTELLEN 25 aug ‘19 2/9/19 12/9/19 19/9/19 15/10/19 IA Mobiliteit en Programma begroting ’20-‘23

De Vervoerregio verlegt de aandacht steeds meer van modaliteit naar mobiliteit. Dat doen we om beter in te kunnen spelen op de grote ruimtelijke ontwikkelingen in onze gemeenten: meer vanuit de behoefte aan bereikbaarheid van een gebied in plaats van apart vanuit ov, weg of fiets. In 2019 bundelen we de aparte investeringsagenda’s tot één samenhangende Investeringsagenda Mobiliteit. Per gemeente presenteren we een helder overzicht van al onze lopende en nieuwe acties, maatregelen en projecten. Hier hoort ook een nieuwe werkwijze en structuur bij: we zorgen voor vaste aanspreekpunten en voegen de losse gesprekken met gemeenten over deelonderwerpen samen. Zo gaan we efficiënter en meer relatiegericht te werk en zijn we makkelijker te vinden voor gemeenten. De Investeringsagenda Mobiliteit is opgesteld voor gemeenten, ambtenaren, raads- en bestuursleden en andere belangstellenden. Besluitvorming vindt plaats in de Regioraad van oktober 2019.

1

2

Investeringsagenda Mobiliteit

Inhoudsopgave

Deel 1. Investeringsagenda Mobiliteit 1.1 Inleiding - Van modaliteit naar mobiliteit: op weg naar één Investeringsagenda Mobiliteit voor de Vervoerregio Amsterdam -Leeswijzer

1.2 Beleidsontwikkelingen - Wat zijn de beleidsopgaven van de Vervoerregio? - Wat betekent dit voor de Investeringsagenda Mobiliteit?

1.3 Overzicht van activiteiten IA Mobiliteit - Investeren in infrastructuur - Werken aan verkeersveiligheid - Samen bouwen aan bereikbaarheid

Deel 2. Programmaoverzicht Investeringsagenda Mobiliteit 2.1 Toelichting bij de programmaoverzichten - Wat staat er in de programmaoverzichten - Hoe verhoudt dit zich tot de programmabegroting? - Welke faseringen hanteren we bij de Vervoerregio

2.2 Uitklapbare kaart Vervoerregio Amsterdam met een selectie van projecten

2.3 Programmaoverzichten

2

3

Deel 1. Investeringsagenda Mobiliteit

1.1 Inleiding

Van modaliteit naar mobiliteit: op weg naar één Investeringsagenda Mobiliteit voor de Vervoerregio Amsterdam Om onze regio aantrekkelijk te houden voor bewoners en bezoekers, investeert de Vervoerregio tot 2030 ruim een miljard euro in de bereikbaarheid en verkeersveiligheid. Tot en met 2018 organiseerden we die investeringen vanuit de aparte investeringsagenda’s weg, openbaar vervoer, fiets en verkeersveiligheid. Met ingang van 2019 bundelen we al onze investeringen in één Investeringsagenda Mobiliteit. De Vervoerregio verlegt de aandacht daarbij steeds meer van modaliteit naar mobiliteit. Dat doen we omdat we zien dat vervoerswijzen zich steeds meer gaan mengen, denk bijvoorbeeld aan het toenemende gebruik van het openbaar vervoer in combinatie met de fiets. Maar we doen dit ook om beter in te kunnen spelen op de grote ruimtelijke ontwikkelingen in onze gemeenten: meer vanuit de behoefte aan bereikbaarheid van een gebied in plaats van apart vanuit ov, weg of fiets.

De Investeringsagenda Mobiliteit is de nadere uitwerking van het Beleidskader Mobiliteit van de Vervoerregio Amsterdam, waarin we ons als doel stellen om de financiële middelen optimaal te benutten. Net als bij de oude investeringsagenda’s tonen we in een jaarlijks programmaoverzicht de projecten en ambities van de Vervoerregio. Dit doen we om te laten zien waar de Vervoerregio in investeert, wanneer dat gebeurt en wat dat oplevert. De Vervoerregio zorgt voor samenhang in de gebieden, tussen de verschillende partijen die betrokken zijn en tussen hun inspanningen en de diverse programma’s. De Investeringsagenda Mobiliteit is dan ook een gezamenlijk product van de Vervoerregio en haar gemeenten. We presenteren dit overzicht samen met de programmabegroting aan de Regioraad, waarbij de begroting vooral de beschikbare budgetten toont en de Investeringsagenda de totale ambitie.

Leeswijzer In het eerste deel van de Investeringsagenda Mobiliteit besteden we aandacht aan het Beleidskader Mobiliteit van de Vervoerregio Amsterdam en een aantal recente ontwikkelingen die van invloed zijn op dit beleid, en daarmee op de investeringen die we in de komende jaren doen. U vindt in dit eerste deel ook een overzicht van belangrijke thema’s waar de Vervoerregio aan werkt of nauw bij betrokken is. Denk daarbij onder andere aan slimme mobiliteit, verkeersveiligheid en uitstootvrij openbaar vervoer. In deel twee van deze Investeringsagenda komen de activiteiten en projecten inclusief de benodigde kasritmes aan bod. We presenteren die zoveel mogelijk in samenhang en gerangschikt per gemeente, zodat handig valt terug te vinden bij welke projecten de Vervoerregio binnen uw gemeente betrokken is.

3

4

De Investeringsagenda Mobiliteit is een jaarlijks bijgesteld programmaoverzicht met daarin de vertaling van ons beleid naar initiatieven, lopende maatregelen en projecten. Het bevat de bijbehorende planning (kasritmes), uitgewerkt tot in detail voor het huidige- en komende begrotingsjaar (2019 en 2020), plus een vooruitblik voor de vijf jaren erna (2021-2026). De Investeringsagenda wordt telkens gelijktijdig met de ontwerpbegroting en vaststelling van de definitieve begroting gepresenteerd. De jaarlijkse dynamiek waarin we van beleid naar een programma met daarin de uit te voeren projecten komen, noemen we ook wel de programmacyclus (fig. 1). Deze loopt samen met de cyclus van Planning & Control. Je kan de programmacyclus zien als de motor die de Investeringsagenda Mobiliteit voor de Vervoerregio Amsterdam draaiende houdt. Dit betekent ook dat alle onderdelen uit deze cyclus, zoals het figuur al toont, sterk met elkaar en met de Investeringsagenda zijn verbonden. Het gaat daarbij telkens om het samen met gemeenten in beeld brengen van opgaven en initiatieven (‘ophalen’), de volgorde in prioriteit aanbrengen (‘prioriteren’) en de uitkomsten daarvan confronteren met het beschikbare budget (‘programmeren’). Ieder jaar brengen we de voortgang van het programma in beeld (‘monitoren’) en laten we zien hoe dit bijdraagt aan onze beleidsdoelen. Op basis van deze monitor kan het programma worden aangepast (‘bijstellen’), waarna de cyclus opnieuw begint.

Figuur 1: Programmacyclus

4

5

1.2 Beleidsontwikkelingen

In de komende periode nemen de bevolkingsomvang, het aantal banen en het aantal bezoekers en toeristen in het gebied van de Vervoerregio Amsterdam naar verwachting fors toe. Dat zorgt voor meer bewegingen: meer fietsen, openbaar vervoer, auto’s en goederenvervoer. Deze ontwikkelingen plaatsen ons voor vraagstukken op het gebied van bereikbaarheid, leefkwaliteit en duurzaamheid. Het vraagt om meer fundamentele afwegingen en keuzen om onze beschikbare middelen op een efficiënte en effectieve manier in te zetten. Om deze afwegingen goed te kunnen maken heeft de Regioraad op 16 oktober 2018 het Beleidskader Mobiliteit vastgesteld.

Vijf strategische opgaven In het Beleidskader kiest de Vervoerregio voor een andere benadering van de mobiliteitsvraagstukken; het gaat niet langer slechts om uitbreiding van infrastructuur of het bieden van meer openbaar vervoer, maar ook om soepel overstappen, een veilige en prettige reis en een goede leefomgeving. We zien vijf belangrijke strategische opgaven:

• Van modaliteit naar mobiliteit

• Naar een CO2-neutraal mobiliteitssysteem

• Veilig en prettig van deur tot deur

• Mobiliteit en omgeving passen bij elkaar

• Nabijheid van dagelijkse activiteiten

Deze opgaven zijn op 29 januari jl. tijdens een aparte bijeenkomst in de Hortus Botanicus met regioraadsleden besproken. Per strategische opgave is een aantal denkrichtingen benoemd die de Vervoerregio verder gaat onderzoeken.

Kompas voor investeringen De vertaling van deze vijf opgaven in activiteiten, projecten en maatregelen vindt in de komende jaren plaats en die krijgen allemaal hun plek in de Investeringsagenda Mobiliteit. We gebruiken het Beleidskader Mobiliteit daarbij niet als blauwdruk, wel als kompas: het geeft richting aan onze huidige en toekomstige activiteiten en investeringen. We blijven dus investeren in een goede bereikbaarheid, en respecteren daarbij de afspraken met onze partners over de lopende projecten. Met deze nieuwe koers houden we de regio Amsterdam economisch sterk en aantrekkelijk voor haar inwoners en bezoekers. In de volgende hoofdstukken ziet u hoe we dat doen.

5

6

Vijf strategische opgaven Vervoerregio Amsterdam

1. Van modaliteit naar mobiliteit Er ontstaan steeds meer mogelijkheden om je reis met verschillende vervoerswijzen samen te stellen. Zo speelt de fiets een steeds grotere rol in het mobiliteitssysteem, zowel zelfstandig als in combinatie met het openbaar vervoerssysteem. Nieuwe deelsystemen veroveren de markt en daarbij maken we steeds vaker gebruik van de mogelijkheden van slimme, technische oplossingen. Een goed openbaar vervoernetwerk is daarbij erg belangrijk. De Vervoerregio Amsterdam verlegt haar aandacht van het verhogen van de rijsnelheid naar het vergroten van de flexibiliteit van het openbaar vervoer, met comfortabele overstappunten aan de rand van de stad/regio. Vanaf die knooppunten zet de vervoerregio in op goede (snel)fietsroutes en openbaar vervoer verbindingen.

2. Naar een CO2-neutraal mobiliteitssysteem We zorgen ervoor dat onze openbaar vervoerconcessies in 2030 helemaal CO2-neutraal zijn. Dat vereist in de komende jaren een flink aantal voorinvesteringen, bijvoorbeeld in laadinfrastructuur. Voor de rest van het verkeer- en vervoerssysteem luidt de ambitie om in 2050 CO2-neutraal te zijn. Daarom is duurzaamheid altijd een beoordelingscriterium bij investeringsbeslissingen.

3. Veilig en prettig van deur tot deur We investeren in het verkeersveiliger maken van onze wegen, fietspaden en kruispunten en werken samen met gemeenten aan verkeersveilig gedrag en de handhaving daarvan. Daar komen nieuwe aandachtspunten bij: we willen dat reizigers makkelijk toegang hebben tot het verkeer- en vervoerssysteem en hun reis op een prettige manier beleven.

4. Mobiliteit en omgeving passen bij elkaar De Vervoerregio bestaat uit verschillende type gebieden, en elk gebied vraagt om een ander type maatregelen. Zo krijgen voetgangers, fietsers en het openbaar vervoer in het centrum-stedelijk gebied meer ruimte en het autoverkeer minder (autoluwe binnenstad). Dat geldt niet voor de gebieden daarbuiten.

5. Nabijheid van dagelijkse activiteiten Als herkomst en bestemming dichter bij elkaar liggen, zorgt dat voor een efficiënter mobiliteitssysteem. Dat betekent dat gebiedsontwikkelingen en mobiliteit goed op elkaar afgestemd moeten worden, waarbij parkeerbeleid, prettige fiets- en looproutes naar ov-knooppunten belangrijk zijn, maar het ook gaat om het realiseren van hoge dichtheden op knooppunten.

6

7

1.3 Overzicht van activiteiten

De Vervoerregio Amsterdam heeft de ambitie om de best bereikbare regio van Nederland te worden. Om dit doel te bereiken ondernemen we tal van activiteiten: we geven ov-concessies uit en investeren in infrastructuur. We zorgen voor het kunnen combineren van vervoerwijzen, de toepassing van nieuwe en slimme technieken en het verduurzamen van vervoer. Daarnaast kan verandering van reizigersgedrag bijdragen aan het bereiken van onze doelen. Hier kunnen we op sturen met campagnes, prijsprikkels of bijvoorbeeld door het prettiger maken van de beleving van de hele reis. Tenslotte wordt het beheer & onderhoud van infrastructuur en andere voorzieningen een steeds belangrijkere opgave, en biedt tegelijk kansen om strategische doelen te bereiken.

In dit hoofdstuk laten we de belangrijkste activiteiten zien die onderdeel zijn van de Investeringsagenda. Onze ambitie is om ook de andere activiteiten samen te brengen in de eerstvolgende agenda van 2020.

Investeren in een snel, veilig en betrouwbaar verkeer & vervoer netwerk Met de Investeringsagenda Mobiliteit zetten we de projecten en maatregelen uit de oude Investeringsagenda’s Weg, OV, Fiets en Verkeersveiligheid voort. Door middel van investeringen in de infrastructuur werken we aan een verbetering van de doorstroming van het OV, hoogwaardige fietsroutes en voldoende fietsenstallingen bij knooppunten. Tevens zetten we in op het verkeersveilig inrichten van de straten (Duurzaam Veilig) en verhelpen van knelpunten in het wegennet. Dit wordt gedaan door meer samenhang te creëren in opgaven. Een voorbeeld is de aanleg van een busbaan met snelfietsroute tussen Uithoorn en het knooppunt Schiphol Zuid, waarbij tegelijk de verkeersveiligheid bij oversteken wordt aangepakt.

Werken aan verkeersveiligheid De gewenste afname van het aantal verkeersdoden stagneert. Dit aantal ligt in de vervoerregio al jaren rond de 30 per jaar. Het aantal ernstige verkeersgewonden fluctueert en laat de laatste tijd helaas weer een toename zien. Daarbij vallen de meeste ernstig gewonden onder de categorie fietsers en gemotoriseerde tweewielers. Blijvende aandacht voor verkeersveiligheid is nodig. We streven naar een reductie van het aantal verkeersdoden en ernstig verkeersgewonden van 25% in 2020 t.o.v. 2010. Dit wordt aangevuld met een strategie op langere termijn om ernstig verkeersslachtoffers te voorkomen. Het vergroten van de verkeersveiligheid kan onder meer door het verbeteren van de infrastructuur en door verkeerseducatie en gedragsbeïnvloeding. Zo helpen we bij het organiseren van campagnes zoals ‘de scholen zijn weer begonnen’, ‘ik val op’ en de BOB-campagne. Bij deze maatregelen heeft de Vervoerregio een rol als financier en regisseur.

Samen Bouwen aan Bereikbaarheid In het programma ‘Samen Bouwen aan Bereikbaarheid’ werken overheden en andere organisaties in de Metropoolregio Amsterdam samen met het Rijk aan de bereikbaarheid van de Metropool tegen de achtergrond van de verdere groei met ruim 250.000 woningen tot 2040. Dit programma is tweeledig: met de deelprogramma’s ‘Stedelijke Bereikbaarheid’ en ‘Slimme en Duurzame Mobiliteit’ worden korte termijnmaatregelen getroffen zoals het verbeteren van toe- en afritten, een fietsaanpak op Schiphol, slimme logistiek en de samenwerking met werkgevers. Tegelijk worden de opgaven waar we op de langere termijn voor staan samen in beeld gebracht, zoals met het toekomstbeeld voor het openbaar vervoer. In omvangrijke MIRT-studies is aandacht voor de bereikbaarheid op corridors zoals Amsterdam-Hoorn of die tussen Schiphol en Amsterdam-Zuid. Alle maatregelen uit deze programma’s vinden hun weg in de Investeringsagenda Mobiliteit.

7

8

DEEL 2. Programmaoverzicht Investeringsagenda Mobiliteit 2.1 Toelichting programmaoverzichten Dit hoofdstuk toont het volledige programma van de Investeringsagenda Mobiliteit, gerangschikt naar gemeente en met een aantal grote, grensoverschrijdende projecten uitgelicht. Het bevat de bijbehorende planning (kasritmes) uitgewerkt tot in detail voor het huidige- en komende begrotingsjaar (2019-2020) en een vooruitblik voor de jaren erna (2021-2026). In het programmaoverzicht staan alle mobiliteitsprojecten waaraan de Vervoerregio bijdraagt of het voornemen heeft om aan bij te dragen. Deze agenda is een gezamenlijk product van de Vervoerregio en de gemeenten. De Investeringsagenda presenteert daarmee de totale ambitie, waarbij de begroting (link) vooral de beschikbare budgetten presenteert.

De totale omvang van deze ambitie laat zien dat de Vervoerregio onvoldoende budgetruimte heeft om dit alles in de komende jaren uit te voeren. We moeten dus keuzes gaan maken. Het kan er ook toe leiden dat we sommige opgaven later in de tijd moeten uitvoeren. Het toepassen van een prioriteringsmethodiek helpt hierbij. Samen met de partners kijken we intussen ook naar mogelijkheden tot het verkrijgen van extra budgetten of het aangaan van een overeenkomst met het rijk om bijdragen eerder te laten uit te keren of later af te kunnen lossen. Om ervoor te zorgen dat er op een adequate manier wordt omgegaan met de beschikbare middelen, treedt de Vervoerregio, waar nodig, in gesprek met de deelnemende gemeenten.

Fasering opgaven Investeringsagenda Mobiliteit Het programma dat nu er nu ligt bevat projecten en maatregelen in allerlei verschillende fasen. Dat houdt in dat sommige projecten nog gestart moeten worden (‘initiatief’), terwijl anderen al in uitvoering zijn (‘realisatie’). Des te vroeger een project in deze fasering zit, des te zachter ook de bedragen zijn die worden genoemd. In het programmaoverzicht staat vermeld in welke fase het project zich bevindt. In figuur 2 staan de faseringen die bij de Vervoerregio worden gehanteerd voor projecten.

Figuur 2. Fasering projecten

8

9

2.2 Uitklapbare kaart Vervoerregio Amsterdam met een selectie van projecten

2.3 Programmaoverzicht Investeringsagenda Mobiliteit

Het programmaoverzicht IA Mobiliteit geeft een totaaloverzicht van lopende projecten en nieuwe ambitie voor de komende jaren weer. Dat overzicht toont slechts een beperkt deel van het lopende kalenderjaar 2019: projecten die vóór de beoogde vaststelling (Regioraad, oktober 2019) al zijn gerealiseerd, verdwijnen immers van dit overzicht. Het gaat om verschillende typen projecten met een financiële omvang van circa € 8,9 miljoen* aan bijdragen vanuit de Vervoerregio. De volgende projecten zijn dit jaar al opgeleverd:

• Herinrichting Rigastraat in Wormerland • Amstelstation in Amsterdam • Fietspad De Slinger in Ouder-Amstel • Herinrichting Frederiksplein in Amsterdam • Verbreding N244 in Purmerend • Busstation- & Fietsenstalling metrostation Noord in Amsterdam • Fietsstraat Boterdijk in Uithoorn • Herinrichting Eilandenboulevard in Amsterdam

*Dit is de stand per 15 mei 2019. In de definitieve versie van de Investeringsagenda Mobiliteit die in oktober aan de Regioraad ter vaststelling wordt voorgelegd, wordt een stand per 1 september ingevoegd.

9

Investeringsagenda Mobiliteit 14-05-2019 Indicatie kasritme van BDU bijdrage (onder voorbehoud budget beschikbaarheid) Groen: bedragen opgenomen in tabel 'Corridors en knooppunten' Projectfase Projectnaam 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 Projectcode Corridors en knooppunten Realisatie Amsteltram *zie aparte begrotingspost Realisatie Vervanging brug over de Amstel in de N522 € 2.925.000 € 2.925.000 300026 Realisatie Zuid-AsDok- OV terminal (v/h 30510002) € 3.560.715 € 9.300.000 € 15.000.000 € 24.700.000 € 19.900.000 € 20.000.000 € 2.646.000 € 7.176.000 € 671.000 300197 Realisatie HOV Schiph Rijk - Schiph Oost nrd deelpr 3 busbaan € 9.262.184 300237 Realisatie HOV Aalsmeer/Schiphol-Zuid (Fiets+ OV) € 3.000.000 € 4.500.000 € 18.400.000 € 2.000.000 300583 Realisatie Busbaan Amsterdam - Almere Fase A9 € 5.568.247 300272 Planuitwerking HOV Westtangent € 19.100.000 € 9.700.000 300286 Planuitwerking Duinpolderweg (N206-A4) € 500.000 € 500.000 € 5.000.000 € 7.482.000 € 7.500.000 € 7.500.000 € 7.500.000 300226 Planuitwerking HOV Westtangent planuitwerking Ringvaartbrug € 1.982.810 € 3.600.000 300504 Planuitwerking HOV Schiphol Rijk - Schiphol Oost zd deel (SOOMR) € 132.348 € 3.800.000 € 4.500.000 300206 Planuitwerking HOV Legmeerdijk € 30.000 € 4.270.000 300054 Planuitwerking Greenport OLV € 800.000 € 800.000 300305 Planuitwerking AVANT € 750.000 € 750.000 € 10.000.000 € 25.000.000 € 12.400.000 300608 Planuitwerking Bereikbaarheid waterland € 3.000.000 € 6.000.000 € 8.000.000 € 4.000.000 € 4.000.000 € 3.696.960 300228 Planuitwerking N201 West € 2.576.514 300306 Planuitwerking Kruispunt N515 / Zuiderweg € 3.500.000 300246 Planuitwerking Fietspaden Markermeerdijk tussen Hoorn en Amsterdam € 1.501.822 300506 Planstudie HOV corridor Noordwijk-Voorhout-Sassenheim-Schiph. € 2.900.000 € 2.900.000 300031 Planstudie KANS (Knooppunt A10 N247 S116) € 5.608.333 € 5.833.333 € 5.833.334 300298 Planstudie Capaciteitsuitbreiding N201 - A9 Zuid € 2.000.000 € 3.000.000 300355 Planstudie Viaduct A9 Oude Haagseweg € 8.000.000 € 10.000.000 300287 Planstudie Doorstroming N231 Legmeerdijk Zuid € 450.000 € 4.550.000 300030 Planstudie Verbinding A8-A9 Planstudie Fase 1 € 500.000 € 500.000 € 500.000 € 10.000.000 € 10.000.000 € 10.000.000 300003 Planstudie HOV IJburg-Bijlmer/Weesp € 2.000.000 € 4.000.000 € 4.000.000 300013 Planstudie HOV Oostflank verkenning en planstudiekosten 500.000 900.000 835.533 300460 Planstudie Oosttangent € 750.000 € 1.250.000 € 500.000 300325 Planstudie SAA Busbanen/HOV Almere-A`dam (v/h 30520046) € 1.090.000 € 256.343 300270 Verkenning Verkenning Guisweg € 18.250.000 € 18.250.000 € 18.250.000 € 18.250.000 300303 Verkenning MIRTverkenning Multimodale knoop Schiphol € 5.000.000 € 15.000.000 € 15.000.000 € 15.000.000 300027 Verkenning Capaciteitsuitbreiding N201 - A9 (Beneluxbaan-Van der Hooplaan) € 10.000.000 € 10.000.000 300354

Campagnes en verkeerseducatie Realisatie Campagnes verkeersveiligheid € 850.000 € 850.000 € 850.000 € 850.000 € 850.000 € 850.000 € 850.000 € 850.000 € 850.000 Realisatie Verkeerseducatie € 2.550.000 € 2.550.000 € 2.550.000 € 2.550.000 € 2.550.000 € 2.550.000 € 2.550.000 € 2.550.000 € 2.550.000

Samen bouwen aan bereikbaarheid Initiatief S&DM - Multimodale gebiedsaanpak Groot-Schiphol, icl fietsaanpak € 1.000.000 € 1.000.000 Initiatief S&DM - Werkgeversaanpak Breikers € 1.200.000 € 1.200.000 Initiatief S&DM - Bus op de vluchtstrook A4 € 650.000

Gemeenten Aalsmeer Realisatie Verkeersveiligheidsmaatregelen Aalsmeer 2018 € 198.592 300576 Realisatie Molenvlietweg € 667.058 300032 Realisatie HOV Aalsmeer/Schiphol-Zuid (Fiets+ OV) 300583 Planuitwerking HOV Legmeerdijk 300054 Planuitwerking Greenport OLV 300305 Planuitwerking Fietspad Burgemeester Hoffscholteweg (Noordvork) € 157.233 300081 initiatief Fietsvoorzieningen Hornmeer € 50.000 initiatief Fietspaden Molenvlietweg - Zwarteweg € 350.000 initiatief Reconstructie Van Cleeffkade-Stationsweg (plus initiatief) € 350.000 initiatief Reconstructie Machineweg, inclusief rotonde Middenweg € 500.000 € 500.000 € 500.000 initiatief Proosdijhal omgeving € 50.000 initiatief Reconstructie Spoorlaan € 50.000 initiatief Regionale aansluiting Middenweg € 1.000.000 € 1.000.000 initiatief Verbreding N231 Zuid (Legmeerdijk) € 1.000.000 initiatief Capaciteitsuitbreiding N231 Noord(Bosrandweg) € 1.000.000 initiatief Verbeteren fietsroutes € 500.000 € 500.000 initiatief Verkeersveiligheidsmaatregelen Bilderdammerweg - Ambachtsheerweg € 200.000 initiatief Kleine verkeersveiligheidsmaatregelen € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 initiatief Fietspad Nieuwe Aalsmeerderlaan € 157.223 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Amstelveen Realisatie Reconstructie keizer Karelplein, o.a. verbeteren verkeersveiligheid € 280.000 € 280.000 Realisatie Rotonde Keizer Karelweg-Lindenlaan-Kastanjelaan € 350.000 300580 Realisatie Fietsparkeren Busstation Amstelveen + Rnet haltes € 150.000 Realisatie Knoop Ouderkerkerlaan Amstelveen € 3.500.000 € 3.587.500 300413 Planstudie Capaciteitsuitbreiding N201 - A9 Zuid 300355 Verkenning Capaciteitsuitbreiding N201 - A9 (Beneluxbaan-Van der Hooplaan) 300354 Realisatie 3 ongelijkvloerse kruisingen; Beneluxbaan- Sportlaan, Beneluxbaan- initiatief Rembrandtweg, Beneluxbaan-Zonnestein (aandeel fiets) € 3.000.000 initiatief Fietspad tussen Savornin Lohmanlaan en Kazernepad € 70.000 initiatief Realisatie Nieuw Fietspad op Dek A9 tussen Kazernepad en Amsterdamseweg € 210.000 initiatief Realisatie Fietsbrug Stadshart over A9-afrittencomplex € 500.000 initiatief Realisatie Fietsbrug Bovenlandpad € 200.000 initiatief Studie Verbeteringen Zwartepad (Kalfjeslaan-Zetterij) € 25.000 initiatief Fietspad Oranjebaan - gesloten verharding € 200.000 initiatief Rembrandtweg fietsstraten zuidelijk deel € 200.000 initiatief Verlichting Burgemeester Colijnweg € 100.000 initiatief Optimalisaties Kazernepad/ Museumspoorlijn € 700.000 € 700.000 Realisatie ontbrekende schakel tussen Keizer Karelweg en Kazernepad thv `t Huis aan initiatief de Poel € 210.000 initiatief Fietsstraat Noorddammerweg (J.C. van Hattumweg-Asserring zuid) € 150.000 initiatief Aanleg rotonde Laan Nieuwer-Amstel-Burgermeester A.Colijnweg € 300.000 initiatief Aanpassen kruispunten Groenenlaan met Kringloop en in de Wolken € 200.000 initiatief Fietsstroken 50 km-wegen 1e fase € 100.000 initiatief Fietsstroken 50 km-wegen 2e fase € 100.000 initiatief Kleine verkeersveiligheidsmaatregelen € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 initiatief Modernisering busstation Amstelveen € 1.000.000 € 1.000.000 initiatief C-ITS Amstelveen (iVRI's) € 50.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 initiatief Fietspad de Handweg € 200.000 initiatief Fietsstraat ventweg van Keizer Karelweg € 150.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Beemster Initiatief Fietspakreren bij haltes Purmerenderweg en De Buurt € 25.000 Initiatief Zuidoostbeemster: Purmerenderweg (Beemsterbrug-Kwadijkerlaan) € 200.000 € 350.000 € 350.000 Initiatief Middenweg Noord-Zuid € 75.000 € 75.000 Initiatief Rijperweg € 50.000 Initiatief Toegankelijke haltes Zuidoostbeemster € 100.000 Initiatief Kleine Verkeersveiligheidsmaatregelen Beemster € 10.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 € 20.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Diemen Planuitwerking Spoorpassage Diemen € 650.000 € 3.500.000 € 4.000.000 € 4.000.000 300049 initiatief Fietsenstallingen haltes tram 9 € 20,000 initiatief Sociale Veiligheid omgeving Waterhoenpad/Zwanenpad, w.o. Tunnels € 70.000 Initiatief Wilhelminaplantsoen, Prinses Beatrixlaan, Prins Bernhardlaan € 100,000 initiatief Herinrichting Vogelweide € 20,000 initiatief Herinrichting Scheepskwartier € 20,000 initiatief Herinrichting Vlindertuin € 20,000 initiatief Aanpassing oversteek Provincialeweg € 80,000 initiatief Maatregelen schoolomgevingen Noorderbreedte € 10,000 Initiatief Burgemeester Bickerstraat € 60,000 initiatief Viaduct Goederenboog-Ouddiemerlaan € 20,000 initiatief Langs spoorlijn: fietspad + brug tussen Weesperstraat en Muiderstraatweg € 20,000 initiatief Station Diemen-Zuid (metro, voetgangersburg, lift entree) € 850.000 initiatief Verbetering fietsroute Kruidenhof € 50.000 € - € - initiatief Sociale Veiligheid Fietstunnels € 60.000 Openstelling busbaan Diemen-Zuid (herinrichting en rotonde bij kruispunt initiatief (Beukenhorst/Boven Rijkersloot € 400,000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Edam-Volendam Planuitwerking Derde Ontsluitingsweg Edam-Volendam € 2.500.000 € 2.500.000 300028 Planuitwerking Herinrichting Keetzijde Edam € 166.723 300612 Planuitwerking Herinrichting Bootslot Volendam € 212.227 300613 Initiatief Extra Fietsparkeren Busstation Edam (thv Singelweg) € 50.000 Initiatief Kleine verkeersveiligheidsmaatregelen € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 Initiatief Julianaweg € 350.000 € 350.000 Initiatief P+R bij busstation Edam € 475.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Haarlemmermeer Realisatie Station Nieuw-Vennep Realisatie Verbreding en verlichting fietspad Buitenkaagpad € 151.421 300573 Realisatie Infrastructuurmaatregelen Haarlemmermeer vervoerpl € 623.480 300458 Realisatie Vervanging DRIS-Panelen Connexxion, Haarlemmermeer € 70.301 300491 Realisatie Plaatsen van 4 iVRI's Haarlemmermeer € 38.849 300611 Planuitwerking Duinpolderweg (N206-A4) 300226 Planuitwerking Snelfietsroute Haarlemmermeer fase 1 € 2.388.677 € 796.226 300521 Planuitwerking Perenlaantje, fietsroute Venneperhout-Olmenhorst € 432.058 300068 Planuitwerking HOV Aalsmeer/Schiphol-Zuid (Fiets+ OV) 300583 Planuitwerking Sloterbrug € 2.396.437 € 798.812 300071 Planuitwerking HOV corridor Noordwijk-Voorhout-Sassenheim-Schiph. 300031 Planuitwerking HOV Westtangent Oude Haagseweg en A9 300286/ 300287 Planuitwerking HOV Schiphol Rijk - Schiphol Oost zd deel (SOOMR) 300206 initiatief Vaste oeververbinding Lisserbroek € 1.500.000 initiatief Fanny Blankers Koenlaan € 300.000 initiatief P+R Nieuw-Vennep en Halfweg € 100.000 € 100.000 initiatief Kruiswegcorridor 300547 initiatief Fietspad Schiphl Trade Park € 1.000.000 initiatief Fietsonstluiting De Liede € 100.000 initiatief Verbeteren verkeersveiligheid kruising Venniperweg-Oosterdreef € 250.000 initiatief Verkeersveiligheid kruispunt Beechavenue-Aalsmeerderweg € 100.000 initiatief Duurzaam Veilig herinrichten Haarlemmermeer € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 initiatief Hillegommerdijk ten noorden an Lisserbroek € 30.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Landsmeer Realisatie Fietspad Sportpark € 194.056 300550 Realisatie Div. verkeersveiligheidsmaatregelen Landsmeer 2018 € 147.089 300579 Initiatief Fietspad Lint: Lange Jap-Purmerend € 100.000 € 100.000 Initiatief Aanpak kruising Ijdoornlaan - Zuideinde € 300.000 Initiatief Wijziging Halteconfiguratie Halte Van Beekstraat Landsmeer € 50.000 Initiatief Kleine verkeersveiligheidsmaatregelen Landsmeer € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Oostzaan Realisatie Herinrichting Zuideinde, Oostzaan € 237.906 300489 Initiatief Kerkstraat (Wateringbrug-Burgemeester Swartstraat) € 400.000 € 400.000 Initiatief Kleine verkeersveiligheidsmaatregelen Oostzaan € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 € 10.000 Initiatief Noordeinde - De Haal € 400.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid Ouder-Amstel Realisatie Vervanging brug over de Amstel in de N522 300026 Realisatie Herinrichting Zonnenhof Duivendrecht € 119.348 300605 Realisatie Fietspad De Slinger € 462.413 300624 initiatief Fietspaden Rijksstraatweg € 250.000 initiatief Herinrichten Koninginnebuurt € 30.000 € 30.000 initiatief Diverse kleine verkeersveiligheidsmaatregelen Ouder-Amstel € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 initiatief Aanpak stationsomgeving van der Madeweg € 60.000 initiatief Aanpak Stationsomgeving Duivendrecht € 100.000 € 100.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Purmerend Realisatie Wagenweg 30 km/uur - fietspaden Hoornselaan € 151.321 Initiatief Ongelijkvloerse spoorkruising Overwhere € 5.000.000 € 5.000.000 € 5.000.000 Initiatief Verkeersplan Purmerend onderliggend wegennet € 1.625.000 € 1.625.000 € 1.625.000 € 1.625.000 Initiatief Studie verkeersplan onderliggend wegennet € 50.000 Initiatief Kruising Wagenweg - Hoornselaan € 300.000 € 300.000 Initiatief Kanaaldijk (melkwegbrug-sluisbrug) ontwikkeling Kop West € 100.000 Initiatief Fietsvoorzieningen OV haltes Initiatief Kleine verkeersveiligheidsmaatregelen (Schoolzones, Duurzaam Veilig) € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 Initiatief Fietsnetwerkmaatregelen Purmerend (o.a. Gorslaan, Oudlaan) € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 Initiatief Duurzaam Veilig herinrichten Overwhere fase: 1 € 50.000 Initiatief Duurzaam Veilig herinrichten 30 km zones Overwhere € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 Initiatief Herinrichten Ijsendijkstraat € 100.000 Initiatief Optimaliseren haltes Gedempte Where en fietsmaatregelen € 500.000 Initiatief Verkeerstructuur Baanstee-Noord € 475.000 € 475.000 Initiatief Herinrichting Meteorenweg € 300.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Waterland Initiatief Broekmeerdijk € 300.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Wormerland Realisatie Halte Noordweg, Wormerland € 44.935 300625 Initiatief Optimalisatie bushalte (Wormerland) € 76.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Uithoorn Realisatie Amsteltram Planuitwerking HOV Aalsmeer/Schiphol-Zuid (Fiets+ OV) 300583 initiatief Fietsstraat Vuurlijn- Oost € 300.000 initiatief Voltooing Fietsstraat Vuurlijn-West € 100.000 initiatief Transformatie Dorpshart € 350.000 Initiatief Diverse kleine verkeersveiligheidsmaatregelen Uithoorn € 75.000 € 75.000 € 75.000 € 75.000 € 75.000 € 75.000 € 75.000 € 75.000 € 75.000 initiatief Uitbreiden fietsparkeren Busstation € 75.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Zaanstad Realisatie Fietsverbinding de Buiging Gemeente Zaanstad € 1.561.414 € 620.000 € 476.000 € 1.628.270 300004 Realisatie 30 km maatregelen Rosmolen € 345.707 300139 Realisatie Halte Zaanse Schans € 71.311 300623 Realisatie Station Zaandam West € 896.906 300123 Realisatie Fietspaden en rotondes De Binding € 716.843 300546 Realisatie I-VRI's € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 € 25.000 300594 Planuitwerking Fietsbrug Zijkanaal H € 1.121.402 € 1.121.403 300094 Planuitwerking Fietsenstalling Zaandam Oostzijde € 868.240 € 868.240 300124 Planuitwerking Programma HOV ZaanIJtangent € 200.000 € 91.371 300239 Planstudie NoorderIJ-Zeedijk Verkenningbudget € 52.100 300248 Verkenning Verkenning Guisweg € 200.000 € 100.000 € 18.250.000 € 18.250.000 € 18.250.000 € 18.250.000 300303 Initiatief Kleine verkeersveiligheidsmaatregelen Zaanstad € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 Initiatief De Weer € 86.250 Initiatief Ontsluiting Achtersluispolder (Zaanstad) € 20.000 Initiatief Fietsstraat Wibautstraat € 250.000 Initiatief Fietspad Afvalzorg € 300.000 Initiatief Verkeersveilige Fietsinfrastructuur Hoogtij 2 € 100.000 Initiatief Fietsenstalling halte Zaanse Schans € 25.000 Initiatief 30 km maatregelen Boendermaker € 150.000 Initiatief Optimalisaties Fietsroutes Noorder IJ-en Zeedijk € 100.000 Initiatief Fietstelpaal Hempontroute € 10.000 Initiatief Station Krommenie-Assendelft € 50.000 Initiatief Fietspad Haansloot € 700.000 Verkeerseducatie Campagnes verkeersveiligheid

Amsterdam Verkeersveiligheid Realisatie Campagnes (verkeersveiligheid) Realisatie Verkeerseducatie Realisatie Duurzaam veilig herinrichten € 750.000 € 750.000 € 750.000 € 750.000 € 750.000 € 750.000 € 750.000 € 750.000 € 750.000 Realisatie Schoolzones € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 Realisatie Black spots € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 € 100.000 Corridor Realisatie Herinrichting Eerste Oosterparkstraat tussen Oostp € 117.565 300508 Realisatie Sprong over het IJ - Sixhaven - Bijdrage aan EK € 1.500.000 300523 Realisatie Rode Loper: Vijzelstraat € 144.513 € 48.171 300384 Realisatie Amstelveense ts Zeilstraat en Stadionweg € 4.403.253 € 1.373.604 300387 Realisatie Routewijziging lijn 7 € 965.000 300416 Planuitwerking Op- en afrit station Noorderpark € 200.000 € 4.800.000 300592 Planuitwerking Herinrichting Nieuwezijds Voorburgwal Zuid € 2.234.443 300643 Planuitwerking Sprong over het IJ: Metrostation Sixhaven € 3.500.000 € 5.000.000 € 5.000.000 300523 Planuitwerking Sprong over het IJ: Langzaamverkeersbrug NoordHollandschkanaal € 2.000.000 € 2.000.000 300486 Planuitwerking Sprong over het IJ: Zuidelijke aanlanding IJpleinveer € 4.000.000 € 2.000.000 300485 Planuitwerking Ring Oud Zuid fase 5 € 1.500.000 € 1.500.000 300011 Planuitwerking HOV Westtangent 300286 Planuitwerking Ijtram 1e fase optimalisatie € 8.120.000 € 480.000 300040 Planuitwerking Opwaarderen tramlijnen West-CS (v/h 30520085) € 83.974 300213 Planuitwerking Oost - West as Diemen € 4.987.685 € 5.450.000 € 5.361.871 300268 Planuitwerking Raadhuisstraat/Rozengracht € 1.000.000 € 2.306.150 € 3.306.150 300218 Planuitwerking Heemstedestraat € 500.000 € 1.000.000 € 3.100.000 € 3.100.000 300222 Planuitwerking Herprofilering Haarlemmerweg / N200 inclusief fietsmaatregelen € 1.050.000 € 1.050.000 300299 Planuitwerking Rivierenbuurt € 1.125.000 € 375.000 300317 Planstudie HOV IJburg-Bijlmer/Weesp 300313 Planstudie HOV Oostflank verkenning en planstudiekosten 300460 Planstudie Viaduct A9 Oude Haagseweg 300287 Planstudie Opwaarderen HOV-tram 9 Diemen/CS € 2.000.000 € 4.762.500 300266 Planstudie Hoofdweg - Bos en Lommerweg € 100.000 300225 Planstudie Museumkwartier € 1.600.000 € 700.000 300313 Planstudie Ruit Schinkelbuurt € 3.900.000 € 3.900.000 € 3.900.000 € 3.900.000 € 4.480.000 300315 Planstudie Olympiabuurt € 5.000.000 € 5.000.000 € 5.000.000 € 5.000.000 € 3.680.000 300284 Planstudie Mercatorplein € 1.000.000 € 2.000.000 € 4.000.000 € 4.700.000 € 3.000.000 300319 Planstudie Burgemeester de Vlugtlaan € 800.000 300321 Planstudie Amstel - Science Park € 500.000 300323 Planstudie Oosttangent 300325 Planstudie BINNENRING € 2.000.000 € 8.000.000 € 10.000.000 € 15.000.000 300327 Planstudie IJtram verlenging Strandeiland 1.000.000 5.000.000 9.000.000 5.000.000 5.000.000 300414 Planstudie Sprong over het IJ: Javabrug € 12.500.000 € 12.500.000 € 12.500.000 € 12.500.000 € 12.500.000 € 12.500.000 300519 Planstudie HOV Amsterdamsebrug € 20.000.000 € 20.000.000 € 20.000.000 € 10.000.000 300528 Verkenning Nieuwe A2 Entree € 3.125.000 € 3.125.000 300503 Verkenning Extra rijstrook brug – Haveneiland € 389.000 € 389.000 € 389.000 300554 initiatief Sprong over het IJ: IJplein-Adelaarsweg € 100.000 € 100.000 initiatief Sprong over het IJ: Zuidelijke aanlanding Javabrug € 500.000 initiatief Korte termijn maatregelen fiets Amstelstation / Omval € 100.000 € 100.000 initiatief Korte termijn maatregelen fietsroutes Zuidoost € 200.000 € 400.000 initiatief 1e Constantijn Huygenstraat € 100.000 initiatief Hugo de Grootplein Fietsmaatregelen € 150.000 Initiatief Pieter Calandlaan - De Aker initiatief HOV Schinkelkwartier (multimodaal) Initiatief Admiraal de Ruijterweg Initiatief Beethovenstraat - J M Coenenstraat Initiatief Middenweg - Linneausstraat Initiatief Hoofdweg tussen Surinameplein en Mercatorplein Initiatief Bos en Lommerweg - Haarlemmerplein Initiatief Corridor Amstelveenseweg en De Boelelaan Initiatief Prins Hendrikkade tussen CS en IJtunnel € - Initiatief Extra project lijn 21 € - Gebiedsontwikkeling Realisatie Vooronderz Verpl. Busgarage West naar Westpoort € 30.000 300639 Planstudie Mobiliteitsplan en IJburg € 128.699 € 173.734 300584 Verkenning Optim. doorg fietsroutes Zeeburgereiland en IJburg € 50.000 € 50.000 300563 Verkenning Fietsverb. Sluisbuurt - Oostelijk deel van de Stad € 17.444.000 € 17.444.000 € 17.445.000 300564 Verkenning Verbeteren fietsroute Nesciobrug – Oost € 125.000 € 125.000 300565 Verkenning Fietsroute/-brug bij aansluiting Pampusweg – Maxisweg € 700.000 Verkenning Fietsbrug naast en aanpassing van Heermabrug € 4.055.000 € 4.056.000 € 4.056.000 300568 Aanvullende maatregelen fietsroute Sluisbrug(Verbindingsdam, Van Hengelstraat Verkenning etc.) € 1.000.000 Verkenning Verbeteren toegang hoofdroute Dick Hilleniuspad € 70.000 Initiatief Mobiliteitsplan Zuidoost Initiatief Mobiliteitstudie Noord Initiatief Verkenning HOV Bus Havenstad Knooppunt Realisatie TOF Amsterdam CS variant ZO fase 3 € 25.000 300534 Realisatie Wayfinding van en naar metrostations, V&OR € 68.625 300533 Realisatie Realisatie automatisch toegang- en betaalsysteem € 442.310 300501 Realisatie Blindengeleidenlijnen perron bus- en tramhaltes € 8.750 300404 Realisatie Bushalte Ganzenhoef € 38.307 300470 Realisatie De Entree-herinrichting Stationsplein CS en Prins € 3.500.000 € 3.200.000 € 1.700.000 € 500.000 € 339.275 300020 Realisatie De Entree - Hoofdcontract € 3.751.930 € 16.307.710 € 15.629.168 € 5.303.994 € 1.149.989 300439 Realisatie Zuid-AsDok- OV terminal (v/h 30510002) 300197 Realisatie Dynamisch Fietsparkeerverwijssysteem Amsterdam € 41.936 300473 Realisatie Verbetering bus- en tramhaltes Strawinskylaan € 669.889 300051 Realisatie Kwaliteitsslag Amstelstation - Hoofdcontract € 2.432.100 € 300.000 300441 Realisatie Maaiveld station Lelylaan-Schipluidenlaan-Delfland € 202.720 300381 Realisatie Herinrichting stationsplein Holendrecht € 338.016 € 112.673 300097 Realisatie Kwaliteitsslag station RAI € 1.960.000 € 237.207 300067 Planuitwerking Totale Fietsparkeeropgave Amsterdam CS € 760.000 € 1.000.010 € 2.500.000 € 2.500.000 € 2.500.000 € 2.300.000 300022 Planuitwerking Kwaliteitsslag Amstelstation en omgeving € 1.804.298 € 200.478 300007 Planuitwerking Fietsenstalling NS Station Sloterdijk € 1.400.000 € 700.000 300058 Planuitwerking Wayfinding MET Amsterdam, fase 2 € 5.000.000 300518 Initiatief Overloopwissel Rai/Zuidasdok € 1.000.000 initiatief Living Lab Flexfietsen Zuidas € 50.000 initiatief Herinrichting Zuidplein € 950.000 initiatief Amstel-Westzijde € 50.000 € 100.000 € 2.500.000 € 2.500.000 initiatief Fietsenstalling Station Lelylaan € 225.000 € 200.000 € 1.500.000 € 1.500.000 Initiatief Aanpak Station Sloterdijk € 100.000 € 2.000.000 € 2.000.000 Initiatief OV-chipkaart poorten metrostation Sloterdijk € 75.000 € 1.500.000 € 1.500.000 Initiatief Verbeteren opgang Metrostation Bijlmer € 50.000 € 1.000.000 € 1.000.000 initiatief Fietsenstalling Station Bijlmer Arena € 750.000 € 750.000 initiatief Fietsenstalling Muiderpoort € 50.000 € 200.000 € 1.750.000 € 1.750.000 initiatief Fietsenstalling Ijboulevard € 3.000.000 € 3.000.000 Initiatief Aanpassen binnensporen metrostation Spaklerweg € 95.000 € 2.000.000 initiatief Uitbreiding inpandige fietsenstalling Weesperplein € 380.000 Initiatief Aanpak omgeving Metrostations € 200.000 € 500.000 € 1.000.000 € 1.000.000 € 1.000.000 € 1.000.000 € 1.000.000 € 1.000.000 Initiatief Stationsomgeving Spaklerweg € 42.000 € 1.250.000 € 1.250.000 Initiatief Van der Madeweg overkapping van de Passarelle € 300.000 Exploitatie Realisatie Exploitatie stalling Amstelstation € 73.000 € 98.000 € 98.000 € 98.000 € 98.000 € 98.000 € 98.000 € 98.000 € 98.000 Realisatie Exploitatie stalling Mahlerplein € 57.000 € 103.333 € 103.333 € 103.333 € 103.333 € 103.333 € 103.333 € 103.333 € 103.333 initiatief Exploitatie stalling Rokin € 50.000 initiatief Exploitatie stalling Rai € 15.000 € 53.334 € 53.334 € 53.334 € 53.334 € 53.334 € 53.334 € 53.334 € 53.334 initiatief Exploitatie stalling Strawinsky € 65.000 € 101.786 € 101.786 € 101.786 € 101.786 € 101.786 € 101.786 € 101.786 € 101.786 initiatief Exploitatie stalling Ceintuurbaan € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 initiatief Exploitatie stalling Eerste Jan van der Heijdenstraat € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 € 50.000 initiatief Exploitatie stalling Amsterdam Noord € 64.000 € 86.500 € 86.500 € 86.500 € 86.500 € 86.500 € 86.500 € 86.500 € 86.500 initiatief Exploitatie stalling Zuidplein € 40.000 € 60.000 € 60.000 € 60.000 € 60.000 € 60.000 € 60.000 € 60.000 € 60.000 initiatief Exploitatie stalling Bijlmer Arena € 52.000 Solitair Realisatie Herinrichting Linnaeuskade € 246.109 € 82.036 300154 Realisatie Herinrichting (duurzaam veilig) Middenmeer Noord € 174.339 300451 Realisatie Verkeersveiligheidsprojecten Amsterdam Zuid,2e € 83.034 300452 Realisatie Herinrichting Hobbemakade (tussen Ruysdaelstraat € 485.072 300539 Realisatie Verkenning Schellingwouderlaan & Bongerdverbinding € 25.000 300614 Realisatie Zuidelijke fietsbrug Noorderpark Amsterdam € 427.684 300538 Realisatie Fietsenstalling Munthof € 125.249 300615 Realisatie Asfalt Ruysdaelstr. Van Baerlestr. Hondecoeterstr. € 33.124 300596 Realisatie Herbouw Piet Kramerbrug, Amsterdam € 836.073 300488 Realisatie KIM Admiraal de Ruijterweg € 273.000 300664 Realisatie KIM Hugo de Grootstraat - Nassaukade € 250.000 Planuitwerking Project Leidseplein Fiets € 2.950.056 € 1.112.040 € 2.820.788 300016 Planuitwerking Doorgaande Fietsroute Haarlemmer Houttuinen € 1.129.510 € 1.129.510 € 1.129.510 300445 Planuitwerking Fietsbrug Kop Weespertrekvaart € 1.381.640 € 460.546 300066 Planuitwerking Fietspad Welness Amsterdam Noord € 370.308 300087 Planuitwerking Spoorpassage Contactweg – Nieuwe Hemweg € 4.350.000 € 4.350.000 300352 Planuitwerking Fietsroute en fietsbrug route19 tussen Th.Weersweg € 1.283.375 € 427.792 300514 Planstudie KANS (Knooppunt A10 N247 S116) 300298 Verkenning Tram ongelijkvloers bij oprit A10 € 2.833.000 € 2.833.000 € 2.834.000 300569 initiatief Fietspad Kadoelenbreek € 400.000 initiatief Havikslaan € 200.000 initiatief Fietsroute Overtoomse sluis Surinamestraat (ontbrekende schakel) € 250.000 Initiatief Weesperzijde € 350.000 € 350.000 initiatief Amsterdam Sportas € 750.000 € 750.000 initiatief Optimalisatie Fietsroute Oostertoegang € 1.000.000 € 1.000.000 initiatief Verbeteren Fietsroute Oeverlanden € 200.000 initiatief Herinrichting Van Woustraat € 600.000 initiatief Kruispunt Fred Roeskestraat - Amstelveenseweg € 100.000 initiatief Herinrichting Boelelaan € 100.000 initiatief Fietsafslag Amstelveenseweg - Boelelaan € 40.000 initiatief Asfalteren fietspad Rooseveltlaan € 50.000 initiatief Fietsoversteken Olympiaplein € 100.000 initiatief Fietsoversteken Europaplein € 100.000 Initiatief KIM (Kleine Infrastructuurmaatregelen) € 250.000 € 250.000 € 250.000 € 250.000 Technische studie Realisatie AMSYS Opstelvoorzieningen Metro A`dam (OMA) € 4.846.515 300014 Realisatie AMSYS: Werkplaats Diemen 2e fase € 2.047.654 300015 Realisatie AMSYS - Subsidie project Signalling & Control € 14.255.000 € 14.255.000 € 4.184.932 300021 Realisatie AMSYS - Subsidie project ICT/Telecom € 4.086.248 300023 Realisatie Snorfiets naar de rijbaan (SNOR) € 494.838 € 164.947 100059 Realisatie IA OV 1e tranche Stad Werk met werk MVP 2018 € 476.638 300544 Planuitwerking Uitbreiding Energievoorziening Metro Amsterdam, fa € 2.500.000 € 2.538.466 300052 Planuitwerking Vergrendelde wissels tramnet Amsterdam € 803.544 € 803.544 € 803.544 € 803.544 € 803.544 € 897.843 300294 Planstudie Analyse tractie-energievoorziening tramnetwerk Ams € 314.474 300424 Planstudie Capaciteitsuitbreiding IJtramstallling € 1.800.000 € 1.800.000 300036 Planstudie Definitieve IJtramstalling € 10.000.000 € 10.000.000 € 10.000.000 € 10.000.000 300529 Planstudie 2e tranche gen. maatr IA OV, voorbereidingsbudget € 153.900 300575 Verkenning Verhoogde ontwerpsnelheid beweegbare bruggen € 123.042 Initiatief Verhogen rijsnelheid metro € 66.500 Initiatief Robuustheid van metronetwerk bij calamiteiten vergroten € 66.500 Initiatief Verkorten halteertijden metro € 66.500

Totalen 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 Totaal Realisatie € 67.538.464 € 78.907.282 € 64.541.455 € 36.938.597 € 27.915.597 € 24.526.333 € 7.147.333 € 11.677.333 € 5.172.333 Totaal Planuitwerking € 43.837.931 € 70.060.391 € 75.023.691 € 67.776.564 € 45.731.336 € 35.279.843 € 25.196.960 € 20.000.000 € 20.000.000 Totaal Planstudie € 7.147.073 € 42.015.834 € 53.148.033 € 43.964.676 € 31.233.333 € 49.493.334 € 40.000.000 € 40.000.000 € 35.000.000 Totaal Verkenning € 323.042 € 5.170.000 € 15.000.000 € 16.050.000 € 56.819.000 € 58.514.000 € 61.222.000 € 69.903.000 € 15.959.000 Subtotaal € 118.846.510 € 196.153.507 € 207.713.179 € 164.729.837 € 161.699.266 € 167.813.510 € 133.566.293 € 141.580.333 € 76.131.333 Totaal Initiatieven € 8.495.000 € 23.928.593 € 25.891.620 € 14.261.620 € 10.236.620 € 9.586.620 € 8.611.620 € 10.021.620 € 8.611.620 Totaal € 127.341.510 € 220.082.100 € 233.604.799 € 178.991.457 € 171.935.886 € 177.400.130 € 142.177.913 € 151.601.953 € 84.742.953