Bestedingenonderzoek VVV Zuid- Verdeling toeristische bestedingen

Rapportage in opdracht van: Stichting VVV Zuid-Limburg

September 2015

Projectnummer 15.060

ZKA Consultants & Planners Biesbosweg 16C 5145 PZ Waalwijk tel.: 088-2100 250 fax: 088-2100 210 e-mail: [email protected] www.zka.nl Inhoudsopgave

1. INLEIDING 1

1.1. Aanleiding 1 1.2. Doel studie 1 1.3. Leeswijzer 1

2. METHODIEK 2

2.1. Inleiding 2 2.2. Input 2 2.3. Bestedingen 5 2.4. Interpretatie uitkomsten 6

3. UITKOMSTEN 7

ZKA Consultants & Planners 1. INLEIDING

1.1. Aanleiding

VVV Zuid-Limburg wordt voor de uitvoering van haar taken onder andere gefinancierd door de participerende gemeenten in de regio. De gemeentelijke bijdrage is mede afhankelijk van de economische betekenis van de toeristisch-recreatieve sector in de verschillende gemeenten. De Stichting VVV Zuid-Limburg heeft ZKA Consultants opdracht gegeven onderzoek te doen naar de verdeling van de toeristisch-recreatieve bestedingen per gemeente in geheel Zuid-Limburg voor het peiljaar 2013 (nulmeting). In deze rapportage is deze nulmeting op punten geactualiseerd.

1.2. Doel studie

Het doel van deze studie is inzicht te geven in de verdeling van de economische betekenis van toerisme en recreatie – uitgedrukt in bestedingen –in Zuid-Limburg over de participerende gemeenten. De nulmeting (peiljaar 2013) is hiertoe de basis, waarvoor de volgende gegevens zijn geactualiseerd:  De overnachtingen in 2014 per gemeente uitgesplitst naar verschillende typen verblijfsaccommodaties op basis van de gemeentelijke toeristenbelasting. Hierbij is rekening gehouden met een eventuele leeftijdsafbakening zoals deze is opgenomen in de ‘verordening toeristenbelasting’ (van toepassing voor de gemeenten Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, , Nuth, , en );  De bezoekersaantallen voor LeisureDome (gemeente Kerkrade) en SnowWorld (gemeente Landgraaf);  De toeristisch-recreatieve bestedingen na verwerking van bovenstaande twee punten.

In dit onderzoek wordt onderscheid gemaakt tussen vijf deelregio’s:  Grensmaasvallei: gemeenten , Echt-Susteren, Schinnen, Sittard-Geleen en Stein;  Heuvelland: gemeenten Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, en Vaals;  Valkenburg: gemeente Valkenburg aan de Geul;  : gemeenten , , Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, en Voerendaal;  : gemeente Maastricht.

1.3. Leeswijzer

Deze notitie is als volgt opgebouwd:  Eerst is ingegaan op de gehanteerde methodiek voor de bepaling van de bestedingen (hoofdstuk 2);  Vervolgens komen de uitkomsten aan de orde (hoofdstuk 3).

1

ZKA Consultants & Planners 2. METHODIEK

2.1. Inleiding

Voor de berekening van de economische betekenis van toerisme in Zuid-Limburg en de participerende gemeenten is gebruik gemaakt van de methodiek van het ZKA Impactmodel. Deze methodiek is onderstaand schematisch weergegeven.

Input: overnachtingen, bezoekersaantallen en capaciteit x Bestedingen per persoon per categorie (naar sectoren)  Output: bestedingen (totaal en naar sectoren) -/- BTW/accijns desbetreffende sector -/- Inkooppercentage desbetreffende sector  Finale omzet per sector x Arbeidscoëfficiënten per sector  Output: Werkgelegenheid in fte’s (direct naar sectoren en indirect via multiplier)

Omdat voor deze rapportage de werkgelegenheid minder relevant is dan de bestedingen – en doorgaans ook ongeveer dezelfde verdeling tussen gemeenten oplevert als de verdeling van de bestedingen – is in deze rapportage uitsluitend ingegaan op de input (2.2.) en de output uitgedrukt in bestedingen (2.3.). Tot slot is kort aangegeven hoe de uitkomsten moeten worden geïnterpreteerd (2.4.).

2.2. Input

Voor de berekening van de economische betekenis van toerisme en recreatie in Zuid-Limburg zijn verschillende invoercategorieën onderscheiden. Deze categorieën vormen een weerspiegeling van de toeristische en recreatieve activiteiten in de regio. Globaal kunnen de toeristisch-recreatieve categorieën worden ingedeeld in verblijfstoerisme en dagrecreatie.

Verblijfstoerisme Er wordt onderscheid gemaakt tussen 9 verblijfscategorieën. Onderstaand zijn deze vermeld met per categorie de invoergegevens in het ZKA Impactmodel. Voor de invoergegevens per categorie per gemeente/deelregio wordt verwezen naar een separate tabellennotitie.

2

ZKA Consultants & Planners Tabel 2.1. Categorieën verblijfstoerisme Categorieën Invoergegevens 1. Hotels/pensions standaard Overnachtingen 2. Hotels middenklasse/luxe Overnachtingen 3. Bed & Breakfast accommodaties Overnachtingen 4. Bungalows/appartementen Overnachtingen 5. Groepsaccommodaties Overnachtingen 6. Campings toeristisch Overnachtingen 7. Campings vast Aantal bezette vaste standplaatsen 8. Jachthaven passanten Overnachtingen 9. Jachthaven vast Aantal bezette vaste ligplaatsen

De invoergegevens per categorie per gemeente/deelregio voor het jaar 2014 zijn als volgt tot stand gekomen:  De basis wordt gevormd door de overnachtingen conform de gemeentelijke toeristenbelastingcijfers 20141;  Een aantal gemeenten gaat voor vaste kampeerplaatsen uit van forfaits. Allereerst is het aantal toeristische overnachtingen berekend door voor deze gemeenten het aantal overnachtingen op vaste kampeerplaatsen op basis van forfaits in mindering te brengen op het totaal aantal overnachtingen. Voor de vaste (stand- en lig)plaatsen is dezelfde methodiek gehanteerd als in de nulmeting, namelijk het aantal vaste plaatsen vermenigvuldigd met de gemiddelde bestedingen per plaats per jaar;  Het berekende aantal toeristische overnachtingen moet als ‘subtotaal’ worden geïnterpreteerd voor gemeenten die een leeftijdsafbakening hanteren in de ‘verordening toeristenbelasting’. Voor deze gemeenten zijn de ‘ontbrekende’ leeftijden ingeschat op basis van de landelijke bevolkingssamenstelling2. Dit levert voor alle gemeenten vervolgens het definitieve aantal overnachtingen op voor 2014;  Het definitieve aantal overnachtingen is tot slot onderverdeeld naar de verschillende verblijfstoeristische categorieën (met uitzondering van ‘campings vast’ en ‘jachthavens vast’). Deze verdeling is gebaseerd op de procentuele verdeling per categorie per gemeente uit de nulmeting3. Op basis hiervan zijn dezelfde uitgangspunten per categorie en per gemeente gehanteerd en is een eenduidige vergelijking van de bestedingen tussen gemeenten mogelijk.

Bovenstaande methodiek leidt tot de invoer per categorie. Het betreft hierbij zowel inkomende (buitenlandse) als binnenlandse overnachtingen. Vanwege het verschil in methodiek en afbakening kunnen de uitkomsten niet zonder meer vergeleken worden met andere onderzoeken die andere afbakeningen en definities hanteren.

1 Voor de gemeente Schinnen – de enige gemeente met ontbrekende toeristenbelastingcijfers – is per categorie het aantal overnachtingen in 2013 aangehouden. 2 Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). 3 De nulmeting is gebaseerd op door de Stichting VVV Zuid-Limburg, in samenwerking met de individuele gemeenten, aangeleverde gegevens op bedrijfsniveau, aangevuld met toeristenbelastingcijfers. Ontbrekende overnachtingscijfers voor individuele bedrijven en/of voor gemeenten waar de toeristenbelasting niet op het gewenste detailniveau beschikbaar is, zijn hierbij ingeschat op basis van de aangeleverde gegevens per categorie (regionale bezettingsgraden).

3

ZKA Consultants & Planners Dagrecreatie Voor dagrecreatie wordt onderscheid 22 categorieën (rekening houdend met verschillen in bestedingsprofielen tussen (type) dagrecreatieve voorzieningen). De invoergegevens bestaat voor alle categorieën uit bezoekersaantallen (in separate tabellennotitie nader gespecificeerd).

Tabel 2.2. Categorieën dagrecreatie Categorieën Invoergegevens 1. Adventure/outdoor Bezoekersaantallen 2. Adventure hoog (ballonvaarten, zweefvliegen) Bezoekersaantallen 3. Atelier/galerie Bezoekersaantallen 4. Attractie/dierentuin Bezoekersaantallen 5. Bezienswaardigheid/rondleiding (kastelen, kloosters, grotten, e.d.) Bezoekersaantallen 6. Bezoekerscentrum Bezoekersaantallen 7. Bioscoop/filmhuis Bezoekersaantallen 8. Bowling Bezoekersaantallen 9. Casino/amusementscentrum Bezoekersaantallen 10. Evenementen4 Bezoekersaantallen 11. Golf Bezoekersaantallen 12. Musea Bezoekersaantallen 13. Overige sportvoorzieningen (maneges, boerengolf) Bezoekersaantallen 14. Poppodia Bezoekersaantallen 15. Proeverij/workshop Bezoekersaantallen 16. Speeltuin/kinderboerderij Bezoekersaantallen 17. Theater Bezoekersaantallen 18. Tuinen/parken Bezoekersaantallen 19. Wandel/(boot)tochten (georganiseerd) Bezoekersaantallen 20. Wellness Bezoekersaantallen 21. Zwembad Bezoekersaantallen 22. Algemene dagtochten Bezoekersaantallen a. Wandelen Bezoekersaantallen b. F ietsen/mountainbiken Bezoekersaantallen c. Toeren Bezoekersaantallen d. Recreëren aan water en in park/bos Bezoekersaantallen e. Kleine watersport Bezoekersaantallen f. Recreatief winkelen Bezoekersaantallen

Ten opzichte van de nulmeting zijn voor dagrecreatie met uitzondering van SnowWorld en LeisureDome geen wijzigingen gemaakt. De resultaten voor dagrecreatie zijn derhalve grotendeels hetzelfde als in de nulmeting. Deze nulmeting is gebaseerd op opgave van Stichting VVV Zuid-Limburg (in samenwerking met de individuele gemeenten), aangevuld met de ons beschikbare data (eerdere onderzoeken en ervaringscijfers). Het gaat hierbij ook om inkomende (buitenlandse) als binnenlandse bezoeken. Bedrijven met ontbrekende bezoekersaantallen zijn geen onderdeel van de invoer.

Ook de op het ContinuVrijeTijdsOnderzoek (2012/2013) gebaseerde categorieën - ‘wandelen’, ‘fietsen’, ‘toeren’, ‘recreëren aan water, in park/bos’, ‘kleine watersport’ en ‘recreatief winkelen’ - blijven ongewijzigd. Het aantal activiteiten/bezoeken voor de regio Zuid-Limburg per categorie is de basis, welke vervolgens per gemeente verdeeld zijn op basis van de volgende verdeelsleutels:  Wandelen: aantal kilometers wandelroutes (aangeleverd door Stichting VVV Zuid-Limburg);

4 Met minimaal 1.000 bezoeken (bovenlokale/regionale aantrekkingskracht).

4

ZKA Consultants & Planners  Fietsen: aantal kilometers fietsknooppuntenroutes (aangeleverd door Stichting VVV Zuid-Limburg);  Mountainbiken: aantal kilometers mountainbikeroutes (aangeleverd door Stichting VVV Zuid- Limburg);  Toeren: areaal natuur (bos en open natuurlijk terrein) (bron: CBS);  Recreëren aan water, in park/bos: aantal hectare park/plantsoen en aantal hectare recreatief binnenwater (bron: CBS);  Kleine watersport: aantal hectare recreatief binnenwater (bron: CBS);  Recreatief winkelen: winkeloppervlakte in de branches Mode & Luxe, Vrije Tijd en Overig (bron: Locatus).

2.3. Bestedingen

De berekening van de bestedingen (in €) geschiedt op basis van gemiddelde bestedingen per persoon per overnachting of dagtocht, aangevuld met beschikbare kengetallen en ervaringscijfers. Deze zijn, zowel voor verblijfstoerisme als voor dagrecreatie, niet gewijzigd ten opzichte van de nulmeting. Bij de categorieën ‘campings vast’ en ‘jachthavens vast’ worden de bestedingen berekend op basis van een vast tarief per plaats per jaar. Hier geldt derhalve de capaciteit (het aantal bezette plaatsen) als uitgangspunt voor de raming.

Toerisme is een samengestelde sector. Dit betekent dat de bestedingen van toeristen niet alleen terecht komen bij de accommodaties en dagattracties, maar ook bij de horeca, in winkels, bij tankstations, etc. De totale bestedingen zijn in het ZKA Impactmodel verdeeld over de sectoren waarin de bestedingen terecht komen:  Logies (alleen bij verblijfsrecreatie);  Horeca;  Detailhandel;  Entree;  Vervoer.

In dit onderzoek zijn dus zowel de bestedingen van toeristen binnen de toeristische bedrijven zelf (bijv. hotel, camping, attractie) als daarbuiten (zoals supermarkt, horeca, tankstation) meegenomen. Om dubbeltellingen te voorkomen en tot een zuivere verdeling over de gemeenten te komen zijn bij het verblijfstoerisme alleen de bestedingen meegenomen die samenhangen met het verblijf (logies, ontbijt, lunch, diner, drinken, vervoer, etc.) en algemene dagtochten (wandelen, fietsen, etc.). De bestedingen van verblijfstoeristen die samenhangen met het bezoek aan attracties en evenementen (vaak ook in andere gemeenten dan de verblijfsaccommodatie) zijn meegenomen bij het dagtoerisme.

5

ZKA Consultants & Planners 2.4. Interpretatie uitkomsten

Voor de interpretatie van de uitkomsten in het volgende hoofdstuk is het belangrijk te beseffen dat:  Het doel van de studie het zo goed mogelijk in beeld brengen van de verdeling van de toeristisch- recreatieve bestedingen over de participerende gemeenten van de regio VVV Zuid-Limburg is;  De berekening een momentopname5 betreft die tevens afhankelijk is van de beschikbaarheid van gegevens. Hierdoor hebben de totalen een indicatieve waarde, maar de onderlinge verdeling lijkt ons betrouwbaar (eenduidige methodiek en uitgangspunten).

5 Wel zijn de bezoekersaantallen van 2- of 4-jaarlijkse evenementen (zoals bijvoorbeeld het Wereld Muziek Concours (WMC) Kerkrade of Parade Brunssum) ‘uitgemiddeld’ om te komen tot een inschatting van een ‘gemiddeld’ jaar.

6

ZKA Consultants & Planners 3. UITKOMSTEN

In dit hoofdstuk is ingegaan op de verdeling van de economische betekenis van toerisme in Zuid-Limburg over de verschillende gemeenten. In onderstaande tabel zijn de totale bestedingen weergegeven. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen verblijfstoerisme en dagrecreatie en naar gemeente/deelregio. Voor de invoer (overnachtingen en aantallen bezoeken/dagtochten) alsmede bestedingsprofielen per categorie wordt verwezen naar de separate tabellennotitie.

Tabel 3.1. Bestedingen in Zuid-Limburg (x € 1 miljoen) Verblijfstoerisme Dagrecreatie Totaal Totaal (%) Beek 0,3 14,3 14,6 1% Echt-Susteren 10,3 30,1 40,4 3% Schinnen 1,2 5,6 6,8 1% Sittard-Geleen 13,9 86,0 99,9 8% Stein 10,6 12,2 22,8 2% Totaal Grensmaasvallei 36,3 148,2 184,5 15%

Eijsden-Margraten 15,1 26,4 41,5 3% Gulpen-Wittem 60,5 22,6 83,1 7% Meerssen 1,9 11,1 13,0 1% Vaals 43,4 37,4 80,8 6% Totaal Heuvelland 120,9 97,5 218,4 17%

Valkenburg aan de Geul 113,1 83,4 196,6 16% Totaal Valkenburg 113,1 83,4 196,6 16%

Brunssum 3,7 27,4 31,2 2% Heerlen 23,1 109,0 132,1 10% Kerkrade 16,1 80,6 96,8 8% Landgraaf 9,6 64,9 74,5 6% Nuth 3,2 6,7 9,9 1% Onderbanken 0,7 7,0 7,7 1% Simpelveld 2,7 6,9 9,6 1% Voerendaal 1,6 4,5 6,1 0% Totaal Parkstad Limburg 60,7 307,1 367,9 29%

Maastricht 140,1 152,7 292,8 23% Totaal Maastricht 140,1 152,7 292,8 23%

Totaal Zuid-Limburg 471,1 788,9 1260,1 100%

Verdeling toeristische bestedingen naar verblijfs- en dagrecreatie Uit voorgaande tabel kan worden afgelezen dat circa 63% van de toeristische bestedingen in Zuid- Limburg worden gedaan in de dagrecreatieve sector (circa € 789 miljoen). Het verblijfstoerisme is derhalve goed voor circa 37% van de toeristische bestedingen (circa € 471 miljoen).

7

ZKA Consultants & Planners Verdeling toeristische bestedingen naar deelregio en gemeente Per regio en gemeente zijn er (grote) verschillen. In onderstaande tabel is de verdeling van de bestedingen per regio weergegeven voor verblijfstoerisme en dagrecreatie (zowel absolute bestedingen als procenten).

Tabel 3.2. Bestedingen per regio naar verblijfs- en dagtoerisme Verblijfstoerisme Dagrecreatie (x € 1 mln) Verblijfstoerisme (%) (x € 1 mln) Dagrecreatie (%) Grensmaasvallei 36,3 8% 148,2 19% Heuvelland 120,9 26% 97,5 12% Valkenburg 113,1 24% 83,4 11% Parkstad Limburg 60,7 13% 307,1 39% Maastricht 140,1 30% 152,7 19% Totaal Zuid-Limburg 471,1 100% 788,9 100%

Zoals uit voorgaande tabel blijkt heeft het verblijfstoerisme een relatief grote omvang in de deelregio’s Maastricht, Heuvelland en Valkenburg met een aandeel van respectievelijk circa 30%, circa 26% en circa 24% van de totale verblijfstoeristische bestedingen. Voor deze drie deelregio’s geldt dat de bestedingen in de hotelsector hoog zijn. Daarnaast zijn de bungalow- en kampeersector relatief groot in Valkenburg en Heuvelland.

Parkstad Limburg is de deelregio met de hoogste bestedingen in dagrecreatie (circa 39% van het totaal). Met name het recreatief winkelen en attractie/dierentuin hebben een grote omvang voor Parkstad Limburg. Na Parkstad Limburg zijn in de deelregio’s Maastricht en Grensmaasvallei relatief veel dagrecreatieve bestedingen gedaan (beiden 19% van het totaal).

Wanneer specifiek naar de bestedingen per gemeente wordt gekeken (tabel 3.1.) blijkt dat circa een kwart van de bestedingen worden gedaan in Maastricht (circa € 293 miljoen, ofwel 23% van de totale bestedingen). De tweede gemeente qua toeristische bestedingen is Valkenburg aan de Geul (circa € 197 miljoen (16% van totaal)). De totale bestedingen zijn verder relatief hoog in Heerlen, Sittard-Geleen en Kerkrade met respectievelijk een aandeel van 10%, 8% en 8% in de totale bestedingen. In Heerlen en Sittard-Geleen zijn met name de bestedingen in het recreatief winkelen hoog. In Kerkrade wordt ook relatief veel besteed aan het recreatief winkelen en zijn de bestedingen in de categorie ‘casino/amusementscentra’ relatief hoog. Andere categorieën met grote omvang zijn de evenementen in Valkenburg aan de Geul en attracties/dierentuinen in Landgraaf.

8

ZKA Consultants & Planners